VII. Litteratuur.
Behalve de bespreking van de Walewein in de letterkundige geschiedenissen van Jonckbloet, Kalff, Te Winkel, Van Mierlo en kleinere handboeken, zijn de volgende studies en uitgaven te vernielden:
L. Ph. C. van den Bergh - De Nederlandsche Volksromans (1837), over Walewein blz. 175.
G.J. Meyer - Verslag van den Roman van Walewein (1838), vgl. mijn litteratuuropgave op blz. 420.
W.J.A. Jonckbloet - Roman van Walewein uitgegeven naar een Handschrift van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde (1846-48). Dl. I de tekst; II inleiding en commentaar. Het aangekondigde IIIe deel (Woordenboek) is nooit verschenen.
J. te Winkel - Roman van Moriaen (1878), hfst. V, De Walewein-episode in de Moriaen.
Gaston Paris - Romans en vers du cycle de la Table Ronde (1888) in: Histoire littéraire de la France, XXX. - Hij annexeert de Walewein alsof het een Franse roman was.
G. Penon - Fragmenten van Walewein (vs. 1-1350; 9586-11198) in: Nederlandsche Dicht- en Prozawerken I (1889), 105-187. Hierin is de tekst van Jonckbloet gevolgd, doch een aantal veranderingen en onjuistheden van J. is hersteld aan de hand van J's eigen collatie (achter in dl. I van zijn uitgave) en door gebruik van Ypey's afschrift (vgl. mijn litt. opgave op blz. 420 punt c en f.). Zie Penons inleiding hierover blz. VIII-IX.
J. Koopmans - Middelnederlandse romans IV De Walewein. In: Taal en Letteren X (1900), blz. 465-479. Herdrukt in boekvorm (1920), blz. 60-79.
B.M. van der Stempel - Roman van den riddere metter Mouwen (1914).
G.S. Overdiep - De vormen van het aoristisch praeteritum in de Middelnederlandsche epische poëzie. Diss. 1914. Daarin speciaal over Walewein blz. 62-68.