Het papieren gevaar. Verzamelde geschriften (1917-1947) (3 delen)
(2011)–Willem Pijper– Auteursrechtelijk beschermdMaurice Ravel
| |
[pagina 452]
| |
kon hij van de aanvang af zijn eigen stempel drukken op al wat hij schreef. Hij was op zijn twintigste jaar een origineler componist dan Debussy op diezelfde leeftijd. Maar het wil mij wel voorkomen dat Debussy's invloed - die onvergelijkelijk veel machtiger en dieper is dan die van Ravel ooit zou kunnen worden - tot ver buiten het eigenlijke terrein der muziek waarneembaar is. Terwijl Ravels vernieuwingen van louter muzikaal belang blijken - maar als zodanig niet licht overschat zullen worden. Ravels compositietechniek is een wonder van volmaaktheid. Al zijn werken zijn muziek voor het oor - in tegenstelling met veel ‘muziek voor het oog’ die in deze laatste jaren tot uitvoering is gebracht. De composities van Ravel zijn ontworpen van een kristalhelder klankbesef uit; nergens zal men speculatieve combinaties vinden. Hij is in Frankrijk wellicht de laatste drager van de muzikale spiritualiteit, die, na zich gemanifesteerd te hebben in Chambonnières, Rameau, Couperin, Berlioz, Bizet, Saint-Saëns en Debussy, thans dreigt teloor te gaan in neoclassicistische barbarismen en snobistisch onvermogen. Het is voor een meester als Ravel hetzelfde of hij een passacaglia schrijft of blues: onder zijn handen wordt een relikwie als de passacaglia een scène uit een feeërie en de blues worden geadeld tot een boventijdelijk symbool. Emile Vuillermoz besluit een essay over Ravels orkestwerken met de woorden: ‘L'orfèvre Ravel aura ciselé dans le métal fin et brillant de la musique de France les arabesques les plus souples et les plus incisives qui aient jamais orné les flancs d'un brûle-parfums harmonique. Et il semble devoir emporter son secret avec lui.’Ga naar voetnoot206 |
|