Memoires 1973
(2004)–Willem Oltmans– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 85]
| |
Amsterdam18 april 1973Om 08.00 uur weer thuis. Belde eerst mam. Heb een drukproef van mijn boek aan de nrc gegeven. Het is in handen van Wout Woltz gevallen, die reageert dat hij 75 gesprekken te veel vindt. ‘Je denkt steeds: ik zou van die man nog tien pagina's meer willen lezen...’ Ik antwoordde dat men daarvoor dan de vele boekwerken, die die mensen hebben geschreven, zou kunnen opvragen. Waar het mij omging was meningen van deze 75 mensen te verzamelen over het specifieke gegeven dat er ‘Grenzen aan de groei’ zijn en hoe breed die gedachte in de wereld van wetenschap en techniek - en daarbuiten - wordt gedeeld. Woltz vond wat Freeman Dyson had te vertellen onzin. Hetzelfde gold nota bene volgens hem voor José M.R. Delgado. Kun je nagaan hoe nodig dit boek is dat Woltz inderdaad ‘een soort cursus in algemene opvoeding vond...’ Ontmoette Bibeb ditmaal op het Centraal Station om te voorkomen dat we nog eens een seance van meer dan twaalf uur zouden hebben. We reden naar Blaricum en het werd toch nog 18.15 uur. Ik praat gemakkelijk en graag met haar. Maar ze vraagt te dikwijls dingen die al besproken zijn. Dat enerveert me. Gerard Croiset had haar op het hart gedrukt dat ik ‘waardevol’ was. ‘Dat zijn we dus allemaal,’ zei ik, ‘om te beginnen met de interieurverzorgster, die me helpt mijn huis op orde te houden.’ Kwam pas vrij laat bij mam. We dineerden in Soesterberg. Zij was zo overduidelijk blij dat ik er weer was dat het me ontroerde. Zij was gewoon lief. Maar de gedachte dat zij met Pasen misschien alleen zal zijn omdat ik er met Casper vandoor ga deed weer schuldgevoelens opborrelen. Ik moet het van me afzetten, maar in principe komt moeder eerst. Ze zei zich ‘kostelijk’ te amuseren met haar piano. En wanneer Keke vindt dat zij lang genoeg heeft gespeeld, springt hij op een stoel naast haar en probeert met een poot bij haar arm te komen. | |
[pagina 86]
| |
hoven gebracht. Ze sprak over een plaatsje in Zuid-Frankrijk dat zij altijd nog eens had willen zien. Op een autotocht door Zuid-Afrika hadden mijn ouders een keer in een motel overnacht waar geen honden binnen mochten. Mijn vader had toen hun hond via een raam naar binnengehaald. Zou precies hetzelfde hebben gedaan. Maar Zuid-Afrika was 's zomers steeds te warm voor mam geweest, waar ze nu eenmaal niet tegen kan. F. de Wael zond me zijn boekje Gods hart blootgelegd.Ga naar voetnoot108 Hij schreef erin: ‘Tegengesteld aan uw wanhoop om 's mensenondergang, mijn hoop op groeiend begrip voor zijn logische ontstaansmogelijkheid: logosbevruchting (...). Ik denk dat de wanhoop over het onuitroeibare wanbegrip van de mens over zichzelf, de Mensenzoon bloed heeft doen zweten in de tuin van Gethsémané...’ Ellen Thomassen gaat trouwen met Han Blom. Het moest er vroeg of laat eens van komen. | |
20 april 1973Bern, Hotel AdlerPikte Casper van den Wall Bake om 16.20 uur in Hungen op. We vertrokken meteen richting Zwitserland. Maar hij had zijn paspoort vergeten. Dus eerst terug. De Frye boots pasten. Hij droeg ze meteen. Hij reed het grootste deel tot Bazel. Hij had op een feest een Telegraaf-verslaggeefster ontmoet, die naar een uitnodiging voor mijn Club van Rome-persconferentie had gehengeld. Later had zij Casper, om iets wat hij over mij zei, ‘een slijmbal’ genoemd. Toen had hij haar naam en adres verscheurd. Het interesseerde me verder ook niet. Hij vertelde in een Ferrari van een vriendje van prins Bernhard te zijn meegereden, die een van de drie Ferrari 's van de prins had overgenomen, nummerbord aa-10. Hij kletste honderduit over alles wat hij had gedaan op zijn project in Hungen. Om 08.00 uur vanmorgen heb ik eerst mam gebeld. Zij was echt verrast en nog meer dat wij in Bern waren. Casper had zijn ouders niet ingelicht over wat hij met Pasen ging doen. ‘Je kunt beter een vriendje hebben dan een zoon aanschaffen,’ zei ik.Ga naar voetnoot109 In bed vroeg ik Casper wat er eigenlijk fout aan was, wanneer twee guys, die prima met elkaar kunnen opschieten en samen slapen, elkaar aanraken, betasten, elkaars body verkennen en wanneer het aldus wordt gevoeld samen ook seksuele gevoelens uitleven? ‘Alle remmingen en hang-ups hierover zijn en- | |
[pagina 87]
| |
kel en uitsluitend het gevolg van onze idiote programmering op dit punt. Wie bepaalt dat dit niet zou mogen? Wie decreteert dat dit een zonde zou zijn? De kerk?’ We nemen de Tunnel du Mont Blanc naar Turijn richting San Remo. Hij draagt mijn gouden armband; dat wil ik alleen als we samen zijn. Ik vind alles goed, als we maar samen zijn. De kap was bijna de hele dag neer. Denk ook veel aan Peter en vraag me af waar hij mogelijk zou kunnen zitten. Wat niet betekent dat ik niet 100 procent met en van Casper geniet. Dit kan allemaal. | |
Hotel Dei Fiori, San RemoWe reden via Chamonix, (sneeuw, ijs en somberheid) - waar we wat aten - via Turijn en Ventimiglia naar hier. Casper wil winkeltjes kijken. Hij wil kleren kopen en heeft al honderd stropdassen. ‘Ik was eens in Londen en kocht dertig college ties,’ zei hij. ‘To be what you are not,’ antwoordde ik. Denk over Den Vaderland Getrouwe. Er moet nog veel aan gebeuren om het te verbeteren. Droomde van ambassadeur Sukardjo Wirjopranoto.Ga naar voetnoot110 Peter zei iets tegen hem. Ik denk dat ik nog veel meer boeken ga schrijven, zoals Peter steeds heeft voorspeld.Ga naar voetnoot111 Casper en ik spraken ontzettend veel. Hij zei nooit eerder een vriend te hebben gehad die werkelijk geïnteresseerd was in wat hij zei. ‘Hein luistert maar met een half oor en begint meteen over zijn eigen zaken. Misschien is het ook dat ik niemand nodig heb uit angst, omdat ik geen zin heb om aan de dijk te worden gezet. Eigenlijk heb ik geen echte vrienden. Trouwens hierover heb ik nog nooit gesproken. Mijn vader heeft er wel van wakker gelegen en zei dan: “Je kropt je gevoelens en problemen te veel op.” Dat is niet zo. Ik stoot ze gewoon af.’ Ik dacht: Kind, ik houd van je voor altijd. Zolang ik leef zal je je nooit meer eenzaam voelen.Ga naar voetnoot112 Hij is ook kritisch. Hij vindt me niet bescheiden genoeg. Bijvoorbeeld: hij begrijpt niet dat ik me opwind, wanneer een juffrouw in een Franse winkel viermaal herhaalt dat ze geen | |
[pagina 88]
| |
Zwitsers geld wisselen. ‘Zo'n juffrouw is immers geen partij?’ zei hij. Ik citeerde Bernard Shaw: ‘It doesn't matter whether you have good manners or bad manners, but it matters to have the same manners for everyone.’ Ik vaar uit tegen de juffrouw in de taartjeswinkel of tegen Joseph Luns op precies dezelfde manier. ‘Omdat je thuis zo bent geprogrammeerd vaar je niet uit tegen de juffrouw in de taartjeswinkel, maar als je vader zijn mond zou moeten opendoen tegen Luns houdt hij deze ferm gesloten...’, zei ik tegen Casper. Zijn twee diepste teleurstellingen tot nu toe zijn de breuk met Pauline Barnaard en het zakken voor zijn examen geweest. ‘Ik had mijn zinnen op haar gezet. Ik heb alleen maar goedheid ten opzichte van haar gevoeld. Ik deed alles voor haar, tot een mooi (hij zei jammer genoeg “duur”) horloge toe. Toch zei ze “nee”. Ik voel trouwens dat ik niet permanent jouw vriendje moet worden. Ik ben nog jong en wil genieten...’ Ik vroeg hem toen: ‘Welke rol denk je dat je gekwetste trots heeft gespeeld in je botsing met Pauline.’ Dat veroorzaakte een langdurige stilte. ‘We gingen samen uit eten en ik was uitgelaten en happy. Pauline zei: “Je gelooft zeker nog altijd niet dat ik het uit wil maken?” “Yes, I do,” antwoordde ik, “zeker als dat jouw wens is.” Thuis heb ik geleerd geen emoties te tonen. Dat is misschien gekomen, omdat we lange tijd in Engeland hebben gewoond. De Engelsen zijn zo.’ ‘Casper, dat is allemaal unmitigated nonsens. Het heeft niets met Engeland of Timbuktu te maken. Je vader heeft gelijk: je opgekropte gevoelens hebben bij jou een dosis mentale overbagage gecreëerd die je emotionaliteit uit balans heeft gebracht met de rest van je wezen (psyche). Deze situatie is voor een belangrijk deel te wijten aan je ouders zelf. Die op hun beurt in die richting weer beschadigd werden door hun ouders. Ik ken die vicieuze cirkel uit mijn eigen jeugd op De Horst.’ Ik begrijp al heel lang dat ik naast vriend ook een vorm van surrogaatvader voor Casper ben geworden. Hij zegt dit soms ook met zoveel woorden. Ik ben dankbaar die bijrol in zijn leven te kunnen vervullen. Tenslotte ontmoette ik Peter ook vrijwel direct na de dood van zijn vader, met wie hij nooit enig contact had. Ik verwees naar een uitspraak van mevrouw Schimmelpenninck, die ik nooit ben vergeten, omdat ik werkelijk altijd slecht verzorgde handen en nagels heb gehad. Zij wees er op dat die verzorging juist erg veel van de persoon zelf zegt. Casper: ‘Mijn ouders zeggen dat je mensen aan hun schoenen herkent.’ Hij is nu gaan winkelen. Ik zit te schrijven. | |
[pagina 89]
| |
Na Turijn vond ik dat Casper iets stoms deed, dus ik nam het stuur over. Even later had ik er spijt van. Hij reed weer. Hij rijdt goed, maar is niet echt betrouwbaar handig. Hij kent de auto ook nog niet zoals ik natuurlijk. Hij vindt - terecht - dat ik soms te grote risico's neem. | |
23 april 1973Chambéry, Hotel de la FranceGisteren waren we om 18.00 uur in het buitenhuisje van de Zumpolle's in Cap d'Antibes. We gingen in de haven dineren. Tijdens het eten botsten Casper en ik, wat nogal penibel was, precies als een aantal jaren geleden met Richard Thieuliette, ook bij de Zumpolle's.Ga naar voetnoot113 Vanmorgen kon ik voor het eerst mam bereiken. Geloof dat zij gisteren op mijn gesprek had gewacht. Ik heb het uitgelegd. We hebben vandaag heerlijk met de Zumpolle's in hun speedboat op zee gevaren. We vertrokken om 15.00 uur uit Antibes en waren om 20.30 uur in Grenoble, waar we dineerden. Peter lijkt nu zover afgedreven. Walgelijk.Ga naar voetnoot114 | |
24 april 1973Tegen 12.00 uur bereikten we Villa Rajada in Gland. Mevrouw Azuma, de verzorgster, wachtte ons met Karina op de oprijlaan op. Of liever, ze waren met een bal en een racket daar aan het spelen. Dewi was er niet, dus zijn we een rit door de nabijgelegen bergen gaan maken. Toen we een uur later terugkwamen, bleek het anders te zijn. Dewi was nog in bed, maar Francisco was bezig om fried eggs met ham te maken. Het personeel had vrijaf. We praatten met hem. Hij was al drie dagen niet buitenshuis geweest en zei er zeer van te genieten. Dewi had verder weer heel zorgvuldig paaseieren geschilderdGa naar voetnoot115, zelfs tot | |
[pagina 90]
| |
03.00 uur vannacht. Casper vond het een heerlijk huis. Mevrouw Azuma fikste een vlugge lunch met koteletjes en andere heerlijkheden. Dewi dekte de tafel. Het viel ook Casper op dat alles bij Dewi perfect moet zijn. Francisco en Karina gingen televisie kijken. Het kind kwam even later aanhollen ‘the film was beginning’. Maar Dewi had het te druk. ‘Wat een bloedmooie vrouw is dat,’ aldus Casper. ‘Alleen de tieten hadden zwaarder gekund...’ Francisco zei het onvermijdelijk te achten dat er een derde wereldoorlog zou komen. Het zou om de olie van het Nabije Oosten gaan. Hij vond dat de Watergate-affaire nieuwe hoop gaf voor Amerika, het feit dat een dergelijk onderzoek mogelijk was. Een felle, kritische pers en televisie waren een garantie voor een gezonde democratie. Dewi leek het met de mogelijkheid van een oorlog eens te zijn. Zij beklaagde zich opnieuw over het gezeur van Indonesiërs om financiële steun. Zij gaf soms airline tickets om van ze af te zijn. Zelfs mevrouw Ellen Mangadie had om geld gevraagd. Probeerde Francisco te polsen of hij de gedachte van een boek door Dewi ondersteunde. Hij bleef vaag. Dewi vertelde gevraagd te zijn om een tv-show te maken met celebrities uit de hele wereld. Daarna zou het gemakkelijker zijn een boek te plaatsen. Maar ik hield aan. In principe is zij bereid in juni weer aan haar boek te werken. Later drukte Casper met zijn laars onder tafel op de mijne als signaal dat we beter konden vertrekken. Dit hebben we dan ook prompt gedaan, na op de binnenplaats van Villa Rajada foto's te hebben genomen. Mevrouw Mangadie had met Dewi niet de details van de 1965-coup besproken, maar Dewi scheen het met haar eens te zijn, toen ik er iets over vertelde. Toch dringt Dewi nooit echt door tot de vraag: ‘Wat was de rol van Suharto?’ Bazel-Frankfurt reden we in tweeënhalf uur. We hebben veel gelachen en ook talrijke waardevolle gesprekken gevoerd, zoals eigenlijk nooit eerder. Maar er waren ook andere momenten. Het heeft geen zin om een eenzijdig beeld te geven. Op een gegeven moment noemde ik hem zelfs ‘een verwende kraai.’ Soms ben ik ook wel eens echt nijdig geweest. Ik heb ogenblikken van somberheid, waarin ik me verbeeld eigenlijk geen enkel echt aardig mens te kennen. Wat wil je: perfectie? Ook Caspers kleine onaardigheidjes zijn me opgevallen. Hij zal hetzelfde van mij hebben gedacht. Maar alle oneffenheden werden toch ruimschoots overschaduwd door alle intense geniet-partijen. De clash in Cannes ging over een langouste. We waren in een | |
[pagina 91]
| |
visrestaurant. Casper bestelde het allerduurste op het menu. Ik probeerde hem ervan af te houden. Maar hij ging ook nog naar het aquarium met de ober om de lekkerste kreeft eruit te pikken. Het beest werd spartelend aan de tafel gekookt zodat het levend verbrandde. Ik vond het een afschuwelijke vertoning. Toen de witte wijn arriveerde en Casper reclameerde dat deze onvoldoende was gekoeld raakten we in een afschuwelijke venijnige kiftpartij verzeild. Het leek of de hele trip in duigen viel. Ik vond bovendien eerder al, toen hij ging winkelen, dat hij er kennelijk niet bij stilstond dat ik letterlijk alles op deze reis betaalde en dat hij ook wel zijn steentje had mogen bijdragen. In Hungen kwam hij trouwens met een fles champagne naar de auto toen we vertrokken. Ik ben na een botsing als in Cannes ongenaakbaar. We reden in stilte terug naar het hotel in Grasse en gingen zwijgend naar bed. Maar bij het krieken van de dag voelde ik zijn voet eerst en spoedig omhelsden we elkaar. Na de nacht in hotel Kübel te hebben geslapen - Casper moest om 05.45 uur op om naar zijn project te gaan - vroeg hij: ‘Pas jij je gemakkelijk aan na zulke dagen?’ Ik zei maar niets, want het afscheid viel me zwaar genoeg. Toen ik terugreed, eerst naar mam in Bilthoven, zag ik zijn gezicht steeds voor me en hoorde ik zijn stem naast me. Vanmorgen pas gaf hij mijn armband terug en deed zijn eigen band weer aan, die ik had gedragen. Enerzijds laat hij geen gelegenheid voorbij gaan te onderstrepen dat hij nooit gay zal zijn of worden en anderzijds vraag ik me af wat hij met het dragen van mijn armband feitelijk bedoelde. Bij mam stonden rozen bij mijn vaders portret. We reden, de kap neer, naar Lage Vuursche. Was weer te gehaast. We zijn tenslotte allemaal uit krom hout gemaakt. Was doodmoe toen ik thuiskwam, sliep wat op de bank in mijn werkkamer, kreeg het koud en haalde een deken. Gerard Croiset zond me zijn dagboek over zijn jongste reis naar Amerika.Ga naar voetnoot116 Het is afschuwelijk slecht geschreven. Indrawan Murti Murman koopt mijn tr-5 als de nieuwe auto komt. | |
25 april 1973Het interview van Bibeb is groot opgemaakt in Vrij NederlandGa naar voetnoot117 verschenen. Wat vind ik ervan? Ik heb haar gebeld en gezegd er blij mee te zijn, maar de naam Delgado is verkeerd gespeld. | |
[pagina 92]
| |
Ik heb nooit gezegd dat mijn boek niet zo goed was als Hoflands geniale gladde stijl (althans niet zo). Ik vind dat ik het niet ben. Had haar met nadruk gevraagd niet de extra lipssloten op mijn deuren te vermelden, dan breken ze juist in. Martin van Amerongen had haar gebeld om te zeggen dat het erg goed was om Oltmans nu ook eens van een sympathieke kant te leren kennen. Ik vroeg haar: ‘Kom ik werkelijk zo opschepperig over?’ Zij vond dat ik helemaal niet had opgeschept in haar gesprek met haar. Waarom was alles over Nixon weggevallen? ‘Ja, Willem, ik had al zoveel.’ Nietzsches boek viel weg, de Shaw quote viel weg. Misschien spreken zulke details Bibeb wel niet aan. Heb dus een nieuwe auto, tr6. Heel vreemd. Mam zei het een zegen te vinden dat Bibeb de foto met mijn cello als klein jongetje had weggelaten. Zoiets begrijp ik dan niet. | |
26 april 1973Uitstekend gesprek met André Spoor, die morgen naar de vs vertrekt. De nrc zal mijn interview met B.F. Skinner op 28 april in het zaterdagbijvoegsel over iets meer dan een pagina publiceren. ‘Als je de energie kan opbrengen...,’ zei hij, moest ik nog eens met Julian Spoor gaan praten. Ik zal dit doen. Er is geen beginnen aan Bibebs interview te amenderen. Er staat van alles onjuist in. Wanneer ik zeg dat het Vietnam Comité geen zin heeft, heb ik ook gezegd dat als je zwijgt wanneer Amerika als trouwe bondgenoot Vietnam START ATplatgooit, het vrij onzinnig is om naderhand geld te gaan inzamelen om de ruïnes weer te kunnen opbouwen. Die nuances komen er niet in uit. Henk Hofland belde op om me te verzekeren dat Bibeb een kierewietverhaal had geschreven. ‘En je lult alsmaar over mij. | |
[pagina 93]
| |
Dat heeft me zeer verdroten,’ aldus mijn Nijenrode-vriend. ‘Het zal mij verder een rotzorg zijn, maar er zijn ook nog andere mensen, die Hofland heten. Je weet toch hoe ze hier zijn? Zo probeert Bibeb geen karikatuur van jou te maken en intussen maakt ze er een van mij.’ Hij vond het ook knots dat ik Werner Verrips weer te voorschijn had gehaald. Nadat ik hem er op wees dat de informatie van Verrips over een geheime conclaaf in Ostia, Italië ook door generaal Parman tegenover mij was bevestigd, zei Hofland: ‘Dat kan wel, maar mij is...’ (Maakte de zin niet af.) Hij vertelde ook dat een zoontje van Peter Zonneveld, de fotograaf van De Telegraaf, van anderhalf jaar, vijf dagen geleden was gestikt. Wat er in Henks hoofd tegenwoordig allemaal omgaat, kan ik niet meer volgen. Nog laat belde Peter. ‘Ik complimenteer je met je interview met Bibeb,’ zei hij. Ik zei er niet zo blij mee te zijn. ‘Het is mij ook tegengevallen,’ antwoordde hij. Hij werkt dag en nacht voor examens en is nergens naartoe geweest. Mischa de Boer (Indische jongen) kwam me halen om samen met Guruh Sukarno naar een gamelanvoorstelling te gaan in het Tropen Museum. Ze hadden zich in de datum vergist. De tent was gesloten. Guruh verzocht om een verlenging van zijn verblijfsvergunning. De ambtenaar was onbeschoft geweest en had geantwoord dat dit niet mogelijk was. Toen hoorde hij Guruhs naam pas goed en vroeg: ‘Bent u familie van die mijnheer in Indonesië?’ ‘Ja, het is zijn zoon,’ zei de leider van het gamelanorkest, waarin Guruh speelt en die mee was gegaan. Daarop veranderde alles. Hij kon zijn papieren krijgen, vooral toen bleek dat de heer Asscher van de diamantindustrie zijn borg was. Ik denk dat ik Casper even niet moet bellen. Ik houd er niet van uitgekiend in dit soort zaken te zijn, maar zo wordt ‘het grote spel’ nu eenmaal wel gespeeld. Ben op pagina 170 van Den Vaderland Getrouwe. | |
27 april 1973De dag begon met een lang en lief telefoongesprek van Casper. Gewoon fijn. Haalde bij Bruna mijn Club van Rome-boek op. Ik kon het wel een zoen geven. Tekende het contract voor Den Vaderland Getrouwe en kreeg een cheque van 7500 gulden. Reed rechtstreeks naar Bilthoven en gaf mam en tante Jetty ieder een exemplaar. Jaap Jansen vond Bibeb ‘uitstekend.’ | |
[pagina 94]
| |
Vanmorgen kwam er een heer bij buurvrouw Sophie Meilof met een legitimatie van de Deli Handelsmaatschappij. Hij zei dat ik daar zou hebben gesolliciteerd, wat een leugen was. Of ik een behoorlijke man was, schulden had, of ik met een vriend samenwoonde en andere details over mijn persoonlijke leven. Sophie moest beloven mij dit niet te vertellen. Zij kwam me dit natuurlijk meedelen du moment ik thuiskwam. Zo is het land waar we in leven. Brief van Henk Hofland.Ga naar voetnoot118 | |
28 april 1973Ontmoette Peter thuis in Tilburg. Zijn moeder zei dat hij dermate geconcentreerd had zitten blokken dat zij er haast nerveus van werd. Toch had ik geen werkelijk contact met hem. Het gevoel is er voor een belangrijk deel uit. Hij wil in september gaan studeren en schreef naar verschillende universiteiten. Zou het werkelijk gaan gebeuren? | |
29 april 1973Wim Offenberg belde of ik voor Vrije Geluiden van de vpro een artikel over Luns wilde schrijven, want de man wordt weer eens gehuldigd door de bbc als ‘Europees staatsman.’ Het spoot eruit. Zoals Tolstoj zei: ‘Mijn pen ademde’.Ga naar voetnoot119 Bracht Lex Poslavsky een exemplaar van mijn boek. Vertelde over mijn ervaringen met alle celebrities. Hij zei amused te zijn over ‘je oprechte verbazing ten aanzien van de naïviteit en onderlinge naijver van deze wetenschappers.’ Lunchte met mam in Lage Vuursche. Zij vindt de nieuwe auto ook heerlijk. Zij wilde de resterende 3000 gulden voorschieten, maar ik heb al van haar geleend en financier het resterende bedrag liever via een autolening. Peter belde. Hij had het Skinner-interview in de nrc gelezen en zei verbaasd te zijn geweest over mijn uitstekende vraagstelling. Vroeg hem maar niet of hij uit Oostelbeers bij Philip Nasta opbelde. Maar ik zei wel dat ik tenslotte door hem een hele andere weg in de journalistiek was gaan bewandelen. En dat is een niet meer weg te denken feit. Ben door Peter een ander mens geworden. Frits Böttcher had ik het boek via Lucia bezorgd. Hij belde om me te complimenteren en verwachtte dat het goed zou lopen.Ga naar voetnoot120 Er waren twee Club van Rome-dagen op het paleis op de Dam | |
[pagina 95]
| |
georganiseerd, die door Beatrix en Claus zouden worden bijgewoond. Vroeg maar niet waarom ik ervan was uitgesloten. Mijn boek staat in de Bruna-winkel in de Leidsestraat. Wanneer ik erin lees ben ik tevreden, vooral wat de vragen betreft. Maar het kan altijd beter. | |
