Het papieren gevaar. Verzamelde geschriften (1917-1947) (3 delen)
(2011)–Willem Pijper– Auteursrechtelijk beschermdDie Fledermaus
| |
[pagina 46]
| |
zondering walgelijke producten van een suspecte wansmaak - was in één woord het genre niet naar beneden, doch naar boven gegaan, dan zou, geloof ik, de appreciatie der bevoegden, der beroepsartiesten ook zuiverder gebleven zijn. (Gisteravond zag ik in de slecht bezette Schouwburg één, zegge één musicus!) Bruno Weigl adviseert in een klein verhandelinkje Die Geschichte des Walzers und über die moderne Operette de componisten om zich wat meer met het genre te gaan bemoeien. Sprekende over het verval waarin de operette langzamerhand is geraakt, zegt hij: ‘Das alles könnte in bessere Bahnen gelenkt werden, wenn unsere besten Tonmeister der Operette ein Teil ihres Könnens leihen würden: dadurch würden die Nichtskönner überflüssig und zugleich mundtot gemacht werden - die Tonkunst aber würde sich zugleich breit auf dem Volke aufbauen...’Ga naar voetnoot72 De zichzelf respecterende artiest wendt zich na het bijwonen van een opvoering der Schöne KubanerinGa naar voetnoot73 bijvoorbeeld (als hij daar tenminste naar toe gaat!) met afschuw van een dergelijke mogelijkheid af. Maar na een auditie van deze Fledermaus, van Offenbachs Orphée aux enfers zou men toch beginnen te aarzelen... het genre behoeft toch zo onwaardig niet te zijn! Wie weet, misschien verschijnt er eensklaps een operette waarvan de toondichter een naam te verliezen heeft, een operette die deze kunstuiting met één slag uit het moeras helpt, waarin ze hoe langer hoe dieper verzinkt en ten slotte moet ondergaan. De mogelijkheden voor de eventuele moderne operettecomponist zijn intussen enorm verrijkt. Johann Strauss componeert zijn hele Fledermaus op het ritme der wals (een ritme dat hij in zijn grootste volmaaktheid heeft gegeven, waarin menselijkerwijs gesproken niets nieuws meer gezegd kan worden). Maar wij hebben voor de kortgerokte muze de beschikking over een menigte nieuwe quasi-exotische ritmen. (Het ritme der tango bijvoorbeeld, dat intussen van huis uit een Spaans is (habanera). En dat der Amerikaanse, uit Afrika geïmporteerde negerritmen, met die ongelooflijk burleske syncopen.) Die Fledermaus is dus één ononderbroken wals. Men danst in walsmaat, men is verliefd, men is dronken in walstempo en het is steeds Wienerisch, het is steeds amusant en altijd geniaal. Ik kan mij heel goed begrijpen dat er veel naturen zijn (en niet eens altijd de meest sensitieve!) die zich op den duur gaan ergeren aan deze lichtzinnige muziek zonder tegenkleuren. Maar ik kan evengoed begrijpen dat sommige anders besnaarde persoonlijkheden (en niet altijd de minst sensitieve) geen enkel contact hebben met de ernstige, serieuze Kunst, zoals Bach en Brahms ons die hebben geopenbaard. De kunstenaar die, in zijn verering voor wat de grote klassieken, romantici of modernen schiepen, de verzuchting slaakt: ‘Heer, ik dank u dat ik niet ben als deze’, bewijst daarmee alleen zijn farizeïsme.Ga naar voetnoot74 Men moet dit goed begrijpen: ik vergelijk niets en niemand. Johann Strauss of Offenbach uit te spelen tegen - in één adem te noemen met Bach of Beethoven zou | |
[pagina 47]
| |
niet anders dan kinderlijk onhandig zijn. Alleen: het oorspronkelijke genre heeft op zichzelf evenveel recht van bestaan als de serieuze Kunst. Over de opvoering van gisteravond wil ik kort zijn. Georg Braun en de zijnen zingen over het algemeen verdienstelijk, maar spelen en dansen nog veel beter. De actie was zonder uitzondering buitengewoon goed. Marga Graf gaf werkelijk een buitengewoon aardige creatie van haar aardige rol en ze gebruikte zo goed als in het geheel niet de bekende, of liever beruchte, operette-‘maniertjes’. Verder huilde ze heel smaakvol en lanceerde menige geestigheid in onvervalst dialect met een hoogst amusant aplomb. Het spel der overigen noemen betekent de overigen prijzen. Het orkest was het minste, maar het Wiener Operette-ensemble kan zich misschien de luxe van een groter en gevarieerder orkest dan deze tien strijkers met een piano niet permitteren. Men moest zich helaas nu tamelijk veel fraaie details maar verbeelden. |
|