Memoires 1977-1978
(2008)–Willem Oltmans– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 177]
| |||||||||||
[Amsterdam (vervolg)]‘La réalité est ni trist ni gaie’, want wat is waarheid? Wat voor Gvishiani waarheid is, is onzin voor Peccei en omgekeerd, om maar een voorbeeld te noemen. Uiteindelijk gaat het om de werkelijkheid, niets anders. Denk maar aan een spinnenweb. ‘De enige plaats waar we je ooit zouden kunnen betalen voor je diensten is op het strand in St. Maarten,’ zei Dirk Keijer laatst. Dat wil ik helemaal zo niet.Ga naar voetnoot127 | |||||||||||
LuganoLees ik Gide met andere ogen dan 25 jaar geleden? Sommige passages komen nu bij me over als stom geklets. Ik zou Conversations avec Goethe willen lezen. Trouwens, waar zijn op dit moment de handgeschreven carnets van Gide? Wat betekent toch die veel gebruikte kreet ‘literatuur’? Mevrouw Nel Hazeu spreekt er altijd over, net als Gide hier. Wie bepaalt wat literatuur is? Ravel verschilt van Prokofiev. Waarom zou de een superieur zijn aan de ander? Het is nonsens. ‘Kein Wesen kann zur nichts zerfallen’ - Goethe | |||||||||||
26 november 1977Theo pikte me precies om 17.30 uur op. Hij leek in hogere sferen. Nellie zei dat dit door mijn komst was veroorzaakt. ‘He is at times so tired, that it tears my heart to see it,’ zei ze. Hoe leeft mijn broer toch? Ik vond haar trouwens agressiever dan vroeger tegenover hem. Ze zijn in staat om van ‘schatje’ over te schakelen op confrontatiepraat en weer terug binnen een kwartier. Dat is iets wat ik mijn hele leven nooit heb begrepen en nooit zal begrijpen. Dat warm-koudgedoe bij mijn ouders was me ook altijd een compleet raadsel. Terwijl we een uitstekend geprepareerd visje zaten te eten, kondigde Nellie aan dat zij een baantje wilde nemen om een reis naar Zuid-Afrika mee te kunnen financieren.Ga naar voetnoot128 ‘Dat zal dan een zeer goede job moeten zijn,’ was Theo's kille reactie. Toen hij zich later liet ontvallen dat hij 2.200 Zwitserse franken van de belasting terug zou krijgen, vroeg Nellie meteen of zij dat geld mocht hebben. ‘Dat noemen ze dan je mond voorbij praten,’ aldus Theo. Ondanks een reeks pijnlijke momenten waren er ogenblikken dat ze vrijwel bij elkaar op schoot zaten. Hoe kan je in godsnaam zo leven of met elkaar omgaan? Toen ik over mijn dagboeken sprak zei Theo: ‘Nadat je ze hebt gepubliceerd, zal de geschiedenis herschreven moeten worden.’ Hij heeft met geld van mams erfenis een textielfa- | |||||||||||
[pagina 178]
| |||||||||||
briekje gekocht en runt het helemaal alleen, maar werkt zichzelf, volgens zijn vrouw, over de kop. De concurrentie schijnt scherp te zijn. Hij werkt zeven dagen per week en raakt over zijn toeren. Hij schijnt de zaak geen ogenblik alleen te kunnen laten, of er worden fouten gemaakt: verkeerde labels in mantels genaaid en wat dies meer zij. Hij zei zelf ook: ‘Ik moet er met mijn neus bovenop staan om de schade zo klein mogelijk te houden.’ Ben met Gide naar een terrasje in de zon in de stad gegaan. Heerlijk. Ben ook in een kapel twee kaarsen gaan branden maar een grootmoeder met een debiel jongetje verpestte alles. Het kind maakte verschrikkelijke geluiden, dit ook nog dwars door orgelmuziek heen. Hier op het terras nog meer blèrende kinderen. Hopeloos. Denk aan Keke in de kennel. Vond twee tapes met pianomuziek: van Heitor Villa Lobos en Peter and the Wolf van Prokofiev en The young person's guide to orchestra van Britten. Denk altijd: Peter zal er later plezier van hebben. En na Peter verdwijnen ze in 100 miljoen melkwegen. Ik blijf van mening dat het lezen van Gides dagboek een soort horderun is naar passages die me aanspreken, die me waardevolle gedachten brengen. Hoe moet het toch met mijn dagboek? Het is nu niet meer weg te denken. De helft kan je sowieso weggooien want dat zou slechts food for thought zijn voor superspecialisten. Later bij thuiskomst ben ik met broer Theo in zijn zogenaamde preciosakist - die hij uit Rhodesië had meegebracht - gedoken omdat deze vol met met familiepapieren zat. Kennelijk met grote tegenzin ging hij door de dossiers en zei er zelf nog nooit in te hebben gekeken. Er waren ongetwijfeld interessante stukken bij. Ik nam een aantal mee. Wat er achter is gebleven kan hij behouden.Ga naar voetnoot129 Ik lees een aandoenlijk stuk dat mijn vader in 1936 heeft opgesteld na een trip naar Oost-Friesland, samen met oom Bram Moolenaar Reeder, in een poging de wortels van de familie Oltmans na te trekken. Op 2 juni reden ze samen in mams Oldsmobile via Zwolle en Winschoten naar Leer waar in hotel Oraniën werd overnacht. In die plaats woonden twee personen met de naam Oltmanns, de ene was doctor in de filosofie, de ander had een boerderij. Op 3 juni 1936 arriveerden beide heren op negen kilometer van Remels in het plaatsje Oltmannsfehn. Ze dronken met burgemeester Ahrenholtz een glas bier in de Wirtschaft. ‘Hij bleek een zeer spraakzaam man te zijn, | |||||||||||
[pagina 179]
| |||||||||||
die ons eerst lange tijd onderhield over de mérites van het nationaal-socialisme. Hij zei dat de huidige herbewapening van Duitsland nodig was voor de zijns inziens op den duur onvermijdelijke strijd tussen nationaal-socialisme en communisme....’ Oltmannsfehn had circa 400 inwoners. En zo beschreef mijn vader zijn speurtocht naar waar onze oervader Bastian Oltmans, geboren 21 februari 1697 in Butforder Kirchspeil in Oost-Friesland vandaan zou zijn gekomen. Op de terugtocht bezochten zij Steenderen, waar de schrijver Jan Frederik Oltmans (1806-1854) begraven ligt. In 1896 was er een klein monument op zijn graf onthuld en werd er een lied gezongen, de tekst wordt vermeld. Het verslag van mijn vader eindigde aldus:Ga naar voetnoot130 Triest eigenlijk zo'n bezoek. Theo is mijn broer, maar wat hebben we elkaar nog te zeggen? We hebben ons zo verschillend ontwikkeld. Mijn input en zijn input na het ouderlijk huis De Horst zijn totaal verschillend geweest. Daarom is zo'n ontmoeting eigenlijk triest. Er lag weer veel sneeuw, die Nellie had moeten weg scheppen. Theo zei: ‘Nog zo'n winter en ik ga voorgoed naar Florida.’Ga naar voetnoot131 | |||||||||||
27 november 1977Lugano-ZürichIk heb er spijt van eigenlijk geen interesse te hebben getoond zijn fabriek te zien. Hij stelde het tweemaal voor te gaan kijken. Wat ik niet begrijp is dat hij nooit eerder vertelde hiermee bezig te zijn. Ik wist van niets. Nellie zei zelf niet te weten hoeveel geld hij erin had gestoken of hoe hun financiële situatie in elkaar zat. Hij vertelt haar ook absoluut niets. Hij schijnt zelfs naar Holland te zijn geweest zonder dat zij op de hoogte | |||||||||||
[pagina 180]
| |||||||||||
was. Zij vertelde ook dat mam, wanneer zij in Lugano logeerde, nooit meer met een woord repte over onze vader. Theo hetzelfde. Dat weet ik. Toch sprak ik er wel over met mijn moeder. Zij deed hetzelfde en toch, nu twijfel ik ook. Theo wordt 19 maart a.s. vijftig jaar. Ik vroeg hen dit op Amerbos te komen vieren. Ik beloofde Nellie sowieso een ticket naar Amsterdam. ‘Le papillon, après qu'il a déposé ses oeufs, je doute qu'il prenne encore beaucoup d'amusement à la vie (...). L'âme, sans plus de but, tout en proie au loisir, s'ennuie.’ - André Gide, 19 septembre 1941. In de herinneringen uit je kindertijd zijn de bergen veel hoger. We waren hier in 1936. De Horst herinner ik me ook als een veel groter huis dan het is. Dit bezoek aan Lugano vond uitsluitend plaats omdat Theo mijn jongste broer is. Ik verafschuw zijn cynisme, en daardoor zijn persoonlijkheid in het algemeen. Ik zou hem nooit zijn ‘tegengekomen’ als hij niet mijn broer was geweest. Hij vroeg opnieuw naar Frits, niet naar Peter. ‘On vit pour mourir (...) on meurt pour vivre.’ Wanneer ik over het leven van mijn broer nadenk word ik triest. Toen ik zei The Observer te willen kopen zei hij: ‘Waarom niet The London Times?’ Dat spreekt boekdelen.Ga naar voetnoot132 Theo is gesloten; potdicht. Behalve voor oppervlakkigheden. Nellie lijkt te hunkeren naar contact en conversatie. Ondertussen lijkt het een heksentoer om zijn bedrijf drijvende te houden en ondertussen glipt zijn leven weg. Wat is er in zijn geval de récompense voor? Aan de University of California is vastgesteld dat veel zeemeeuwen lesbisch zijn. Van de 1.200 bestudeerde exemplaren was 14 procent duidelijk homoseksueel. Van de mannetjes kon geen nichterij worden vastgesteld. Leonardo da Vinci vulde tussen 1485 en 1515 ongeveer 120 aantekeningenboeken met schetsen. In de Royal Academy in Londen zijn er momenteel 50 tentoongesteld, die uit Windsor Castle afkomstig zijn. William Feaver schrijft in The Observer dat hij vooral was geïnteresseerd ‘in the way an eye sees and the process whereby a mind reasons. He wanted above all to locate the “senso commune” or common sense, the chamber of the brain where the senses converge, and, may be the soul resides.’ | |||||||||||
[pagina 181]
| |||||||||||
‘In his earliest drawings’ vervolgt Feaver, ‘the various mental faculties (the registration of impressions, the storage of memories, the powers of cognition) are set out precisely, like a phrenologist's head map greatly simplified.’Ga naar voetnoot133 Het hoofd is natuurlijk ook waar alles om draait, al denken velen dat het om de penis zou gaan. De schuld van de ussr aan het Westen bedraagt op dit moment 40 miljard dollar. De minister van Buitenlandse Handel Nikolai Patolichev is deze week met een delegatie van dertig man in Los Angeles. De vs en de Sovjet-Unie beschikken over de twee grootste economic potentials in de wereld. Vierentwintig Amerikaanse bedrijven hebben zich nu in Moskou gevestigd. Toch is er vorig jaar maar voor een paar miljard handel geweest tussen beide superpowers. Volmaakt irrationele confrontaties, zoals het feit dat 60.000 Russische Joden vorig jaar wilden emigreren maar geen visa kregen, wegen blijkbaar nog steeds te zwaar om gewoon als volwassen staten zaken met elkaar te doen.Ga naar voetnoot134 Daniel Yergin van de Harvard Business School beschrijft hoe ‘the dictatorship of the proletariat’, zoals dit 7 november 1917 met de bestorming van het Winterpaleis van de tsaar werd beoogd, in werkelijkheid ‘a dictatorship of industrial development’ is geworden. Het heeft de schijn alsof het een geslaagd experiment is. Premier Aleksei Kosygin kondigde in 1976 bij het 25ste Communistische Partijcongres aan dat zijn land nu het meeste staal in de wereld produceerde, evenals de meeste olie, kolen, ruw ijzer, tractoren, katoen en wol. Yergin wijst er echter op dat productiecijfers nog niet betekenen dat de Sovjet-Unie over de hele linie in die sectoren werkelijk nummer 1 is. ‘The big question of development,’ schrijft hij in de Times, ‘is no longer simply how much a country can produce, but of what quality, how well it utilizes it, and how effectively it innovates. By these criteria the Soviet Union is running into trouble.’ Yergin vervolgde: ‘The Soviet-Union now seems to face a protracted economic crisis hinged on the question of whether it can maintain even a modest economic growth. To make the matter more difficult, the very political system that enabled the Soviet Union to become a major industrial power is now probably the single greatest barrier to the further development of its economy.’ Yergin wijst op nog een belangrijk aspect van de oorzaak, | |||||||||||
[pagina 182]
| |||||||||||
waarom de ussr achter blijft lopen op het Westen: ‘The character of the Soviet system prevents technological innovation. Yet, without such innovation, the economy will stagnate. Consumer goods will continue to be shoddy. Workers will have even less incentive to work, and sluggish growth could turn into stagnation, which could turn into a downward spiral. But the Soviet leaders are hardly eager to make any real reforms in the structure of the economy and society, for they fear the political consequences. One glance in the direction of the Czech spring of 1968 is enough to remind them of the dangers.’Ga naar voetnoot135 In 1977, tien jaar voor het hoogtepunt van de hervormingen van Mikhail Gorbatsjov, las ik artikelen van Amerikaanse en andere specialisten, als die van Daniel Yergin, waarin reeds werd aangegeven dat de sovjetsamenleving op springen zou komen te staan. Toch hield ik het toen voor onmogelijk dat er een macht ter wereld was die het marxisme-leninisme in de ussr omver zou kunnen werpen, vooral ook omdat er steeds werd geredeneerd vanuit standpunten van militaire machtspolitiek. Dat het regime zichzelf van binnenuit zou liquideren als gevolg van economische, sociale en psychologische symptomen als hier aangegeven, heeft, denk ik na 1985, de meeste waarnemers volledig verrast. Hadden de sovjets de kritiek van het buitenland, als hier beschreven, serieus genomen dan zou de geschiedenis van de Sovjet-Unie een andere loop hebben kunnen nemen. Ik lees zelf ook deze analyse uit 1977 in 1993 met andere ogen. Yergin omschreef toen reeds ‘the recipe for disaster’, zoals zich dit tien jaar later zou voltrekken. | |||||||||||
