De muzikale vriend der jeugd, of Bevallige zangstukjes voor het opkomend geslacht. Deel 3(1834)–W. Oudshoff– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 12] [p. 12] Holland boven Al. No VI. Moritz. Van alle Landen op deez' aard Is Holland mij het meeste waard, Datland zoo zijk in ze-gen! Geen Mij noch Wijborg vindt men hier, Maar boler, kaas, en brood en hier, En Vrijheid aller-we-gen. KOOR Geen Mij noch Wijnberg vindt men hier, Maar boter, kaas, en brood en bier, En Vrij-heid al-ler-we-gen. [pagina 13] [p. 13] 2. Van alle Talen op deze aard, Is Neêrlands laai mij 't meeste waard, 'k Wil haar mijne oefning wijden; Schoon 't Fransch aan vleijers meer bekoort, Vindt 't hart bij haar steeds 't juiste woord In vreugde of in lijden. 3. Van alle Zeden op deez' aard, Zijn Hollands zeden 't meest mij waard, 'k Wil naar geen vreemde hooren; Opregtheid, trouw en spaarzaamheid; Standvaste zin en kloek beleid Kan 't Hollandsen hart bekoren. 4. o Land, zoo schoon! o Taal, vol kracht! o Zeden van ons voorgeslacht! Wie ook op U moog' smalen, Wij roemen Holland boven al, En juichen met een blij geschal: ‘Niels kan bij Holland halen.’ W.O. Vorige Volgende