Evangelische leeuwerck deel 4 en 5
(1682)–Christianus de Placker– Auteursrechtvrij
[pagina 117]
| |
Wijse: Aen een rouwigh herte. Pronckje van de Maeghden.
| |
[pagina 118]
| |
Dat lof stadigh gaven d'Engels van den Heere,
Voer na 's Hemels haven De derde dag verheugt,
Met luyten, En fluyten, Musijcke Seer rijcke
Van 's Hemels Vreught.Voer
Haer in d'Hemel leyde Jesus haren Soone:
En den Vader seyde: Wellekom mijn Schoone:
Hy gaf haer een throone Ver boven d'Engele schaer,
Een Kroone Ten loone, Van sijne Robynen
Vereerd' hy haer.Hy
Met der sonne-stralen Siet men haer bekleeden,
En met sterre-pralen Op de Mane treden.
Och door u gebeden, Maria maeckt dat Godt
Ons geven Na 't leven Van strijden, En lijden,
Wilt 's Hemels Slot.Och
|
|