Memoires 1986-B
(2016)–Willem Oltmans– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 251]
| |
Amsterdam6 december 1986AmerbosBij thuiskomst gisteren wachtte Peter me op, die later een afspraak had met de Sociale Dienst. Tot mei a.s. is hij dan weer veilig. Even later belde Cecile van Lennep. Zij was erg benieuwd alles te horen. Zij is nu 87 jaar. Haar zuster was overleden. Ze loopt moeilijker dan ooit. Vreselijk. Zij stelde weer alleen maar de goede vragen over Zuid-Afrika. Kees Driehuis kwam een paar uur naar Amerbos om het televisiegesprek met Sonja voor te bereiden. Hij nam het helemaal op de band op. Ik vroeg me af waar dat voor nodig was.Ga naar voetnoot282 John van Haagen belde en had Zaken doen gelezen. ‘Het is zo duidelijk als een annonce: ze kunnen je er niet op aanvallen.’ In De Telegraaf heeft een advertentiegestaan: Gisteravond heb ik een afschuwelijke botsing met Peter gehad. Hij gebruikt altijd zoveel knoflook, totaal overdreven. Ik vroeg hem dit niet te doen omdat ik de stank afschuwelijk vind. Maar hij deed het dus toch. Ik sloot de deur van mijn werkkamer en zei: ‘Ik doe alles voor je en nu vraag ik je dringend dit niet te doen en je doet het toch en ik stink weg.’ Ik sprak geen woord meer tegen hem en ben om 20:00 uur naar bed gegaan. Ik was vanmorgen vroeg beneden en moest letterlijk alles open zetten om van de knoflooklucht af te komen. Er waren brieven van Hartini Sukarno, Henk Hofland en Frans | |
[pagina 252]
| |
Kellendonk.Ga naar voetnoot283 ‘Ik hoop dat je die racisten in Zuid-Afrika flink de waarheid hebt gezegd,’ aldus Frans, ‘en dat je eens een uurtje voor me wilt vrij maken.’ Ook Dirk Keijer stuurde een berichtje ‘want we moeten langzamerhand handelen in Paramaribo’. Elseviers schrijft weer dat de rebellen van Brunswijk op weg naar de hoofdstad zijn. Dat horen we al maanden lang van De Telegraaf en vooral van Arnold Burlage, maar Elseviers heeft ook zo'n alarmistisch baasje: Paul Grijpma. opmars naar paramaribo heet het verhaal van zeven pagina's onzin.Ga naar voetnoot284 Niemand rukt naar de hoofdstad op. Door mijn verblijf in Zuid-Afrika heb ik verder geen gelogen koppen uit De Telegraaf of andere media kunnen verzamelen. Premier Ruud Lubbers en zijn vrouw Ria zijn in Moskou op bezoek geweest. Lubbers en Gorbatsjov spraken drie uur samen. Hans van den Broek en minister Sjevardnadze meer dan vier uur. Tijdens een officieel diner, aangeboden door premier Nikolai Ryzhkov, heeft Lubbers een pleidooi afgestoken voor liberalisatie van de emigratie van Joden. Ik denk dan: waar bemoeien we ons in hemelsnaam mee, maar het is al jaren een vast nummer voor Den Haag om public relations voor Israël te bedrijven. Wie zou het hoofdartikel van 22 november 1986 voor de nrc Handelsblad hebben geschreven? Het blad acht het ‘een bewijs’ dat de Pravda maar een derde van de rede van Lubbers aan het diner afdrukte, waarbij passages betreffende mensenrechten zouden zijn weggevallen omdat Moskou niet over dit onderwerp zou willen praten. In werkelijkheid gaat de socialistische staat er vanuit meer voor de rechten van alle mensen te doen dan de kapitalistische landen, dus inderdaad geven ze er de voorkeur aan eenzijdige Westerse propaganda op dit gebied te negeren. Het zou slechts een welles-nietesdebat worden zonder uitkomst, omdat de standpunten in alle opzichten totaal onverzoenlijk zijn. In Moskou verstaan ze onder mensenrechten totaal iets anders. Er is geen beginnen aan hierover zelfs maar te discussiëren. | |
[pagina 253]
| |
ministersconferentie van Groot-Brittannië en West-Duitsland geëist dat zij hun bezwaren tegen een steenkolenboycot vanuit Zuid-Afrika zullen intrekken, als er in Zuid-Afrika niet binnen drie à zes maanden een gunstiger wind zou gaan waaien. Dit betekent zonder meer dat wanneer er geen begin zou worden gemaakt met het einde van de apartheid, de sancties verder worden verscherpt. Wie denkt deze mijnheer in godsnaam dat hij is? Vanavond zat ik piano te spelen maar Peter zette in mijn werkkamer op televisie het nieuws aan waardoor ik moest ophouden. Intussen drong ook weer de eerste knoflooklucht vanuit de keuken door het huis naar mijn werkkamer. Toen ik er opnieuw wat van zei, werd het met deuren smijten en schreeuwen geblazen, wat ik onder alle omstandigheden onacceptabel vind. Ik zei: ‘Dit is nog altijd mijn huis als je het niet bevalt: get out! Ik heb geen zin om in de knoflookstank te zitten.’ Hij brak zijn kokerij af en verdween op de fiets. Hij noemde mij hysterisch en ik moest maar een betere afzuigkap installeren, wat waar is. Ik realiseerde me dat ik lang geen toestanden om me heen heb gehad. Ik wil geen geduvel hebben en zet het van me af. Ik doe alles voor Peter, inbegrepen ervoor zorgen dat hij heen en weer kan vliegen voor zijn afspraak bij de Sociale Dienst, maar dan moet hij ook maar eens rekening houden met iets wat ik absoluut afschuwelijk vind. | |
9 december 1986Het optreden van gisteravond werd een absolute ramp. Aart van der Want vond van niet. Ronald Gase was enigszins teleurgesteld. Oud-ambassadeur Piet Schaepman belde: ‘Ik vond je dapper.’ Cecile van Lennep: ‘Ik leefde zo met je mee, maar vond het een treurige vertoning.’ John van Haagen dacht dat de uitzending uiteindelijk positief voor me zou uitvallen. ‘Het | |
[pagina 254]
| |
