Memoires 1980-1981
(2012)–Willem Oltmans– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 153]
| |
Sofia1 februari 1981Sofia, Grand HotelEen meisje en een niet nader geïntroduceerde man haalden me gisteren van het vliegveld. Zij spraken Duits, vervelend. Ze hadden twee uur op mijn toestel moeten wachten. Zij probeerden hun irritatie te verbergen. Ik ben meteen een wandeling gaan maken in de stad, welke op zaterdagavond uitgestorven is, precies als in Moskou, want er is niets te doen of te beleven. Een totaal ‘dode’ hoofdstad van Bulgarije. Ongelooflijk. Ook bijna geen auto's en slechts een enkele wandelaar. Bij een parkje werd ik gevolgd door een man met een puntbaardje en een strakke jeans, die een urinoir binnenging. Ik volgde hem, maar hij stond maar te staan. Vervolgens arriveerde een mannetje met een hoedje op die bij hem ging staan. Ik ben toen maar weer weggegaan. Later heb ik met een man gesproken die in een telefooncel stond te bibberen. Bij terugkeer in het hotel werd een zwarte man in overal, die hartstikke dronken was, de toegang geweigerd. Hij ging uit protest zeiken tegen een paal en werd door een agent weggejaagd. Wat een hoofdstad! De binnenstad heeft iets charmants maar er gebeurde absoluut niets. Wicher van Swinderen schreef uit Scottsdale, Arizona. ‘Hier gebeurt natuurlijk niets vergeleken met jouw leven en het is moeilijk brieven te schrijven vanuit een gebied waar iedere dag nagenoeg hetzelfde is.’ Hij vond het ‘een groot genoegen’ dat Jimmy Carter is teruggevlogen naar Georgia en zich gaat richten op ‘fly-fishing’. Hij verwacht een tijd vol verrassingen, misschien zelfs gevaar. In de dagen van Carter en Brzezinski reed de sovjetambassadeur Anatoly Dobrynin altijd via de ondergrondse garage van het State Department naar gesprekken met Henry Kissinger, zonder pasje. Nu trekken Reagan en Haig aan de touwtjes en werd Dobrynin gewoon teruggestuurd, want hij had er geen pas voor. Dat zijn dan de heldere geesten die het Amerikaanse volk nu naar het Witte Huis heeft gezonden. In het vliegtuig las ik een interview van Marc Chavannes met minister Chris van der Klaauw, die jammerlijk onvolwassen | |
[pagina 154]
| |
overkomt. ‘Het klinkt allemaal wat padvinderachtig, maar ik ben dankbaar voor elke dag.’ Wat heeft dat met boy scouts te maken? ‘Die heb je te danken aan God,’ aldus de minister, wiens verhaal wordt gepresenteerd onder de kreet: ‘Ik geloof dat het heel goed gaat op het ogenblik.’ Wat gaat goed? Dat God hem bestuurt? ‘Dat voel ik heel sterk,’ aldus de minister. ‘Je doet wel wat dingen zelf, maar dat ligt op een ander niveau dan wat je krijgt in het leven. Ik ben niet zo ingesteld dat ik onder zondes gebukt ga. Ik ben meer van het opgewekte Christendom.’ Dit is dan 1981. Chavannes roert de bemoeienissen van de Hervormde Synode en het Interkerkelijk Vredesberaad aan met vrede en veiligheid en vraagt: ‘Kunt u zich voorstellen dat een vrij grote groep Nederlanders niet meer gelooft in een afschrikkings kernmacht?’ ‘Ja, ik kan me dat best voorstellen,’ aldus de minister. ‘Helaas bestaat die groep niet in de Sovjet-Unie. Daar zit de problematiek in. Die “deterrent-functie” is ontzaglijk moeilijk te verkopen, zeker nu we met een verlaging van de atoomdrempel zitten. Ik heb eindeloos in kerkelijke discussiekringen en bijbelgroepen, kerkbesturen en dergelijke gezeten. En dominees, ik vind het zalig om met ze te discussiëren, maar ze hoeven mij niet te vertellen hoe in een politieke situatie mijn standpunt moet zijn. Wat dat betreft is er een scheiding tussen kerk en staat voor mij. Dat betekent niet dat ik me niet door christelijke overwegingen laat beïnvloeden, zeer wel. Ik kan in een bijbelkring met een socialist zitten en het volledig met hem eens zijn, maar dat betekent niet dat we dezelfde politieke consequenties moeten trekken.’ Die man is een totaal warhoofd! En die staat aan het hoofd van ons buitenlands beleid anno 1981, met geklets in de ruimte dat past in de dagen dat prinses Wilhelmina werd aangehouden in haar koets te Goejanverwellesluis!Ga naar voetnoot124 Onderweg las ik The Language of Madness van David Cooper. ‘Our fear of death is our fear of the incapacity to die.’ Dat is het exact. ‘Orgasm is the cancelling out of mind and the height of a sexual experience. In “orgasm” there is no desire, no instinct, no passion, no love.’ Wie realiseert zich dit? Hij spreekt over ‘the imbecilization of the media’ en over het doorbreken van ‘the presently presented techniques of fracturing our minds’. | |
[pagina 155]
| |
‘The “unconscious” is a consciousness prior to the reflective act of consciousness that makes consciousness conscious of itself: that is to say the unconscious is pre-reflective consciousness as distinct from the consciousness of consciousness which is the base of knowledge. This pre-reflective consciousness is present not only in the human embryo but in all non-human forms of life, animal and plant.’ Is dit zo? Zou inderdaad ‘pre-reflective consciousness’ aanwezig zijn in alle vormen van leven? Het is niet in orde (misdadig) dat wat leeft als ding te beschouwen, dat denk (weet) ik al heel lang. ‘The trouble with humanity is that it is too human.’ Ik ben er van overtuigd dat de bedrading van mijn ‘chip’, de route in mijn eigen hersenen, niet kan worden weggenomen door wie dan ook (behalve door de dood) of kan worden gedupliceerd. Er zal dan ook nooit (en ik voel dat ook niet) enige concurrentie zijn met iemand anders, wat dat betreft. Wie ook onder de plaatselijke basterds mij probeert te saboteren, of doet of ik niet besta: ik ben er en ik lever er het dagelijks bewijs van in dit dagboek. Dat is niet af te nemen, anders dan via vernietiging. ‘Perhaps the most terrifying thing about dying is the idea of losing all the richness of our accumulated personal experience,’ schrijft Cooper. ‘It seems small consolation to know that all that being “experience” remains inscribed in the universe even if it does not remain “in us”.’ Mijn dagboek fungeert om the richness of a single life niet naar het eeuwige licht van het universum te doen verhuizen, maar op een goede dag in de kast te zetten van de Koninklijke Bibliotheek in Den Haag om van mijn individuele richness hier op aarde te getuigen, als historisch verslag à la Graham Greene en misschien om lering uit te trekken. Het viel me trouwens op dat de internationaal bekende Greene ook ernstige financiële problemen in zijn leven kende, zonder dat hij bij regeringen in het verdomboekje was opgetekend. ‘Telling the truth threatens the system,’ schrijft Cooper. ‘Because information on simple facts is revolutionary.’ Een waarheid als een koe! Hiermee begon mijn gelazer met Luns en de Staat der Nederlanden in 1956 over Bung Karno en Indonesië. Dan ben je ‘gevaarlijk’, zoals nu ook weer de chargé in Caracas heeft verkondigd. Ik stuit op een goudader in Cooper: ‘The truth is so precious and so precarious, that you have to be careful to whom you say it.’ Over die zinsnede zou ik een essay in Pravda willen schrijven. | |
[pagina 156]
| |
