Princelijcke deuijsen
(1563)–Claude Paradin, Gabriel Simeon– Auteursrechtvrij
[Folio 71v]
| |
Vindice fato.Ga naar margenoot+Dauid noch wesende maer een slecht ende ionck schaepherder (niettemin ghewapent metter gracien Gods) heeft hem wel derren stellen om te beuechten den grooten ruese Goliath. Nochtans en heeft hy hem seluen niet betrout op de wapenen vanden Coninck Saul, maer alleenlijck is te vreden | |
[Folio 72r]
| |
gheweest met sijner slinger, vijf steenkens, ende sijnen stock, waer mede dat hy versloech desen ruese, die soo vreeselijcken ende ontsiende viant was. Alsoo oock om te verwinnen den duyuel, dat een vreesselijcker viant is vander menschelijcker natueren, soo en behoeuen wy niet anders dan die wapenen van eenen vasten ghelooue, dragende met ons een oprecht vast betrouwen int lijden ende mysterie vanden cruyce Christi. |
|