zal blijken, dat er veel waardering voor is dat je bereid was, desnoods alleen tegen een hele zaal in, een eigen mening te verkondigen.’ Peter is meegegaan en zag er mieters uit in een colbert en een poloshirt. Hij kwam niet in beeld, wat ik jammer vond. Zelf zei hij: ‘Ik ging mee om jou in je gevecht te steunen, niet om in beeld te komen.’ De telefoon stond vanmorgen niet stil. Casper van den Wall Bake: ‘Je had volkomen gelijk.’ Fons van Westerloo liet door een secretaresse zeggen: ‘Prachtige uitzending.’ Willibrord Frequin wilde naar Amerbos komen. Hij wilde weten of ik hem Suriname zou kunnen binnenbrengen. Het programma zelf is nauwelijks na te vertellen. Alles ging goed, tot het moment dat Sonja een mij onbekende juffrouw, Conny Braam van de Anti-Apartheids Beweging Nederland (aabn) aan tafel nodigde. Dit was het geheime wapen dat haar uitzending moest redden om de anti-Zuid-Afrikastemming te krijgen die de vara beoogde, want ik had voor een keer positieve geluiden laten horen. Braam viel me op alle mogelijke manieren aan, bijvoorbeeld dat ik ‘door zonnig Zuid-Afrika’ gegrepen zou zijn geweest, maar de werkelijke confrontatie kwam toen ze begon over het apartheidsregime dat een muur om Soweto bouwde om de zwarten binnen te houden. Soweto, met 1,2 miljoen inwoners en een oppervlakte van twintig vierkante kilometer, zou een Berlijnse muur krijgen. Dat was dus het krankzinnige bericht dat Jon Qwelane in The Star had geschreven, en dat nergens op sloeg en dat volgens Connie Braam afkomstig was van de zwarte arbeiders die de muur moesten bouwen. Ik legde uit wat het wel was, naar waarheid, en werd prompt door zowel Sonja als Braam hartelijk uitgelachen, gevolgd door de hele zaal. Er was dus geen knokken tegen en eigenlijk dacht ik: ze verdienen niet beter. Ik zie in de Volkskrant dat Hans van den Broek eigenlijk nog veel verder is gegaan. Hij heeft op de ministersconferentie voorgesteld dat over drie tot zes maanden zou moeten worden nagegaan of de sancties tegen Pretoria aanzienlijk zouden moeten worden uitgebreid. Die man is ‘onze’ nieuwe Joseph Luns. Eveneens heeft deze krant gemeld dat twee Surinaamse zakenlieden zouden hebben verklaard precies te weten waar de 200 antiterreurdeskundigen van kolonel Khadaffi zich in Suriname bevinden. Nauwelijks ben ik terug uit Zuid-Afrika of de voorpagina van De Telegraaf meldt weer een nieuwe moordpartij van Desi Bouterse, die uiteraard nooit heeft plaatsgevonden. De bron- | |
[pagina 255]
| |
nen zijn altijd weer kringen van het Surinaamse verzet in Nederland. ‘Journalisten’ die dit soort berichten in krantenkoppen omzetten, zijn zelf misdadigers. Ik telefoneerde met Henk Herrenberg die de aanwezigheid van Libiërs in Suriname straal ontkende (ze zijn er inderdaad nooit geweest). Hij vervolgde: ‘We moeten niet de doden van 1982 herdenken maar de doden van de oorlog van nu, die vanuit Nederland wordt aangezwengeld.’ Hij vroeg uit zichzelf om maar gauw naar Suriname te komen, want ik had gezegd eerst een paar dagen naar Moskou te zullen gaan.Ga naar voetnoot285 Henk de Mari belde om me attent te maken op een commentaartje in Het Parool, slang en paradijsvogel van Lambiek Berends. Hij schreef dat Sonja's show als klapstuk ‘de André Hazes van de journalistiek’ had gebracht ‘mijn geachte confrère Willem Oltmans, zojuist teruggekeerd uit Zuid-Afrika. Zijn debat met Connie Braam van de Anti-Apartheids Beweging Nederland leek het spel van de slang met de paradijsvogel. De presentatrice van het programma hing daar tussen als het niet zo ter zake doende appeltje.’ Ik weet niet wie mijnheer Berends is, noch wat zijn expertise zou kunnen zijn over het Zuid-Afrika van vandaag om met recht te kunnen spreken of oordelen. | |
[pagina 256]
| |
Een hoofdartikel in The New York TimesGa naar voetnoot286 over het mafia-achtige gedrag van Washington versus Nicaragua hoort hier te worden overgenomen. | |
10 december 1986Ik bracht een bezoek aan de Zuid-Afrikaanse ambassade. Er waren 28 positieve telefoontjes binnengekomen over mijn optreden bij Sonja. De staf van de ambassade was in high spirits. Isak Heath vroeg me of ik eerst met een medewerker van Nieuwsnet in Johannesburg wilde spreken, wat me tien minuten bezighield. Ze willen later via een satelliet een interview maken. Vervolgens ontmoette ik Christo Landman, de zaakgelastigde van wie ik vermoed, zeker wanneer Quint hier ambassadeur wordt, dat hij eigenlijke de dienst uitmaakt. De hele ambassadestaf stond achter de wijze waarop ik over mijn reis had gesproken. Er was hierover een uitvoerig telegram naar Pretoria gegaan. We bespraken hoe ik opnieuw naar Zuid-Afrika zou kunnen reizen, en nu met een televisieteam van de avro. Ik benadrukte liever met sabc filmers te werken en alleen een avro-redacteur, bijvoorbeeld Pieter Varekamp, mee te willen | |
[pagina 257]
| |
nemen. ‘Dan werk je bovendien met mensen die ter plekke het klappen van de zweep kennen,’ zei ik. Landman kwam op een gegeven moment terug in de kamer waar ik met Isak Heath zat te praten en zei dat als ik geld meende nodig te hebben, ik erom moest vragen. Ik vond dit onvoorzichtig van hem. Stel je voor. Dan zou mijn geknok voor meer begrip voor Zuid-Afrika in de ogen van anderen iedere waarde verliezen. Ik antwoordde dat ik absoluut nooit een cent van welke regering ook accepteerde of geaccepteerd had, alhoewel ik ook wel eens officieel was uitgenodigd, zoals wel meer journalisten voor een bezoek aan een land worden uitgenodigd, welke bijdragen dan bestonden uit vliegtickets of het gebruik van hotels en vervoer. Peters paspoort werd ter plekke van een nieuw visum voorzien. Ik kan zelf ook 7 januari weer naar Zuid-Afrika vertrekken als ik dat wil. Heath moest wel een briefje schrijven dat hij de verantwoordelijkheid voor het visum op zich nam. Ook viel me op dat, net als in Moskou, deuren van kantoren en kasten allemaal onmiddellijk worden afgesloten. Gisteren had een televisiereporter van de nos nog om een visum gevraagd. ‘Ik heb dit geweigerd,’ aldus Heath, ‘en hem gezegd dat het niet om de man in kwestie ging maar om de oneerlijke wijze waarop de nos-televisie Zuid-Afrika aan het publiek hier voorstelde.’ Ik kreeg zelfs een ambassade-auto en chauffeur mee om me even af te zetten bij de Sovjetambassade. Gnevashev begon over het bezoek van Lubbers aan Moskou. ‘Can you imagine that his very first official act during a luncheon in the Kremlin was to say during a table speech: “Let my people go”, referring to Soviet jews that want to leave. Well, we are accustomed to such Western behavior. We do not take it seriously, of course.’ ‘What was the net outcome, the result,’ vroeg ik. ‘At least, your prime minister and foreign minister are now a bit more known in Moscow than just Dutch faces. Minister Sjevardnadze will go to The Hague in the spring.’ ‘And, why wasn't an official visit by Beatrix worked out,’ vroeg ik, wetende dat Gorbatsjov al een jaar geleden het koninklijk paar had uitgenodigd. Dat begreep Gnevashev ook niet. ‘In June 1982, when ambassador Beletski handed the Queen his official credentials, he also gave the Queen an invitation in written form. On November 6, 1982, then Prime Minister Dries van Agt wrote this embassy a letter that a royal visit was not possible in 1983, but the Dutch side was willing to return to this matter if the Soviet side suggested new data.’ | |
[pagina 258]
| |
‘Then Brezhnev died, Andropov died,’ aldus de zaakgelastigde, ‘and in the end Chernenko died. Still there were no new dates set, not from our side either. Ambassador Blatov presented credentials to the Queen in May 1984. He was then told, when he repeated the invitation to the Queen that a decision on this matter was now in the hands of minister Hans van den Broek. During the ceremony Van den Broek even stressed that a decision was for him to take. May be the invitation will be repeated when minister Sjevardnadze comes here.’ Ik antwoordde dat wanneer tweehonderd Nederlandse firma's in april 1987 een tentoonstelling gaan inrichten in Moskou, het een geschikt moment zou zijn om Beatrix en Claus te ontvangen. ‘She could cut the ribbon, at which job she is very good.’ Hij was zo vriendelijk me door de diplomaat Badalian naar het Haagse Centraal Station te laten rijden. Weekkrant Suriname eerdeDesi Bouterse voor 5 december aldus: Professor S.W. Couwenberg schreef in nrc Handelsblad over een ‘blind anti-apartheidsfanatisme, dat er al toe heeft geleid dat gemeenten zoals Arnhem er niet voor terugdeinzen de discriminatie van de apartheid te bestrijden met nieuwe apartheid, zoals het boycotten van bedrijven die zaken blijven doen met Zuid-Afrika, hetgeen in strijd is met artikel 1 van onze Grondwet, die discriminatie ook op grond van politieke gezindheid verbiedt.’ Weloverwogen schrijft Couwenberg: ‘De huidige impasse in Zuid-Afrika kan alleen worden doorbroken als de strijd voor “zwarte bevrijding” hand in hand gaat met de nodige aandacht voor het belang van “blanke veiligheid” in het post-apartheidstijdperk. Zuid-Afrika staat voor de historische uitdaging een nieuw samenlevingstype te ontwikkelen waarin geen enkele groep de andere kan overheersen en de huidige polarisatie tussen blank en zwart en zwarten onderling, plaats maakt voor een vruchtbare wisselwerking tussen de verschillende etnische groepen en culturen.’ Couwenberg besluit met de constatering dat meer begrip voor | |
[pagina 259]
| |
de problemen rond het hervormingsproces in Zuid-Afrika niet teveel is gevraagd. Zodra men beter op de hoogte is van de realiteiten van het apartheidsland op dit moment, krijg je geheel andere geluiden door dan wat Sonja Barend en Connie Braam zo graag van mij wilden horen. Henk Herrenberg vond het prima als ik donderdag naar Paramaribo zou komen. ‘Er arriveren ook Hollandse makrelen, maar die komen niet voor mij,’ zei hij. Bij thuiskomst belde Wim Pretorius van het Zuid-Afrikaanse verkeersbureau Satour. ‘Alle vrienden van Zuid-Afrika zien in u een held. Mag ik u Zuid-Afrikaanse wijnen sturen?’ Ik antwoordde dat ik zelf vond alleen maar mijn plicht als journalist te hebben gedaan om eerlijk te zijn ten aanzien van Zuid-Afrika, zoals ten aanzien van Suriname of ieder ander land waar ik op reportage ga. Met andere woorden: wat ik bij Sonja heb gezegd en gedaan, was geen verdienste. | |
11 december 1986Terwijl ik in Zuid-Afrika was, hebben de media bol gestaan van leugens over Suriname. Frans van Klaveren in nrc Handelsblad op 3 december 1986 in een zogenaamde nieuwsanalyse: An Salomonson meldde in nrc Handelsblad op 4 december in een andere opzienbarende kop: regering zwijgt over suriname om nederlanders niet in gevaar te brengen. nederland ducht wraaklust van bouterse. Als ik op televisie zou verkondigen dat Bouterse geen wraaklust jegens Nederland koestert, loop ik net als bij Sonja het risico door een hele zaal vol idioten uitgejouwd en uitgefloten te worden. Nog erger: op 1 december verkondigde Frans van Klaveren in een kop over een hele pagina in nrc Handelsblad: brunswijk - van rey als mogelijk alternatief voor bouterse. In het paginagrote artikel verkondigt Van Klaveren dat dit tweemanschap in staat wordt geacht de afwachtende houding binnen het Surinaamse leger en onder burgers te doorbreken. Een lang verhaal van de Baron van Münchhausen dat werkelijk nergens op slaat. Desalniettemin, deze onzin wordt door het prestige | |
[pagina 260]
| |
van nrc Handelsblad gedekt. Dat de Weekkrant Suriname in de ruimte zwetst, is begrijpelijk. Ze zijn er emotioneel bij betrokken en het gaat om een propagandablaadje van het zogenaamde verzet. Op 6 december hadden ze een kop: bouterse is erger dan pinochet en botha. Twee dagen later, op 8 december schreef het Algemeen Dagblad: bloedbad onder de familieleden van brunswijk. Op diezelfde dag berichtte nrc Handelsblad dat ‘het grootste contingent Libiërs in Suriname - dertig tot veertig man - zich zou bevinden in Avanavero in West-Suriname, een afgelegen plaatsje met een airstrip. Volgens de zegsman van de nrc zijn er foto's van de Libiërs gemaakt. Andere Libiërs in Paramaribo zouden in een klein hotel aan de Rust en Vredestraat zijn ondergebracht.’ Hoe durft juist deze krant zich te lenen voor dergelijke volkomen uit de lucht gegrepen berichten? Albert de Lange over de hele pagina 3 van Het Parool van 9 december 1986: nederland zou bouterse moeten dreigen! En Han Hansen komt dezelfde dag in de Volkskrant met alcoa dreigt met vertrek uit suriname. Het lijkt wel of zelfs zogenaamde kopstukken uit de vaderlandse journalistiek gerekruteerd zijn om massaal het ministaatje Suriname de stuipen op het lijf te jagen. Het is gemeen, laf en valt niet te excuseren. Ik begrijp overigens niet waarom Suriname de Veiligheidsraad niet heeft bijeengeroepen - als het bericht waar is - dat een Frans-Nederlandse invasie van Suriname op handen zou zijn. Han Hansen meldde in de Volkskrant dat ex-premiers Henk Chin a Sen en Jules Sedney in Washington zijn gaan vragen om wapenhulp voor het boslegertje van Ronnie Brunswijk, maar dat zij nul op het rekest hebben gekregen.Ga naar voetnoot287 De vs zouden pas in het geweer komen als zou blijken dat zogenaamde Libische adviseurs de geopolitieke verhoudingen in de regio zouden verstoren. Daarom lijken de media het op Chin A Sen gemunt te hebben gehad tijdens zijn bezoek aan Oost-Suriname. Zij hoopten zijn aanwezigheid te gebruiken om imaginaire Libiërs wereldkundig te maken waar Washington deze keer niet is ingetrapt. De regering Bouterse heeft Washington kennelijk van die Hollandse droom afgeholpen. De Libiërs blijven strohalmen voor het verzet om zich aan te blijven vastklampen. Inderdaad vraagt Suriname nu om een spoedzitting van de Veiligheidsraad. Het Franse ministerie van Buitenlandse Zaken heeft met verbazing gereageerd op de Surinaamse beschuldiging dat Franse troepen vanuit Guyana zouden willen binnen | |
[pagina 261]
| |
vallen. Er schijnen intussen 4.500 Surinaamse vluchtelingen in de Franse kolonie te zijn gearriveerd. Volgens minister Herrenberg zou tegenover Langetabbetje aan de Franse zijde een militair kamp zijn ingericht. Er wordt gewoon een psychologische oorlog gevoerd tegen Suriname die nergens op slaat. Het schijnt in Frans Guyana te wemelen van de Nederlandse journalisten, die hun tijd en energie blijven verspillen aan Brunswijk. Ludwig van Mulier vertelde dat hem bij terugkeer in Nederland op Schiphol werd gevraagd hoe het mogelijk was dat ik over Zuid-Afrika sprak, zoals ik bij Sonja had gedaan en tegelijkertijd bevriend met Desi Bouterse was. Ludwig schijnt geantwoord te hebben: ‘Oltmans heeft een geheel eigen stijl van rapporteren, en ja, hij is ook een vriend van Bouterse.’ De voorzitter van de Surinaamse Patriotten in Nederland begrijpt er meer van dan mijn waarde collega's, die zich voordoen als journalisten maar in werkelijkheid in een papegaaiencircuit zitten. | |
12 december 1986Premier Jacques Chirac schijnt zich thans persoonlijk te bemoeien met de oorlogssituatie in Suriname en het Franse beleid voor het departement Guyana. Parijs zegt over aanwijzingen te beschikken, maar niet over bewijzen dat er 35 (het getal is al aanzienlijk gezakt!) Libische adviseurs in Suriname zouden zijn.Ga naar voetnoot288 Nu bereikt me een commentaar op mijn optreden in Sonja op maandag van de Boom Pers (Meppeler Courant, Coevorder Courant, Dedemsvaartsche Courant, et cetera).Ga naar voetnoot289 Het is geen onsympathiek verslag. Er wordt tenminste aandacht gevraagd voor mijn beklag over wat in Pretoria plaatsvond, namelijk dat Rinus Wijnbeek me waarschuwde dat het ministerie van Buitenlandse Zaken weer tegen mij op oorlogspad was geweest. Ook heb ik Hans van den Broek bij Sonja een flinke veeg uit de pan gegeven en hem een rund in folio genoemd.Ga naar voetnoot290 Hoeveel jaren probeert dit ministerie mij al het leven zuur te maken? De sociaal psycholoog Thomas Pettigrew is overtuigd dat ‘you cannot improve racial relations without changing society's institutions.’ Als leerling van Gordon Allport, ging ook hij in Zuid-Afrika op onderzoek. Zijn conclusie: ‘Institutionalized | |
[pagina 262]
| |
prejudices demand institutional change. Once institutions - schools, workplaces, neighborhoods - routinely encourage optimal black-white contact, racial attitudes would begin to improve.’ Allport zag in de jaren vijftig Zuid-Afrika als een ingewikkelde puzzel. Volgens hem zat er een achterstand van 30 tot 40 jaar tussen de zuidelijke staten van de vs en Zuid-Afrika. Een wandeling in Johannesburg in 1956 deed hem denken aan Richmond, Virginia in 1916. De in 1967 overleden Allport had nu naar Zuid-Afrika moeten kunnen reizen, want hartje Johannesburg lijkt nu meer op Houston, Texas.Ga naar voetnoot291 Den Haag heeft zaakgelastigde Carlo Spier naar Suriname laten terugroepen. Arnold Burlage was er vanmorgen als de kippen bij, want hij had weer een van zijn geliefde koppen in zijn opruierskrantje De Telegraaf: zaakgelastigde van suriname uitgewezen, met een fotootje erbij van Spier. Wim Meijer van het Nieuwsblad van het Noorden schijnt Buitenlandse Zaken en de Rijksvoorlichtingsdienst te hebben gebeld, of er wegens belediging van Hans van den Broek maatregelen tegen mij zouden worden genomen. Zij doen misschien niets, maar ik heb er genoeg van. Ik ga een claim op Buitenlandse Zaken voor dertig jaar treiteren en obstructie van mijn werk als journalist leggen. In het parlement wordt al dagenlang gekissebist over het pensioen van de ex-nsb-ster Florrie Rost van Tonningen. Wim Kok doet er vrolijk aan mee. Wat is dit voor een niveau? Ze willen haar het staatspensioen ontnemen. Wim van Eeghen had Zaken doen gelezen, waarin ik naar waarheid over zijn vader Ernst schreef. ‘Wat is die Oltmans een gemene kerel,’ had Wim tegen de conciërge van het kantoor gezegd.Ga naar voetnoot292 | |
13 december 1986Een nieuwe, sensationele aankondiging in De Telegraaf. Het aantal vluchtelingen naar Frans Guyana is al tot 5.000 opgelopen en ze gaan ‘een zwarte Kerstmis’ tegemoet. Ik begrijp trouwens niet waar die Surinamers voor vluchten. Hans van den Broek deelt mee het consulaat-generaal in Cayenne, de hoofdstad van Guyana, te zullen versterken met extra mensen. Frank Quint, de nieuwe ambassadeur van Zuid-Afrika, is in Den Haag aangekomen. Theo Klein schreef een artikel in de Volkskrant waarbij de relatie tussen Nederland en Suriname werd omschreven als een | |
[pagina 263]
| |
