Onder den hiel(1920)–Filip de Pillecyn, Jozef Simons– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 9] [p. 9] Op schildwacht De zee ruischt in 't maanlicht bij nachtlijken wind En bruist in de branding uw naam, o kind! En de avondster, laag aan den hemelboog, Staart me aan, droef te moed, met den glans van uw oog. Op schildwacht, in 't duinengras, nat van dauw, Ik waar om mij henen de waas van uw schaûw; Uw hand zoekt mijn hand, en 'k voel weer, als toen, Op mijn gloeiende wang uw schuchteren zoen. Vorige Volgende