Fred

Fred gaat geld bij oma zoeken

Twee weken voordat het emancipatiedag zou zijn, ging Fred naar zijn oma. Hij zei: ‘Oma, ik wil een lange broek voor emancipatiedag kopen, maar ik heb geen geld. Heeft u vijftien gulden voor mij?’

Fred was oma's schatje. Oma zei dus: ‘Ik had dit al lang voor jou bewaard. Alsjeblieft, en doe de groeten aan je moeder voor me.’

[p. 22]

Fred zei: ‘Dank u wel,’ en ging weg. Toen hij thuis kwam zei hij tegen moeder dat oma haar had laten groeten.

Moeder zei: ‘Maar heeft ze niets voor me gestuurd?’

‘Neen mama, ze heeft me wel vijftien gulden gegeven om een lange broek te kopen,’ zei Fred.

Moeder zei: ‘Mijn zoon, luister eens, ik heb geen geld, en je vader heeft ook geen geld. Leen mij dat geld van je.’

Fred keek zijn moeder aan. En moeder lachte tegen hem. Dus gaf hij haar dat geld.

Aan het eind van de maand vroeg hij moeder dat geleende geld terug. Moeder zei: ‘Jongen, wat is er met jou aan de hand? Ik verzorg je tot nu toe, en wat wil jij nou hebben? Wel, ik heb nu nog geen geld gehad. Maar wanneer ik het heb zal ik het je geven.’

Fred huilde tranen met tuiten, omdat hij nu niet van de emancipatiedag op het plein kon genieten.