28 november 1977Wenen, Imperial hotelHet management had een fruitbakje gereed gezet. Ik kom hier al vele jaren. Bereikte Peter telefonisch nog na middernacht. Zijn optreden in een musical in Madrid is nu definitief. De repetities beginnen 25 januari. Dat is uitstekend nieuws. Vandaag heeft hij de modeklus met de poema. ‘Het zijn vleeseters en er zit nog al wat vlees aan mij,’ zei hij. Hij zei ook geroerd te zijn geweest door mijn telegram. Mooie zin. Gide herinnert zich dat Oscar Wilde tegen hem heeft gezegd: ‘Vous écoutez avec les yeux.’ Hoe oud was hij toen hij dit in zijn dagboek schreef? (In 1943 was hij 74 jaar.) | |||||||||||
[pagina 183]
| |||||||||||
Hij zegt steeds minder zin in gesprekken en het uitwisselen van ideeën te hebben, behalve misschien met enkele intimi. Ik denk dit nu al vaak. ‘(...) qu'en temps de sécheresse de coeur.’ Schreef Henk Hofland een briefje dat ik nog altijd in de markt was voor een lang gesprek. De uitnodiging van dr. Jermen Gvishiani wordt in een grote enveloppe gebracht. De Nieuwe Linie schijnt nu definitief ten onder te gaan. F. Rondagh meldt dit in een vierkolomsartikel in de Volkskrant.Ga naar voetnoot136 De dames hebben het blad proberen te redden door het een sterk feministisch karakter te geven, waartegen Wim Klinkenberg en ik ons volgens Rondagh zouden hebben verzet. Ik denk dat Anton Constandse, Wim Wertheim, Erik Jurgens en anderen hier al evenmin van gecharmeerd waren. Dat is het einde van die open deur naar de pers. Gide onderkent de afstand tussen mensen, die onpeilbare leemte, die brein van brein scheidt. ‘Je me sens ici plus loin des miens que je ne pouvais être au Tchad même. Et il me semble que, loin d'eux, ma pensée s'endorme.’ Dat was 1943. Nu bel ik Peter ‘even’ in Londen als ik zijn stem wil horen. En: ‘(...) le besoin de sympathie a toujours orienté ma vie.’ Ik zou het woord sympathie gewoon vervangen door contact. De ontmoeting is maar voor een gedeelte te verklaren uit de behoefte | |||||||||||
[pagina 184]
| |||||||||||
om aardig gevonden te worden. ‘l'Honnêteté d'un écrivain consiste à ne pas donner comme siennes les idées qu'il a glanées de-ci, de-là, chez autrui.’ De vermenging van binnen- en buitenwacht blijft onvermijdelijk. ‘Victor lit beaucoup,’ vermeldde Gide in 1943. ‘Je ne sais s'il lit bien, mais, en tout cas, il lit de bons auteurs.’ En dan spreekt hij over ‘son paysage intérieur’, van Victor. Dat binnenwachtgeroezemoes zal nooit aan de herrie van de buitenwacht kunnen ontsnappen. Je moet een neus hebben, zowel voor welke Victors een partijtje mee mogen blazen als voor het selecteren van auteurs. Het is uiteindelijk de input die het innerlijke landschap in een Jardin Exotique - als in Monaco - verandert of de Sahel de Sahel laat. Ik galoppeer door Gides dagboek en stop bij zinnen die me aanspreken, zoals je door een tuin wandelt en stopt om aan een bloem te ruiken. Toen ik bij het Bundeskanzleramt arriveerde, stond de donkerblauwe Jaguar met nummer w 609 van Kreisky bij de ingang. Bij de veiligheidsbeambten hing een serie foto's van de Baader-Meinhof terroristen. Niemand wist dat ik werd verwacht. Ik las in Gide verder en noteerde: ‘Je me sens, par moments, à bout des forces, et vieillis, jusqu'au désespoir.’ Wanneer zullen dergelijke donkere wolken boven mijn hemeltje zich samenpakken? Hoe zal ik dit ouder worden verwerken? Mam zal een monumentaal voorbeeld voor me zijn. Rudolf Nureyev wandelt de lobby van het Imperial binnen, lange sjaal, pet, witte laarzen, witte corduroy broek en een groene legerjas, rode wollen trui. Hij is alleen. Van 12.20 uur tot 12.40 uur bracht ik met de kanselier dr. Bruno Kreisky door. De arme Poolse ambassadeur moest lang wachten. Toch was ik door deze wetenschap gehaast en niet voldoende op mijn gemak. We dompelden meteen in het interview. Ik vond wat hij te zeggen had weinig opzienbarend. Toen ik wilde opstappen zei hij: ‘Did you want to also talk about Gvishiani?’ Ik maakte hem er op attent dat deze later een receptie zou geven in het Hofburg paleis. Hij greep meteen een telefoon en gaf een secretaresse opdracht Gvishiani een telegram van verhindering te zenden. Hij kon onmogelijk aanwezig zijn vanwege een bijeenkomst van leiders der Oostenrijks kantons. ‘But I will arrange to see him anyway.’ Kreisky constateerde: ‘A total absence of warlike problems in Europe,’ met uitzondering van de voortdurende Oost-West wrijvingen, en de Turks-Griekse problemen, die in navo-verband weggewerkt kunnen worden. Vooral de economische betrekkingen tussen de twee helften van Europa hadden aan | |||||||||||
[pagina 185]
| |||||||||||
gewicht gewonnen. Hij meende dat er nu gewerkt diende te worden aan het opvoeren van activiteiten bij het coördineren van energiebronnen, douaneproblemen en reisfaciliteiten. ‘And then we have to reach some results in the Vienna mbfr Conference on the reduction of military forces in Europe, so that we can reduce armed forces everywhere.’ Wetende hoe bevriend hij is met de Myrdals in Stockholm citeerde ik Alva Myrdal, de Zweedse minister voor Wetenschapsbeleid, toen zij er op wees dat de wereld thans 168 maal vernietigd kan worden. ‘With this overkill capacity it is an excellent moment to reach disarmament,’ antwoordde hij. Op de vraag of de neutrale landen van Europa en in het bijzonder hij en president Kekkonen van Finland hierbij een bemiddelende rol zouden kunnen spelen, zei Kreisky: ‘We should not exaggerate the possible roles of smaller countries. We can be useful from time to time in preparing ways to reach some understanding, with use of our services, but much more we cannot achieve between the super powers.’ Ik toonde hem een artikel uit de New Times no. 46 van deze maand, waarin door de redactie in Moskou werd onderstreept dat het Oostenrijkse blad Profil had gewaarschuwd dat het land opnieuw een Duitse kolonie dreigde te worden. Neonazi's in Duitsland begonnen weer te spreken van Oostenrijk als provincie van alle Germanen. Volgens Moskou zouden ook de ‘circle of friends of Franz Joseph Strauss a new Anschluss’ nastreven. Duitsers zouden al tussen de zeven en elf miljard dm in Oostenrijk hebben geïnvesteerd en bezittingen van ‘German Junkers’ als De Bourbon-Parma, Schaumberg-Lippe en anderen, bij bosjes aan het opkopen zijn. Kreisky vond het maar overdreven geleuter. ‘Furthermore,’ zei hij, ‘it is silly to take a program from a non-existent political group, this Neo Nazi npd, which got a little more than 100 votes during an election at the university, where they had their biggest chance. Some hundred votes is being explained as symptom of development in Austria! This is not true. Austria is today, economically, of course, collaborating with the Federal Republic of Germany, because they are very important. But keep in mind, that the facts about our economy are very different from frg data. There, they have one million unemployed. We had last year full employment. There is no doubt, the Austrian economy is buying a lot from Germany.’ ‘But the ussr has a 40 billion dollars debt in the West. Isn't that reason for concern?’ vroeg ik hem. ‘That is not much for such a big country. Furthermore, the | |||||||||||
[pagina 186]
| |||||||||||
Soviets are very punctual in meeting their international financial obligations. They meet their payment deadlines, so there is no problem. But we will have to discuss this debt with them and we can discuss additional credits in a mutual way, exchange energy against imports.’ ‘Are you not concerned about a rising tide of anarchy and terrorism. You yourself have been threatened.’ ‘There is no doubt that all these subversive activities are a threat to democracy and our free societies. It is clear that these terrorist groups are totally isolated from the masses. For the moment it is a security problem. If we cannot solve problems of unemployment in the face of our young generations, we should not be astonished when these activities on the long run will receive sympathy from young unemployed people who are not very fond of conditions in our present society. For the moment, terrorist activities have a very limited scope. It will, however, become a huge problem if our democratic societies are not able to solve the basic problems, such as unemployment.’ En toen we nog even over Gvishiani spraken zei de bondskanselier dat hij ‘a tremendous contribution’ had geleverd om het iiasa-instituut tot een succes te maken. ‘Without him it would not have been possible to establish this by now very famous think-tank in Laxenburg Palace.’ Op een tafeltje bij zijn zitje stond een maquette van de in aanbouw zijnde United Nations City in Wenen, gekozen als een stad met een brugfunctie tussen Oost en West. Mijn brief aan hem lag eveneens op tafel met een aantal passages rood onderstreept. Ik lunchte in het Imperial hotel. Verderop zat een oude bisschop met twee nog oudere dames. Een had een hoed op en is heel erg mager, lang en bleek. Wat een trio. Liet voor Nureyev een briefje achter om een interview te krijgen.Ga naar voetnoot137 | |||||||||||
Redouten Saal, Hofburg PalaceGaf de secretaris van Gvishiani, Bykov, een brief voor zijn baas. Bemachtigde eveneens de brieven van Jimmy Carter en Joop den Uyl - opvallend verschil - ter gelegenheid van de vijfde verjaardag van iiasa.Ga naar voetnoot138 De bondspresident dr. Rudolf Kirchschläger kwam binnen. Hij kreeg een stoel vóór alle anderen aangewezen. Eager | |||||||||||
[pagina 187]
| |||||||||||
beaver Harold Brainin, de pr-man, was alom druk in de weer, als gewoonlijk. Ik keek de zaal eens rond en dacht: wat een troosteloze aanblik all these bright minds. Verschillende ambassadeurs lazen boodschappen van regeringen voor. De Japanse vertegenwoordiger was de enige die een buiging voor de president van Oostenrijk maakte. Professor Wolf las het epistel van Den Uyl voor. Ik ontmoette hem om een interview te regelen. Misschien is dit een middag tussen wandelende genieën, maar ze zien er bijna allemaal melig en ongezond uit. Zij zijn de breinen die de wereld moeten helpen redden. Liep tegen mijn oude vriend dr. Philip Handler aan. Enthousiast vertelde ik hem dat ik dankzij een welwillende introductie van dr. Gvishiani met Bill Sheehan van abc-televisie in contact was gekomen en dat we het Instituut voor Gerontologie in Kiev als eerste project zouden entameren. Tot mijn niet geringe verbazing antwoordde hij: ‘You like to be manipulated? Gvishiani is manipulating all of you.’ Wat veroorzaakte bij Handler deze reactie? Hij had voornamelijk zelf, in perfecte samenwerking met Gvishiani, het iiasa-instituut helpen opzetten. Voelde hij zich achteraf zelf gemanipuleerd? Ik helemaal niet. Ik weet zeker dat Gvishiani gewoon heeft geredeneerd: deze man kennen we nu, er is mee te werken, zijn primaire journalistieke uitgangspunt is niet om antisovjetpropaganda te maken, let us try. Had deze reactie zeker van Handler niet verwacht. Ben ook nog even naar de receptie gegaan. Kardinaal König zei: ‘You are always welcome for a talk, when I have the time.’ Professor Eduard Pestel vertelde directeur van de Volkswagen Foundation te zijn geworden. De dinerzaal is al leeg om 19.30 uur, dan hebben de Oostenrijkers al gegeten. Ze zijn intens burgerlijk in dit land. Net als bei uns. | |||||||||||
29 november 1977Mevrouw Offereins verzekerde me dat Keke okay is, veel slaapt en veel bij haar in huis is. Of zijn oogjes nog ontstoken waren? ‘Ja, dat zijn ze wel.’ Hoe kan dat nou als hij bij een dierenarts logeert? Vroeg haar er onmiddellijk door dr. Offereins naar te laten kijken. Peter vertelde dat de poema ‘een lief beest’ was geweest. Hij had een belangrijk bedrag meer gekregen omdat het allemaal langer had geduurd. Zaterdag heeft hij een andere modelling job. Om 10.30 uur arriveerden Anton Koenen en Sue Masterman. Ze schijnen zich vooral met Polen, Hongarije en Tsjechoslo- | |||||||||||
[pagina 188]
| |||||||||||
wakije bezig te houden voor de gpd en de Times. Althans, tot dat ze een botsing kreeg met de redacteur, die erop gestaan zou hebben te vermelden dat Den Uyl en de pvda van plan waren Nederland uit de navo te halen. ‘Ze verwachtten van me dat ik zou schrijven,’ vertelde Sue ‘dat Nederland door communisten werd platgewalst en dat we uit Brussel zouden weglopen, en dat op een moment dat het pvda-congres nog wel een resolutie aannam om in de navo te blijven.’ Ik dacht bij mezelf dat zal wel weer een vuurtje zijn geweest dat Luns in Brussel via de Times heeft willen aanwakkeren. Dewi Sukarno was zojuist drie dagen in Oostenrijk geweest om op fazantenjacht te gaan. Mijn oude vriend Jenö Randé is nu volgens de Presse inderdaad benoemd tot ambassadeur van Hongarije in Oostenrijk, zoals Anna Bebrits al vertelde. | |||||||||||