bokswedstrijd ‘waarin de in het nauw gedreven deelnemer (Suriname) steeds wilder om zich heen slaat en de sterkste partij (Nederland) zich beperkt tot afwerend tikjes, in de hoop dat de tegenstander bijtijds zijn hopeloze positie inziet en opgeeft.’Ga naar voetnoot293 Wat een absoluut misselijke manier om te schrijven over deze voormalige kolonie en haar mensen. Het is in werkelijkheid als een opa die een jongen van elf jaar aftuigt, omdat de kleinzoon fuck you tegen hem riep. En Han Hansen stelt het vandaag in de Volkskrant voor alsof het door Chin A Sen en Den Haag opgeroepen buitenlandse invasiemonster een boemerangeffect in Paramaribo heeft en juist Desi Bouterse in de kaart speelt, omdat hierdoor het Surinaamse volk steeds meer een verenigd front vormt tegen interventie van buitenaf. Desi Bouterse maakte overigens gisteren al bekend dat uiterlijk op 31 maart 1988 in Suriname verkiezingen zullen worden gehouden.Ga naar voetnoot294 Op de kunst-pagina van het Algemeen Dagblad verscheen vandaag een opmerkelijke column over mijn optreden bij Sonja. | |
[pagina 264]
| |
Waarom zou Hans van Reijsen, die ik niet ken, vijf dagen nodig hebben gehad om zijn commentaar op een televisie-uitzending van 8 december te geven? Met wie op het ministerie van Buitenlandse Zaken heeft hij gesproken? In de vs werd al tien jaar geleden een lijst van enkele honderden journalisten gepubliceerd, die in de zakken van de machthebbers in Washington zaten, de zogenaamde ‘bruikbare journalisten’. Zal het ooit uitkomen wie er in Den Haag jarenlange bindingen met de overheid hebben gehad, om namens het gezag spelletjes als hier boven te spelen? Eduard kwam naar Amerbos en zag er aantrekkelijker uit dan ooit. Hij vroeg naar de stand zaken met Apple in Moskou en zei precies wat ik zelf ook denk: ‘Dat duurt weer veel te lang. Daar zit de cia achter, die willen geen computers naar Moskou hebben. Wim, die zaak wordt niets meer.’ Al Eisenstat had al laten weten geen tijd te hebben om naar Evgeny Velikhov te gaan. In plaats daarvan reisde hij naar een skioord in Zwitserland. Dan maar niet. Trouw meldt dat Nederland Desi Bouterse geld heeft aangeboden om het land te verlaten. Het bewijst voor de zoveelste keer hoe ‘misverstanden’ tot bloei komen. Ambassadeur Hoekman heeft ongetwijfeld Den Haag een ander verhaal over Suriname en Bouterse verteld dan ‘men’ daar wilde horen. De Braziliaanse ambassadeur, die zijn verhaal doorgaf, kreeg niet te maken met ambtenaren thuis die dachten het beter te weten dan de ambassadeur ter plaatse. Dan lees je dus ook een bericht dat Brazilië het regime van Bouterse wel degelijk wil helpen, zowel met wapens als met geld. Zoals de Braziliaanse ambassadeur Lampreia me meer dan eens in Paramaribo toevertrouwde absoluut met Bouterse te willen samenwerken.Ga naar voetnoot295 De Haagse bureaucratie vergaart haar wijsheid over Suriname en Bouterse uit de media, en ik geef hier - zij het te hooi en te gras - voorbeelden, hoe journalisten en hun bazen de ‘informatie’ jarenlang presenteerden. Al licht René de Bok vandaag voor het eerst in Elseviers een tipje van de sluier op met een pagina (over Suriname): het gerucht als nieuwsbron. Ook John Jansen van Galen signaleert eigenlijk voor het eerst in de Haagse Post ‘Net als in het Chicago van Al Capone dienen de reporters als pionnen in het machtsspel. Voor hij het weet is de persvertegenwoordiger van toeschouwer tot betrokkene geworden. De maffialeiders en hun vertrouwelingen de- | |
[pagina 265]
| |
len kleine gunsten uit, zoals “exclusieve” interviews achter de linies, en nemen de gelegenheid te baat om hun claims op de buit aan macht en baantjes te ventileren. Voor hij het weet is de persvertegenwoordiger van toeschouwer tot betrokkene geworden. Hij seint door wat hij heeft opgevangen en het signaal keert als een boemerang in Suriname terug via Radio Nederland Wereldomroep, die er de voornaamste bron van inlichtingen en oppositie is.’ En deze ridicule gang van zaken onder de vlag van journalistiek bedrijven leidt dan tot berichten als deze: Lees in hoofdstuk twaalf van Death of the Soul van William Barratt: ‘I do not see the consciousness of my friend.’Ga naar voetnoot296 Dat is zo waar. Je ziet misschien ‘het licht’ dat een bewustzijn afgeeft en dat is uiteindelijk het licht waar je als een zoekend vuurvliegje op afstevent. Eduard ging een kerstboompje kopen. Samen met Cor Knulst reed ik naar Zoetermeer voor een bezoek aan onze gezamenlijke vriend Martin Portier. Martin was in Korea het ‘hulpje’ van de generaal. Ik heb Martin ontmoet op de keuring voor het Koreabataljon en heb hem vele jaren in mijn armen gesloten. Martin heeft al een hartoperatie achter de rug en zijn vrouw wacht op een hartdonor. Martin was nog steeds veel te dik en zijn vrouw zag er allermiserabelst uit. Jarenlang verkeerd geleefd, verkeerd gegeten en irritaties te over, want een boerendochter uit West-Graftdijk en een zo Javaanse jongen als Martin dat tjotjokt in geen duizend jaar echt. Bij het afscheid hield Martin mijn hand heel lang vast en bewoog met zijn andere hand mijn blote arm naar boven. Drieëndertig jaar geleden sliepen we als hij uit dienst kwam in elkaars armen in het huis van mijn grootvader in de Hendrik Jacobszstraat in Amsterdam. John van Haagen, mijn andere Indische hartsvriend, belde en | |
[pagina 266]
| |
zei: ‘Als ik jou voor iemand zou moeten beschrijven, zou ik zeggen dat jij het beste bent te karakteriseren met “anti-autoritair”. Jij bent iemand die instinctief macht wantrouwt.’ Hij liet een stroom woorden op me los, als altijd. Ik moest me na twintig minuten van hem loswurmen. Chin A Sen weet het weer: bouterse bestelt napalm. Het kan niet op en de media drukken het maar al te graag af. Ik was bijna twee uur bij Frans Kellendonk. Nooit eerder hadden we contact in zo'n prettige sfeer en dat tot op het moment van afscheid. Toen liet ik hem de video California Fox zien, die ik (voor het eerst van mijn leven) in een sexshop aan de Oudezijds Voorburgwal op weg naar hem toe had gekocht. Daar stond trouwens een Surinaamse jongen achter de toonbank die van mening was dat ze Chin A Sen tegen de muur moesten zetten. Terwijl ik hem de video liet zien, zag ik voor het eerst weer die verwrongen uitdrukking op zijn gezicht, alsof Frans afkeurde wat ik met de aankoop van de video had gedaan.Ga naar voetnoot297 Daarvoor had ik deze avond steeds een prettige en mooie glimlach op zijn gezicht gezien. Ik was het bovendien meestal met hem eens geweest. Hij wilde na al het zinloze gelazer over zijn zogenaamde anti-semitisme (hij liet zich in dit verband niet al te plezierig uit over Aad Nuis ‘die houdt nu eenmaal niet van schrijvers in het Revisor sfeertje’) een roman schrijven rond de Antilliaanse jongen die door een psychopaat werd vermoord en voor wie in het Vondelpark een monument was neergezet. ‘Die moord had niets met racisme te maken,’ zei Frans. ‘Wanneer jij of ik daar op dat moment hadden gelopen, was het ons overkomen. De pers heeft er een racistische moord van gemaakt.’ Hij wil om het boek te kunnen schrijven enige tijd naar de Antillen gaan. Ik probeerde me in te denken wat het schrijven van een roman behelsde en hoe je zoiets aanpakt. Ik zei hem contact op te nemen met Ron Wunderink om een gratis ticket voor klm te krijgen. Frans had Zaken doen in de Bijenkorf zien liggen. Ik vroeg natuurlijk niet of hij het ging lezen, laat staan of hij het had gekocht. Ik vind zijn boeken trouwens ook onleesbaar. Frans vindt de stukjes van Hofland op zaterdag ‘erg goed’, terwijl ik die meestal eveneens onleesbaar vind. Han van der Meer had een oud-procureur-generaal van Suriname in de Ver van mijn bed show gehaald. Han legde de op leeftijd gekomen heer woorden in de mond opdat hij Bouterse naar de hel zou verwensen. Deze had zelfs een gedicht geschre- | |
[pagina 267]
| |
ven dat eindigde met de woorden: de lus van acht december 1982. Daarmee wordt de strop bedoeld waarmee Desi zou moeten worden opgehangen. Zoiets gebeurt hier gewoon op televisie en het is niet alleen schandelijk; het wordt niet eens opgemerkt hoe schandelijk het is. Ronald Gase belde en maakte me attent op een artikel van Van Lennep van nrc Handelsblad waarin de lijst van ongewenste beroemdheden, die de euvele moed hadden gehad naar Zuid-Afrika te reizen. En natuurlijk, eerst een referentie aan Oltmans (nu ook op de lijst) die naar Johannesburg was gegaan. Wanneer een man als Van Lennep in het gelogen verhaal van Connie Braam over een muur rond Soweto trapt, dan is het toch wel beroerd gesteld met de stand van het métier. | |
14 december 1986Ik ben bezig recommandaties te verzamelen van deskundigen, die de uitgave van mijn dagboek willen ondersteunen. Uiteraard benaderde ik professor W.F. Wertheim als één der eersten. Hij schreef me een brief terug dat hij al lange tijd geen aanbevelingen meer gaf buiten zijn onmiddellijke vakgebied, ook nam hij geen zitting meer in comités, zelfs niet toen hij gevraagd werd voor het Anti-Apartheid Comité tegen Zuid-Afrika, waarvoor hij zich niet bekwaam achtte. Hij wilde wel verklaren dat hij de reeds verschenen Memoires, voor zover deze Indonesië betroffen, met waardering had gelezen (‘indertijd schreef ik een prijzende bespreking van je eerste deel Memoires in De Nieuwe Linie’) en dat het hem van belang leek dat de publicatie van mijn dagboek ‘over dit speciale onderwerp’ zou worden voortgezet. Ik nam vandaag contact op met Maarten Schneider, mijn leraar Nederlands op het Baarns Lyceum, de latere directeur van de rvd en hoogleraar perswetenschappen. Ik vroeg hem of hij mee wilde doen. ‘Ik zei laatst nog tegen iemand dat ik nooit had verwacht dat je journalist en schrijver zou worden.’ Hij sprak me aan met mijnheer Oltmans, wat ik idioot vond aangezien ik in zijn lyceumklas als Wim werd aangesproken. Ik heb hem een briefje geschreven mij Wim te blijven noemen.Ga naar voetnoot298 Na een interview van een pagina met Ernst van Eeghen door Rudie Kagie gisteren in nrc Handelsblad, is er vanavond een portret over de man bij de vpro op televisie. Hij benadrukte opnieuw uitstekende contacten in de hoogste kringen zowel in Moskou als in Washington te hebben. Hij had zeker zaken | |
[pagina 268]
| |
kunnen doen in de ussr, maar had dit opzettelijk afgehouden. Ook dat was niet waar. Zelfs op film eet hij als een dragonder en spreekt met volle mond. Hij denkt dat er alleen maar redding en vrede in de wereld kan komen, wanneer zowel Amerika als Rusland zich tot Christus zal keren. Wat mij verbaasde was dat Erica al helemaal niet meer in zijn verhaal voorkomt. Casper van den Wall Bake belde: ‘Hij komt toch over als een eerbare brave zakenman?’ Dat dacht ik dus ook de eerste jaren dat ik hem leerde kennen, maar Ernst van Eeghen is een ordinaire boef. Ik heb de advocaat van Buitenlandse Zaken geschreven dat ik er verder niet over pieker nog één cent aan het zogenaamde verliezen van het Claus-in-India-proces te betalen, nadat ik opnieuw in Pretoria hoorde hoe ik beroddeld ben door de ambassade aldaar. Ik deelde mee rechtsstappen te zullen ondernemen voor de al dertig jaar durende sabotage vanuit Den Haag.Ga naar voetnoot299 Ronald Gase gaf me eensoort advertentie uit de Volkskrant over André Spoor en Henk Hofland. Nogal vreemd. Hans van den Broek heeft verboden dat terrorist Klaas de Jonge vanuit het oude ambassadegebouw in Pretoria de pers te woord staat. Onlangs gaf hij een interview aan het anp. Daar zie je weer waar ‘Her Majesty's Voice’ zich altijd weer toe leent: om juist die man aan het woord te laten. Intussen heeft Van den Broek het advies gevolgd om stappen te ondernemen bij de vs, Zwitserland en Nicaragua om vooral geen helikopters aan Desi Bouterse te leveren voor de bestrijding van de bende van Brunswijk (zoals ik Bouterse dus juist wel adviseerde). De Kamerleden De Boer (cda), Knol (PvdA) en Weisglas (vvd) lopen warm voor Brunswijk contra Bouterse. De idioten in Den Haag zetten altijd hun | |
[pagina 269]
| |
kaarten op de verliezers, om de simpele reden dat ze hun huiswerk niet naar behoren doen. | |
