Amsterdam - 8 mei 1973
Terwijl Indonesië de iggi (Inter-gouvernementele Groep voor Indonesië) landen, de rijke westerse club van geldschieters, plus Japan voor de periode 1973/1974 600 miljoen dollars aan niet-voedselhulp had gevraagd tijdens de alhier de afgelopen dagen gehouden vergadering, werd het Suharto-regime notabene 116,6 miljoen dollar meer toegezegd, dan het had gevraagd. Bovendien zouden de necolim mogendheden Suharto, als beloning voor diens pro-Amerikaanse politiek, het ad libitum laten leegroven van de archipel en het meedogenloos onderdrukken of uitmoorden van Indonesische marxisten, nog eens 160 miljoen dollar aan zogenaamde voedselhulp ontvangen.
De Nederlandse bijdrage voor 1973/1974 zou 151 miljoen gulden bedragen: 81 miljoen als schenking en 70 miljoen als lening. Bovendien zou in de periode 1973/197415.000 ton graan worden geschonken. Dit is een schenking die ieder jaar automatisch schijnt te worden herhaald. In 1972 kwam er nog 10.000 ton rijst bij.
Het ware te hopen, dat de nieuwe minister voor Ontwikkelingshulp, Pronk, eindelijk in tegenstelling tot kwalijke vergoelijkers als Udink, zal laten uitzoeken en tot op de draad, wat er werkelijk met onze hulp aan de junta in Djakarta gebeurt. Laat men het nooit vergeten, Indonesië is een land waar men op zeven manieren ‘ja’ weet te zeggen.
Het zegt wel iets dat zelfs het necolim weekblad Time Magazine inmiddels heeft ontdekt, dat De Telegraaf een totale oorlog aan Jan Pronk heeft verklaard, zoals op 30 juli 1973 werd bericht. Time citeerde De Telegraaf, dat Pronk ‘een misleidende wever van sprookjes in de voetsporen van Leonid Brezhnev zou zijn.’ Wanneer De Telegraaf met dit soort lasterlijke beschuldigingen aan komt zetten, wel of niet begeleid door op strafbare wijze verkregen fotomateriaal, weet men uit welke hoek de wind waait. De verdedigers van misdadige generaals weten er