Boedapest, hotel BoedapestIk heb de rede van dr. Gvishiani van gisteren, getiteld Science Facing Global Problems, nog eens nagelezen. Het was een aaneenschakeling van gemeenplaatsen, die we allemaal kennen. ‘To man science has always been a compass in the ocean of phenomena not yet understood (...). The tremendous potential of contemporary science and technology allows an in-depth penetration into the hidden processes of nature.’ Verder: ‘Great thinkers of all nations and epochs always believed that scientific cognition had no boundaries. This is even more true today, at the time of the technological change that transforms science into a direct and most important productive force.’ En de arme man moest een vast Brezhnev-nummer opnemen natuurlijk. ‘In his speech on the occasion of the 60th anniversary of the Great October Socialist Revolution Brezhnev says: “If it should prove possible to solve the major problem - that of preventing another world war and establishing durable peace - remarkable new vistas would open for the inhabitants of the earth, the preconditions would appear for solving many other vitally important problems which are arising before mankind as a whole in our day”.’ Als ik niet wist hoe de mind van dr. Jermen Gvishiani in werkelijkheid opereerde en wat hij echt te zeggen heeft, dan zou ik na zo'n speech denken: wat een afschuwelijke apparatsjik uit Moskou. Daarom zou het boek wat we nu samen aan het ontwerpen zijn zo belangrijk kunnen zijn. Toen er gisteravond niemand op het vliegveld was om me af te | |||||||||||
[pagina 189]
| |||||||||||
halen belde ik met de ambassade, wat ik anders niet zo snel doe. Ik word toch alleen maar gesaboteerd, tenzij een plaatselijk bz-mannetje nieuw is of zijn instructies niet kent. De enige ambassadeur die me hartelijk heeft ontvangen, terwijl hij wist wat er vanuit Den Haag over me werd verteld, was Piet Schaepman in Singapore, die door André Spoor als mesjogge wordt gezien. Naar aanleiding van mijn telefoontje kwam attaché J.P. Wolfswinkel naar de luchthaven. We reden naar hotel Duna. Hij lichtte me in over minister van Buitenlandse Zaken Frigyes Puja, die ik vanmorgen als eerste zal ontmoeten. Hij deed dit uitstekend. Het verbaasde hem overigens dat het me gelukt was een gesprek met Puja zelf te hebben. Zijn ambassadeur is Johan Beelaerts, die getrouwd is met Agnies Pauw van Wieldrecht die ik wel eens ontmoette bij de Stichtse upper ten tijdens en na de oorlog. Wolfswinkel vertelde dat ten tijde van de affaire-George de Mohrenschildt mijn foto in de Hongaarse pers was verschenen. Ik vertelde hem hier het nodige over. Hij had onlangs twee boeken over Willy Brandt gelezen. Hij sprak bewondering voor de man uit. Ik gaf hem daarop een speechje dat in bijna alle gevallen van bewondering voor medemensen, deze neerkomt op niet voldoende geïnformeerd zijn. Hij maakte een onzekere indruk. Met een Volvo van de regering reed ik al vroeg naar het ministerie van Buitenlandse Zaken. De ontmoeting met minister Puja duurde een uur en vijfendertig minuten en werd bijgewoond door Clara Szakala, het hoofd van de Benelux afdeling. Zij verwees enkele malen naar mevrouw Bebrits in Den Haag als ‘mijn’ ambassadrice, waardoor ik haar meteen al silly vond. Ook het hoofd van de afdeling Pers en een stenograaf waren aanwezig. Ik maakte zelf eveneens aantekeningen en zou zaterdag een goedgekeurde tekst ontvangen. Grappig vond ik Puja's opmerking dat hij eens tegen Max van der Stoel had gezegd blij te zijn dat Luns nu bij de navo in Brussel zat ‘om aldaar nieuwe vijanden voor de Westerse alliantie te maken.’ Dat zullen ze zeker niet in de tekst laten staan. Puja wees er overigens op dat de betrekkingen tussen Hongarije en Nederland onder Van der Stoel minder gezellig waren. ‘Het is de gewoonte,’ zei hij, ‘zeker in zaken van internationaal protocol, dat wanneer een minister, in dit geval Van der Stoel, hier wordt uitgenodigd, er een tegeninvitatie komt. Nederland heeft dit initiatief nog steeds niet genomen. Dat is zeer ongebruikelijk. Het is nauwelijks een geheim dat het in onze bedoeling heeft gelegen om tot een uitwisseling van bezoeken | |||||||||||
[pagina 190]
| |||||||||||
door onze premiers te komen. Het gaat nu allemaal veel te langzaam.’ ‘Zit Nederland hierbij dan in de achterste koets?’ vroeg ik hem. ‘Het is wel een feit dat onze premier bezoeken aan Noorwegen en Denemarken bracht; die landen liggen hier nu voor op Nederland. Ook ging Janos Kadar, onze partijleider naar het Vaticaan, Rome, Wenen en Bonn. Premier Raymond Barre van Frankrijk was onlangs hier. Het bevreemdt ons dat Nederland schittert door afwezigheid.’ Ik zei maar niet - ik schreef het althans niet op - dat Max van der Stoel zijn prachtige carrière voornamelijk had te danken aan braaf doen wat de Amerikanen het liefste willen. Dat blijft voor mij het wonderlijke aspect van het Europese socialisme. Ze zullen deze tik uit de oorlog hebben overgehouden. Hij ontkende overigens dat Van der Stoel bij zijn bezoek aan Boedapest tijdens het gesprek met Kadar op de tafel zou hebben geslagen, zoals in Nederland werd bericht. ‘Kadar heeft er wel enkele uren voor uitgetrokken om uw minister uiteen te zetten dat, zoals wij dat hier zeggen, men uit hout geen ijzeren ring kan maken. Maar ze gingen vriendelijk uit elkaar.’ Het had Puja betreurd dat de berichten over een confrontatie Kadar-Max van der Stoel na afloop de hele zaak in een scheef licht hadden gezet, met alle nadelige gevolgen voor het effect van een goodwill-reis. De verdraaiingen hierover in de Nederlandse pers hadden de autoriteiten in Boedapest zeer geërgerd. Ik ben er van overtuigd dat Van der Stoel zelf die praatjes de wereld in hielp om zijn imago van de man die communisten in de wereld de waarheid in hun gezicht zegt, nieuw leven in te blazen. De man blijft een ramp.Ga naar voetnoot139 Lunch met Janos Follinus, redacteur van het weekblad Figyelö, een blad voor economisch commentaar onder andere. Hij had met een beurs van de Ford Foundation een jaar in de vs doorgebracht. Belde mevrouw Bebrits in Den Haag om te zeggen dat ik Puja had gesproken en dat alles prima verliep. Ze scheen verbaasd: ‘My...’ zei ze. Om 14.00 uur bezochten we handelsbedrijf Artex. Ik sprak met general direktor Istvan Pataki. Vervolgens op bezoek bij de schrijver Gyula Illyés. Deze 75-jarige vertelde niet veel meer buiten te komen. Terwijl ik liever naar Lohengrin zou zijn gegaan wilden mijn | |||||||||||
[pagina 191]
| |||||||||||
gastheren dat ik naar een musical ging die de decadentie in Amerika aan de kaak stelde. Ik zei hier zelf al vele jaren getuige van te zijn geweest, maar er hielp niets aan. Het ministerie gaf me een begeleider mee, Jozsef Hajgató, zoon van een diplomaat, die economie studeerde. Ouders gescheiden. Hij woonde bij zijn moeder. ‘My friends call me Josi,’ zei hij. We besloten de boel de boel te laten, gingen naar buiten en wandelden rond tot de Mercedes van de regering ons zou ophalen. De jongen had een aandoenlijke glimlach. Ik zei dat ik dacht dat hij dicht tot zijn moeder stond en veel op haar leek. Hij noemde zichzelf zeer, zeer kwetsbaar. Ik vond dat hij maar eens voor een vakantie naar Amerbos moest komen. We gingen in een Weinstube eten. Hij deed aan tennis en zwom bijna iedere dag. Morgen moet hij Italianen begeleiden. Hij vertelde ook een aantal trips naar Moskou te hebben gemaakt. Zijn vriend begeleidde er eens mensen en trof ergens een dronken Amerikaan aan. Uit vriendelijkheid bracht hij hem veilig naar zijn hotel. De man gaf zijn kaartje: Deputy Chief of Naval Intelligence. Een generaal van de mariniers. ‘Als ik het kaartje niet zelf had gezien zou ik het verhaal niet hebben geloofd,’ vertelde Josi. Hij zei dat op het ministerie werd verteld dat minister Puja in zijn gesprek met mij buitengewoon open was geweest en dingen had gezegd, die hij nooit eerder aan een buitenlandse journalist had verteld. Puja zou hebben gezegd: ‘Deze journalist zal nooit vergeten wat ik heb verteld buiten de goedgekeurde tekst om.’Ga naar voetnoot140 Time spreekt over Walter Conkrite van cbs-televisie als ‘an electronic matchmaker’ zoals hij zich heeft uitgesloofd om de historische reis van Anwar Sadat naar Israël aan de wereld te tonen. Sadat nam Conkrite, Barbara Walters en John Chancellor in zijn vliegtuig mee. In oktober 1973 hadden beide landen nog een confronterende oorlog. Nu had je mevrouw Golda Meir via het beeldscherm grapjes met Sadat kunnen zien maken en hun diverse kleinkinderen horen bespreken. Sadat maakte duidelijk dat 70 procent van de vijandigheid in het Nabije Oosten een zuiver psychologische aangelegenheid was. Daarin heeft hij natuurlijk gelijk. Alle controversen in de wereld spelen zich in breinen van mensen af, bijna altijd volkomen nodeloos en nadelig voor zichzelf. In zijn analyse noemde Lance Morrow ook het feit dat Sadat en Begin hun gedrag kennelijk op de uit te zenden televisiebeelden afstemden. Dat krijg je over de hele linie meer en meer. Golda Meir vatte dit puntig | |||||||||||
[pagina 192]
| |||||||||||
samen door te zeggen dat zij niet wist of Begin en Sadat een Nobelprijs zouden krijgen, maar dat de heren in ieder geval een Oscar verdienden.Ga naar voetnoot141 | |||||||||||
1 december 1977Soms als ik naar Bachs pianomuziek luister, denk ik: zal ik toch nog eens lessen gaan nemen? Peters moeder is jarig. Gyula Illyés zei slechts gedeeltelijk in dagboeken geïnteresseerd te zijn. ‘When you know the work of a man, it is perhaps interesting to read.’ Hij vond Confessions van Rousseau prachtig. ‘C'est à Dieu qu'ils parleraient.’ Andrei Gromyko, de zuurpruim, is het natuurlijk niet eens met wat Sadat en Begin aan het doen zijn. Hij noemde de verzoening crazy. Vanmorgen een ontmoeting met de schrijfster Magda Szabó, die een stuk regisseert in het Madach Theater. Ook de directeur Otto Adám zal disponibel zijn. Magda fluisterde van alles in mijn oor, erg lief, maar ik rook haar adem en probeerde zover mogelijk van haar weg te blijven, met alle gevolgen van dien. Later boven een kopje koffie voegde zich een acteur bij ons met zachte bruine ogen, zwarte boots en corduroy broek, zwart leren jack en een trouwring. Hij vond Fellini's Armacord de mooiste film die hij ooit had gezien. Magda vond een dagboek te direct, te veel raw material, daar kon slechts literatuur uit voortkomen, de beautification van het ruwe materiaal. Het is maar waar je van houdt. Beautification is vervalsing. Raw material is authenticiteit, dan maar geen literatuur. Ik dacht erover na. Misschien wilde ze zeggen dat je de wereld geen puur raw material in een dagboek kunt aanbieden om te lezen. Ik bied mijn dagboek aan als werkend journalist, niet als schrijver, laat staan literator, want dat is wat ik ben: journalist. Ik zou een boekje over Hongarije willen schrijven in de toon van ‘Gesprekken in...’. De volgende stop was Kobanya Pharmaceutical Works en een gesprek met dr. György Fekete, assistant general manager. Hij was in Indonesië geweest in 1964 en gebruikte ‘daar de lunch met dr. Subandrio. Hij wist van het bestaan van de acf in Maarssen, maar had kennelijk geen belangstelling om contact te leggen. Joseph, onze chauffeur, is een clown. Ik vroeg via de tolk Eva of hij wel eens met een bisschop naar bed was geweest. ‘Yes.’ | |||||||||||
[pagina 193]
| |||||||||||
‘Where?’ ‘Oh, in a small chapel in the country. It was the only way to get to the nuns. Of course I had to go to confession prior to sleeping with the holy man.’ Lunch met János Avar, journalist van het dagblad Magyar Nemzet, Hongaarse Natie, in de coffeeshop Hungaria. ‘You are now famous here,’ zei hij ‘because we all know of your Kennedy adventures.’ Ik dacht: ik zal je maar niet vertellen hoe ik in Nederland te boek sta en dat ik daar berucht ben. Na een bezoek aan de vice-president van de Hongaarse Kamer van Koophandel, dr. Jeno Rédei, ontmoette ik de componist András Mihály, met een gezicht vol groeven en wallen, die de muziek van Rachmaninov blijkbaar niet kende. Volgens hem werden Rachmaninov en Mahler bijna nooit in Hongarije gespeeld, noch Sibelius, Reger en anderen. Vreemd. Toch zaten we na enige tijd op de juiste golflengte. Mijn tolk Eva zei me met genoegen bezig te zien door het ‘contact’ dat ik met geïnterviewden opbouwde, ook door hen op hun gemak te stellen. Gabor Hegedüs, verantwoordelijk voor mijn programma, kon geen kaartjes krijgen voor een pianorecital van Tamas Vasary, waar ik behoefte aan had en heen wilde. Ik smoesde zelf met een dame achter het loket, en voilà ik ben er. Hij speelde een sonate van Schubert, prachtige muziek, maar er kwam geen eind aan. Vervolgens de Sonate van Chopin. Hongaren spelen Chopin als Liszt. Fabelachtige techniek maar niet werkelijk mooi en aangrijpend. Momenten misschien. Of was ik te onrustig om te genieten? Het is toch volkomen ongehoord dat de zuster van de Amerikaanse president, Ruth Carter, erin geslaagd zou zijn Larry Flint, die maandelijks 1,9 miljoen exemplaren van het pornoblad Hustler op de markt brengt, nu eveneens herboren te laten zijn in Christus! Time schrijft: ‘In one of the most remarkable religious conversions since Paul stopped kicking the goad,’ dat Flint nu heeft gezegd: ‘I owe every woman in America an apology.’ ‘Flints journey from horniness to holiness’ werd door Ruth verhaast en speelde zich af in een jet op 40.000 voet hoogte tussen Denver en Houston. Vanaf dat moment van herboren worden wist Flint ‘that the Big Boy upstairs’ aan zijn zijde stond. ‘People may think I am cuckoo,’ aldus de uitgever, ‘but this is not a publicity stunt. I have asked God for forgiveness.’ Deze Ruth Carter is werkelijk een miracle worker, eerst Jimmy en nu Larry. Wie volgt.Ga naar voetnoot142 | |||||||||||