30 april 1973De Indonesische lobbyist Martojo belde weer. Wat moet die man van me? ‘Weet je wie de Japanse juffrouw Tanida is? Vraag maar aan Dewi.’ ‘Het interesseert me geen moer.’ Deze keer katte hij zelfs op ambassadeur Zairin Zain, die naar ik hoor weer thuiskomt. Gelukkig. ‘Zain leeft zogenaamd eenvoudig, maar hij is ook corrupt, wat me van hem is tegengevallen,’ aldus Martojo. | |
1 mei 1973Nocturnes van Chopin.Casper kwam vroeg, bekeek de foto's van onze reis wel twintigmaal. Hij was duidelijk happy om hier te zijn. Ik trilde zelf op mijn grondvesten van heerlijkheid. We waren in de stad, zagen een snertfilm en dineerden in de Cave. Toch leek hij in de contramine en vond het kennelijk nodig te onderstrepen dat hij nooit gay zou worden. ‘Dat weten we nu wel,’ zei ik, ‘en dat kan me bovendien niets schelen. Intussen zijn we vrienden.’ ‘Ik doe tegenwoordig alleen nog waar ik zin in heb,’ zei hij in de auto. ‘Als ik er zin in zou hebben homo te worden zou ik het doen en zou het me niets kunnen schelen wat de mensen zouden zeggen.’ Dit betwijfelde ik, Casper kennende. Maar het doet er niets toe welk etiket er op ons samenzijn wordt geplakt. Ik zal de laatste zijn hem ooit in mijn levenswijze te duwen of naar me toe te trekken. If he does it naturally fine, maar iets proberen te forceren zal geen waarde hebben. Om die reden ga ik niet met hem om. Casper is Casper. It is his life. Wim Klinkenberg zegt dat het nieuwe boek van Anthonie Dake over Indonesië ‘een zeer belangrijk boek is.’ Ik kan me dit niet voorstellen. Niets wat uit de koker van die man komt, in welk verband ook, kan van enig werkelijk belang zijn. Casper zei: ‘Je moet bij Peter blijven.’ ‘Er is eigenlijk geen Peter meer,’ zei ik. ‘Mijn laatste vakantie met hem was naar Marokko. De volgende dag ging hij naar een ander.’ ‘Je bent net als ik: wanneer ik van iemand houd geef ik me ook te veel bloot.’ Was een erg emotioneel gesprek. Ik legde | |
[pagina 96]
| |
hem uit wat ik voelde en hij werd stil. Wat me nog meer roerde. Uiteindelijk omhelsden we elkaar. Ik gaf hem voor het eerst de sleutel van Amerbos. Een soort finale poging hem naar me toe te trekken? Ik was trouwens verbaasd over de hardheid waarmee ik mezelf over Peter hoorde spreken. Hij komt in ieder geval wel naar de presentatie van het Club van Rome-boek morgen. Lang telefoongesprek met dr. Zairin Zain. Hij scheen zich weer goed te voelen. We roerden lintjesdag aan ter gelegenheid van de verjaardag van de koningin. Hij zei: ‘Jij moet een onderscheiding van de koningin hebben!’ Legde hem uit welk boek er morgen uitkwam. Hij zou naar de presentatie komen. Professor Fred Polak schrijft dat hij het Bibeb-interview meer typerend voor haar dan voor mij had gevonden. Ook had hij met belangstelling kennisgenomen van mijn nieuwe Club van Rome-boek. Het speet hem dat ik als auteur hem niet waardig had gevonden - als ‘tegenstander’ en criticus van de Club van Rome - om in de serie te worden opgenomen. Hoe krijg je het voor elkaar een zo voor jezelf vernederend briefje te doen uitgaan.Ga naar voetnoot121 | |
2 mei 1973Harry Lockefeer bedankte voor de eer iets aan mijn boek te doen bij de Volkskrant. Zegt alles van die man. De Telegraaf natuurlijk ook niet. Zielig. Ik had met mam, Peter en Casper in Lage Vuursche willen eten. Ik belde mam. Zij wil een voetbalwedstrijd zien vanavond. Gelukkig vroeg ik eerst wat zij te doen had. | |
De Kievit, WassenaarBruna bood Aurelio Peccei en mij hier een lunch aan. Casper had gebeld dat hij ziek was en niet kwam. Smoesjes. | |
NieuwspoortPeter was er al vroeg vanuit Tilburg. Carel Enkelaar, de Constandses, Klaas Jan Hindriks, Willem Klinkenberg, Lucia Böttcher. Ik was hen allemaal dankbaar voor hun komst. Het was vol. Louis Sinner heeft vanmorgen in het Algemeen Dagblad een groot artikel aan de presentatie van mijn Club van Rome-boek gewijd. Het ziet ernaar uit dat de publiciteit toch beter wordt, zoals Peter steeds heeft voorspeld. | |
[pagina 97]
| |
Aurelio arriveerde op Schiphol. Hij voerde eerst een gesprek van twintig minuten met professor Linnemann en vervolgens vertrokken we samen naar Wassenaar. A. de Kool van de nrc was er al. Henk Hofland was uitgenodigd maar was er niet. Peter: ‘Maar je spreekt ook niet bepaald complimenteus over hem...’ Hij bedoelde het Bibeb-interview. Ik vind het wel meevallen. We waren niet met twaalf, maar met acht personen. Er was een politicoloog van de Vrije Universiteit aanwezig (Kuypers?) op wie Aurelio veel kritiek afvuurde en veel van zijn kruit verschoot, terwijl ik wilde dat hij dat bewaarde voor de komende persconferentie. Volgende week biedt Aurelio mijn boek aan koning Boudewijn aan op paleis Laeken, waar zij een gesprek zullen hebben. Er waren 60 mensen op de bijeenkomst in Nieuwspoort. Was blij dat Erik van der Leeden was gekomen. Peter zat bij Lucia Böttcher. Die twee hebben het altijd prima kunnen vinden. Ook de reportages in de Volkskrant en Trouw over de persontmoeting zijn vrij uitgebreid en in orde.Ga naar voetnoot122 Henk Bruna hield eigenlijk maar een lullig speechje. Hij gaf Aurelio namens Bruna een zilveren molen cadeau voor diens komst naar de persconferentie, wat een uitstekend gebaar was. Ik vond Aurelio eigenlijk beter bij de lunch in Wassenaar. Wim Klinkenberg zei later: ‘Dat is een grote vent.’ Frits Böttcher had meneer De Ruijter van Steveninck afgevaardigd om namens hem het woord te voeren. Deze man was dermate droog dat zelfs Carel Enkelaar een teken gaf af te ronden. Toen ik hem een briefje doorgaf dat er ook nog andere programmapunten waren, las hij dit nota bene en plein publique voor. Gaf een paar cadensen weg om de stemming een andere impuls te geven. Peter en Erik zeiden: ‘We waren trots op je.’ Henk Bruna: ‘Zo'n persconferentie heb ik nog nooit gezien...’ Peter vond dat Aurelio het boek op sublieme wijze had aanbevolen. ‘This is the cream of contemporary thinking,’ zei hij. ‘My friend Willem Oltmans’ en dergelijk. Hij vertelde me trouwens nu ook in contact te zijn met de groep advocaten rond Richard Falk van Princeton, waar ik blij om ben. Aurelio had nog gevraagd of ik speciale instructies had. Ik vroeg hem op zijn qui-vive te zijn voor nos- en televisiemensen, die buiten mij om projecten met hem zouden kunnen proberen te entameren. Louis van Gasteren was ongevraagd aanwezig en begon prompt te smoezen met Aurelio. Ik zei gewoon in Au- | |
[pagina 98]
| |
