Het is dus niet zozeer dat een nieuw, te verwachten medium mij het gevoel van achterhaaldheid geeft of van onwezenlijkheid - in feite valt er best nog het een en ander in en via de literatuur te ontdekken - als wel de algemene ongeïnteresseerdheid: als men maar lang genoeg beweert dat (serieuze) literatuur achterhaald is is ze achterhaald.
*
Alles begint hoe langer hoe fictiever te worden
Herhaal: natuurlijk, dat doet het al heel lang, maar zie, dan blijkt hoe die fictieve werkelijkheid hoe langer hoe meer op de ultieme werkelijkheid gaat lijken en je vraagt je af: is er een andere? En als er een andere is of meer andere, dan worden die in de kortste keren even fictief-reëel en ultiem. Sterker, je kunt niet één realiteit zien of denken zonder er een andere bij te denken, een even reële of fictief-reële, die - nog sterker - de jouwe, jouw huidige niet ongedaan maakt, maar integendeel bevestigt. Het is - meer dan ooit - of alles één is met zijn - denkbare - schaduwen en zonder deze zelfs niet existeert. Fictiviteit als ultieme realiteit en is het ooit anders geweest?
*
Ieder Eden is een verbeeld heden, een reëel heden heeft nooit bestaan; ieder bestaand heden is hooguit een half-Eden, een uitgespaarde plek die besmet wordt met realiteit, ingevuld met mens en modaliteit, gefantaseerd verleden, privémythes van het geheugen en het leven erin is jacht op droombeelden, hersenschimmen, verschietende schaduwen, ontsnapte en op hol geslagen fantasieën, met als belangrijkste het opgejaagde nabeeld van jezelf.