[pagina 194]
| |||||||||||
Margaret Mead heeft een opmerking over de huwelijksstaat gemaakt: ‘Throughout history, females have picked providers for mates. Males pick anything.’ Ik zou haar willen vragen: ‘Providers for what?’ | |||||||||||
2 december 1977Een opwekkend lief jongetje aan het ontbijt, een ingetogen gezicht, nog niet vertrapt en platgewalst. ‘Je ne parviens pas à mépriser les joies charnelles (et, du reste, ne m'y efforce guère.)’ - André Gide in 1944 op 75-jarige leeftijd. Imre Hollai, mijn vriend bij de Hongaarse delegatie bij de vn, is nu zelf permanent vertegenwoordiger van zijn land bij de volkerenorganisatie. Kleintjes worden groot. President Urho Kekkonen van Finland heeft in een rede gezegd dat het Kremlin in 1945 zijn land met een nieuwe oorlog bedreigde, indien oorlogsmisdadigers niet ter plaatse zouden worden berecht. ‘Surprising as it may sound,’ aldus Kekkonen, ‘I believe the upright way in which Finland has dealt with the issue of war guilt provided a good start for the trust which has grown between Finland and the Soviet Union in recent decades.’ Mijn standpunt is steeds dat wat de Finnen kunnen, ons eveneens zou moeten lukken, want we zijn tenslotte allemaal buren van de ussr. Eva zei 's ochtends altijd bang te zijn voor mijn humeur. Ik kon erg boos kijken. Dat hangt er ten eerste vanaf of de zaken behoorlijk zijn georganiseerd, wat hier het geval is. Maar ook, legde ik haar uit, ben ik gewend om alleen te zijn en de godganselijke dag in gezelschap van een tolk en andere officials, als Gábor Hegedüs, te moeten doorbrengen is voor mij een vrijwel niet te overkomen bezoeking. In de filmstudio's werd eerst een tekenfilmpje over Napoleon in Rusland getoond, prachtig gemaakt maar niet ontspannend. Daarna volgde de vertoning van de nieuwe film Sindbad naar een verhaal van Zoltán Huszárik en ook door hem geregisseerd. Ik vond het niet kunnen. Het filmwerk zelf was uniek. De landschappen, de kleuren en details perfect. Maar het onderwerp zelf was een dergelijke sublieme behandeling nauwelijks waard. Tegen het einde tippelt de man nog even op een organiste in een kapel. How vulgar can you get? Zou wel met sommigen van de acteurs willen spreken. Lunch met Joseph Pálfy, president van de Nationale Unie van Journalisten. Wilde fazant, want het was jachtseizoen. Er waren voldoende van die beesten, ook reeën, om af te schieten en | |||||||||||
[pagina 195]
| |||||||||||
vervolgens bij deze ‘feestelijke gelegenheden’ te serveren. Mijn Europa-boek is in Magyarország besproken door Anna Sándor. 's Middags een bezoek gebracht aan de buitenlandse handelsmaatschappij Medimpex en een gesprek met de general manager Tibor Erdei. Waste of time eigenlijk. Voor de oorlog dreven ze handel met de Nederlandse Kininefabriek. Nu is het Organon. Ook bracht ik een bezoek aan de Nederlandse ambassadeur Johan Beelaerts van Blokland. Agnies kwam naar de deur gesneld en herkende me uit onze jeugd in Bilthoven, waarschijnlijk bij Hetty de Marees van Swinderen thuis. Zij is nog altijd even mooi en heeft een sensationeel figuur. Zij had drie beeldschone zussen, herinner ik me. Een tikkeltje theatraal is ze wel. Hij is ernstig, kalend en wat langdradig. Hij droeg een wollen vest met gaten in de mouwen, wat me aan Ernest Schimmelpenninck (senior) in de oorlogsdagen deed denken.Ga naar voetnoot143 De ambassade is een oud prinselijk paleis en absurd vorstelijk en overdreven als residentie voor een ambassadeur. Ze zaten al twee maanden zonder verwarming en hadden geen personeel. Agnies ging meestal naar de markt om inkopen te doen. Zij verwarmde vleeshapjes bij een glaasje sherry. Opnieuw bleek hoeveel gemeenschappelijke kennissen we hadden. ‘Leeft mevrouw De Ramaix nog?’ vroeg Agnies.Ga naar voetnoot144 Ze zouden Teheran als post hebben gekregen, maar Leopold Quarles was gezonden. We spraken over hem en zijn broer Willem, getrouwd met Pauline de Ramaix. Ik sprak over Luns en wat ik van de man dacht; vooral Agnies scheen het met me eens te zijn. Ook over de rol van Van Royen in Washington en dat ambassadeur van Boetzelaer me in Taxco, Mexico had toevertrouwd dat een aantal ambassadeurs had overlegd of Luns nog langer getolereerd kon worden. Ze leken blij al jaren uit Nederland weg te zijn, want de diverse Haagse intriges waren nauwelijks te volgen. De ambassadeur was vooral geïnteresseerd in mijn gesprek toet minister Puja waarover ik hem exact vertelde. Op een gegeven moment zei ik tegen Beelaerts: ‘Puja reclameert dat Den Uyl nog steeds niet is geweest. Waarom zou u niet prins Claus en prinses Beatrix naar Boedapest halen?’ ‘Ik voorspel niet gauw dat iets een succes zal worden, maar van zo'n prinselijk bezoek zou ik kunnen zeggen dat het succes honderd procent zeker zal zijn,’ aldus de ambassadeur. Beela- | |||||||||||
[pagina 196]
| |||||||||||
erts leek op een gedachte te zijn gebracht. Toen ik dit later aan de heer Wolfswinkel vertelde, schrok hij zichtbaar. Ik concludeerde dat de man kennelijk al bij voorbaat tegen het werk op zag dat dit met zich mee zou brengen.Ga naar voetnoot145 Ik vroeg Beelaerts of hij overwoog memoires te schrijven. Hij antwoordde eens in een vliegtuig te hebben gezeten met dr. E. van Raalte, de parlementair deskundige, die hem had gezegd dat hij nooit zou publiceren wat hem ooit in vertrouwen was gezegd. Dus hij, Beelaerts, zou hetzelfde doen. Het leek me geen blijk van intelligentie in dit opzicht naar de heer Van Raalte te luisteren. Ik vind dat juist mensen op posten als de heer Beelaerts dat zouden moeten optekenen - al was het maar om hen die na hem komen erop te wijzen wat anders zou hebben moeten verlopen en de weg te wijzen eerder gemaakte fouten niet te herhalen. En dan is er ook nog zoiets als the historical record.Ga naar voetnoot146 De ambassadeur vertelde over zijn vorige post in Koeweit. Hij beklaagde zich erover hoe zijn diplomatieke telegrammen, zelfs urgente boodschappen, in Den Haag op het ministerie gewoon niet werden gelezen en hoe er op die manier een aantal kansen voor Nederland in Koeweit waren verspeeld. Hij noemde als voorbeeld vier baggermolens ter waarde van 25 miljoen gulden per stuk. Hij was van mening dat er op het ministerie op een walgelijk nonchalante wijze met ambassadeurs en zaken van het landsbelang werd omgesprongen. Ik herinnerde hem er aan dat ambassadeur Piet Schaepman mij in soortgelijke termen had ingelicht. ‘Mijn man is altijd heel voorzichtig,’ merkte Agnies op, alsof zij wilde aangeven dat wat ik kreeg te horen slechts het topje van de ijsberg was. Dineerde met de schrijver en regisseur van de film Sindbad in het restaurant Vadrózsa. Hij was zo mager als een lat. Hij had een jonge vrouw bij zich, waarmee hij getrouwd zou zijn. Ook een functionaris van het ministerie was aanwezig. Ik vond hem aardig. Ik zei me vooral gestoord te hebben aan de tippelpartij met de organiste op het einde. Hij was het met me eens, maar benadrukte dat zijn film poëtisch was en dat ik misschien door de vertaling veel had gemist. | |||||||||||
[pagina 197]
| |||||||||||
acht te veranderen. ‘En die man wordt premier. Hij had in Nijmegen moeten blijven.’ Wat me overigens in het gesprek met ambassadeur Beelaerts het meeste verwonderde, was de minachting die hij, en ook Agnies, voor het ministerie in Den Haag koesterde. Hij beschreef gedetailleerd reacties op telegrammen en hoe hij door de lange jaren op buitenlandse posten het gemierenneuk in Den Haag was ontgroeid. Toen ik bijvoorbeeld tegen hem zei: ‘Dus u ondersteunt de gedachte om Beatrix en Claus hier naartoe te halen?’ antwoordde hij: ‘Wholeheartedly, Margaretha van Denemarken komt ook. De Hongaren zouden het prachtig vinden om een prinselijk paar te gast te hebben.’ Hij vervolgde - tongue in cheek - ‘Wanneer men op het ministerie er maar aan wil denken dat men hier ook nog een duur betaalde ambassadeur heeft zitten en mij om een advies zou vragen (...) in het gunstigste geval,’ en meer van zulke hints, ‘dan zou ik een bezoek, zoals u noemt, krachtig onderschrijven.’ Agnies drukte me bij vertrek op het hart Hetty van Swinderen te bezoeken. Ik schreef haar een briefje over onze verwijdering, maar dat ik Wicher van Swinderen in Scottsdale, Arizona over onze ontmoeting uitvoerig had bericht. De ene van Swinderen is ontvankelijk voor Haagse roddel, de ander niet. Tolk Eva is zo slijmerig geworden, het maakt me misselijk. Ze ligt op een afschuwelijke manier aan mijn voeten. Ik weet niet waarom. Vanmorgen ontmoette ik Jozsef Székhelyi, de acteur die me erg aantrok. Hij is 31 jaar, heeft een dochtertje van anderhalf en heeft absoluut zalige ogen. Sprak Shakespeare niet over ‘de hemelse retoriek van ogen’? Ik legde mijn hand op zijn arm en voelde een bundel spieren. Hij zei hartstikke gek te zijn geweest om acteur te worden. ‘You need two stomachs for it, and I have only one.’ ‘Your lips must be sealed, but DenmarkGa naar voetnoot147 is a free and rich country. We are still in a prison.’ Daarop raakte hij met zijn wijsvinger mijn lippen aan om te zeggen: Houd je mond. ‘I have to tell my daughter later to become mediocre and average so that she can survive in communist society.’ Voor mijn vertrek had ik een ontmoeting met Clara Szakala van de Benelux afdeling om te bedanken, maar ook om haar te vertellen dat met het wegblijven van Joop den Uyl het nuttig zou zijn Beatrix en Claus naar Hongarije te halen. Laten de Oranjes maar weer eens de eer van het vaderland redden, zoals | |||||||||||
[pagina 198]
| |||||||||||
prins Bernhard dit al tientallen jaren heeft gedaan om de blunders van ministers als Luns en consorten bij te slijpen. Zij vond het kennelijk een lumineuze gedachte en zei dat ze officieel nog niets kon zeggen, maar zij zou het op de geijkte niveaus bespreken en ook Anna Bebrits in Den Haag informeren. | |||||||||||
Boedapest-Praag-ParijsCaravelles vind ik hoogst oncomfortabele toestellen. Jozsef Szekhelyi had een soort mentale en gespierde vitaliteit die me zeer aantrok. Hij sprak over het feit dat zijn moeder geen melk had toen hij werd geboren en vertelde dat zijn vader in de lik had gezeten. Hij vertelde over een oprechte communist, een generaal, die door de Duitsers was opgehangen, naar wie een straat was genoemd.Ga naar voetnoot148 Hij noemde Zoltan Huszárik ‘een beetje geschift’ en een alcoholist. Hij was eerst schilder geweest, waardoor ik nu begrijp waarom hij zo schilderachtig filmt. Toch was hij positief over zijn regisseur. Was hij het eens met het vulgaire einde van de film? ‘That symbolizes our situation in Hungary,’ antwoordde hij. ‘Here all men die several times. Such is the hopelessness of our life. After the war, we first thought, the misery was all over. But it all came back, nazism under another name, fascism. But one has to be careful and not speak about it.’ Op dat moment sprak hij over Hamlet en legde zijn vinger op mijn lippen. Johan Beelaerts legde me uit dat ambassadeur Floris van Pallandt, die in 1949 mijn gast was op Yale University om de studenten toe te spreken over de zegeningen van de Nederlandse politionele acties in IndonesiëGa naar voetnoot149, de vader is van Frederik, van het duo Nina en Frederik de populaire liedjeszangers. Vanmorgen zei tolk Eva: ‘You consider everyone as your tools.’ Ik adviseerde haar dat eens tegen Peter te zeggen, die haar dan wel van passende repliek zou dienen. ‘With a girl like you,’ vervolgde ik, ‘one can do two things: be friends with or work with. Since you and I had to work to make this trip worthwhile, I preferred to apply the work formula.’ Zij had haar man verlaten en heeft geen zin meer in een nieuw huwelijk. Wijs. Na geluisterd te hebben naar mijn levensfilosofie, zoals ik die met mensen had besproken, beangstigde haar de mate waarin ze het met me eens was. Ik was vooral chauffeur Josef dankbaar, die erg effectief is geweest en uitstekend reed. Ik verheug me intens op de ontmoeting met Peter in Parijs. Zou hij al in hotel Vendôme zijn gearriveerd? | |||||||||||
[pagina 199]
| |||||||||||
Gide was van mening dat het nuttig was dat de oorlog in 1945 ook het hart van Duitsland aantastte tot Berlijn toe. Prima. And, what about America? De vs zijn in de 20ste eeuw op hun grondgebied gevrijwaard gebleven van de verschrikkingen van de zogenaamde moderne oorlogvoering. Hoe ‘nuttig’ zou het zijn indien de Amerikanen zelf eens kennis zouden maken met wat ze zoal elders aan richten? Ik lees dat de moeder van Jimmy Carter de indertijd weggehaalde kroon van het Hongaars-Oostenrijkse keizersrijk zal terugbrengen naar Boedapest. | |||||||||||