relio's oor: ‘not this guy’. Direct na afloop troonden Carel Enkelaar, Klaas Jan Hindriks en Van Gasteren Aurelio mee naar House of Lords. Ik kon even de zaak niet in de gaten houden, want ik moest ook nog een paar radio-interviewtjes weggeven. De man van de nos-radio moest het zelfs overdoen want hij had vergeten in te schakelen. Ook Anton Koenen (De Tijd) en Louis Sinner (ad) zaten achter mij aan voor gesprekjes. Later, toen Carel naar een telefoon liep, zei ik: ‘Don't cut me out met de Club van Rome en Peccei...’ ‘Heb ik je ooit in de steek gelaten?’ antwoordde hij. Echt vertrouw ik ze geen van allen. Met Peter en Erik ben ik later een blokje omgelopen en gaf Erik een zoen, toen ik met Peter naar Amsterdam vertrok voor dinner in de Cave. Peter kondigde tijdens ons eten aan: ‘Willem, jij blijft voor mij de enige en de liefste (...).’ Intussen heeft Siegfried hem een ticket aangeboden om mee te gaan naar Rhodos. In de etalage van de Moderne Boekhandel staan veertig exemplaren van mijn nieuwe boek met een levensgrote foto. Peter en ik liepen op een gracht. Tegelijkertijd viel ons een bouwvakker op met een prima lijf. Tot onze verbazing zei hij tegen mij: ‘Je ziet er goed uit, maat.’ ‘Jij ook man,’ antwoordde ik. Ik wees Peter er op dat terwijl ik met hem liep de kerel mij had aangesproken. ‘Ik loop ook niet voor niets naast jou...,’ antwoordde hij. Paul van 't Veer schrijft over het nieuwe boek van Dake in Het Parool. Dake schijnt het voor te stellen alsof de zes generaals en de luitenant op 30 september 1965 door Bung Karno werden vermoord. Die man is mesjoche. Klinkenberg kletste maar wat, want een dergelijke voorstelling van zaken is frauduleus. Ik heb een uitnodiging om morgen de presentatie van Dakes boek bij te wonen. Het wordt de hoogste tijd dat ik daar aanwezig ben om de puntjes op de i te zetten. Bijvoorbeeld, dat hij bij Wertheim leurde met geheime documenten voor 2500 gulden?Ga naar voetnoot123 | |
[pagina 99]
| |
3 mei 1973Gerard Croiset telefoneerde om te zeggen dat hij het gesprek van Bibeb met mij had gelezen: ‘Ze heeft je precies geraakt,’ zei hij. ‘Dat vind ik niet: voor mij zitten er te veel onwaarheden en onnauwkeurigheden in.’ Ik zei de indruk te hebben gekregen dat Enkelaar gisteren met zijn aanhang met Peccei had zitten konkelen. ‘Dan moet je hem dit zeggen,’ adviseerde hij. Croiset was van mening dat Carel dit niet zou doen. ‘Wat je nu moet doen,’ vervolgde hij, ‘is een briefje naar de voorzitter van de nos zenden en vragen of nu je image langzamerhand voor de nos acceptabel is. Gratis tip. Kost niets.’ En, bang, hij gooide de telefoon weer op de haak. Om 14.00 uur moest ik voor de Raad voor de Journalistiek verschijnen voorgezeten door professor Ch.J. Enschedé, die de indruk van een zak op me maakte, met als leden mevrouw F. Klaver, drs. J.M.M. van der Pluym (die ik mijn Club van Rome-boek gaf), drs. H.W.M. van Run en drs. A.A.V. Timmers. Het betrof een gesprek over mijn klacht tegen H. Goeman Borgesius en Zonneveld van De Telegraaf. Peter belde. Hij vertrok naar Düsseldorf en Rhodos. Tot Dakes verbazing woonde ik om 17.30 uur de persontmoeting voor zijn nieuwe boek bij. Ik heb hem met een aantal vragen bestookt. ‘Je zegt over documenten te beschikken van de Indonesische inlichtingendienst. Van wie. Waar? Toen ik je in Washington tegenkwam?’ Hij gaf natuurlijk een vaag, onbetrouwbaar en ontwijkend antwoord. Iedereen kon dit opmerken. ‘Hoe kan je zeggen dat Sukarno deze vulgaire moorden op zijn geweten zou hebben? Wat weet je ervan? Heb jij met Bung Karno wekenlang gesproken na 1965. Ik wel.’Ga naar voetnoot124 ‘Hoe kan je schrijven dat Bung Karno zijn eigen machtspositie wilde handhaven? Sukarno gaf zijn machtspositie vrijwillig op om nog meer bloedvergieten, door Suharto ontketend, te helpen voorkomen.’ Tegen het einde van de bijeenkomst vroeg ik hem: ‘Hoe komt het eigenlijk dat je over de coup in Jakarta een boek schrijft; ik kan de cia niet in je namenregister ontdekken?’ ‘Nee, ik heb niets over de cia kunnen vinden.’ Toen ging hij nog verder af als een gieter. Iedereen lachte hem uit. Hij voegde me later toe: ‘Ik heb je niet uitgenodigd omdat ik dacht dat je tegen mijn boek was’. ‘Dake, ik ben niet tegen je boek; ik ben tegen manifeste on- | |
[pagina 100]
| |
eerlijkheid, wanneer er wordt gedaan alsof er een stuk geschiedenis wordt gereconstrueerd.’Ga naar voetnoot125 Hans Hoefnagels - ook weer zo typerend - komt met een zogenaamd achtergrondverhaal van een halve pagina over het boek van Dake in De Haagse Courant. Er wordt een foto bij gepresenteerd waarop Bung Karno krokodillentranen liet bij het graf van generaal Yani. Het toont slechts aan dat we hier met een nieuwe poging van het regime in Jakarta en de cia te maken hebben om Bung Karno als schuldenaar van het Indonesische bloedbad aan te wijzen. Hij zou volgens deze idioten Indonesië aan het communisme hebben willen uitleveren. Hoefnagels produceert zinnetjes als: ‘Aidit (pki) had er belang bij dat Sukarno de generaals liet opruimen.’ Iemand, wie dit ook is, die schrijft dat Bung Karno in dergelijke termen zou hebben kunnen denken, ontkent de psychologie en de persoonlijkheid van het voormalige Indonesische staatshoofd. Ik ken de achtergrond van Hoefnagels, met wie ik bij het Algemeen Handelsblad heb samengewerkt. Als er iemand is, die van toeten noch blazen weet in Indonesische zaken, is hij het. Maar Dake en Hoefnagels wonen in Den Haag. Zij zijn collega's. De beide heren doen elkaar een pleziertje ten koste van Sukarno, ten koste van de waarheid. Er is verder geen haan die naar die onzin kraait. Schreef aan Hans dat hij a fucking idiot was. | |
4 mei 1973Ronald Gase, een chemiestudent uit het flatgebouw van Guruh Sukarno aan de Cleyndertweg, is komen vragen of ik bij hen een spreekbeurt wil komen geven. Prima. Vroeg Mouton Dakes boek naar Dewi Sukarno te zenden. Schreef haar er ook een commentaar over. Op weg naar huis zag ik professor Wertheim lopen. Ik reed hem naar Utrecht, maar raakte in een paar hevige gesprekken met hem verwikkeld. Eerst vroeg hij of Dake wellicht via zijn schoonmaakbedrijf erin slaagde geheime stukken te bemachtigen. Ik vond dat een paranoïde, imbeciele opmerking. Onwezenlijk eigenlijk. Hij was verder van mening dat zonder guerrillastrijd de oorlog in Vietnam nooit gewonnen zou kunnen worden. Daarom moesten we de Vietcong steunen. Hetzelfde gebeurde in Chili en elders. Ik noemde hem wreed en gaf toe dat Mao misschien aldus had gehandeld, maar dat de werkelijke oorzaak van alle ellende in Zuidoost-Azië de eenzijdige Amerikaanse inmenging was. Washington moet gedwongen wor- | |
[pagina 101]
| |
den met die interventie te stoppen. Dan heb je verder ook geen artsen voor Vietnam nodig. Ik was eigenlijk zo nijdig dat het een haar scheelde of ik had hem gevraagd verder te lopen. Hij weet toch dat de Amerikaanse interventie in Jakarta tot een bloedbad heeft geleid, zoals in Laos en Cambodja. In Washington ligt de bron van bloedbaden. Het is aan ons deze bondgenoot te dwingen ermee op te houden. Maar de absolute macht ligt in Washington. Wij zijn machteloos. Er schijnt weer een rel met Joseph Luns aan de gang te zijn. Joop van Tijn belde erover op. Luns heeft gezegd dat Willy Brandt over Joop den Uyl heeft gezegd dat hij een ondermaatse figuur was. De zaak werd in Bonn en ook door Luns ontkend, maar het kan best eens waar zijn. Bovendien zegt Luns vandaag in een kop over de hele voorpagina van De Telegraaf, in een opmaak alsof er oorlog is uitgebroken: luns dodelijk bezorgd over toekomst kvp. Hij roept au secours voor het rooms-katholicisme dat door links en het socialisme onder de voet dreigt te worden gelopen. Je wordt misselijk van de rellen van deze meneer. En waarom staat De Telegraaf dag en nacht gereed om diens onzin te verspreiden? Ruslan Abdulgani is terug uit Wenen. Ambassadeur Anak Agung Gde Agung had zich positief over mij uitgelaten, wat mij meeviel. Mevrouw Abdulgani gaat deze week terug naar Indonesië. Daarna komt hij hier. Ik vertelde in het kort wat Dake in zijn boek beweerde. ‘Dat Bung Karno de moord op de generaals zou hebben gelast is waanzin,’ zei hij onmiddellijk. Dat weet ik ook. Ellen Thomassen belde om te reclameren dat ik noch een briefje noch een cadeautje bij haar huwelijk had gezonden. Ze vertelde verder dat haar nieuwe man mijn vpro-film ‘lullig’ had gevonden. ‘Wat doe ik dan verder nog met jullie,’ heb ik geantwoord. Ze maakt het makkelijk. | |
