| |
| |
| |
Verklarende oude-woordenlijst
(Saksische Ordonnantiën) blz. 9 e.v. |
wt-wuyt-uit |
verleempt-verlemet-verlemmet - verminken, verwonden |
beroeft - beroofd van |
beteren - boeten, betalen aan de klager |
civiliter - zoals den burger past |
wee - wie |
verndel - vierde deel |
van eens mans ghelt - de boete van de doodslag van een man |
ghelden - schuldig zijn |
een verndel eens mans lyff - het vierde deel van een doodslag |
noch zoe voel - het dubbele |
alzo mannigh tande - zoveel tanden als |
eemen - iemand |
veer - vier |
een - iemand |
ytlyck - elk |
zo veer hy daeraff nyet lan en wordt - voor zover hij daar niet lam, kreupel, verminkt door wordt, resp. een lid door moet missen |
lemthe - wond, verminking |
ghemachte - gerief, geslachtsdeel |
broecken - misdrijven, overtredingen |
teghen den part ende rechter - tegenover de tegenpartij en de rechter |
in alle puncthen voergheroerdt - in alle aangehaalde gevallen |
zal men dubbelde boethe gheven - aan hen zal men dubbele boete betalen (niet: opleggen!) |
|
(Beschryvinge van Amsterdam) blz. 29 |
pijpen, rieden - riet |
pijpig - rietstengels bevattend |
duilen - lisdodden |
| |
| |
(Roomsche Mysterien ontdekt) blz. 30 e.v. |
levereie - livreiklederen, onderscheidingstekenen |
overluyden - hoofden van gilden |
bernende Tourse - brandende toorts |
handt-scheenen - handschoenen (of buidels) |
chierlijck toegemaeckt - sierlijk opgemaakt |
ghetogen - getrokken |
steert - stuurt |
Hackeberden - hakkebord, muziekinstrument met snaren en hamertjes, voorloper van clavichord en clavecimbel |
krijté - krijten |
gheweer - wapenen |
lollen - prevelen, mompelen tegen |
|
(De Weder-Dooperen) blz. 35 e.v. |
uitgangen met é: - en |
vyer - vuur |
ghemeen-ghemeyn - algemeen |
|
blz. 41 e.v. |
complicen - medeschuldigen |
daer werter vele - er werden er velen |
|
blz. 54 e.v. |
int beginsel - in het begin |
aengetyet - tegen hem gezegd |
|
(Leegwater) blz. 57 |
wakker - dapper, goed |
|
(Willekeuren) blz. 64 e.v. |
gewilkoert-gewilcoirt, enz. - uitgevaardigd |
boet verbueren - boeten te betalen |
mijtter stede clock van den huyse afgeroepen - met klokge lui van het stadhuis afgeroepen |
uptie verbuernisse - op verbeurte van |
elke reyse - elke keer |
| |
| |
booten - boete |
raide - de raad |
wilcoeren - willekeuren, verordenen |
achtervolgende dat mandament - overeenkomstig het mandement |
lestwarf - de laatste keer |
gasthuusboeven, truwanten, vette boeven, rabauten - landlopers, bedelaars (dronken?) straatslijpers, leeglopers (bandieten, boeven) |
uutrechten - berechten |
mit hoere oere - met hun oor |
boven tsheren boeten - boven de vastgestelde boete |
steens - bakstenen, te betalen als boete |
Postelaetsgull - gouden munt |
gheen bedrach off wesen dan tgerechts proeven - er zal geen beschuldiging, resp. veroordeling tot boete plaats vinden dan voor wat het gerecht bewezen acht |
benemen - doen ophouden, beletten |
hoere kinderen - haar, hun kinderen |
van die ouders te verbueren - door de ouders te betalen |
Ende wairt saicke - En ware het 't geval |
niet. . . en - niet off en - of |
by - door |
openbairlicken - in 't openbaar |
optie Plaetse voir die kaeck - op het plein voor de kaak |
by regule ende goeder ordinancie - volgens regels en goede verordeningen |
periculen - gevaren |
bescaempthyden - onbeschaamdheden, onbetamelijke zaken |
|
(De hond Tyter) blz. 71 |
schabel - zitbankje |
bleikvelt - bleekveld, grasveld waarop het goed te drogen en te bleken werd gelegd |
beschonken - begiftigd |
| |
| |
(Willekeuren) blz. 71 e.v. |
voir momme - vermomd |
lb - pond |
mijt upgesetter lage - met opzet |
te lyden en staet - niet langer te verdragen |
quats - kwaad |
geschepen - geschapen, eruit voortspruitend |
lede ende dair niet in voirsage - toestond en niet in voorzag |
fortsen ende onstantelijcke saken - gewelddaden en onbeschaamdheden |
zoe zijn dairoff - ze worden daarom |
die guede lude van den gerechte - de goede lieden van het gerecht |
overdadige lude - misdadige lieden |
willekeuren - uitvaardigen, verordonneren |
craamer - kramer, winkelier |
uuytgeseyt - uitgezonderd |
smaels ende mit één coope - telkens in één koop (van de genoemde hoeveelheid of meer, maar niet minder) |
gesorteert - gelijkgesteld worden |
mailerie - kleine ijzeren (sier)voorwerpen |
|
(De hond Provetie) blz. 83 e.v. |
tot zyn oom - bij zijn oom |
geinflegeerd - toegebracht |
by - door |
buyten pyn en banden van ysere - zonder gepijnigd te zijn, o.a. door het aandraaien van ijzeren klembanden en -schroeven |
in appreehensie genomen - in hechtenis genomen |
goede politie - goed bestuur |
|
(Wijf van Abbekerke) blz. 92 e.v. |
toegemaakt - opgemaakt |
beulingtjes - worstjes, meest bloedbeuling |
| |
| |
(Doodbiddersoproer) blz. 117 e.v. |
after andere gezet wierden - achter anderen, bij anderen ten achter gesteld werden |
kalissen - de kale neten, de bezitlozen |
roef - schuin oplopend deksel |
quade kalling - boos gepraat, enz. |
|
blz. 121 e.v. |
salveerden - zich redden |
geweer - wapenen |
|
(Pachtersoproer) blz. 199 e.v. |
gesloken en ongesloken boter - met en zonder accijns, vgl. sluikhandel |
ceeltje - bewijsstuk, papiertje dat de accijns betaald is |
daar wy - terwijl wij |
|
|