Het aaahh & ooohh van de verbonaut. Achtergelaten gedichten(2014)–Sybren Polet– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 19] [p. 19] II Taalschappen [pagina 20] [p. 20] Adamitisch De hele natuur gebaad in het tegenlicht van die lichtgevende generatie. Hoog boven hen een dubbelzon als een dubbele helix, generator van alle lichtgevoelige heliotropen. Op de adamitisch aandoende teelaarde een overdaad aan serendippe, nog anonieme bloemen, steeds van kleur verschietende: hun lichtgeurende, erotisch aandoende sensibiliteit onder eenzelvige cryptische bomen, lispelend mompelende. * En dan die zich - als uit hetzelfde overvolle niets - vormende en hervormende proefdieren - altijd alleen zich gelijkende - wezenlijkheden die de meest vreemde geluiden voortbrengen, tezamen een natuurorgel vormend van enkel onder- en boventonen. * Een warme adem maakt de hele omgeving warmer, lichamelijker - koesterende blikken, verteaanrakingen, de venusachtige heuvels huidachtiger, de koude kikkers springeriger in de overal zichtbaar doorbloedde zenuwstelsels en neuronendelta's. [pagina 21] [p. 21] En het was natuurlijk weer of hij zijn eigen uitwaaierende zenuwdelta ook warmer voelde worden. En plotseling was ook de hele middenlucht bezwangerd van een vrolijk voorweten als een door supersnaren voorgebrachte muziek van soms amper hoorbare microtonen, golvend over een gehernatureerde aarde. * * Alles lost op in snaren. Trilt. Vorige Volgende