5 mei 1973Joop en Ageeth van Tijn zenden een fles champagne, wat een vriendelijk gebaar is.Ga naar voetnoot126 Vandaag zegt De Telegraaf dat hun sensatieverhaal over Luns en Brandt van gisteren op een aantal vergissingen berust. De Volkskrant en de nrc schrijven er geen woord over. Was het nu een canard of niet? Ben in Thermos II door drie perverserikken tegelijk belebberd. Vandaag was mevrouw Abdulgani's verjaardag. Ik was van | |
[pagina 102]
| |
17.00 tot 19.15 uur bij hen op bezoek. Pak Ruslan had allerlei onjuistheden in Dakes boek gevonden. Generaal Nasution was nooit cap in hand naar Moskou gegaan voor wapenaankopen. Bung Karno was niet in Bogor overleden. Pak Ruslan vertelde hoe hij had ontdekt dat er in 1962 inderdaad een uitnodiging van Maleisië aan Bung Karno was geweest om naar Kuala Lumpur te komen. Ruslan had een bezoek aan Sumatra gebracht en was met vice-premier Johannes Leimena via Kuala Lumpur naar Jakarta teruggereisd. Pas toen was hij er achter gekomen dat Maleisië een doorbraak in het geschil met Indonesië over Britse aanwezigheid in Zuidoost-Azië had willen proberen te bereiken via een officieel bezoek van Bung Karno. Maar dr. Subandrio had de uitnodiging uit het kabinet van het paleis laten lichten en voor zichzelf gehouden. Sukarno verkeerde in onwetendheid over het feit dat het conflict over Maleisië in belangrijke mate zou bijdrage tot zijn val in 1965. Ik probeer er al heel lang achter te komen wat president Sukarno vlak vóór de staatsgreep, of erna, aan premier Chou En-lai van China heeft getelegrafeerd. Ambassadeur Zairin Zain heeft erop gezinspeeld. Nu liet ook Pak Ruslan doorschemeren van dit telegram af te weten. Maar wat heeft die boodschap behelsd? ‘Voorzover ik weet heeft Suharto ook niet geweten wat er op 30 september 1965 precies is gebeurd en wie wat op zijn kerfstok had,’ aldus Ruslan. Hij bladerde meteen door het verhoor van Bung Karno's adjudant Bambang Widjanarko, die ik ook zo goed heb gekend. Ook hij schijnt ten nadele van de president verklaringen te hebben afgelegd. Pak Ruslan vond dat ik Dewi nog eens moest vragen of de president op 4 augustus 1965 werkelijk een attaque had gehad. | |
6 mei 1973Lang gesprek met Iet Last-ter Haar. De laatste maanden van Jefs leven moeten een verschrikking zijn geweest. Zij is helder en lief. ‘Jef vroeg steeds wie hij was. Hij had versnelde aderverkalking in zijn hoofd. Hij sliep bij de bijbel en dacht dat hij een broer van Jezus was. Hij schreef allerlei vreemde woorden op. Als ik vroeg wat hij aan het doen was, antwoordde hij: “Dit is alleen voor mij.” Hij kon gewoon niet ophouden met schrijven. Maria was zijn moeder, maar hij wist niet wie zijn vader was. Op het laatst wist hij helemaal niet meer wie hij was.’ Iet heeft de vellen die hij schreef vernietigd. Gerard van het Reve begon Jef tegen het einde van diens leven, toen hij ziek werd, te schrijven. Ook Vrij Nederland schijnt een publicatie aan hem te hebben gewijd via een van zijn Amsterdamse jongetjes | |
[pagina 103]
| |
en diens relatie met Jef. Ze waren samen naar Spanje geweest. Ik herinner me dat Jef mij ook eens mee vroeg. Toen hij tenslotte 41 graden koorts had gekregen was hij naar een ziekenhuis gebracht. Hij werd achter een hek gelegd, opdat hij niet kon ontvluchten. ‘Vinden jullie dat ik in een konijnenhok moet liggen?’ had hij gevraagd. Een van zijn laatste opmerkingen was geweest: ‘Ik lig hier heerlijk, maar alleen te veel vrouwen om me heen.’ Daarom had Iet met een broeder in Utrecht getelefoneerd. Jef had nog opgemerkt dat hij dacht in een kathedraal te liggen en op het allerlaatst zei hij: ‘Laat me alsjeblieft slapen.’ En toen er geen leven meer was werd hij aan de wetenschap gegeven. Iet Last en ik gingen samen naar het Spant in Bussum waar om 12.00 uur Bettina Dornay-Culp, nu 90 jaar, een recital gaf van werken van Chopin: etudes, een ballade, een polonaise, een scherzo, de fantasie impromptu, een nocturne, een wals en een prelude. En dit alles op hoge hakken met een bont cape om, helemaal in vuur en vlam. Ik vind de tekst van De Telegraaf correct. Het blad maakte bekend dat het gesprek met mr. J.M.A.H. Luns informeel en niet voor publicatie bedoeld was geweest. Met zo'n dementi maak je het alleen maar erger, want nu weet helemaal niemand meer wat er waar en niet waar was. Bracht mam roze rozen. Plaatste er twee op vaders graf. Zij was in een prima stemming, maar was bezorgd over de ontwikkelingen in de wereld, ook wat Watergate betrof. Ze zei me de ontbrekende 3000 gulden voor de auto te willen geven, maar dat wil ik niet. Ik heb liever haar medesignatuur voor een autolening voor dit bedrag dat ik dus zelf afbetaal. Tante Jetty wilde haar collie op de haan van de buren loslaten, wat mam beslist niet toeliet, want zij zegt op het beest gesteld te zijn geraakt. ‘Die haan is mijn enige bone of contention met tante Jetty,’ zei ze. Bleef The Partridge Family meekijken om haar zo lang mogelijk gezelschap te houden. Frits Böttcher belt om te verwijzen naar een vervelende passage van A.J. van Dijk in de nrc over mijn nieuwe boek en de interviews in De Nieuwe Linie en met Bibeb in vn. ‘Sinds hij voor het Gat van Nederland is gevangen blijkt de nieuwswaarde van de heer Willem Oltmans krachtig te zijn gestegen...’ Ze kunnen het katten niet laten. Wat heeft Van Dijk voor bijzonders in zijn leven gedaan? | |
[pagina 104]
| |
7 mei 1973SchipholRonald Gase meldt dat de studenten de aankondiging van mijn lezing ‘bijzonder gunstig’ hebben ontvangen. Joop den Uyl is uitgenodigd.Ga naar voetnoot127 Gase schrijft: ‘Dat ik diep onder de indruk ben geraakt van je persoonlijkheid en de manier waarop je alles aanpakt en oneerlijke dingen in de publiciteit brengt.’ Hij komt nog voor de lezing hier. Arthur Bremer (22) publiceerde An Assassin's Diary.Ga naar voetnoot128 Eigenlijk had hij eerst Richard Nixon willen vermoorden en ook George McGovern had enige tijd op zijn lijstje gestaan. Zijn voornaamste motief was om via een dergelijke moord beroemd te worden. Anatole Broyard beschrijft dit werkje in de Times in Hannah Arendts termen als meer banaal dan boosaardig. Broyard pikt er de volgende passage uit: The longest entry in the diary may be the most revealing. After three months of not talking to anyone but people who serve him food, sign him into rooms or fill the tank of his car, Bremer goes to a ‘massage parlor’ in New York. He chooses one from an ad in a magazine and walks past it again and again before entering. After selecting his ‘masseuse’ from a album of nude photos, he is locked into a room with her for half an hour. He is now nude, and she is wearing nylon panties. Weer zijn de Amerikaanse bibliotheken een stuivertjesroman rijker van een mental case, die erin slaagde beroemd te worden, omdat hij de gouverneur van Alabama probeerde te vermoorden. Zo wordt het althans voorgesteld. Terwijl in werkelijkheid door deze schietpartij de deur werd geopend naar een tweede ambtstermijn voor Richard Nixon. De onderontwikkelde vrijheid van de zwamneus Sal TasGa naar voetnoot130 van Het Parool heb ik contre-coeur gekocht, omdat reeds een ontmoeting in het verleden duidelijk maakte wat voor potje - en daaruit volgend ‘menu’ - er staat te koken in diens brein. De analyse van Tas over Bung KarnoGa naar voetnoot131 heeft helemaal niets te maken met hoe Sukarno werkelijk was. Hij moet een dosis bakerpraatje uit kranten gebundeld hebben tot een roerei van kletskoek. ‘Su- | |
