Hasselts maagden-rijm. Bestaande in geestelijke meditatien, etc.
(1677)–Christina van Os–Stem. Gy die na Christi naam etc.1.
MYn waarde Heer en Lief van Gode my gegeven,
Gy zijt het, gy alleen met wien ik wenz te leven
In suiver reine minn', dies vatt' ik daar op aan
U meer geboden Trouw, als zijnd met God beraân.
2.
Hy, die de herten weegt, heeft my het hert bewogen,
Waar door ik hebb' met u gekregen mededogen,
Ik dank u voor 't gevley, voor moeit van rijmery,
Voor u getrouwen dienst, voor lang en staag gevry.
3.
Ik geev u d' eerste minn', ik geev' u 't hert voor allen,
Gy sult de laatste zijn die my oit sal gevallen,
| |
[pagina 146]
| |
Ik wenz' ons liefde zy tot liefd en alle eer,
Van die ons t' samen voegt, ons Hemelz God en Heer.
4.
Hy binde ons so vast, dat duivel, dood nog helle,
Nog al haar vuil bejag ons immermeer ontstelle,
En dat die liefde-band dog nimmer rake los,
Dit wenst u liefste Lief met haaren Nederbos.
5.
Gy zijt het die alleen het Ja-woord hebt bekomen,
Gy zijt het ook alleen die 't hert my hebt genomen,
De Heere kroon' en krans' ons met sijn gunst en goet,
Hy vrijd' ons van gevaar van druk en tegenspoet.
6.
U klagen is gestilt, hoe blijde staat u 't wesen,
Gy dankt God also seer, hy word van u gepresen,
Leef lang nu vrolijk hert, leef lang die ik bemin,
Lang leven wy te saâm, tot d' Hemel neem' ons in.
|
|