15 december 1986Ik schreef Ernst van Eeghen een briefje dat ik de twee opgevoerde dames Van Eeghen in zijn vpro-filmje als de enige werkelijk ‘chique’ herkende. ‘Je kon weer bijna je eten niet laten staan om niet met een volle mond op de vragen van de vpro te antwoorden. Wat me verder opviel, was dat je wel foto's liet zien waar Juliana en Bernhard op stonden en dat je naliet één foto van Erica te tonen, wat me andermaal ervan overtuigde wat een phony man je eigenlijk in de kern bent.’ Daar heb je het weer: ook de minister voor Ontwikkelingssamenwerking verzuimt zijn huiswerk te doen.Ga naar voetnoot300 De krant voegt aan dit bericht toe dat E. Josefzoon, politiek koerier van het Junglecommando en Theo van Boven, hoogleraar volkenrecht, ernstig twijfelen aan de goede trouw van Bouterse. Van Josefzoon is het te begrijpen, die koos één kant in een burgeroorlogje en wedde op het verkeerde paard. Maar Van Boven heeft dit excuus niet. Ik sprak met Bart in 't Hout van de avro om hem ervoor te interesseren Pieter Varekamp mee naar Zuid-Afrika te sturen en aldaar met een sabc-ploeg te filmen. | |
[pagina 270]
| |
Ruud Hendriks van Veronica zegt dat er vanuit paleis Soestdijk werd gevraagd om Jaap van Meekren een vraag over het uniform van prins Bernhard te laten stellen, want hij wilde wel eens kwijt dat hij zijn uniformen gewoon kon dragen als hij dat wilde. ‘Van Meekren heeft toen dat onderwerp op verzoek te berde gebracht.’ Aangenomen dat dit waar is, dan vraag je toch niet, zoals van Meekren deed: ‘Wilt u in uw uniform begraven worden?’ Volgens Hendriks had de prins naderhand nog een brief geschreven om te vertellen hoe verguld hij was geweest met de uitzending van Jaap. Bij zoiets breekt mijn klomp. Overigens zei Hendriks dat hij maar een ding wilde: Van Meekren naar Pretoria overvliegen om een gesprek met president P.W. (Pieter Willem) Botha te laten filmen, of anders met minister Pik (Roelof) Botha. Ik stelde voor dat hij beter eerst een film zou maken met Nederlanders die in Zuid-Afrika wonen en werken, om een zeker vertrouwen op te bouwen om daarna met andere verzoeken te komen. ‘Aardig idee,’ aldus Hendriks, ‘maar nee, ik ben in dat opzicht een raar ventje. Dus niet.’ Ik belde met Herrenberg op zijn directe lijn op het ministerie. ‘Ze zijn in Nederland een beetje gek geworden. De Assemblee heeft de minister van Buitenlandse Zaken de opdracht gegeven de betrekkingen met Nederland te herwaarderen, dat kan je bekend maken.’ Ik zei het aan Henk de Mari te zullen doorgeven, want Burlage is in Frans Guyana. ‘De Mari zou trouwens weer willen komen,’ vertelde ik. ‘Dat is goed, laat hem maar contact opnemen.’ Ik belde Henk meteen in Haarlem. Hij begon als nooit te voren zijn hart te luchten. ‘We hebben een nieuwe hoofdredacteur, een leerling van Henk van der Meijden. De ene hoofdredacteur zit om 11:00 uur al achter de whisky en de ander komt van Privé. Burlage is nu onze sterreporter. Hij behandelt Suriname. Ook al zit hij daar, ik mag me hier niet meer met Suriname bemoeien. Weet je dat ik drie jaar geleden ontslag heb genomen omdat vijf affaires De Telegraaf niet haalden vanwege persoonlijke belangen van de hoofdredactie, die in het geding waren? Na vier maanden had ik nog geen antwoord op mijn ontslagbrief. Ik heb natuurlijk ook geen zin in een hartinfarct.’ ‘Nee,’ zei ik, ‘maar had je daar dan helemaal geen bondgenoten? Frits Gongrijp is toch een behoorlijke man?’ ‘Die heeft het ook allang opgegeven. Kon ik je maar vertrouwen dat je niets zou publiceren, maar als je eens wist wat er bij De Telegraaf allemaal gebeurde. Weet je dat ik geen minister meer mag interviewen?’ Ik begreep dat de reis die ik voor De Mari naar Suriname re- | |
[pagina 271]
| |
gelde de laatste maal was dat hem binnen zijn eigen redactie die ruimte werd gegeven, want Arnold Burlage bepaalt wat er in de krant komt over Bouterse, en niemand anders. Het resultaat kennen we dus. Desi Bouterse schijnt tegen Willibrord Frequin te hebben gezegd dat hij na de verkiezingen een stap terug zou doen indien dit in overeenstemming met de uitkomst zou zijn. Hij zou zich aan de wensen van het parlement en het volk onderwerpen. Dat is exact wat ik al in juni l.l. op televisie in Suriname heb gezegd, hoe ik hem inschatte. | |
16 december 1986Gisteravond keken Peter en ik naar het gesprek met Desi Bouterse waarin hij andermaal ontkende dat er Libische troepen in Suriname waren en dat Washington en Den Haag dit heel goed wisten. Hier is toch wel een buitengemeen smerig gevecht aan de gang, niet te geloven eigenlijk. Vooral omdat de Amerikaan Elliott Abrams, de Assistant Secretary of State for Inter-American Affairs, vrijwel meteen een verklaring aflegde dat hij vreesde voor een ramp in Suriname waarbij hele dorpen, ‘iedereen die in een dorp maar aanwezig is’ door het leger van Bouterse zouden worden uitgemoord. Ook zou de Libische ambassade in Paramaribo niets anders doen dan onrust stoken.Ga naar voetnoot301 Deze mijnheer Abrams doet niet onder voor confrère Burlage en andere onruststokers. Ik ken de Libische ambassadeur in Paramaribo en sommige van zijn diplomaten. Dit zijn ordinaire Amerikaanse leugens. Wim Hazeu zegt dat tijdens een gesprek op Amerbos met Ies Lipschits en Poslavsky subsidie/sponsoring van mijn dagboeken was toegezegd. Ik heb Lex gebeld en vroeg hoe hij het zich herinnerde. ‘Natuurlijk is dat niet waar,’ zei hij, ‘want we beschikken niet over fondsen en hebben die dus ook niet toegezegd.’ Hazeu krabbelt steeds verder terug ten aanzien van het uitgeven van mijn Memoires.Ga naar voetnoot302 Poslavsky vond het artikel van Hans van Reijsen in het Algemeen Dagblad over mijn optreden bij Sonja ‘schandalig. Het komt erop neer dat je wanneer je iets zegt in strijd met de heersende ideologie, je een dergelijke aanval in de media te verduren krijgt.’ Intussen schreef Ron Abram, de hoofdredacteur, dat ik met 100 woorden, 20 regels mag antwoorden op een artikel van 1.200 woorden ‘zoals een goed journalist betaamt’ voegt de lul er ook nog aan toe. | |
[pagina 272]
| |