Parijs, hotel VendômePeter was een half uurtje voor mij vanuit Londen gearriveerd. Heerlijk. Zijn bea-vliegtuig was weer teruggetaxied naar de terminal, omdat een wiel moest worden vervangen, waar hij zich groen en geel aan had geërgerd, zoals ik aan al het Air France-gedoe op Orly. Peter had een helderziende in Engeland geraadpleegd die ‘fantastische dingen’ over zijn toekomst had gezegd. Later in de Continental sauna hield ik een stoel voor Peter vrij en tot twee keer toe ging hij haast ostentatief niet naast me, maar iets verderop zitten. Zoiets verpest alles voor me. Een soort herhaling van wat met Casper op Curaçao gebeurde. Jammer dat zoiets zich voordoet. Je kunt op niemand eigenlijk ooit echt honderd procent rekenen. Ik raak dan volkomen uit mijn humeur en heb mijn stemming dan helemaal niet meer in de hand. Op zo'n moment wil ik het liefste meteen vertrekken, net als op Curaçao. Ik weet dan ook niet hoe ik me anders zou kunnen voordoen en fingeren dat ik me amuseer. Misschien dat als we later in de frisse lucht zijn alles beter wordt. ‘L'activité ou la passivité dans les pratiques de l'amour distingue bien plus les hommes que l'objet même de leurs désirs.’ - Gide in 1944. Een doordenkertje. De jongen naast Peter is opgestaan en mijn stemming veranderde op slag. De bron van ergernis is opgelazerd. Het kan niet waar zijn dat dit zo is, maar zo liggen de kaarten wel. Is de hele blowup alleen maar voortgekomen uit per se je zin niet krijgen? We gingen later ergens eten en dronken koffie op het terras van Deux Magots. Bij terugkeer in het hotel zei Peter: ‘Ik ben na een paar uur weer aan je gewend...’. | |||||||||||
[pagina 200]
| |||||||||||
explosie in de Continental. ‘Ik kon gisteren direct aan je zien dat je in Boedapest hard had gewerkt,’ zei Peter. Hij wilde gisterenavond na het eten een joint roken, waarop ik vroeg: ‘Heb je die rotzooi dan toch mee door de douane genomen?’ Hij had het spul in een propje in zijn hand gehouden en in geval van nood had hij het gewoon laten vallen. Peter zit zo in de toneelwereld dat hij potjes en pannetjes bij zich heeft om aan zijn gezicht te werken, wat ik absurd vind. Ik lachte dat het hem ‘grijs’ maakte. ‘Nee groen,’ katte hij terug. Later heb ik dan weer spijt en realiseer ik me hoeveel fouten je maakt in een relatie. Stralende zon. Prachtig weer. Parijs op zijn best. We genieten intens. 's Middags brachten we een bezoek aan Dewi Sukarno, die er nog steeds jong en meisjesachtig uitziet. Kartika was weinig veranderd. Dewi's voormalige lover Francisco Paesa moet nog twee jaar in de gevangenis zitten, omdat niemand de 500.000 dollar wil betalen om hem vrij te krijgen. ‘I do not sue him for what he did,’ zei ze, ‘but others took him to court. Quite a lot of money disappeared, a huge sum.’ Hij zou eenmaal voor haar levensverzekering hebben betaald en daarna nooit meer. ‘I put all my money on him and lost everything, including two diamond rings and sapphire earrings.’ Peter zei later: ‘Zij moet toch wel van hem hebben gehouden.’ Zij vroeg mevrouw Azuma, de verzorgster van haar dochter, een fles champagne open te trekken. De kurk vloog tegen het plafond. We zaten gezellig bij elkaar tot zij een telefoontje kreeg dat dertig minuten duurde. Het was een vriendin met twee jongens van vijf en twee jaar. Zij was zeven jaar zeer gelukkig getrouwd geweest toen er iets ongewoons gebeurde. De man moest voor zaken naar Amerika en toen hij thuiskwam kondigde hij de vriendin aan: ‘I don't love you anymore. I love another woman. We will not divorce. I will spend three days in the week with you. The rest I will be with her.’ Dewi vertelde dat alle Franse mannen hun vrouwen bedonderen en daarom haten in het algemeen de meeste Franse vrouwen mannen. Zij vervolgde: ‘Om die reden geven Franse vrouwen al hun attentie en krachten aan hun zonen en ze verwachten dat deze op hun beurt zich wreken op andere vrouwen.’ ‘Ik liet haar maar uithuilen,’ vervolgde Dewi. ‘De moeder van haar man haatte diens vrouw. Nu is ze verzot op de maîtresse van haar man. Sorry, maar ik moest er wel even naar luisteren. Ik heb haar aangeraden een detective te huren om uit te vinden wie die juffrouw is. Ze zei hiervoor geen geld te heb- | |||||||||||
[pagina 201]
| |||||||||||
ben. Ik heb aangeboden voor de research te betalen, want ik ben zelf ook nieuwsgierig wie het is.’ Peter bracht voorzichtig naar voren: ‘But once she knows, she is liable to create a scene.’ ‘Then he will hate her for ever.’ ‘Precisely,’ zei Peter. ‘But if I find out who the mistress is I will not tell my girlfriend.’ Megawati Sukarno was op bezoek geweest. Dewi installeerde haar met drie reisgezellen in een hotel. Het bezoek had Dewi kennelijk op kosten gejaagd. Zij had het maar een corvee gevonden. Tot overmaat van ramp, toen ze eindelijk wilden afreizen naar Amsterdam, werden hun tickets, paspoorten en geld gestolen. Ze keerden naar Dewi terug, die op dat moment alleen een nogal duur hotel voor ze kon vinden. Dewi moest alles regelen, nieuwe paspoorten, nieuwe visa voor Holland, reisbiljetten, alles. Toen ze een paar dagen later op het punt stonden opnieuw naar Amsterdam te vertrekken, kwam de Préfect de Police vertellen dat alles was teruggevonden. Dewi sprak met ernstig voorbehoud over president Bhutto van Pakistan, een vriend sedert de dagen van Sukarno, nu bekend was geworden wat hij allemaal aan moorden en verkrachtingen van vrouwen en zelfs kinderen op zijn kerfstok had. Ik herinnerde me maar al te goed hoe zij zich altijd naar het George v Hotel spoedde om bij hem te zijn. Ik dacht: wat hebben ze Bung Karno allemaal in de schoenen geschoven, waar absoluut niets van waar was. Het trieste lot van politici: De Gaulle, Nikita Khrushchev, Sukarno en nu Bhutto. ‘De ondergang zit in het vak meegebakken,’ zei Emile van Konijnenburg van de klm altijd. Dewi vond Indira Gandhi ook terrible. Ze spreken daar over democratie, maar - en zij verschoof een bakje op tafel - ze roepen bij alles zoals dit een bediende om het te doen. President Ferdinand Marcos was volgens haar de slimste politicus in Azië. Ik vertelde de stunt van Ruth Carter Stapleton en Larry Flint van Hustler. ‘Oh, but this is marvelous: she turned a pornographic magazine into a holy one.’ Zij vertelde vrijwel wekelijks in Duitse bladen te staan. Ook kreeg zij veel bezoek van Indonesische journalisten. ‘I feel sorry for the old man,’ zei ze over prins Bernhard. ‘I wish him no harm. May be I could blame him for not being nice to Sukarno and instead befriending Suharto!’ Ik vroeg me af of zij dit opzettelijk zo verdraaide, of dat president Sukarno haar in het ongewisse had gelaten over zijn ontmoetingen met de prins. Of, wat ook mogelijk is, speelde zij het spel met Bern- | |||||||||||
[pagina 202]
| |||||||||||
hard en Bung Karno mee, omdat het geheim diende te blijven. Peter vroeg of de dochter van de prins in Parijs nog in de klas bij Kartika zat.Ga naar voetnoot150 ‘I don't know whether she is still there, because she was set back one year.’ Dewi lachte luid, omdat haar veel slimmere dochter naar een volgende klas was overgegaan. We gingen met Dewi buiten de deur dineren. Tegen het einde van de maaltijd kwam ze op prins Bernhard terug. Het gesprek liep bijna uit de hand. Zij beschuldigde mij er van dat ik haar niet had beschermd in mijn gesprekken met Gijs van der Wiel van de Rijksvoorlichtingsdienst toen vorig jaar de Lockheed-affaire speelde en ik voor Der Stern op pad was geweest om het verhaal van de Parijse romance van de prins te achterhalen. ‘I was ready to kill you,’ zei Dewi. Ook omdat ik dus halverwege de opdracht teruggaf omdat ik niet wenste samen te werken met Gerd Heidemann van Der Stern.Ga naar voetnoot151 Bovendien speelde Dewi haar eigen spelletjes dwars door onze zogenaamde samenwerking heen. ‘Yes, and since you were furious with me you initiated that notorious article by Robert Kroon,’ riep ik uit. ‘You are crazy, I even wanted to return that letter to you when you wrote that!’ Bijna ontplofte ik toen ze zei: ‘I did not invite you to dinner to get into a scandal.’ Op dat moment wilde Peter laten merken dat hij er ook nog was en zei: ‘I am ready to scream.’ Dat kalmeerde alle gemoederen. Zij vertelde na die geschiedenis nooit meer door Edmond de Rothschild te zijn uitgenodigd. Deze mijnheer schijnt de peetvader van Bernhards dochter te zijn. Bovendien ontmoet de prins zijn dochter en haar moeder dikwijls in de kring van de familie De Rothschild.Ga naar voetnoot152 De Franse haute volée was volgens Dewi ‘very tight lipped about such matters’. ‘Everyone knows that Giscard d'Estaing has many girlfriends,’ vertelde zij. ‘I don't think that Bernhard's girlfriend is in that game.’ Ik onderstreepte dat het Robert Kroon was geweest die de Pussy Grinda story in De Telegraaf als eerste in Nederland had aangekaart. ‘Because he knew it too for many years,’ zei ze. Dan had Dewi hem ook in vertrouwen genomen. Ik verdenk Kroon er trouwens al jaren van tot de groep van in Amerikaans verband opererende journalisten te behoren met bindingen naar inlichtingendiensten en de cia. Dat komt op een dag nog wel aan het licht. | |||||||||||
[pagina 203]
| |||||||||||
Volgens Dewi was er een foto van Hélène Grinda, samen met haar dochter, in Paris Match verschenen. Het onderschrift luidde: ‘Wie is de vader?’ In andere tijdschriften was over het gezicht van het meisje een zwarte streep aangebracht om te voorkomen dat er geprocedeerd zou worden. Waarom mag in deze tijd niet in de krant dat de prins een dochter in Parijs heeft? Wie verbiedt dit in het lieve vaderland? Dewi adviseerde dat ik Bung Karno's vriend, dr. Hannes Lintl, in Wenen diende te ontmoeten. Ze had meteen haar adresboek gehaald. Hij is bovendien consul-generaal van Jordanië. Hij had duizend gasten genodigd om het 25-jarig jubileum van koning Hoessein te vieren. De koning logeert ook steeds bij hem. ‘Dat kan allemaal, omdat ze door de cia worden gefinancierd,’ zei ik. Ze vertelde dat haar lover per vliegtuig uit Marseille kwam en om 22.00 uur zou landen. ‘Also the prime minister of Morocco is arriving. I can't have two men the same night.’ | |||||||||||
5 december 1977Als ik terugdenk aan gisteren blijft Dewi voor mij toch verdacht. Hoe wist zij bijvoorbeeld exact wie de advocaat van Robert Kroon van De Telegraaf was in mijn zaak tegen Time? Zij noemde hem ‘een vriend van de Kennedy's en zeer invloedrijk’. Zij noemde zelfs een naam. Toen ik haar vertelde dat ik had geschreven dat de Bilderberggroep van prins Bernhard in samenwerking met de cia was totstandgekomen, ontglipte haar een flauw lachje. Ik vertelde uitgebreid over de cia als de smerigste maffia in de wereld en noemde cia-activiteiten tegen Sukarno, Lumumba, Sihanouk, Nkrumah en vele anderen. Ze trok hierbij een heel eigenaardig gezicht en kondigde aan dat ze een afspraak had. Wij wisten dus wanneer we konden vertrekken. Ik vond die reactie verdacht en ongewoon voor haar doen. Het was Peter evenmin ontgaan. Gisteren kwam er tegen het einde van het diner weer een telefoontje. Peter, die er beter zicht op had, vertelde dat Dewi was opgestaan, een keer diep ademhaalde, haar boezem vooruitstak en zeer zelfbewust als een koningin naar het toestel liep. Hij zei dat iedereen ernaar had gekeken. Ik merkte er wel iets van dat we in restaurant Bar du Théâtre inderdaad werden aangegaapt. Ik werd zelfs woedend toen we opstapten en de kelner zei: ‘Don't hurt the princess,’ toen ik met mijn schoudertas tegen Dewi aankwam. Peter vond haar bruine wollen jas trouwens, net als ik, sensationeel. Ik stond vanmorgen eerder op dan Peter en liet een briefje achter in een laars van hem: ‘Goed voor een aapje’, dan weet hij | |||||||||||
[pagina 204]
| |||||||||||
wel dat ik er geld mee bedoel. Ik zal 50 of 100 dollar opzijleggen. De stad is weer extra vervuild door het maandagverkeer. De uitlaatgassen slaan op je maag. Het ergste is dat niemand het meer schijnt te merken en er niets tegen wordt ondernomen. Wanneer ik de Place Vendôme oversteek, kijk ik altijd naar de ramen waar eens het kantoor van Volneg D. Hurd van de Christian Science Monitor was gevestigd.Ga naar voetnoot153 Ik ging naar het kantoor van Pierre Salinger, maar hij was in Duitsland. Jammer. Toen ik bij Hotel Vendôme terugkwam ging Peter net weg om te ontbijten met een jongen die hij in de Continental had ontmoet. Niet zo gezellig. Nog zoiets en ik ga alleen terug naar Amsterdam. Hij gaat al 's nachts alleen op stap, vervolgens verliezen we meestal de helft van de dag in Parijs aan uitslapen en nu ook nog dit? Er komen steeds meer aspecten in Peters leven bij, waar ik weinig waardering voor opbreng. Ik geloof ook dat hij met de grootste tegenzin meeging naar Dewi. Ze pakte hem bij het afscheid en omhelsde hem eigenlijk veel aardiger dan mij. Zij vroeg ook om zijn adres en telefoonnummer voor als zij in Londen was. Peter kwam tot de conclusie dat hij haar aardig vond en het eens was met haar principes en een aantal dingen die zij had verteld. Daar was ik het ook wel mee eens. Hij dacht haar nu beter te begrijpen dan vroeger. Kreeg trouwens ook het gevoel dat zij een dergelijke indruk op Peter had willen maken. Indira Gandhi had journalisten laten opsluiten. ‘She is a politician and if she does not manage to make a visiting journalist like her, she is a bad actress.’ ‘But from what you told me over the years, you too seem to feel that certain journalists belong in jail,’ zei ik. En wat mevrouw Gandhi betreft: Dewi's theorie vertelde meer over Dewi dan over mevrouw Gandhi. Dat weet ik zeker. Peter bleef maar een uurtje weg. We hadden een plezierige lunch samen. Hij bekende zich verveeld te hebben om te moeten luisteren naar het geklets van Dewi en mij over politieke zaken, die hem niets interesseerden. ‘Ook al krijg ik positive vibes van haar,’ zei Peter, ‘you never really know what she is up to.’ We maakten er vandaag een gezellige dag van. Om 18.30 uur was ik alleen in de Madeleine, brandde twee kaarsen en mummelde in mezelf dat ik ‘wijs’ zou zijn in relatie tot Peter. Een schorre priester in een scharlakenrood gewaad kan natuurlijk helemaal niets zeggen of doen dat op mij de minste indruk | |||||||||||