Waarom is het altijd weer nodig dat communistische landen so goddamn drab, unimaginative and dull moeten zijn. Dull, dull, dull, dat is Bulgarije in 1981. Zoals de mensen er uit zien, zoals ze uit hun ogen kijken, de atmosfeer, het begon al meteen in de ontbijtzaal. De ober was geshockeerd dat ik om een tweede kop koffie vroeg. Maar ze hebben melk, in tegenstelling tot Moskou. Op Schiphol kocht ik muziekcassettes. Opeens realiseer ik me, luisterend naar de Les Préludes van Liszt, dat ik in het New Haven Symphony Orchestra hiervan de cellopartij heb meegespeeld. Een tweede kop koffie kost me een Lev meer. Een jongedame, Svetla, met roodgeverfd haar arriveerde. We gingen de stad bekijken. We begonnen bij het voormalig koninklijke paleis, nu een etnologisch museum en eigenlijk een armoedige, slordige vertoning. We zagen een bruidspaar bloemen brengen bij het mausoleum voor Georgi Dimitroff, de lokale ‘Papa Lenin’. ‘Ik zou me kunnen voorstellen dat die jonge mensen bloemen brengen als Dimitroff hun grootvader was geweest, maar nu.’ Svetla keek me vreemd aan. Er worden, evenals in Moskou en Kiev, op straat zwarte dollars verhandeld. Eigenlijk is Bulgarije maar voor een aspect belangrijk, namelijk omdat het een satellietstaat van de ussr is. Wat stelt het hier verder voor? Beangstigend zijn de hordes toeristen, de meesten uit de Sovjet-Unie, die door het mausoleum van Dimitroff schuifelen in ontzag en eerbied. Waanzin Ik wandelde een kathedraal binnen die werd gebouwd ter ere van 200.000 Russische soldaten, die sneuvelden om de Turken uit het land te verjagen. Hoe verder ik lees in Oorspronkelijk gezicht van Jan Foudraine,Ga naar voetnoot125 hoe beter ik ‘zijn vlucht’ naar Poona en Bhagwan Shree Rajneesh begrijp. Hij heet nu Swami Deva Amrito. De mans leven is in een dramatische puinhoop veranderd. Hoe meer ik trouwens over Poona lees, hoe zekerder ik word (ben) hier niets mee te maken te willen hebben. Peter Kampschuur is na het lezen van dit boek naar Poona gegaan. Onbegrijpelijk. Hij heet nu Swami Atit. Je moet voor zo'n ‘transformatie’ toch wel eerst de wanhoop nabij zijn. We kennen allemaal momenten van ‘wanhoop’, maar de sleutel is de controle te behouden, want zolang je de zaak zelf in de hand hebt, kan de ‘chip’ bijgesteld worden. | |
[pagina 157]
| |
Daarentegen beschrijft Foudraine hoe hij in een winkeltje aan het Singel in Amsterdam een boekje van de Bhagwan ontdekte. Hij begreep later dat de naam ‘de gezegende’ betekent. ‘Hij spreekt met zo'n totale overtuiging en helderheid,’ concludeerde de Nederlandse psychiater, ‘dat ik ineens het gevoel krijg naar een soort nieuwe Jezus te luisteren. Ik schud het gevoel van me af en blijf doorlezen.’Ga naar voetnoot126 Foudraine beschrijft gedetailleerd de plechtigheid waarbij hij tijdens een ontmoeting met de meester zijn nieuwe naam en oranje gewaad kreeg aangereikt. ‘Bhagwan: “Je bent dus eindelijk gearriveerd.” Het golft door me heen. Ik kniel voor hem neer en ik hoor hem zeggen: “Sluit je ogen. Luister maar naar de geluiden als er iets in je lichaam gebeurt, laat het gebeuren. Lach als je lachen wilt, huil als je wilt huilen. Wat dan ook. Kom, ... kom dichterbij. Laat de angst vallen en kom dicht bij me.”’ En Jan Foudraine was verkocht. Hoe is het in hemelsnaam mogelijk. Swami Deva Amrito was geboren. Deva betekende goddelijk, Amrito betekent onsterfelijkheid. ‘Ik verlies me in zijn ogen’, aldus psychiater Foudraine, ‘wil haast in mijn handen klappen als een verrukt kind.’ Dat kan dus niet, het is geschift. Ik kan slechts bidden dat Peter nooit in Poona terecht zal komen. Zijn vriend Edwin van Wijk is naar Zuid-Afrika vertrokken om zijn ouders terug te zien. Peter is dus alleen in Londen. Ik denk veel aan hem. Toch citeert Foudraine een toespraak van de Bhagwan over religie als uiteindelijk noodzakelijke revolutie ‘die de hele wereld kan veranderen. Allerhande revoluties hebben plaatsgehad, maar dat waren vluchtmechanismen voor de enige revolutie welke de mensheid zou kunnen redden. ‘Al jullie zogenaamde revolutionairen zijn escapisten. Teneinde het werkelijke te vermijden, hebben ze het “pseudo” geschapen. De maatschappij bestaat niet. Zij is een abstractie. Wat bestaat is het individu en niet de maatschappij. De mens bestaat, de maatschappij is alleen maar een abstractie, een begrip, een idee. Heb je ooit een maatschappij ontmoet? Heb je ooit een natie ontmoet, de staat? Je kunt alleen maar een concreet individueel mens ontmoeten. Levend en ademend. Mensen zijn de bouwstenen van de maatschappij. Tenzij de mens verandert, verandert er niets. Ik zeg jullie: religie is de enige revolutie, omdat zij de mens verandert, het bewustzijn van de mens, het hart (?) van de mens. Men moet diep tot de mens doordringen. Waar komt de geweldda- | |
[pagina 158]
| |
digheid vandaan, waar komt the exploitatiezucht vandaan, waar komen de egotrips vandaan, vanwaar? Ze komen allemaal voort uit onbewustheid. De mens leeft in slaap, mechanisch. En dat automatisme moet worden doorbroken. De mens moet herboren worden en dat is de religieuze revolutie, die nog nooit is geprobeerd.’ Ik begrijp het gebruik van het woord religie in dit verband niet, in een overigens uitstekende redenering. Het is waar dat religie de voornaamste vervuiler van 's mensens ‘chip’ is. Men moet altijd voor alles een logica hebben, terwijl het leven puur toeval is. Mensen en leven lijkt een toevallig extraatje, een bijkomstigheid, een speling der natuur in de letterlijke zin des woord. Dus waarom hier een hoger doel aan verbinden? Het leven is een niet van te voren berekende improvisatie van moleculen en atomen in de eeuwigheid. Ik geloof dat welke fratsen de Bhagwan in Poona ook mag uithalen, met het scheppen van sannyasins in oranje gewaden incluis, dit alles zal tot gevolg hebben dat neuronen gedecodeerd zullen worden naar het aanvaarden van een andere, meer in overeenstemming met de realiteit zijnde wereld. Nergens wordt dan ook, zelfs niet eenmaal, in het boek van Foudraine gesproken over de neurochemie van de hersenen, over ‘input’ en ‘output’, over het automatisch en klakkeloos coderen van kinderhoofden van vader op zoon, van generatie naar generatie, van eeuw naar eeuw tot in het oneindige, waarbij alles wat niet te verklaren is in de schoenen van de geschiedenis wordt geschoven. Het is het vervuilde, verwaarloosde, in strijd met alles wat is, ingeprogrammeerde onzinverhaal over meesters als Bhagwan, Jezus, Boeddha en noem maar op, dat tot in lengte van dagen deze planeet heeft verziekt en zal verzieken. De ziener in Poona wijst op de ziekte. Hij wijst totems als Lenin, Beatrix en wat dies meer zij om kuddes op het rechte spoor te houden en een troostprijs voor het onbegrepene aan de hand te doen af, maar hij wil intussen wel dat de arme Foudraine uit Holland voor hem neerknielt en hem als de nieuwe grote leider en witch doctor van de wereld zal gaan beschouwen. | |
2 februari 1981Ik ben niet naar een concert gegaan gisteravond maar heb Foudraine vrijwel uitgelezen. Bhagwans pleidooi voor een nieuwe mens, verteld door Foudraine, geeft weer wat ik denk, bijvoorbeeld over het totem Beatrix. Die nieuwe mens houdt niet meer vast aan de oude totems, maar beschikt over een ander en nieuw ‘venster’ | |