nrc Handelsblad neemt vanavond de vertelsels van Elliott Abrams blindelings over. ‘Nieuwe moordpartijen maken het voor Nederland moeilijk om met de bevelhebber te praten,’ aldus deze krant. Iedere keer wanneer ik zulk geklets lees, denk ik aan de moordpartij op één miljoen Indonesërs door die andere bevelhebber, Suharto, die bovendien jaar in jaar uit blijft doorgaan met het executeren van andersdenkenden. Met dat in mijn achterhoofd kan ik me slechts diep generen voor de onzin die onze nationale kwaliteitskrant over Suriname te berde brengt, om niet te spreken over de dubbelhartige houding van Den Haag. Bouterse en de vijftien doden uit 1982 zijn voor de hypocriete bende aan het Binnenhof een onvergeeflijke misdaad. Suharto, de machtige verrader van het vierde grootste land ter wereld met zijn enorme rijkdommen en economische belangen, heeft al één Nederlandse koningin op staatsbezoek mogen ontvangen, omdat Nederland en Oranje hem die eer wilden bewijzen. nrc Handelsblad bestaat het om zelfs te verkondigen dat het omkoopgeld dat de Nederlandse staat Bouterse zou hebben aangeboden, helaas door hem niet werd aangenomen. ‘Het is jammer dat de bevelhebber het niet heeft geaccepteerd,’ aldus de krant, of je nog een eitje lust. Het hoofdartikel eindigt met de vraag wie Bouterse ervan zou kunnen overtuigen om de plaat te poetsen. ‘De arrogantie,’ zei Peter toen hij dit las. | |
17 december 1986Koningin Beatrix en haar gezin zijn als gebruikelijk naar Lech in Oostentrijk om te skiën. Voormalig premier Piet de Jong vindt dit erg jammer omdat Kurt Waldheim tot president van Oostenrijk is gekozen, terwijl professor Lou de Jong en anderen hebben vastgesteld dat hij in het leger van Adolf Hitler heeft gediend. Bernhard zat bij de ss en Claus bij de Hitlerjugend, dus waarom de heisa over Waldheim?Ga naar voetnoot303 Jan Heemskerk, hoofdredacteur van Playboy geeft een brief mee met het verzoek om Desi Bouterse te mogen interviewen voor zijn blad.Ga naar voetnoot304 Ik denk dat Desi dit gewoon zou moeten doen. Ik kan Henk Herrenberg niet bereiken. Paramaribo staat natuurlijk op zijn kop vanwege de verklaring van George Shultz. Laat ze maar beseffen in Suriname dat Shultz de man is die openlijk verklaarde dat als het in het nationale belang van de vs was om te liegen over Libië en Khadaffi, dit diende te gebeuren. Dat was overigens voor zijn woordvoerder Ber- | |
[pagina 273]
| |
nard Kalb een reden om ontslag te nemen. Ze liegen over Suriname met evenveel verve wanneer dat in hun kraam te pas komt. En Den Haag betoont zich steeds meer de brave leerling van de maffiapraktijken van Washington te zijn, in ieder geval De Telegraaf en Burlage wel. Toen ik Henk Herrenberg uiteindelijk bereikte, verzon en loog ik dat ik was gewaarschuwd dat mij in Suriname hetzelfde lot als Henri Nahar zou wachten. ‘Dat is gelul,’ aldus de minister, ‘hier lopen geen gekke mensen rond, zoals bij jullie.’ Toch ben ik er niet echt gerust op. Ik zou op dit moment niet naar Suriname moeten gaan. Maar ik wil ook eindelijk wel eens afrekenen. Henk vroeg trouwens om kaarsen mee te nemen die Carmen graag wilde hebben voor de feestdagen. Peter is voor de zoveelste maal met zijn hele hebben en houden vertrokken. Pijnlijk als altijd. We aten nog wat in de Eerste Klas wachtkamer op het Centraal Station. Ik zag er al dagenlang tegenop, want ergens besef je het altijd weer dat het eens de laatste keer kan zijn dat je elkaar in de armen sluit. Hij drukte me op het hart in Suriname voorzichtig te zijn. In het slm-kantoor liep ik tegen Atta Mungra aan. Ik vroeg meteen of het financieringsplan van slm-toestellen via Theo nog speelde. Dit was het geval. Ik belde Theo bij thuiskomst op, maakte hem attent op de aanwezigheid van Mungra in Amsterdam en zei: ‘Waarom bel je hem niet op nu hij in de buurt is?’ ‘Nee, dat doe ik niet,’ zei hij. ‘Maar hij zit vlakbij.’ ‘Ik heb al heel veel geld aan die Surinaamse zaak uitgegeven en als ik tijd heb bel ik misschien.’ | |
[pagina 274]
| |
‘Maar Theo,’ antwoordde ik, ‘ik heb het meeste geld en tijd in Suriname gestoken.’ ‘Dat is alles wat ik er over te zeggen heb: goede reis,’ en hij hing op. Ik was woedend en dacht: die hoort voorlopig niets meer van me.Ga naar voetnoot305 | |
18 december 1986Nicaragua heeft de cia-piloot Hasenfus vrijgelaten. Ik blijf van mening dat president Botha met Klaas de Jonge hetzelfde zou moeten doen. Ik heb in die zin Jan du Plessis op 16 december geschreven, omdat hij als hoofd van zijn denktank directe toegang heeft tot Botha zelf. Ik had Peter de brief over De Jonge laten lezen, die hij prima vond.Ga naar voetnoot306 Ik vertrek naar Paramaribo en zet de gedachte dat ik er gevaar zou kunnen lopen uit mijn hoofd. | |
Amsterdam - ParamariboHet eerste wat de stewardess van de slm zei toen ik aan boord kwam: ‘Ik hoop dat u die collega's van u die nu in Suriname zitten een klap op hun bek zal kunnen geven.’ Ik heb het bestuur van de nvj geschreven dat ik na dertig jaar treiteren nu toch rechtsmaatregelen tegen de staat genomen wil hebben. Zeker nu Rinus Wijnbeek me voor de zoveelste maal in Pretoria voor de Nederlandse ambassade waarschuwde.Ga naar voetnoot307 Elisabeth Eybers is een Zuid-Afrikaanse dichteres die na een mislukt huwelijk in 1961 naar Nederland kwam. Zij beklaagt zich in Vrij Nederland.Ga naar voetnoot308 ‘Bij bekrompen en eng moraliserende standpunten voel ik me niet thuis. Wanneer er over Zuid-Afrika gepraat wordt, slaat men meteen een smalend toontje aan maar ik heb gemerkt dat de mensen hier niet toleranter zijn dan ginder. Bij de universiteit van Utrecht hebben ze het standbeeld van Paul Kruger verwijderd, terwijl koningin Wilhelmina destijds nog een schip (een kruiser) stuurde om hem naar Europa te halen. (...) In Nederland denkt men over Zuid-Afrika alleen in termen van helden of schurken. (...) Lubbers en Van den Broek zijn naar Moskou gegaan. Wat gebeurt er in de ussr met dissidenten? Je zou ook kunnen roepen: we moeten de Sovjet Unie cultureel en economisch boycotten.’ Arnold Burlage vanmorgen in De Telegraaf: | |
[pagina 275]
| |
Een juffrouw van de kro kwam bij me zitten en zei een assistente van Willibrord Frequin te zijn. ‘Is Bouterse werkelijk een aardige man?’ ‘Ja, werkelijk.’ ‘Het zou prachtig zijn als u ons aan Henk Herrenberg zou kunnen helpen,’ vervolgde zij. Ik dacht: ik zal u maar niet vertellen dat Herrenberg u onmiddellijk tot makreel zal bestempelen. |
|