[pagina 105]
| |
karno is nooit een held geweest, fysiek noch geestelijk (...). Die brutaliteit (van Sukarno) is een product van grote vitaliteit en een niet minder grote vulgariteit, twee volstrekt on-Javaanse eigenschappen (...). Sukarno was geen staatsman (...). Sukarno's kennis was oppervlakkig en onsamenhangend (...). Er was in Sukarno iets dat aan Hitler herinnerde (...).’ De opsomming van Tas zou zo uit een cia-rapport kunnen zijn overgeschreven. Kan me voorstellen dat Luns ook in die termen over Sukarno denkt, die hij een keer in zijn leven ontmoette toen het jaren te laat was (in 1964). Intussen gaat zo'n boek de wijde wereld in en ‘verrijkt’ het onze bibliotheken en beschikbare naslagwerken. Wanneer ik aan Bung Karno denk, zoals hij werkelijk was, concludeer ik soms: ‘Waar maak je je dik over?’ Hoe durft een etter als Tas überhaupt zijn mond over de president van Indonesië open te doen? Wie zal Bung Karno nog verdedigen? Zijn eigen kinderen weten niet eens meer hoe hij werkelijk was. Ze waren te jong en hebben sedertdien alleen maar Suharto-propaganda tegen hem onder ogen gekregen. Emile van Konijnenburg is er ook niet meer. Van een gesprek tussen hem en Joop van Tijn is het niet meer gekomen. | |
BrusselWerd opgehaald door een droogkloot van Bruna's uitgeverij. Had een interview bij de brt met een schijnbaar serieuze journalist. Daarna volgde een gesprekje van twintig minuten bij De Standaard over mijn boek. De man van Bruna hier gaf toe dat alles wat Jan Buis bij de uitgeverij opbouwde Henk Bruna weer afbrak, wat feitelijk tot alle spanningen en de hartaanvallen van Buis had geleid. Hij was het er ook mee eens dat de boekenmarkt met absolute shit wordt overstroomd, en dat dit alleen maar steeds erger wordt. Mijn aantekeningen van zo'n dagje in Brussel geven lang niet weer wat ik doe, ervaar, denk en zou willen noteren. In het vliegtuig een kwartiertje gepit. | |
8 mei 1973Sliep slecht. Om 04.00 uur op. Verder papieren en aantekeningen geselecteerd, die in Den Vaderland Getrouwe moeten komen. Het liefste zou ik nog eens van voren af aan beginnen en het hele manuscript overtypen. Geen tijd. Stralend mooie dag. Zo was het ook op 10 mei 1940 toen er zoveel Duitse vliegtuigen in de lucht waren. Jan Buis heeft een openhartoperatie prima doorstaan. Casper kwam tegen 17.00 uur. Hij zag er als steeds gezond, lief | |
[pagina 106]
| |
en aantrekkelijk uit, alsof hij nog nooit iets verkeerds in zijn leven heeft gedaan. Ik heb al naar Grasse geschreven om een kamer te reserveren voor Pinksteren. Geloof toch dat ik net iets liever met Peter op reis ga, ook zonder seks. Dan is het contact toch meer gelijkgestemd dan met Casper. We namen een sauna waar flink op Casper werd getippeld. We keken naar Irene en Carlos Hugo op televisie en gingen vroeg slapen, want hij moet 07.30 uur weg. Vrije Geluiden van de vpro publiceert mijn Luns-artikel.Ga naar voetnoot132 Lunchte met mam. Zij was in de tuin en had koude handen. Zij had een methode gevonden om de vijver leeg te scheppen. Bibeb had protestbrieven over het interview met mij gekregen dat zij me veel te lief had behandeld. Ook de heer Lücker van de Volkskrant had gezegd het maar ‘een dubieus verhaal’ te hebben gevonden. Henk Hofland had Rinus Ferdinandusse in razernij opgebeld. Zij hadden het telefoonnummer van Bibeb aan hem gegeven, maar hij had haar niet durven opbellen. Hij weet natuurlijk wel beter. Maar dat hij zoiets dan doet, onbegrijpelijk. Ik heb hem op alle fronten gespaard, want als ik zei wat ik werkelijk dacht, en trouwens ook weet, was hij helemaal nergens. 's Avonds kwam ik met Gerard Croiset bij Carel Enkelaar samen om over Dallas en jfk te overleggen. Croiset meende dat Watergate eigenlijk om de uitwisseling van wapengeheimen met de Sovjet-Unie ging. Hoe ‘weet’ hij zoiets? Richard Nixon was een ‘ontzettend slappe figuur’. Nixon weet precies wat er allemaal rond Watergate is gebeurd en heeft mensen uitgezonden om al het vuile werk te doen. Gerard tekent de grootste Watergate-boef uit, die hij voor zich ‘ziet’. De hele afluisteraffaire van Watergate is een poging om iets veel belangrijker te verdoezelen. Nixon is slap genoeg om zich voor deze zaken te laten misbruiken. jfk was anders, die diende te worden opgeruimd. Kennedy was niet voor dergelijke karretjes te spannen.Ga naar voetnoot133 Het zal binnenkort allemaal uitkomen, aldus Croiset, dat al die Amerikaanse jongens voor niets in Vietnam zijn gesneuveld. De Sovjet-Unie zal helemaal bijtrekken om te voorkomen dat Amerika nog verder met China in zee gaat. Vervolgens tekende hij een sleutelfiguur, een staalmagnaat, die in Watergate eenzelfde soort positie bekleedt als De Mohrenschildt in Dallas. Hij is 1,73 meter lang, ongeveer 52 jaar, heeft drie kinderen, bezit vier huizen en heeft een kantoor vlakbij een groot warenhuis. Er is een militair geposteerd voor zijn huis | |
[pagina 107]
| |
dat twaalf verdiepingen hoog is en waar alles wordt uitgekiend. ‘Nixon is in hele grote moeilijkheden, want driekwart van zijn kabinet is nu tegen hem. Er wordt niet meer naar hem geluisterd. Hij zal niet eens worden vermoord, want hij is te slap en niet de moeite waard om te worden gedood. Hij blijft aan, maar zal onoverkomelijke moeilijkheden krijgen.’ Toch vermoedde Croiset dat op den duur China en de Sovjet-Unie de dienst zouden gaan uitmaken. Nixon was een marionet van de handel. jfk botste met de oliemensen. Deze keer gaat het om staal en energie. Ook het maken en de levering van skylabs zijn in het geding. Een groep wil niets met de ussr te maken hebben. De andere wil bestellingen uit Rusland aannemen en leveranties doen. Er zijn bedragen tot 54 miljard mee gemoeid. | |
9 mei 1973H.F. van Loon meldt in De Telegraaf dat Beatrix en Claus morgen naar de Sovjet-Unie vertrekken. Ze zullen met hun neus in de boter vallen, want Leonid Brezhnev, aldus Van Loon, heeft dezer dagen zijn opperheerschappij bevestigd. Veel topmensen zullen zij niet ontmoeten. Die zijn net iets te belangrijk voor een kroonprinses. Er zal wel een gesprek zijn met dr. Jermen Gvishiani, de schoonzoon van premier Aleksei Kosygin, en ook zal mevrouw E.A. Furtseva, de minister van Cultuur, hen ontvangen. Meneer Van Loon gaat mee en kondigt aan de lezers op de hoogte te zullen houden. Lunchte met Carel Enkelaar en Klaas Jan Hindriks om opnieuw te proberen de jfk-zaak op gang te krijgen. | |
