Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Corrie en de kaboutertjes (1923)

Informatie terzijde

Titelpagina van Corrie en de kaboutertjes
Afbeelding van Corrie en de kaboutertjesToon afbeelding van titelpagina van Corrie en de kaboutertjes

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.22 MB)

Scans (13.46 MB)

ebook (3.68 MB)

XML (0.13 MB)

tekstbestand






Illustrator

A. Wijthoff



Genre

proza
jeugdliteratuur

Subgenre

verhalen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Corrie en de kaboutertjes

(1923)–Bertha Elisabeth van Osselen-van Delden–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 133]
[p. 133]

Hoofdstuk XXIV. [De laatste avond aan de Steeg]



illustratie

Het is een heerlijke avond, de laatste van de vacantie aan de Steeg.

Alle logés zitten nog laat met een brandende lamp in de verschillende veranda's, of wandelen heen en weer door het dorp. De sterren staan aan den hemel en het is kalm in de natuur. De vleermuizen vliegen geruischloos onder en over de boomen. Tingting, tingting, tingting, hoort men nu en dan aan de hekken van den spoorweg, voordat er een trein komt voorbij snorren, en ook komt de stoomtram met gloeiende oogen en luid schellend, uit de donkere Middachterallee te voorschijn. Men hoort een gezellig gebabbel bij alle pensions; de weinige winkels zijn helder verlicht, en overal staan of zitten menschen voor hunne woningen stil te ge-

[pagina 134]
[p. 134]

nieten van den mooien avond. Jaap, Maus en Corrie zitten bij Lili in de veranda van Athlone, en ze kijken naar de verschietende sterren.

‘Wat zou het vervelend zijn als er geen sterren waren,’ zegt Jaap.

‘Ik wou dat de maan ook altijd scheen,’ zegt Corrie.

‘Neen,’ zegt Lili, ‘dan zou je er aan wennen en dan zou je er misschien niet meer naar kijken.’

‘Zou je dan ook niet willen, dat het altijd mooi weer was?’

‘Je meent dat het nooit moest regenen?’

‘Ja.’

‘O Corrie, dan zou het hier immers een dorre woestijn worden, alles zou verdrogen.’

‘O ja, dat is waar ook.’

‘En Corrie,’ zegt Jaap, ‘als we niet zoo veel regenachtige dagen hadden gehad, zou Lili misschien niets bedacht hebben van Korikerebi, en dan hadden we niet half zoo veel pret gehad.’

‘Ja maar, als we Lili nu niet gehad hadden?’

‘Dan hadt jij wel wat prettigs bedacht,’ zegt Lili lachend.

[pagina 135]
[p. 135]

‘O neen, dat kan ik niet, dat kan niemand zoo als jij.’

‘Als de zon schijnt, lijkt alles mooier en prettiger,’ zegt Corrie, ‘en toen verleden jaar Antoinette bij ons logeerde, werd alles vervelend.’

‘O, die was ook altijd uit haar humeur, ze vond alles naar en vervelend, ze had nergens plezier in.’

‘Mama zegt dat ze een ziekte onder de leden had, ze is later erg ziek geweest,’ zegt Jaap.

‘O, die arme stumper, dan kon ze 't niet helpen,’ zegt Lili.

‘Als jij een ziekte onder de leden hadt, zou je toch nog lief zijn,’ zegt Corrie, en ze omhelst Lili zoo hartelijk dat deze uitroept:

‘Houd op, houd op!’

Daar komen Henk, Paul en Frits aan en Paul zegt:

‘Loop jullie nog een eindje mee? we mogen nog wat opblijven, omdat het de laatste avond is.’

‘Ik zal den wagen duwen,’ zegt Henk.

‘Laten we dan een eindje in de Middachterallee gaan en dan terug tot aan den Engel, of is dat te ver?’

‘Wel neen, zeker niet, je bent zoo licht als een Nimfenkoningin.’

[pagina 136]
[p. 136]

Ze rijden het hek uit en daar komt Jan Bamstien aan.

‘Zoo Kijkoveral, ga je ook mee?’ zegt Paul.

‘Ja Peltridewi.’

‘Ik denk dat jullie nog lang zoo zult heeten,’ zegt Lili.

‘Ja, Tji Stevens wordt nu altijd Tjiki genoemd en Baby, Mug.’

‘Dat is de napret,’ zegt Jaap, ‘ik denk dat we er nog den heelen winter over zullen praten. Lili zal een groote comedie maken, voor het volgend jaar, niet waar Li?’

‘Ja, ik heb al een heeleboel bedacht.’

‘Ja? wat dan? toe vertel het ons!’

‘Neen, later, als het klaar is, zal ik het aan jullie allemaal ter lezing zenden, dan kan ieder zijn rol leeren.’

‘Je moet mij maar een stom dier maken,’ zegt Paul, ‘dat is gemakkelijk.’

‘Ik heb veel liever een lange, mooie rol,’ zegt Jaap.

‘Kijkt nu nog eens goed in de lange, donkere laan,’ zegt Lili. ‘Zou je het van 't winter nog goed weten hoe het er hier uitziet?’

[pagina 137]
[p. 137]

‘Ja zeker,’ zegt Henk.

‘Ik vergeet het altijd zoo gauw,’ zegt Corrie.

‘Ik kan mij alles precies voorstellen wat ik na mijn vijfde jaar gezien heb,’ zegt Lili, ‘en ook sommige dingen van veel vroeger.’

‘Jij bekijkt alles ook zoo aandachtig en zoo lang.’

‘Dat vind ik zoo prettig; ik doe alsof ik een les leer, en als ik dan later naar zoo'n mooi plekje verlang, kan ik me voorstellen dat ik er ben.’

‘Je bent een gelukkig kind,’ zegt Jaap.

‘Ja, dat ben ik ook.’


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken