- Nog steeds wordt er in waanzinnige mate gestorven.
- Dag in dag uit, minuut in minuut uit.
- En nog steeds is iedere dood alleen goed voor een volgende dood?
- Je zegt het.
- En ieder woord voor het volgende woord?
- Je hoort het.
- Die man is net een kunstmens.
- Van plastic?
- Nee.
- Van hout?
- Weet ik niet, misschien van een stof die nog niet bestaat.
- Hoe weet je dan dat 't een kunststof is?
- Omdat ie op vlees lijkt.
- De muizen knagen aan je tenen, voor je van stro bent.
- Waar je zelf bijstaat?
- Waar je zelf bijstaat. Je hebt het pas door als het te laat is.
- Je hoort het geritsel niet eens.
- En voelt niets?
- Alleen een zacht gekriebel, een gewriemel in je als van honderd staartjes, dat je doet giechelen en lachen, je weet niet waarom.
- Het is als een winterdag in je jeugd, op zolder, waar het hooi van de konijnen ligt. Het licht valt door het kleine dakvenster, wind blaast door de reten, een tak tikt te-