II. Bloemlezingen.
Zie No. 407-418.
1411. Nederlandsche dicht- en prozawerken. Bloemlezing uit de Nederlandsche letteren, ten gebruike bij Dr. W.J.A. Jonckbloets ‘Geschiedenis der Nederlandsche letterkunde’, door G. Penon, voortgezet door C. Honigh. Dl. I. II. Middeleeuwen. Groningen, J.B. Wolters 1889-96. 2 dln. (dl. I, XX, 508 blz.; dl. II, IV, 460 blz.). 8o.
De in dl. I afgedrukte stukken met aantt. van G. Penon zijn in de verschillende afdeelingen dezer Bibliographie opgenomen.
|
1412. Oud-Nederlandsch Leesboek voor H.B.S. en Gymnasium. Tot de Negentiende Eeuw. Met woordenlijst, door J.H. van den Bosch. Utrecht, H. Honig 1897-98. 2 dln. (Dl. I, XII, 202 blz.; Dl II, VIII, 307 blz.) 8o.
In Dl. I komen voor gedeelten uit Reynaert de Vos, Floris en Blancefloer, uit Van Boendale's Leekenspieghel, De eerste bliscap van Maria, Van den II. Sacramente van den Nieuwervaart, Clute van Nu noch enz.
Beoord. d. J. Koopmans in Ned. Spectator 1898 No. 16. d. C. Lecoutere in Bull. du Musée Belge 1898 No. 6, d. E.T. Kuiper in Museum VI, 1898 Kol. 201-2.
|
1413. Bloemlezing uit Middelnederlandsche dichters bijeenverzameld door Eelco Verwijs. [No. 414] Dl. IV Woordenlijst, opnieuw bewerkt en belangrijk vermeerderd door G. Penon [en na diens dood uitgegeven door F.A. Stoett]. Zutphen, W.J. Thieme & Co. 1890 (VIII, 503 blz.). 8o.
Beoord. d. F. Buitenrust Hettema in Taal en Lett. I 1891 blz. 74-77; d. C.H. den Hertog in Noord en Zuid XIII, 1890 blz. 480; A. Gittée in Dietsche Warande N.R. IV 1891 blz. 529-531.
|
1414. H.J. Eymael, Middelnederlandsche sprokkelingen uit Verwijs' Bloemlezing. - Tijdschr. v. N.T. en L. IX 1890, blz. 141-143. |
1415. F.W. Drijver, Middelnederlandsche Dichtkunst; proeve van behandeling. Gent, A. Siffer 1901 (IV, 50 blz.). 8o.
Hierin komen voor passages uit: Die Bouc van Seden, Van Zeden, Karel ende Elegast, Beatrijs, Die Borchgravinne van Vergi, Van den Vos Reinaerde enz. met overzetting in onze hedendaagsche taal. - Herdruk van artt. voorkomende in Het Belfort.
Beoord. d. P. in Noord en Zuid XXV, 1902 blz. 255.
|
1416. W. van Schothorst, Leer- en leesboek ten gebruike bij het onderwijs in de geschiedenis der Nederlandsche letterkunde I. 1200-1700. Utrecht, Kemink & Zoon 1906 (XII, 250 blz.). 8o.
Beoord. d. W. Pik in Weekblad v. Gymn. en middelb. onderw. 1905/6 No. 38.
|
1417. J. te Winkel, Het Ridderwezen, geschetst volgens de Ridderromans. - Jaarverslag v.h. Kon. Oudheidk. Genootschap over 1893-94.
Beoord. d. A. Ising in den Nederl. Spectator 1895 blz. 135-136.
|
| |
1418. J. te Winkel, De bewoners van een kasteel in de XIIIe eeuw. - Gesch. opstellen ter eere v. H.C. Rogge, 1902 blz. 265-320. |
1419. F.E.J.M. Baudet, De Maaltijd en de Keuken in de Middeleeuwen. Acad. proefschrift [der Rijks-Univ. Utrecht]. Leiden, A.W. Sijthoff 1904 (XII, 164 blz. met pl.). 8o.
Inhoud: Een woord vooraf. - De Maaltijd. - De Spijzen en Dranken. - De Keuken.
Beoord. d. J.J. Salverda de Grave in Museum XII, 1905 kol. 227. J. Proot in Tijdschr. voor Gesch. 1905 Afl. 1.
|
|
|