Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De staat van bedrog (1997)

Informatie terzijde

Titelpagina van De staat van bedrog
Afbeelding van De staat van bedrogToon afbeelding van titelpagina van De staat van bedrog

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (18.68 MB)

Scans (81.88 MB)

ebook (22.48 MB)

XML (0.64 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/politiek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De staat van bedrog

(1997)–Willem Oltmans–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 151]
[p. 151]

Bijlage 13



illustratie

MINISTERIE VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Den Haag, 7 september 1995

Uw brief van 31 juli gaf mij aanleiding om de positie van het ministerie in het geschil met de heer Oltmans nog eens nader te bezien. Ik ben het met u eens dat in het algemeen een poging tot schikking in een geschil zoals dat tussen het ministerie en Oltmans bestaat normaal uitgaat van elementen, zoals in uw brief opgesomd. De kans op een schikking zou bepaald groter worden als ook de advocaat van de heer Oltmans, de heer Vermeer, dit inzicht zou delen. Tot nu toe is de inzet van de heer Vermeer echter geen andere geweest dan dat het ministerie een financiële tegemoetkoming aan de heer Oltmans zou moeten doen toekomen wegens vermeende 40-jarige, stelselmatige tegenwerking van de heer Oltmans. Ik wijs erop dat tot op heden niet is gebleken van enigerlei feitelijke grond voor de beweerde onrechtmatigheden ná 1964. In de bij de Rechtbank lopende procedure brengt Oltmans ook geen getuigen voor, die ter zake kunnen verklaren anders dan getuigen rechtstreeks betrokken bij recente incidenten, zoals Indonesië (1994) en Canada (1995).

De landsadvocaat is (en was) op de hoogte van de uitkomsten van het gesprek dat ik met u en de heren Wolffensperger en Beinema heb gehad. Echter, gezien de vrij nadrukkelijke wijze waarop de heer Vermeer aandringt op erkenning door het ministerie van de these van zijn cliënt dat er sprake zou zijn van 40 jaar tegenwerking, is het niet verbazingwekkend dat de landsadvocaat niet veel mogelijkheden zag om het gesprek met zijn confrère positief, dat wil zeggen in overeenstemming met de geest van het gesprek van 26 oktober 1994, te laten verlopen.
[pagina 152]
[p. 152]


illustratie

Om geen enkel misverstand daarover te laten bestaan, hecht ik eraan om in alle duidelijkheid uit te spreken dat een poging tot schikking met als vertrekpunt de vraag wat een redelijke tegemoetkoming zou zijn van het ministerie met het oog op gederfde inkomsten van de heer Oltmans gedurende zijn loopbaan als gevolg van onrechtmatige handeling van het ministerie, voor mij niet aanvaardbaar is. Een poging tot schikking uitgaande van de vijf punten, die uw brief van 31 juli jl. aangeeft, kan wat mij betreft wel worden gedaan.

Met het oog op de door ons beiden gewenste voortgang, heb ik de landsadvocaat verzocht na te gaan of de gedachten van de heer Vermeer zich verder ontwikkeld hebben. Dit contact zal op korte termijn plaatsvinden. Mocht de heer Vermeer open staan voor een benadering als bovenbedoeld, dan vraag ik mij af of het nog wel nodig is de heer Asscher daarbij in te schakelen. Mocht echter blijken dat de heer Vermeer zijn oude standpunt herhaalt en zich dus ver bevindt van de contouren van een schikking als aangegeven dan ben ik zeer somber over de mogelijkheden om tot een schikking met de heer Oltmans te komen. Ik ben in dat geval echter wel van mening dat zowel u als ik ons best hebben gedaan om deze zaak op een verstandige manier te behandelen.

Voor de goede orde zend ik u hierbij toe de brief van Minister Van Mierlo van 17 augustus aan Oltmans in reactie op diens brief van 7 augustus. Of de andere betrokken ministerie bereid zijn de bijstand van Oltmans in AOW om te zetten is nog niet duidelijk. Op daartoe strekkende verzoeken werd nog geen antwoord ontvangen.

Drs. D.J. van den Berg

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

auteurs

  • over Wim Kok

  • over Ruud Lubbers

  • over Pieter Broertjes

  • over H. van Mierlo

  • over A.W.H. Docters van Leeuwen

  • over Piet Hagen

  • over G.J. Wolffensperger

  • over Hans Verploeg

  • over Max van der Stoel

  • over Ellen Pasman

  • over Piet Stoffelen

  • over Peter Nicolaï

  • over H.W.E. Vermeer


landen

  • over Indonesië

  • over Papoea-Nieuw-Guinea


Over dit hoofdstuk/artikel

auteurs

  • brief aan Erik Jurgens

  • brief van D.J. van den Berg


datums

  • 7 september 1995