[pagina 205]
| |||||||||||
zou maken. Hij is met het heilige avondmaal bezig: All mental patients. Ons weekeinde is al weer bijna voorbij. Ik weet dat het niet kan of zal gebeuren, maar soms zeg ik tegen mezelf: ik zou Peter altijd om me heen willen hebben om hem te beschermen. Hij denkt er bijvoorbeeld in hotelbedden nooit aan om de lakens echt te gebruiken ook al ligt iedereen onder die dekens. Eigenlijk is het een van de smerigste dingen om aan te denken: hotelbeddengoed. Morgen slaap ik weer alleen op Amerbos en is Peter ver weg. Vanmiddag lagen we lang op bed te praten. Hij zal altijd ver weg zijn en toch is hij de enige die echt close is met mij. Hij zei: ‘Willem, ik keer me steeds meer van mensen af. Soms vraag ik me af of dit aan mij ligt.’ Jimmy Carter bevestigde tegenover James Reston dat religie een invloed op de geschiedenis heeft. De president antwoordde namelijk voor het eerst in Washington, in zijn eigen kerk, een preek te hebben gehouden, zoals hij dat thuis in Plains, Georgia altijd heeft gedaan. Hij had ontdekt dat Menachem Begin, Anwar Sadat en hijzelf veel gemeenschappelijk hadden ondanks verschillende godsdiensten. ‘I think the fact that we worship the same God and are bound by basically the same moral principles is a possible source for resolution of differences. I was always convinced that if Sadat and Begin could get together, they would be bound by that common belief.’Ga naar voetnoot154 Wat schreef Freud? Is godsdienst niet ‘the universal obsessional neurosis of humanity?’ Hij vervolgde: ‘But infantilism is destined to be surmounted. Men cannot remain children for ever.’Ga naar voetnoot155 Dat was het boeiende aspect van het boek van De Mause en Ebel over de rol van de fantasie in het Amerikaanse bestel. De psychohistorici doen een gooi naar het meten van de emotionele rijpheid van leiders in het algemeen en Carter in het bijzonder en brengen dit in verband met wat ze noemen ‘the emotional needs of the American people’. Paul Elovitz, een psychoanalyticus en daarnaast professor in de geschiedenis, ploos de jeugd van Carter in Georgia uit en sprak met zijn familieleden, tot en met zijn zwarte baboe, Annie Mae Jones, toe. De Mause ontwikkelde begrippen als Group fantasy en Fantasy analysis. ‘The notion of the president as primarily a fantasy leader who is a delegate of national moods, is quite at odds with the traditional model of political science which regards leaders primarily as holders of something called “power” which they | |||||||||||
[pagina 206]
| |||||||||||
use to get action. In fact, most of politics works in exactly the opposite fashion: the nation first develops quite irrational group-fantasies, then pumps them through the media and lower government officials into the president and his advisors, expecting them to somehow act them out in order to relieve the anxieties generated by the fantasized conditions.’Ga naar voetnoot156 Wat ik zo boeiend vind van de analyse van De Mause is dat in tijden van spanning en mogelijke conflicten je de samenleving inderdaad met open ogen naar een soort trance state ziet toedrijver, die De Mause formuleerde als ‘the acting out of group-fantasies’. Tijdens de zogenaamde Cubaanse rakettencrisis waren jfk en zijn adviseurs doorlopend in vergadering op het Witte Huis om een atoomoorlog te voorkomen. Volgens De Mause kregen die bijeenkomsten meer iets van ‘a séance than a rational discussion’. ‘All the elements of a trance state could be seen in these meetings: heightened suggestibility, increased dependence on the leader, extremes of passivity by usually forceful people, demands for group unanimity, emotional rather than logical thinking, amnesia for inconvenient facts, inability to tolerate inaction, and even an increase in such body feelings as dizziness, fears of loss of control, dry mouth, pressures in the head, increased heart rate and feelings of claustrophobia, all of which are related to birth memories.’Ga naar voetnoot157 | |||||||||||
6 december 1977Geloof dat Peter op een redelijke tijd thuiskwam vannacht. Dit soort uitjes en ontmoetingen zijn hem honderd procent gegund. Hij is jong, zit in Londen onder de knoet van Edwin, laat hem maar genieten. Hij is niet wild enthousiast trouwens en houdt rekening met mij uit respect voor onze relatie. Het kan allemaal niet beter. Ik werk in mijn hoofd nog steeds aan het verbeteren van het artikel over prins Bernhard. Het ochtendnieuws:
| |||||||||||
[pagina 207]
| |||||||||||
Vanmorgen lag ik stil naar Peters profiel op zijn hoofdkussen te kijken. Hij lag op zijn rug. Ik dacht waar zal je nog allemaal gaan en staan? Wat zal je nog allemaal in je leven moeten meemaken? Hij is in ieder geval door en door gezond. Bovendien is hij vrij behoorlijk ‘gewapend’ tegen de ‘pijnen’ om ons heen. Hij is toch degene die het dichtste tot me staat in de wereld. Toch zijn er aspecten of trekjes aan hem, die hem altijd een vreemde zullen doen blijven. Hij zei gisteren: ‘Je ontkomt er nooit helemaal aan: ik ben helemaal mijn moeder en toch heb ik trekken van mijn vader die erfelijk zijn. Zoals jij die van je moeder hebt. Soms denk ik bijvoorbeeld dat je toch iets te achterdochtig bent.’ Misschien. Ik zei tegen hem dat ik Frederick Ress in Minneapolis ‘geloofwaardiger’ vond dan Edwin van Wijk. Hij antwoordde: ‘Inderdaad, Edwin overdrijft. De vier mannen met revolvers om mij tegen de poema te beschermen, was allemaal onzin. Het dier was een lief klein puppy. Maar Fred is weer het andere uiterste, hij is te weinig realistisch.’ De fbi heeft een gedeelte van 80.000 documenten over de moord op jfk vrijgegeven. Het blijft een uiterst smerig zaakje. Op Oswald werd een namaak-legerregistratiekaart gevonden op naam van Alek Hidell. Op die naam zou het geweer, de 6.5 mm Mannlicher-Carcano, zijn besteld, waarmee jfk zou zijn doodgeschoten. Het heeft er alle schijn van dat de truc werd bedacht om later Oswald te kunnen beschuldigen van de moord op de president. Bovendien wijzen de documenten uit dat de fbi Lee Harvey Oswald al jaren in de gaten hield.Ga naar voetnoot159 | |||||||||||
[pagina 208]
| |||||||||||
7 december 1977AmerbosPeter vertrok voor mij naar Londen gisteren. Ik kwam met de klm naar huis. Prins Claus is naar de 60ste verjaardag van Finland gegaan als vertegenwoordiger van koningin Juliana. Een foto van hem met Urho Kekkonen stond in de bladen. Waarom ging er niemand naar de 60ste verjaardag van de ussr? De brief die ik vanuit Wenen naar de Volkskrant stuurde is 3 december geplaatst. Ik ontkende op de eerste plaats tegen feminisme bij De Nieuwe Linie te zijn geweest. Wat eerst en zwaarder woog, was dat ‘de dames Marjo, Hennie en Hanneke totaal incompetent waren een krant te maken, laat staan het werk van anderen te beoordelen’. Hans Waleveld van Nieuwe Revu vindt mijn artikel over Bernhard ook nog steeds niet acceptabel. Hij heeft gelijk. Ik heb er dan ook weer de hele dag aan gewerkt. Pas wanneer mijn verhaal op orde is willen ze Willem Klinkenberg vragen ook zijn versie te schrijven en dan gaan we samen de krant in. Mij best. Ambassadeur Romanov heeft weer eens rabbijn A. Soetendorp, Martin van den Heuvel en andere professionele agitatoren voor de poorten van de ambassade gehad om te protesteren tegen behandeling van de Joden in de Sovjet-Unie. In Moskou zou een documentaire zijn getoond om toe te lichten hoe Joods kapitaal Adolf Hitler in het zadel hielp. Vervelend voor Soetendorp en consorten, maar ze kennen in hun emotionele ijver hun geschiedenis kennelijk niet. | |||||||||||
8 december 1977Het Bernhard-artikel is kant-en-klaar bij de Nieuwe Revu afgeleverd. W.H. Guise (39), adjunct van de nrc, die onlangs nog een grote mond tegen mij had, is onverwachts overleden. Vier organisaties van voormalige verzetsstrijders dreigen Ischa Meijer met een kort geding, omdat die idioot in een vpro-programma heeft gezegd: ‘Wij weten nu best dat praktisch de gehele bevolking min of meer fout is geweest (tijdens de oorlog) en het handjevol dat zich hoe dan ook verweerde tegen de bezetter bestond voor het overgrote deel uit halfgare avonturiers, die onder andere omstandigheden gewis in het gevang of gesticht zouden zijn beland.’ Bij sommige Joden zit er toch wel een draadje los. Toen ik Keke gisteravond haalde was hij prima. Nu is hij opeens totaal levenloos. Ik houd mijn hart vast. | |||||||||||
[pagina 209]
| |||||||||||
De heer Visser 't Hooft zei vanavond op televisie altijd voor Nehru bewondering te hebben gehad, omdat hij zichzelf zo goed kon relativeren. ‘Heel anders dan Sukarno. Toen ik president Sukarno in den beginne ontmoette, was het een heel redelijke man, maar later, tegen het einde, was het hem in de bol geslagen....’ Hier zit slechts een kern van waarheid in. Ik was er bij toen Visser 't Hooft Bung Karno in 1966 voor het laatst ontmoette. Iedereen kletste die dagen in Jakarta dat de president niet meer goed bij zijn hoofd was. Niets was minder waar. Voor mij was hij niet anders in 1966 dan toen ik hem in 1956 voor het eerst ontmoette. Wat wel waar was, was dat Bung Karno in 1966 geïsoleerder was van de mainstream. Het is iets geheel anders dat een leider als gevolg van vervreemding minder exact op de hoogte is van wat er om hem heen speelt, en daardoor soms geen juist inzicht meer heeft, dan dat hij bezig is mentaal gestoord te raken, zoals Visser 't Hooft het deed voorkomen. | |||||||||||
9 december 1977Keke is vanmorgen weer levendig. Hij slaapt erg veel. Bertje uit Thermos liet me een gedicht lezen, getiteld vrij wild. Ik antwoordde. Waarop een nieuw epistel volgde: ‘Niet als een willoos dood dier wil ik aan jou overgeleverd zijn, maar als een dartel dier wil ik grazen in jouw tuin en mijn hoofd neerleggen op jouw schoot voor momenten van rust...’. Igor Cornelissen spelde in Vrij Nederland uit hoe dr. Max Ilgner, die financieel directeur van ig Farben was, in werkelijkheid een wereldwijd spionagenet runde. Prins Bernhard trad in 1935 in dienst van het bedrijf dat in 1925 was ontstaan door samenvoeging van een aantal Duitse chemiebedrijven. In 1936 werd zijn verloving met prinses Juliana bekend. Cornelissen maakt het aannemelijk dat de prins, na zijn verbintenis met het Nederlandse koningshuis, zijn contacten met ig Farben, of met Duitsland in het algemeen, niet van de ene op de andere dag zou hebben laten varen. Bernhard zou reeds voor hij Juliana in Grindelwald leerde kennen, in de jaren 1929 tot 1933 in Nederland bezoeken aan vrienden te hebben gebracht. Wie dat waren, heeft zelfs dr. Lou de Jong niet nader duidelijk gemaakt. In 1934, volgend op het verlies van prins Hendrik en haar moeder, koningin Emma, had Wilhelmina een nervous breakdown gekregen, wat overigens het zoeken naar een man voor Juliana nog dringender had gemaakt. Wilhelmina en Juliana waren op dat moment de laatst overgebleven appeltjes van Oranje. | |||||||||||
[pagina 210]
| |||||||||||
Cornelissen herinnert aan het boek van de oud-kamerheer van Juliana, mr. dr. I.G. van MaasdijkGa naar voetnoot160, dat ik na de oorlog van Wicher van Swinderen cadeau kreeg, waarin hij schrijft dat Hitler in de verloving van Juliana en Bernhard de mogelijkheid zag ‘zijn plannen ten opzichte van Holland een stap naderbij te brengen’. Volgens Van Maasdijk was Bernhard een onverwachte troefkaart in Hitlers politieke spel. De prins moest Nederland zien te winnen voor de nazi's. Het lijkt me klinkklare onzin. Op 17 november 1937 bracht Bernhard een afscheidsbezoek aan Hitler. De ontvangst zou ‘zeer koel’ zijn geweest en slechts tien minuten hebben geduurd. De vraag is: verbrak Bernhard na 1936 zijn banden met de Duitse politieke en zakelijke wereld? In de jaren voor 1940 zou hij nog veel naar nazi-Duitsland op en neer zijn gereisd. Op het huwelijk van Bernhard en Juliana was dr. Max Ilgner eregast. Het geeft allemaal te denken. Ik belde met Wim Klinkenberg. Hij noemde Igors geschrijf ‘slap’. Het Vrije Volk was veel feller tegen de prins van leer getrokken over deze zaken. Intussen had Stan Huygens (Thomas Lepeltak) een aanval op Klinkenberg gelanceerd omdat hij het voor ex-cia-agent Philip Agee had opgenomen. De Telegraaf meldde dat Agee nu voor de kgb werkte. Over dat geklets kan ik meepraten. Intussen staat het er toch maar, in het meest gelezen ochtendblad. Richard Sprague, de jfk-onderzoeker, schrijft dat ‘my friends’ nummer 800 905 in Dublin hadden gedraaid en inderdaad mevrouw Jim Adams, Donald Donaldson of Dimitri Dimitrov aan de lijn hadden gekregen. Zij was razend op haar man, die haar in de steek had gelaten. ‘He owes everybody money and is a bad guy,’ zei ze. Volgens haar was hij weer in de usa. De echtgenote kende de namen Adams en Dimitrov maar had nooit de naam Donald Donaldson gehoord. | |||||||||||