[pagina 159]
| |
waardoor de werkelijkheid gekend en geaccepteerd zal worden. ‘De nieuwe mens zal geen Hindoe zijn en geen Christen, geen Boeddhist en geen communist. Hij zal “ismen” niet kennen. Hij zal een raam zijn voor de werkelijkheid, die hierdoor naar binnen komt. Hij zal de realiteit laten zijn wat zij is, in plaats van haar te overdekken met projecties en conclusie's. Die nieuwe mens heeft geen geloofssystemen. Hij kijkt, observeert, ziet, leeft, laat de ervaringen zijn, is beschikbaar, is multidimensionaal zonder heilige schriften in zijn hoofd. Hij draagt alleen bewustzijn, “alertness” en is meditatief.’ Geheel akkoord. ‘De oude mens leefde uit angst en zag God als een projectie van zijn angst. Hij sidderde van angst. In drieduizend jaren tijd heeft de mens vijfduizend oorlogen gevoerd, want angst was de geur van zijn bewustzijn en dat schept oorlog. De nieuwe mens zal niet politiek zijn, want politiek is geworteld in haat en angst. Hij zal niet nationaal zijn, maar globaal. Hij zal geen politieke ambities kennen. Hij zal erg intelligent zijn. Men ziet de tekenen al. Kinderen komen over de hele wereld in opstand tegen de orthodoxie van de kerk en staat. Ze gehoorzamen niet meer. “My country right or wrong” is iets waar ze niet meer in zullen geloven. Het verleden van de mensheid is krankzinnig. De nieuwe mens zal een breuk betekenen met dit krankzinnige verleden.’ Ik ben het roerend met hem eens, maar waarom geeft Bhagwan Shree Rajneesh mij het gevoel dat hij toch de totems van de ‘oude mens’ met die van hemzelf zou willen vervangen? Zoals ik me de show in Poona herinner, was dat het optreden van een nieuwe meester, een variant op al zijn voorgangers, ook al zingt hij een ander lied. Bovendien lijkt een van zijn voornaamste problemen dat het menselijk materiaal dat naar Poona komt om bekeerd te worden (om een nieuw totem te vinden), bestaat uit, zoals ik onlangs hoorde, Just Bendien (psychiater), Jan Foudraine (psychiater) en Peter Kampschuur (psycholoog), om niet te spreken over hordes verwarde ongeletterden die als door een magneet naar India worden gezogen. Dan worden ze in Poona ook nog eerst door ‘een bewustzijnstank’ heen gespeeld om salonfähig te raken, om tot de arena waar de meester spreekt te kunnen worden toegelaten. Hoe zou de Bhagwan reageren op een persoon die hem als een lokale Indiase filosoof zou benaderen en toespreken? Misschien moet ik volgende winter naar Poona gaan en een boek schrijven, dus niet als volgeling in spe, maar als toehoorder en observant, want ik ben het dus beslist met sommige van | |
[pagina 160]
| |
zijn basis vooronderstellingen eens. Foudraine citeert hem: ‘De oude mens is aan het einde van zijn weg gekomen en bereidt zich voor om op globale wijze zelfmoord te plegen. De oude mens was op een andere [hij had moeten zeggen imaginaire; wo] wereld gericht. De nieuwe mens leeft dit leven en maakt zich geen zorgen over [hij had moeten zeggen niet-bestaande; wo] God. Hij leeft dit leven, heeft lief en in zijn bewustwording ontmoet hij God hier-en-nu.’ In een land als Bulgarije is aardbeienjam nog van echte aardbeien gemaakt en smaakt er ook naar. ‘Met de authenticiteit verdwijnt de neurose,’ schrijft Foudraine. R. Spassov van de Nationale Commissie welke de herdenking van het 1.300 jarig bestaan van Bulgarije voorbereidt, vertelde dat ambassadeur Abramov uit Den Haag hen had voorgesteld om een film te laten maken voor vertoning aan de wereld. Ik begon een gesprek over menselijke intelligentie en het Venezolaanse programma. Ik was waarschijnlijk niet duidelijk genoeg want ik denk niet dat hij begreep waar ik over sprak. Toen ik ook nog aanroerde dat het mesjogge was om Lenin, Beatrix, en Dimitroff op een piedestalleke te zetten, werd het hem helemaal teveel. Vroeger zou ik nu mam in Bilthoven hebben opgebeld om haar op te peppen in haar eenzaamheid thuis - en mezelf trouwens ook. Ik had kunnen weten dat deze trip, een uitnodiging van Bulgarije, voor alle betrokken partijen tij dverspilling zou zijn. Ik heb twee en een half uur naar films zitten kijken om na te gaan of er materiaal bij was om een verhaal over Bulgarije uit samen te stellen. Allemaal onbruikbaar. Er was een slimme jongedame bij, Magdalena, aantrekkelijk ook, maar zij deed veel te slijmerig tegen me. Om 17:00 uur werd me in het restaurant Bulgaria een diner aangeboden. Svetla lachte zich tranen toen ik het verhaal van de chimpansee Koko uit Stanford vertelde, die me bij de hand nam en daarbij op haar achterste wees. Overigens zouden ze op 30 april een Hollandse film op televisie willen laten zien. Ik dacht dat Mansvelt, de man van Marguerite van Boetzelaer van Oosterhout hier ambassadeur was, maar het is een mijnheer C.G. van Geest. De ware Foudraine komt even terug in de laatste pagina's wanneer hij spreekt over de dood van zijn moeder. Dat doet hij heel mooi. Het roerde me. Dat is de echte Foudraine, dan is hij zuiver en niet hysterisch. Penthouse laat een uit de ussr gedroste seksuoloog, Mikhail | |
[pagina 161]
| |
Stern, aan het woord over seks in de Sovjet-Unie. ‘The general level of sexual sophistication (?) in Russia is very low,’ zegt hij. ‘By far the most popular sexual position is what the Russians call the “crayfish” - the woman kneels or bends over, and the man enters her from the behind.’ Veel homo's in de hele wereld doen hetzelfde met andere mannen, een gat is een gat. Ik denk dat het ‘eerbaarder’ is om spelletjes te spelen als ‘the boys of the band’, dan om een vrouw op een dergelijke manier te onteren en vernederen. Hetero's zullen zeggen: wat is het verschil?Ga naar voetnoot127 Ik volgde een journalist uit Soedan van een urinoir in een park naar een urinoir in een ander. Maar op het moment dat ik tegen de man wilde praten, keek ik in een kamer waar een gordijn opzij was geschoven en waar vier of vijf politiemannen ons aanstaarden. Ik gaf hem het nummer van mijn kamer in het Grand Hotel en wandelde verder. De goudprijs is verder gezakt tot 496 dollar. Ik houd niets over. | |
3 februari 1981Om 06:00 uur werd ik wakker. Ik dacht dat er brand was. Ik belde de receptie. Er bleek alleen een groep toeristen uit Oezbekistan te zijn gearriveerd. Oosterse muziek werd erg luid gespeeld, er werd met deuren gesmeten. Een ware bende. Het brood aan het ontbijt is iedere dag dagen oud, om elkaar de hersens mee in te slaan. De krantenstal is natuurlijk, zoals in Moskou, een weergave van wat een socialistische heilstaat toestaat. Schreef Peter een brief met reacties op Foudraine, die me bevalt. Ik zal er een kopie van maken, want ik wil de tekst bewaren.Ga naar voetnoot128 Eigenlijk was ik het liefste al vertrokken. Communistische landen zijn te onaangenaam. Ik heb met assistentie van Rumyana Chultarska van de Bulgaarse televisie opnieuw een serie films bekeken. Er waren films bij over Bulgaarse schilderkunst en Bulgaarse munten. Alles afgekeurd. Daarop volgde een film over landbouw, studenten en de chemische industrie. Het is duidelijk dat de materiële vooruitgang in Bulgarije aanzienlijk is. Maar marxisme-leninisme besteedt onvoldoende of geen aandacht aan de geest. Het leven bestaat uit materie, zeker, maar er is ook het grote raadsel van de geest, dat niet is weg te denken, ook al lijkt het brein voor communisten niet te bestaan. | |
