A. Negatieve niet-woorden, beklemtoonbaar, geen antwoordsuggestie
Negatieve niet-woorden zijn beklemtoonbaar en hebben het betekeniselement ‘niet’:
ⵠ |
◻ |
|
(je) |
(bent) |
dus nίét [de voorzitter] |
(‘niet’) |
(nίémand) |
(kan) |
dat [na] {vertellen} |
(‘niet íémand) |
Negatieve niet-woorden vormen een unieke woordsoort doordat ze ‘dwars op de andere staan’. De gewone woordsoorten vormen tegenstellingen: de is geen zn of bn, maar onbep. lw; bok is geen bw en geen bep. lw, maar een zn. Maar niet-woorden vind je bij verschillende woordsoorten. Een schema:
|
onbep. vn |
onbep. ‘vn’ |
ondersch. vw |
lw |
bw |
bwbn |
nevensch. vw |
niet-woord |
niemand |
nergens |
zonder |
geen |
maar |
minder |
noch |
geen niet-woord |
iemand |
ergens |
als |
/ən/ |
even |
meer |
en |
Een definitie van negatieve niet-woorden is: woorden die een vorm van hoeven mogelijk maken oftewel negatief polaire woorden. (De ANS (Haeseryn e.a. [1997]: 1650v) geeft een aantal voorbeelden: hoeven, talen, uitstaan, aanzien, kunnen helpen, kunnen schelen, ook maar).
De negatief polaire woorden vertonen niet allemaal dezelfde mogelijkheden: sommige kennen verbindingen met maar enkele niet-woorden, bv. talen, dat per se maar, niet of niemand vereist:
hij taalt maar naar één ding
hij taalt niet naar verandering
niemand taalt hier naar een grote bibliotheek
Daarentegen heeft hoeven een groot aantal verbindingen:
ik hoef nooit om geld te vragen
ik hoefde maar één keer even te wachten
Dat rechtvaardigt de keus van hoeven voor de definitie.
Het valt op dat in zeven gevallen een negatief polaire uitdrukking het woord kunnen bevat: kunnen helpen, kunnen schelen, eraan kunnen doen, kunnen velen, kunnen uitstaan, kunnen hebben en kunnen verkroppen:
hij kan het niet helpen dat ie mank loopt
niemand kan het helpen als ie door een wegpiraat aangereden wordt
ik kan het nooit helpen als ik door een wegpiraat aangereden word (uitg.)
het kon hem schelen dat ie gezakt was |
(uitg.) |
ze kon het helpen dat ze slipte |
(uitg.) (vgl. Haeseryn e.a. [1997]: 1648) |
De ANS (Haeseryn [1997]: 1650vv) noemt een aantal syntaktische uitzonderingen op de beperking dat negatief polaire uitdrukkingen enkel in ontkennende zinnen voorkomen.