10 december 1977Anna Bebrits, de Hongaarse ambassadrice, prepareerde een uitstekende lunch in haar villa in Wassenaar. Zij had me de tekst van het gesprek met minister Puja reeds gezonden en onderstreepte andermaal dat het bedoeld was geweest als een ‘persoonlijke gesprek, niet voor publicatie’. Pas na enige druk mijnerzijds kwam het hoge woord er uit dat wanneer ik mijn gesprek met Puja zou publiceren, de nrc en de Volkskrant nijdig zouden zijn, want zij hadden er ook om ge- | |||||||||||
[pagina 211]
| |||||||||||
vraagd en het niet gekregen. ‘Ach,’ zei ik tegen Bebrits, ‘mijnheer Carter ontvangt Vladimir Bukovsky wel en mij niet. Men maakt nu eenmaal keuzes wie men te woord wil staan en wie niet. Laat ze maar gepikeerd zijn.’ Ze vroeg of ik dan in ieder geval de tekst als ‘een gesprek’ en niet als interview wilde presenteren. Wat maken ze zich toch druk om niets. | |||||||||||
12 december 1977Bracht rozen op het graf van mijn ouders. Eindelijk een bezoekje gebracht aan mejuffrouw Büringh Boekhoudt in Baarn. Ze heeft pijn en loopt krommer dan voorheen en lijkt steeds meer op haar moeder, zoals ik me haar herinner. Ze vindt het vreselijk om niet meer dan een kwartier te kunnen lopen. Maar het licht in haar ogen was hetzelfde. Zij is scherp en up to date als altijd. Over de Sovjet-Unie is zij niet te vermurwen. Zij vermoedt dat daar ook heel wat onregelmatigs voorvalt wat alleen uit vrees voor de dictatuur niet is waar te nemen. En als er in de ussr nu nog geen problemen van werkeloosheid en misdaad bestonden, dan kwamen ze nog wel.Ga naar voetnoot161 Ook verklaarde zij de Nieuwe Revu weer een ‘vreselijk blad’, wat in vele opzichten waar is, maar het blad helpt mij in leven te houden.Ga naar voetnoot162 Juffrouw Boekhoudt had mijn jfk-boekje gelezen, wat ze ‘vlot geschreven’ vond, maar ze had weer een appeltje te schillen in de geest van mevrouw N. Hazeu in Waalre. Hoe had ik al die jaren ‘een vriend’ van De Mohrenschildt kunnen zijn? Ik dacht vandaag nog in de auto aan zijn tragische einde. Hoe had ik van zijn gastvrijheid gebruik kunnen maken als hij een moordenaar was? Ik antwoordde dat hij het om te beginnen tien jaar lang had ontkend dat ik hem steeds had voorgehouden dat ik hem van medeplichtigheid bleef verdenken, en dat toen hij eenmaal in termen sprak van verantwoordelijkheid te dragen voor Dallas, ik hem in overleg met de nos naar Nederland bracht om zijn verhaal te doen. Ik geloof niet dat ik haar overtuigde juist gehandeld te hebben. Ze zei zelfs: ‘Als ik je niet kende, zou je jfk-boekje een onaangename indruk op me hebben gemaakt.’ Ik wil hier toch eens met Lex Poslavsky en Gerard Croiset over spreken. Zij vroeg wel naar Peter, maar keurde af dat hij was gestopt met zijn studie psychologie. Toch was ons gesprek open en prettig. Het verbaasde me weer hoe helder ze over van alles en nog wat sprak. Ik luisterde echt | |||||||||||
[pagina 212]
| |||||||||||
goed naar haar. ‘Vroeger maakten misschien 10.000 mensen uit de upper ten de dienst uit in het land. Als er dan tegenin werd gegaan, lieten zij van tijd tot tijd merken dat ze zich niet helemaal lieten uitschakelen en men ging over tot de orde van de dag. Nu heerst er steeds meer chaos in binnen- en buitenland en niemand roert de werkelijk belangrijke wereldproblemen van energie of milieu echt aan. Misschien moet er eerst een nog grotere energiecrisis komen. Dan leren we weer met onze handen te werken.’ Ze herinnerde zich hoe ik haar in de hongerwinter 1944-1945 olie had gebracht voor haar lamp. ‘Daar ben ik je eeuwig dankbaar voor gebleven. We konden weer zien. Ook die periode zijn we doorgekomen.’ Bezocht eveneens Dirk en Inge Keijer in Hilversum. Hij toonde me twee brieven van de heer Hooglandt van de Hoogovens in IJmuiden uit oktober en november en begon ook weer te zeuren over dr. Jermen Gvishiani en contacten met hem om een contract van 100 miljoen voor de Hoogovens in de wacht te slepen. Dan zouden we een commissie van een miljoen samen delen. ‘Ik wil het je wel op schrift geven,’ zei hij ook nog. Ik zei: ‘No, I do not worry about that.’ Hij adviseerde mijn acf-aandelen weg te doen wanneer ze tot 200 zouden zijn gezakt en ze om te zetten in Canadese staatsobligaties met een 8 procentgarantie. Juffrouw Boekhoudt zou het ‘kapitaalvlucht’ noemen als ik dat zou doen. Er kwam een Rus op bezoek en Keijer verdween met hem naar boven. Even later arriveerde een Engels sprekende heer met een baardje. Hij kwam om Inge Keijer te masseren, werd gezegd. Ook zij verdwenen naar boven. | |||||||||||
13 december 1977Hans Wilbrink en Hans Waleveld zijn ertoe geneigd om mijn Bernhard-reportage te publiceren, maar ze willen niet dat ik als onderliggend thema zou gebruiken, dat het sprookje van een monarchie shit is. Ze wilden Ton Kors bijvoorbeeld vragen om aanvullend Bip van Lanschot, een vriend van Bernhard, te laten interviewen. Ik voerde aan de monarchie geen shit te vinden maar een vorm van oplichterij van het grote publiek. Henry Ebel analyseerde de maximo lider als een infantiele aberratie van het volk in het boek Carter and the American Fantasy. ‘The President, Führer, Generalissimo, Imperator is the biggest grown up in the entire country.’ De vaderfiguur, de incarnatie van potentie. Om die reden ziet men de vorst of paus ook altijd in een verheven positie te paard, als standbeeld, of behangen met medailles en blik, | |||||||||||
[pagina 213]
| |||||||||||
tressen en epauletten, een zwaard aan de zijde, gepoetste laarzen, noem maar op. Hij moet in alles van iedereen voldoende verschillen zodat dit anderszijn hem boven het volk uittilt. Ergens, zo schreef Ebel, behandelt het volk de Führer of koning, als de kostbaarste ‘baby’ in de natie. ‘This infantile quality has a particularly dynamic aspect ultimately since it is concerned with the birth process itself.’ Ebel vervolgde: ‘The relationship we have to our leaders makes conventional notions of “ambivalence” seem understated and inadequate. The projections we pour into them, the king, the Führer, the president are truly primal projections that have to do with our initial infantile splitting between narcissistic self-adoration and apocalyptic self-loathing. In turn, the severity of the splitting can be traced to the deficits in the gratification of infantile needs that have historically been the norm of our species.’ Ebel analyseerde de drang om een totemachtige figuur in een wit huis in Washington of een wit paleis in Soestdijk te plaatsen als vader of moeder wakend over de natie als volgt: ‘The newborn needs a pain free and nurturing environment, and an exceptional attentiveness on the part of its guardians, particularly, of course, its mother, if it is ever to achieve the transition from the literally self-centered womb - in which desire and gratification were nearly synchronous - to a world of delays inhabited by other needful and therefore competitive human beings. It is therefore disastrous when, as has historically been the case, the needed attentiveness itself takes a painful form, in which swaddling, ritual mutilation, bottle-feeding, or obsessive cleanliness take the place of warmth, eye-contact, play and the breast. The result is a cognitive bad connection from which none of us is wholly free: the fact that we feed on attention and have a truly awesome hunger for publicity, fame and personal exposure - that even a dry letter informing us that we have won a prize or gotten an article accepted for publication is capable of sending a charge of infantile bliss through our systems - while feeling at the same time that no amount of admiration an achievement is “enough”, and that our true position in life is that of a brutality and unfairly deprived innocent. Thus our victories in life are contaminated by the feeling that we are bad and don't deserve them, while our disasters are resented as the unjust persecution of a good baby who deserves better!’Ga naar voetnoot163 Ik probeerde de beide Hansen van de Nieuwe Revu iets te vertellen over de dynamiek en psychische processen, die ‘het volk’ al | |||||||||||
[pagina 214]
| |||||||||||
sedert jaar en dag deden opzien naar de gebrilde man in het witte paleis met een witte anjer in de revers als uniek Nederlands statussymbool en dat aan dit alles op een of andere manier een kinderlijke projectie ten grondslag lag die niet al te ver van een psychische afwijking verwijderd was. Nog liever, een pathologische ontsporing benaderde. Ik probeerde hen duidelijk te maken dat dit eerder mijn mening over het koningshuis weergaf dan het woord shit. ‘After all, don't we need some controlling figure to cope with the aspects of reality that have nothing to do with our inner fantasies - the floods, the earthquakes, shortages, and aggressions which are “out there” and in no sense part of ourselves?’ vroeg Ebel zich af. ‘The leader-led relationship confronts us on a collective scale with the same dilemmas of pre therapeutic “blindness” that we experience in trying to turn the corner on our personal neurotic patterns. The crucially important fact is always the one that is most deeply buried, and as we struggle to unblock it we find our psyche flinging into view everything and anything that might distract us from our purpose.’ Ebel vervolgde: ‘Every denial system contains a hidden acknowledgement of the truth being denied (...) none of us is dumb, but all of us are repression junkies (...). Repression is called repression - rather than, say, “mild forgetting” - because it represents the eradication from consciousness of the most important truths we have ever learned. The truth, for example, that mama doesn't love us, or that the president is just as nutty as daddy.’ Ebel belandt dan, als Arnold Hutschnecker en andere psychologen en psychiaters ‘in this age of psychology’ bij de vraag: hoe kan worden bewerkstelligd dat de man die de droom van onze collectieve fantasie in het Witte Huis vervult, niet ‘clinically nuts’ blijkt te zijn, vóór het te laat is. Wanneer je in de laatste helft van de twintigste eeuw ook nog, zoals wij, zit opgescheept met erfelijk leiderschap dan bestaat er gewoon een levensgevaarlijke situatie. Zelfs koningen blijven niet gevrijwaard van dolgedraaide breinen zoals in het notoire geval van een koning van Beieren.Ga naar voetnoot164 ‘The keepers of the infant Louis XIII seemed to regard him as a ferociously sexed rapist who wanted everyone at court to kiss his penis,’ schreef Ebel. ‘In turn his own offspring, the Sun King of France, received his courtiers every morning in an oversized crib, and discussed state issues with them while sitting on the potty.... ’Ga naar voetnoot165 | |||||||||||
[pagina 215]
| |||||||||||
Vandaag bracht ik een uurtje door met ambassadeur Romanov van de Sovjet-Unie. Hij zei een prettig vriendschappelijk contact te hebben met Dries van Agt, de nieuwe premier en vooral opgelucht te zijn de heer Max van der Stoel op Buitenlandse Zaken te zijn kwijtgeraakt. ‘That man made so many enemies for Holland,’ zei hij. Romanov vroeg om dr. Gvishiani er vooral op te wijzen dat er een andere regering in Den Haag was gekomen, wat een nieuw begin met een aantal initiatieven mogelijk maakte. Mijn visum werd ter plaatse geregeld en hij gaf me een kopie van een telegram uit Moskou dat een reis naar Kiev in orde was. Het zal wel zuiver toeval zijn dat vrijwel direct na mijn bezoek aan Boedapest Stan Huygens eveneens bij ambassadeur Beelaerts van Blokland op bezoek is geweest, en wel tijdens een receptie in het voormalige paleis van prins Rudolf. De Amerikanen schijnen indertijd dit voormalige jachtslot aan Den Haag te hebben verkocht. De Telegraaf publiceerde een opname van het magnifieke Hongaarse parlementsgebouw. Wanneer je iets dergelijks met de kantoorgebouwtjes rond de ridderzaal vergelijkt verander je maar gauw van onderwerp als Nederlander. Wij, onverbeterlijke kruideniers. Bezocht eveneens ambassadeur Martorell van Cuba om andermaal mijn intentie dr. Carlos Rafael Rodriguez te gaan interviewen, te bespreken. De kro offreert weer eens een misselijke moord- en doodslagfilm over dieren. | |||||||||||
15 december 1977Weekend onthultGa naar voetnoot166 dat Nederland prins Bernhard heeft vergeven. De mythe van Oranje moet tegen iedere prijs in stand gehouden worden. Waarom? In het Hilton hotel vroeg zangeres Rita Reys aan hem: ‘Mag ik even aan u snuiven?’ Toen wist zkh dat alles vergeven en vergeten was. Willem Duys was er natuurlijk ook bij. Men wil geen kwaad woord meer over hem horen. | |||||||||||
[pagina 216]
| |||||||||||
