28 juni 1996
NRC Handelsblad meldt:
Docters beschuldigd van meineed
Door een onzer redacteuren
amsterdam, 28 juni. De advocaten van de freelance journalist W.L. Oltmans beschuldigen de voorzitter van het college van procureurs-generaal bij het openbaar ministerie, A. Docters van Leeuwen, ervan dat hij meineed heeft gepleegd. Het betreft de verklaring die Docters heeft afgelegd in de zaak Oltmans tegen de Staat der Nederlanden.
‘Onze conclusie na de nieuwste verklaringen van de oud-Kamerleden Jurgens en Stoffelen is dat Docters van Leeuwen meineed heeft gepleegd’, aldus advocaat Pasman. Met haar kantoorgenoten beraadt ze zich op het indienen van een strafklacht. ‘Dat is het voornemen. Het zou ook kunnen dat de Staat door dit gedoe genoeg krijgt van de hele affaire en een schikking aanbiedt. Wij willen in ieder geval op korte termijn een gesprek’, aldus Pasman. Volgens haar is het ‘inderdaad iets heel bijzonders wanneer een van de hoogste functionarissen bij het openbaar ministerie van zo'n strafbaar feit wordt beschuldigd’. De woordvoerder van Docters van
Leeuwen geeft als reactie: ‘We zien het wel komen.’
Docters van Leeuwen heeft zich volgens de raadslieden aan meineed schuldig gemaakt tijdens de verhoren in de zaak die Oltmans tegen de Staat der Nederlanden heeft aangespannen. Door de verklaringen die hierin worden afgelegd, tracht de freelance journalist aan te tonen dat hij gedurende een reeks van jaren door de Staat en in het bijzonder door Buitenlandse Zaken onder leiding van oud-minister Luns is tegengewerkt. Zo sterk dat hij zijn werk niet heeft kunnen doen. Oltmans wil hiervoor een schadevergoeding van 2.8 miljoen gulden. De Nederlandse Vereniging van Journalisten steunt hem hierbij. Het strafbare feit waarvan Docters van Leeuwen nu wordt beschuldigd zou zich hebben voorgedaan tijdens diens verhoor voor de rechter-commissaris in Den Haag op 30 mei j.l.
De procureur-generaal werd toen gevraagd of de politici die zich destijds sterk wilden maken voor Oltmans' eerherstel, hem in mei 1992 - toen hij directeur van de BVD was - rechtstreeks hadden gevraagd of er een BVD-dossier over de journalist bestond. Docters van Leeuwen liet weten dat de vraag niet was gesteld. Uit zijn verklaring: ‘Zo is de vraag niet gesteld. Is het niet zo, vroeg Stoffelen, dat de BVD Oltmans onrecht heeft aangedaan?’
Stoffelen schrijft desgevraagd op 23 juni aan de advocaten: ‘Ik heb aan de directeur van de BVD (Docters van Leeuwen - red.) gevraagd of er een dossier-Oltmans is en of hij dat kon nagaan of laten onderzoeken of het dossier er is.’
De voormalig directeur van de BVD ontkende overigens dat er een dossier-Oltmans bestaat. De Binnenlandse Veiligheidsdienst zou alleen enige informatie over de journalist hebben verzameld omdat deze contact onderhield met voor de BVD interessante of belangrijke personen. Advocaat. Pasman en haar collega's zijn er door verklaringen van anderen van overtuigd dat er wel degelijk een persoonlijk dossier bestaat. Zij krijgen echter geen inzage en moeten een beroep doen op de Wet Openbaarheid van Bestuur (WOB).
|
|