Poematia
(1617)–Johanna Othonia– Auteursrechtvrijbron
Johanna Othonia, Poematia. Gulielmum à Tongris, Antwerpen 1617
codering
DBNL-TEI 1
Wijze van coderen: standaard
logboek
-
verantwoording
gebruikt exemplaar
exemplaar Koninklijke Bibliotheek Den Haag, signatuur: KW 761 H 4, scans van Google Books
algemene opmerkingen
Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Poematia van Johanna Othonia uit 1617.
redactionele ingrepen
p. 4: Colleg io → Collegio: ‘Rhetor in Collegio P.P. August. Antuerp.’.
p. 6: re ,columi → re, columi: ‘Lautà in re, columi viuere corpore’.
p. 14: quaeeunque → quaecunque: ‘Nam quaecunque tenet tellus, coelumque, fretumque’.
p. 20: in het origineel ontbreekt het paginanummer. Dit is in deze digitale editie toegevoegd.
p. 20: in het origineel is een gedeelte van de tekst onleesbaar. In deze digitale editie is ‘[...]’ geplaatst.
p. 22: het foutieve paginanummer 26 is gewijzigd in 22.
p. 29: atq́ueebrius → atq́ue ebrius: ‘Svveerti atq́ue ebrius hic Bellerophontis aquis.’.
p. 31: Bandvsie → Bavdvsie : ‘Bavdvsie, & sancto sidere viue diu.’.
Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten. Ook de blanco pagina (2) is niet opgenomen in de lopende tekst.
[pagina 1]
POEMATIA
SIVE LVSVS
EXTEMPORANEI
Ioannae Othoniae Poëtriae Gandensis, Ioan.
Othonis viri clariss. F. Viduae Gvlielmi
Mayart in Prouinciali Consilio
Flandriae quondam Aduocati.
Isocrates
Ἑπεται τῇ ἀρετῇ σώζεσθαι
Εἰς τὸν πλείω χρόνον, ἢ Κακίᾳ.
Virtute diutius viuitur, quàm malitiâ.
Antverpiae,
Apud Gvlielmvm à Tongris
sub signo Gryphi. mdcxvii.