Het Supreme Court in Washington heeft uitgesproken - naar aanleiding van een zaak tegen de New York Times - ‘that it is not required to suppress newsworthy statements merely because there are serious doubts concerning their truth.’ Ongelooflijk. Het is een slecht teken aan de wand in mijn zaak tegen Time. Nu zegt een meerderheid van Amerikaanse generaals die in Vietnam hebben gediend van 1965 tot 1972 dat de oorlog een misrekening is geweest en dat de Amerikanen er nooit in verstrikt hadden moeten raken. Dit staat in een verschenen publicatie van Douglas Kinnard The War Managers: ‘I never thought there was a military mind in the crude meaning of the word,’ aldus deze voormalige brigadegeneraal, nu professor voor politieke wetenschappen, ‘I have the notion that military people think like cavemen.’ Wat had hij dan gedacht? Sedert ik in de vs met lezingen ben begonnen in 1958 heb ik er op gehamerd dat de Vietnam-oorlog waanzin was. Bung Karno zei me dit nog eens in 1966 en werd om die mening door de cia gewipt ‘als gevaarlijke communist in de rug van de Amerikaanse helden in de jungles van Vietnam’. Nu is het tien jaar later en zie: de geschiedenis moet inderdaad worden herschreven. | |||||||||||
London, Hilton hotelHeb een loodzwaar koffertje bij me met goodies voor Peter. Ben maar een dagje op en neer, want arme Keke is alleen op Amerbos. Zalig, een middagje met Peter de stad in. Maar eerst ontmoette ik oud-minister Tissa Wijeyeratne van Sri Lanka. Er was een situatie ontstaan veroorzaakt door zijn broer, die met een lid van de Bandaranaike-familie was getrouwd, die op een of andere manier een zwager van de premier in de wielen had gereden. Mevrouw Bandaranaike vroeg aan Pak Tissa om zijn broer te manen daarmee op te houden. De minister van Buitenlandse Zaken antwoordde haar: ‘Waarom vertelt u hem dit niet zelf?’ Toen de zwager het inderdaad tegen de broer van Tissa aflegde, arriveerde de minister op een ochtend voor de kabinetsvergadering. Mevrouw Bandaranaike keek hem bij het binnenkomen dermate verwijtend aan: ‘It was clear,’ zei Tissa, ‘that I had to resign. She and I had known each other for years and years of collaboration. It was wiser to depart myself, than to have her discharge me and tell everyone, she had to do so because I was inept and lazy.’ Ik vond zijn ervaring weer een typisch schetsje van hoe onlangs bevrijde koloniën met de macht in het land omspringen. Ook illustreerde hetgeen Pak Tissa was | |||||||||||
[pagina 217]
| |||||||||||
overkomen de overheersende rol die ‘gezichtsverlies’ in het Oosten speelt. Hij is daarna teruggekeerd naar zijn huis in Kegalla. Hij is intussen in zaken gegaan en vertegenwoordigt investeringsmaatschappijen en vormt joint ventures met bijvoorbeeld Zwitserland, een land waar hij ambassadeur is geweest. Hij ontvangt geen pensioen, noch als ambassadeur, noch als minister van Buitenlandse Zaken. ‘That's why all of our diplomats have to be crooks.’ Hij vervolgde: ‘I put my children in boarding school and made sure that the money for their education is safe. So, I do not have that responsibility.’ Zijn ministerschap van Buitenlandse Zaken beschouwde hij de meest perfecte baan in zijn leven. ‘I loved and enjoyed that work completely. I was not prepared at all for Madame's shock treatment.’ Hij verwachtte niet dat mevrouw Bandaranaike een comeback zou kunnen maken nu zij het premierschap had verloren. Ik vergeleek haar met Indira Gandhi, maar die vergelijking ging niet op volgens Tissa. Mijn vriend kon situaties perfect opsommen. Ik vroeg hoe hij de reis van Anwar Sadat naar Israël interpreteerde. ‘Three things,’ antwoordde hij zonder blikken of blozen. ‘Sadat placed himself in history. He divided the Arabs beyond repair. He most likely weakened Egypt beyond repair too.’ Hij wilde informatie hebben over mogelijke joint ventures tussen Sri Lanka en Holland. Hij wilde ook een reis naar de vs maken, ‘waar ik nog nooit ben geweest,’ zei hij en misschien een lezingentournee geven. Ik gaf hem de namen van mijn eigen twee bureaus, Colston Leigh en Keedick. Peter kwam naar het Hilton, waar Tissa en ik hadden geluncht. Ik stelde hem voor. Daarna zijn we eerst naar de Royal Academy of Arts gegaan voor de tentoonstelling van anatomische tekeningen van Leonardo da Vinci afkomstig uit de verzameling van Elisabeth ii uit Windsor Castle. Veel van dit materiaal moet eerst in Spanje terecht zijn gekomen. Lord Arundel, een adviseur van Charles i, schijnt al voor 1630 een aantal van de tekeningen te hebben bemachtigd. Hij nam ze mee naar Amsterdam, waar hij ze aan Constantijn Huyghens toonde. Men weet niet precies hoe ze uiteindelijk in Windsor belandden. Ze waren fabelachtig mooi. Peter en ik realiseerden ons hoe weinig musea we de afgelopen tien jaar waren binnengegaan. Ook dit bezoek duurde niet lang. Het was als vanouds een heerlijk middagje met hem. Hij ziet ernaar uit voor de musical naar Madrid te gaan. Toen we elkaar voor het Hilton ter afscheid omhelsden, leek het of hij wit | |||||||||||
[pagina 218]
| |||||||||||
wegtrok. Ik vroeg me af waarom, al zijn we altijd emotioneel op deze momenten. Ik vertelde Peter te hebben gelezen dat premier Morarji Desai van India bepleitte geen alcohol te nemen maar de ochtendurine op te drinken. ‘I have a book at home,’ antwoordde hij, ‘about the significance of urine. All the minerals that should go into your body are washed away’. Zo'n reactie verbaast me dan weer to no end. Sartre besloot tegen PlayboyGa naar voetnoot167 omstandig uit de doeken te doen welke rol vrouwen in zijn leven hebben gespeeld. Hij is 72 en kan erover meepraten. Vrouwen hebben altijd centraal gestaan in zijn mind. ‘I am still thinking about women (...); women were always the stuff of dreams (...); they have occupied a very large place in my life from the time I was four or five years old - perhaps even earlier.’ Wel ja. Ik verdenk de man er al jaren van dat hij een dikke duim heeft, ook na het lezen van Les Mots, een soort memoires. ‘What I have always looked for in a woman is an equal, but an equal who could provide me with the emotional, the sentimental (...); I couldn't enjoy it with boys because they were too coarse.’ De man heeft kennelijk de verkeerde boys ontmoet. Een man is en kan nooit de gelijke van een vrouw zijn, omdat de fundamentele psychologische uitgangspunten tegengesteld aan elkaar zijn. Simone de Beauvoir werd zijn alter ego. ‘A contract for life?’ vroeg interviewster Catherine Chaine. ‘Yes.’ Bovendien waren ze het er vrijwel van het begin van hun relatie over eens dat ze beiden ook met anderen in de koffer zouden duiken zonder elkaar erop aan te zien. ‘Have you ever hidden anything from her?’ vraagt Chaine. ‘Never,’ zegt Sartre, die dit kennelijk heilig gelooft. Bij andere mensen kon hij nog wel eens een en ander verzwijgen, ‘but never with her.’ ‘Why this truthfulness at any cost?’ ‘Because our relationship seemed to me to be of greater value, in essence, than the relationships that I had with other men and with other women during the same period.’ Wanneer Sartre dan verderop redekavelt: ‘I want a woman to have moments of profoundness that are also mine: for her to be completely mine and me to be completely hers,’ dan denk ik toch: bullshit. Tenzij hij werkelijk bedoelde dat er ‘ogenblikken’ kunnen bestaan waarop het ‘een moment’ lijkt of dit het geval is. Dat is dan die heerlijke misleidende roes, waarbij we denken ie- | |||||||||||
[pagina 219]
| |||||||||||
mand ‘te hebben’. Ik moet dit gesprek onmiddellijk naar Peter zenden, omdat veel hiervan ook op onze relatie betrekking heeft. Ik bereikte vanuit het Hilton de journalist Jonathan Power. Ik had hem voorgesteld, nadat hij een pagina met Henry Kissinger in de Herald Tribune had gepubliceerd, hetzelfde te doen met Georgii Arbatov in Moskou. Hij was hierin geïnteresseerd en zijn hoofdredacteur had publicatie toegezegd. Ik zal dit Arbatov melden en het zou een coupje zijn als het lukte. Ik had de auto met mijn nummerplaat van New York in de garage onder het passagegebouw van Schiphol gezet. Een motoragent stond me op te wachten. Ik moest mee naar het bureau IJtunnel. Ze konden me niets maken, want ik ben ingezetene in New York en woon hier niet. Pure pesterij. De motoragent die meeliep naar de auto zei: ‘U loopt op het scherpst van de snede: een stap naar links, een stap naar rechts...’. | |||||||||||
16 december 1977Mijn advocaat Pat RussellGa naar voetnoot168 meldt uit Dallas dat ik 18 en 19 januari aldaar in het kantoor van Carrington, Coleman, Sloman, Johnson & Blumenthal dien te verschijnen om een getuigenis af te leggen in mijn zaak tegen Time en het befaamde artikel a pink house of orange. Ik zond een expresse aan Pat dat ik aanwezig zou zijn. Max Rood, de advocaat die mij vroeg: ‘Is Dewi Sukarno rijk?’ voor hij me inlichtte wat zijn honorarium zou zijn indien hij haar tegen De Telegraaf zou vertegenwoordigen, is Deken van de Nederlandse Orde van Advocaten geworden. Dat belooft veel ‘goeds’. Gerard Croiset verwachtte nieuwe ontwikkelingen in de zaak-Dimitri Dimitrov, misschien tegen maart komend jaar. | |||||||||||
17 december 1977SchipholEen nieuw avontuur. Het is gemakkelijk om te zeggen ‘Ik ga een weekje naar Moskou,’ maar om het te doen... Time meldt dat 40 procent van de zes miljoen werklozen in de eeg bestaat uit jongeren tot 25 jaar. De Amerikanen noemen het ‘the shutout generation’. Je zal erbij horen. In West-Duitsland alleen zijn 251.419 jonge mensen tot 25 jaar zonder werk, ondanks het Wirtschaftswunder. Dat is het officiële cijfer. Anderen spreken van 400.000. Universiteiten in de Bondsre- | |||||||||||
[pagina 220]
| |||||||||||
publiek hebben voor 50.000 jongeren per jaar geen open plaatsen. ‘More bewildered than belligerent, the young feel isolated and at odds with a society that reared them for a different world. They find their education irrelevant and the few available jobs dull and badly paid (...). Above all, the young are demoralized by joblessness (...). How long will they wait patiently at the door?’Ga naar voetnoot169 Bei uns zijn 240 boze soldaten afgelopen week in de studentenmensa in Nijmegen gaan eten uit protest tegen het erbarmelijke voer dat het leger aanbiedt. De militairen willen de invoering van een bonnensysteem, zoals bij de studenten in de mensa's. Gallery magazine publiceerde een opzienbarend overzicht door David WempleGa naar voetnoot170 hoe Jimmy Carter niets meer en niets minder is dan ‘a handpicked candidate of a group of international kingmakers from the industrialised western nations and Japan.’ Ook de rol van prins Bernhard en zijn Bilderberg-groep komen uitvoerig ter sprake. ‘The Bilderberg Commission grew out of the Council of Foreign Relations, and the Council was the brainchild of the man behind president Woodrow Wilson, Colonel Edward House, the veritable archetype of the American power broker.’ Ook dr. Joseph Retinger, de nogal obscure Poolse vriend van de prins, wordt opgevoerd als de Europese tegenhanger van kolonel House. Retinger was een fervent anticommunist in de klasse van Zbigniew Brzezinski, nu Carters minister van Buitenlandse Zaken. Prins Bernhard en Retinger vlogen samen naar Washington voor een gesprek met cia-directeur generaal Walter Bedell Smith. Zij stelden voor dat er een conferentie van de Atlantische gemeenschap zou worden ingesteld als lobbyclub. In mei 1954 werd de eerste bijeenkomst georganiseerd in het Bilderberg hotel bij Arnhem en de later als Bilderberg conferenties bekend geworden bijeenkomsten waren geboren. De grootste banken en multinationals in de wereld traden toe, en de vergaderingen werden jaar in jaar uit door een Who is Who van de wereldtop bijgewoond. In 1970 werd besloten de Japanse elite erbij te betrekken. In 1972 kwam via Bilderberg de zogenaamde Trilaterale Commissie tot stand, waar niemand in dit land ooit van heeft gehoord. Carter was reeds lang voordat hij presidentskandidaat werd, uitgenodigd met David Rockefeller in Londen te dineren, toen hij in Europa was om het pindabedrijf van zijn familie bekendheid te geven. Wat Wemple in zijn reportage aannemelijk maakt, is hoe Jimmy Carter via deze | |||||||||||
[pagina 221]
| |||||||||||
groep van power brokers op het Witte Huis terechtkwam, en hoe in werkelijkheid de Trilaterale Commissie de touwtjes in de wereld in handen heeft.Ga naar voetnoot171 Na een overstap in Wenen op os 601 zijn er maar vijf passagiers voor Moskou. Non-stop, tweeënhalf uur. Twee jaar na het Akkoord van Helsinki zijn de Europese grenzen nog alles behalve ‘open’. Ons toestel is versierd met kersttakken en rode ballen. Ik ben dankbaar dat ik veel voor Peter heb kunnen doen, ook in materiële zin, want hij heeft heel veel voor mij gedaan. fbi directeur J. Edgar Hoover is een absolute basterd. Hij probeerde al drie dagen na de moord in Dallas een onderzoek naar de moordenaars te blokkeren. Hij had voor de veiligheid van jfk moeten zorgen. Hij schijnt zijn uiterste best te hebben gedaan de verantwoordelijkheid op de Secret Service af te schuiven. Intussen moet een fbi-agent in Dallas, James Hosty, hebben verklaard (over Lee Harvey Oswald): ‘We knew he was capable of assassinating the president, but we did not dream he would do it.’ Ik blijf er van overtuigd dat George de Mohrenschildt de mogelijke moord van jfk met Oswald heeft besproken. Voelde hij zich om die reden ‘verantwoordelijk’ zoals hij me zei? Tezelfdertijd verzekerden George en Jeanne de Mohrenschildt mij dat zij er van overtuigd waren dat Oswald het niet had gedaan. Dat zei Marguerite Oswald ook, die haar zoon nog in de gevangenis had gesproken. Wie heeft het dan gedaan? Zullen we het ooit weten?Ga naar voetnoot172 |
|