De geboorte van een geest
(1974)–Sybren Polet– Auteursrechtelijk beschermd[VIII]Dat nu het waeter de voornaemste oorzaek is dat de DariGa naar voetnoot* opstoot, blijkt ook hier uit, dewijl met het op en af-loopen van 't gety, de zelve ook op-drijft en neder-zakt... Dit opdrijven van deze Dari heeft men ook hier gezien in 't graven van de Nieuwe Vaert op Kattenburgh, want de bovenste zoom en eenige voeten veen afgelicht, en 't werk een dag stil gestaen hebbende, bevondt men het landt op de zelfste hooghte als het was toen men begon te graven; en schoon men met arbeiden voortvoer, men vorderde echter niet, en 't landt bleef even hoogh, ja als het water opliep, begaf | |
[pagina 32]
| |
zich het landt mede op. Na dat eindelij k, na langh afkruien, de zoom verdunde en nu niet langer machtigh was om d'arbeiders te dragen, schoot een van hen tot zijn hals toe daer door, en zoude daer in versmoort hebben, had men hem niet haestigh, met toewerpen van planken en stokken, te hulpe gekomen. Doch om deze aert daer uit te krijgen, die nu geen bewandelaers meer konde dragen, en eveneens als taei Ys onder de voeten weg boog, was goet raet duur. Maer men gink doen deze pijpige zolder doorzagen, en voerdeze by stukken, eveneens als vlotten, waer menze hebben wilde, wegh: want het water te loozen was niet wel doenlijck... Op deze wijze worden hier in Hollant en voornamelijk in Amstellandt, op veele plaetzen heele riet-landen, eenige voeten dik, afgezaegt, die de boeren dan te koop voeren, daer men hier en daer Voor-lant gebrek heeft... 't Is niet vreemt, dat den uytheemsen naaukeurigen lezer zich ten hoogsten zal verwonderen, hoe men op zulken weeken modderigen grondt, die als in 't water drijft, zodanige sware gebouwen, als het Stadthuys, verscheyde Kerken en Torens, zo vast en onwankelbaar kan doen staan als ofze op de hardste gronden des Aerdtkloots geboudt waren. |
|