[pagina 162]
| |
Tussen neus en lippen werd er op gewezen dat Japanners zeer actief zijn in Bulgarije en dikwijls de technologie leveren die Westerse landen weigeren over te dragen aan Bulgarije. Japanners zijn 24 uur per dag bezig zich op geraffineerde manieren overal en elders te wreken voor de atoombommen op Hirosjima en Nagasaki. Ik ontmoette de Nederlandse zaakgelastigde, Richard Hoffman. Hij vertelde dat de heer Van Geest consul-generaal in San Francisco was geworden. Het scheen hem een goede gedachte om de dochter van de president te filmen, die minister van Cultuur was. Zij houdt zich onder meer bezig met transcendentale meditatie en yoga. Ik adviseerde hem om Sky over Holland op de Bulgaarse televisie te vertonen ter gelegenheid van Koninginnedag. Als dat zou lukken, zou Hoffman in zijn rapport aan Den Haag mijn rol hierin vermelden. That would be the day... Vervolgens ontmoette ik een geschiedenisdocent, Georgi Batalski, voormalig kolonel van het ministerie van Defensie. Ik had vrij extreme druk uitgeoefend, nu ik toch in Bulgarije was, om de antecedenten van de mysterieuze Dimiter Dimitrov alias generaal Donald Donaldson aan de weet te komen. De heer Batalski was een vriendelijke, grijze baas die meer dan drie pagina's notities over zijn landgenoot Dimiter Dimitrov voor zich had liggen. Na een ontmoeting met Ivan Vargov, directeur internationale betrekkingen van de Bulgaarse televisie - de chemie tussen ons klopte helemaal niet - en een vergeefs bezoek aan een concert dat niet door ging, heb ik een poging gedaan Peter te bellen. Ik hoorde zijn stem heel ver, maar zo onverstaanbaar dat ik het maar heb laten schieten. Ik heb al eerder dan gepland een vlucht via Frankfurt naar Amsterdam gereserveerd. Dit bezoek levert verder toch niets op. Heerlijk om in West-Duitsland weer over kranten en tijdschriften te kunnen gaan beschikken. Gallery heeft een artikel van Richard Russell en Dave Navard over de moord op jfk, wat nu weer een fascistische samenzwering zou zijn geweest. Richard Nagell wordt opgevoerd als een sleutelfiguur. Hij werd twee maanden voor de moord gearresteerd nadat hij in een bank in Texas twee schoten had gelost en vervolgens weer naar buiten was gelopen. Evenals een professor Richard Popkin uit Californië, die met een Filippino hypnotiseur aan de gang is gegaan. Hij spreekt over een jonge Puertoricaan in verband met Dallas. Deze zou hebben bekend ‘a robot gunman’ en ‘zombie killer’ te zijn geweest. Complete | |
[pagina 163]
| |
onzin. Er komt steeds meer totale nonsens op de markt over de moord op jfk. Uiteindelijk zal er nooit meer een touw aan vast te knopen zijn. Het viel me trouwens op dat je in Sofia vrijwel geen buitenlanders ziet, dus geen Westerlingen of Amerikanen. In de skigebieden schijnen ze wel te zitten maar daar worden ze rechtstreeks naar toe gedirigeerd. Ik zie, dat ScienceGa naar voetnoot129 vertelt hoe een Court of Appeals in Californië heeft uitgesproken, dat een kind, dat met afwijkingen wordt geboren, de ouders voor de rechter mag brengen. Shaunda Curlender werd ter wereld gebracht met de Tay-Sachs ziekte, een erfelijke afwijking die verlammingsverschijnselen en mentale achterstand veroorzaakt. Er werd een proces op gang gebracht tegen het laboratorium dat de ouders verzekerde dat zij het Tay-Sachs gen niet in zich droegen. De rechter hield het laboratorium verantwoordelijk. |
|