Princelijcke deuijsen
(1563)–Claude Paradin, Gabriel Simeon– Auteursrechtvrij
[Folio 119r]
| |
[Folio 119v]
| |
Tmiddel om te vercrijgen ons salicheyt, is gheleghen int naevolghen van tmysterie vander passien ende cruyce van onsen salichmaker: twelcke is (als voorseyt is) patientelick te verdraghen tlijden ende die benautheyt van dese werelt, ende smaken alsoo met een aenroepen vande name Gods, die bitterheyt van desen gheestelijcken salichmakende kelck, segghende alle gelijc metGa naar margenoot+ den Psalmiste Dauid: Quid retribuam Domino, pro omnibus quae retribuit mihi? Calicem salutaris accipiam: & nomen Domini inuocabo. |
|