Zijnsvariaties, Verbovelden(2018)–Sybren Polet– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 70] [p. 70] [pagina 71] [p. 71] I Rimpelingen in de ruimte 1 De stilte is die van een verstilde ademhaling, diep in, diep uit, dus welhaast tijdloos. Verdunde tijd. Zo nu & dan passeert een gedachte, groot als een spinozaurus in het kielzog van een of ander ongrijpbaar iets. * Nieuwe clustervorming van verlate voorgevoelens en andere vluchtige roersels. Rimpelingen in de ruimte die op huidrimpels lijken. Velden zonder meridianen. Kruivend ruimteschuim. * Enkele voorbijflitsende goden hun oud licht, oeroud licht. * * Verbrokkelde, overal verspreid liggende oneindigheid. * Clustervorming van nieuwe nagevoelens. * * Zo nu & dan enkele ver uiteenliggende bloedkloppen, hartkloppen? [pagina 73] [p. 73] 2 Pas eonen later begin je je weer te denken en geraakt dichter, dichter & dichter. Wensmens met de kennis-van-morgen, plus de bijbehorende taalrituelen. Wenstaal. * En nu nog - snel - een lichaam verzinnen, het liefst weer in mensvorm - of juist niet? Vorige Volgende