Het papieren gevaar. Verzamelde geschriften (1917-1947) (3 delen)
(2011)–Willem Pijper– Auteursrechtelijk beschermdCamille Saint-Saëns
| |
[pagina 161]
| |
zijn vreugde in vindt, met die allerfijnste gevoelsatomen kunstwerken van een nooit vermoede schoonheid te maken. En de andere, waarschijnlijk de grootste vakmusicus (men versta dit nu niet als een desappreciatie) die Frankrijk na Berlioz heeft voortgebracht, die zich bezighoudt met alle vormen, alle stemmingen der klassieke en romantische meesters tot en met Liszt. Doch in die klassieke vormen en gedachten heeft Saint-Saëns altijd naar iets eigens gezocht en hij heeft zodoende de weg gebaand voor de groteren die na hem kwamen. Saint-Saëns heeft wel ongeveer alle muzikale kunstvormen gecomponeerd: opera's: Samson et Dalila, La princesse jaune, waarvan men het charmante ouverturetje wel eens - maar zelden - in de concertzaal hoort - symfonieën, oratorio's, veel kamermuziek (het schitterende Trio!), de overbekende poèmes symphoniques, waarmee hij Liszts niet helemaal veilige wegen bewandelt. En ook en vooral de speciale vorm der klassieke meesters - het concert met orkestbegeleiding: namelijk drie vioolconcerten, het beroemde violoncelloconcertGa naar voetnoot246 en vijf pianoconcerten. In deze laatste, vooral in het vanavond gespeelde Vijfde concerto en ook in het eerste deel van het (evenmin overbekende) Vierde bekijkt de meester het geval met wel zeer hedendaagse ogen. Hij schrijft daar namelijk bewust of onbewust een fraaie orkestmuziek-met-piano en anticipeert dus de tegenwoordige orkestratiemanier, waarin de piano een (belangrijk) bestanddeel van het orkestapparaat wordt, een orkestinstrument dus, zo goed als de te hunner tijd eveneens solistisch optredende viool of violoncel. Niemand zou eraan denken Strauss' Heldenleben een vioolconcert of zijn Don Quixote een violoncelloconcert te noemen, ofschoon de technische moeilijkheden die van veel klassieke concerten overtreffen. En zo geloof ik ook dat de periode der pianoconcerten goed en definitief afgesloten is. En ook dat binnen niet al te lange tijd elke grote orkestvereniging zijn pianisten rijk zal zijn - evenals tegenwoordig zijn soloviolisten en soloharpisten. Saint-Saëns' concerten sluiten de reeks die ongeveer bij Bach begint, fraai af. |
|