Het leven van Maria Petyt (1623-1677)
(1976)–Maria Petyt–
Auteursrechtelijk beschermd|
Regelnummers proza verbergen
| |
LXXIII. Capittel1Uwe Eerweerdigheyt moet my vergheven; ick mercke, dat ickGa naar voetnoot1-2 2wederom verloopen ben buyten mijn propoost; het ghene dan, dat 3den minnelijcken Vader my dede verstaen, was, dat ick gheen 4obligatien, oft ontfanghen weldaden, oft vriendtschappen van men-Ga naar voetnoot45schen en moght soo hoogh achten, oft groot estimeren, dat ick 6daerom jet soude te buyten gaen van onsen Reghel ende Ordon-7nantien, oft daerom met hun soo veel soude te doen hebben, dat het 8tot achterdeel van de suyvere inwendigheydt soude bestrecken, deGa naar voetnoot8 9welcke Godt heel toebehoort, aen wien ick aldermeest verobligeertGa naar voetnoot9 10ende verbonden ben. 11Hy scheen my te thoonen, datter gheene weldaden der men-12schen te verghelijcken en zijn by de weldaden Godts, de welcke 13ongrondeerlijck, ende onuytsprekelijck zijn; al oft den minne-Ga naar voetnoot1314lijcken Vader my gheseydt hadde, siet, wat dat ghy al ontfanght 15van Godt; hoe zijt ghy verbonden u gheheel, ende gansch te schic- | |
[pagina 137]
| |
16ken naer sijn alder-liefste behaghen, u herte ende sinnen te sluyten 17voor al dat inde werelt is. 18Daer by wiert my oock voorghehouden, dat het een onverdrae-19ghelijcke onweerdigheyt, ondanckbaerheyt, kleyne liefde, ende 20gheen respect en soude wesen voor een Koninghinne, die welck 21vanden Koninck minnelijck ghenoodt, ende vriendelijck verwachtGa naar voetnoot21 22wiert in sijn slaep-camer, om met haer familierlijck te handelen, 23ende haer minnelijck met liefde te onthaelen, ende te caresseren;Ga naar voetnoot23 24dat sy daer-en-tusschen haer gonck vergeten met te kauten, en teGa naar voetnoot24 25spreken met de knechten ende schotel-wasschers; soude den Koninck 26gheen oorsaecke hebben, om ghebelght te zijn, ende haer ver-Ga naar voetnoot2627stootende sijne liefde van haer af-te-trecken; alsoo ick ook, myGa naar voetnoot27 28onderhoudende met schepsels, buyten de ordinantien ende behaghen 29van mijnen jaloersen Beminden. |
|