10 mei 1973Om 04.00 uur belde Dewi Sukarno - met veel excuses voor het idiote uur. Misschien komt zij inderdaad even overwippen uit Parijs om mevrouw Abdulgani te groeten voor haar vertrek naar Jakarta, zoals ik haar had voorgesteld. Gerard Croiset benadrukte gisteren terloops dat ik zonder Carel Enkelaar en de nos-opdracht om de Club van Rome-film te presenteren - en alles wat erop is gevolgd - er nooit in zou zijn geslaagd mijn geloofwaardigheid in den lande te herstellen. Dat is zonder meer waar. Maar niemand vraag zich af of is erin geïnteresseerd te weten hoe ik die geloofwaardigheid ooit heb kunnen verliezen. In wat ik heb gezegd of geschreven heb ik gelijk gekregen, dus waar komt dit verlies van geloofwaardigheid vandaan?Ga naar voetnoot134 | |
[pagina 108]
| |
Er kwam een kaart van Mrs. Ellen Mangadie uit China. Zij had Djawoto ontmoet. Hij schrijft een brief om te bedanken voor de knipsels die hij via haar van mij ontving. Hij vond Joop van Tijn met Pak Ruslan prima, en de vragen kritisch. Hij hoopt nog steeds dat ik in Peking wil komen. Hij schijnt nu meer geneigd me te willen helpen bij het verkrijgen van een visum. Hij denkt dat Dewi veel meer over de achtergrond van de gebeurtenissen in 1965 weet dan zij zegt. Ontmoette Vladimir Opalev op de sovjetambassade en overhandigde een brief van Bruna waarin om medewerking werd gevraagd om voor mijn tweede Club van Rome-boek zeven of acht sovjetpersoonlijkheden te kunnen interviewen. Hij gaf me de Engelse vertaling van dr. Gvishiani's boekGa naar voetnoot135, Organisation and Management, A Social Analysis of Western TheoriesGa naar voetnoot136 dat de ambassade kennelijk ter beschikking had gekregen zodat ook exemplaren aan Beatrix en Claus konden worden overhandigd met het oog op hun ontmoeting met Jermen Gvishiani. John van Haagen belde. ‘Je weet niet half hoe langzamerhand in arbeiderskringen aandacht aan jou wordt besteed. Dat schijn je nog niet te beseffen.’ Hij zal me erover schrijven. Intussen wil het gem om economische redenen dag- en nachtdiensten om de andere dag laten uitvoeren. Dat is te zwaar. Ik geloof dat hij die zaak in de pers zou willen hebben. Ik zal helpen waar ik kan. Dat is een nieuw probleem in de Rotterdamse haven. Dewi Sukarno belde dat zij om 19.00 uur op Schiphol zou landen in gezelschap van enkele andere mensen. Zij zou zich in het Hilton Hotel aan de Apollolaan inschrijven als mevrouw Ratna. Ik probeerde haar eerder te laten komen, wetende dat de Abdulgani's vanavond bezet zouden zijn. Zij had ook iets anders vanavond, wat ik niet geloofde. Gisteravond sneed Carel Enkelaar het hete hangijzer aan hoe we eventuele inkomsten uit de jfk- affaire moesten verdelen.Ga naar voetnoot137 ‘Gewoon in drieën,’ zei Croiset. ‘Krijg ik dan niet teveel?’ vroeg Enkelaar. ‘Zonder jou,’ vervolgde Croiset, ‘had hij dit niet allemaal kunnen doen.’ Akkoord. Maar eigenlijk ligt het anders. Het beginpunt van onze jfk-onderneming lag bij mijn toevallige ontmoeting met mevrouw Marguerite Oswald tijdens een vlucht naar Dallas, waar ik niet voor de nos naar toe ging, maar om een lezing te geven. Bovendien kwam mijn Club van Rome- | |
[pagina 109]
| |
vondst ook geheel voort uit mijn kennis, denken en werken, toen ik in Washington dc dr. Philip Handler, president van de National Academy of Sciences ontmoette. Waarom is geen van de andere duur betaalde Nederlandse journalisten in Amerika zijn persoonlijke vriend geworden? De nos kocht weliswaar mijn werk (en brein) aan, maar de creatie van zowel de Dallas-contacten met George de Mohrenschildt als de vriendschap met Aurelio Peccei behoren exclusief aan mij en niemand anders toe. Bracht een bezoek aan dr. Zairin Zain. Hij zag er redelijk uit. Hij heeft een neefje in huis om hem te helpen, dat wel klein en wat gedrongen is, maar mooie Indonesische trekken en een goddelijke bek heeft. ‘Ik heb je toch gezegd,’ aldus de ambassadeur, ‘dat hij een mooie man was.’ Hij vond mijn commentaar WerkelozenGa naar voetnoot138 in De Typhoon in de roos geschoten. ‘Vroeger was je altijd te scherp in je artikelen.’ Ik had de kolom ook aan Pak Ruslan gegeven, maar die zei er verder niets over. Dr. Zain vroeg wat het belangrijkste moment in mijn komende Den Vaderland Getrouwe was. Ik antwoordde: misschien het moment dat kolonel Sutikno Lukitodisastra en ik samen met Bung Karno op het paleis spreken, Tikno namens Suharto, wiens persoonlijke secretaris hij was. Zain vertelde dat Ruslan Abdulgani hem al ontweek toen hij tot ambassadeur in Bern was benoemd. ‘Dat is toch gek? Wij waren altijd goede vriendjes, zelfs erg goede vriendjes...’ Zain: ‘Ruslan Abdulgani is geniepig. Eerst zwaaide hij naar Suharto over en nu is hij weer om naar de andere kant?’ Hij gaf te kennen er van uit te gaan dat Pak Ruslan in Nederland was om te spioneren ten behoeve van generaal Suharto. Ik zei dat Wertheim ook die mening was toegedaan. ‘Ja, maar Wertheim is een idioot,’ zei dr. Zain. Toen ik de nationale schuld van Indonesië van 2,3 miljard onder het beleid van Bung Karno noemde, werd de ambassadeur boos: ‘Ja, maar toen verkeerde Indonesië in oorlog vanwege de bevrijding van West-Irian, dankzij jullie lieve Nederlanders.’ De heer Kou Bian Thie had dr. Zain nog op 9 mei bezocht. Hij is nu directeur-generaal van het imf in Washington. Hij noemde Dewi Sukarno ‘een slimme kerel, hoor, die het spel goed speelt...’ Door zijn spraakgebrek na zijn attaque omschrijft hij vrouwen nog steeds als ‘kerels’. Hij vervolgde dat generaal Alamsjah zeer snel het diplomatieke vak aan het leren was als ambassadeur in Den Haag. ‘Maar net als ik is hij al twee dagen in een ziekenhuis, want hij is over- | |
[pagina 110]
| |
werkt.’ Alamsjah was indertijd dr. Zain in het ziekenhuis komen opzoeken. Zain wist overigens niet hoe het bericht over zijn ziekte in De Telegraaf was gekomen. Bij de oud-ambassadeur komen altijd flarden van herinneringen boven. Robert Kennedy had hem gevraagd in diens toestel mee naar Tokio te vliegen voor een ontmoeting met Bung Karno. ‘Maar ik ging natuurlijk apart. Subandrio zei altijd: “Je moet Bung Karno niet tegenspreken.” Ik zei hem dan: “Ben je gek: waarom niet? Ik zeg wat ik denk.” Ik heb me altijd afgevraagd welke verdiensten heeft Subandrio nu eigenlijk gehad? Wat heeft hij precies gedaan? Wat?’ Zain gaf opnieuw aan dat Subandrio de president juist opzettelijk op de verkeerde weg had gebracht. Ik vertelde hem wat generaal Parman mij in New York hierover had gezegd.Ga naar voetnoot139 ‘Adam Malik wilde helemaal niet in Washington over IrianBarat komen onderhandelen. Maar hij moest van Subandrio. Malik was vooral boos, toen hij de zaak in orde had gebracht en Subandrio zelf het akkoord in de vn met Nederland kwam tekenen. Dr. Zain zei dat Suharto het moeilijk had want hij dreef op zijn adviseurs, die hem er op subtiele wijze aan herinnerden dat hij zijn carrière tenslotte als sergeant-kok bij de Nederlandse Marine was begonnen. Alamsjah was naar Nederland weggepromoveerd omdat Suharto genoeg van hem had. Toen ik afscheid van de oud-ambassadeur nam vroeg hij of ik misschien een baan wist voor Emily Zain, hier of in Amerika. Ik dacht: wat een ontzettend zielig einde voor een man die een zo belangrijke positie in het verleden heeft bekleed. Tragisch. Tillman Durdin produceerde een heil-Ibnu-Sutowo-artikel in nota bene de New York Times.Ga naar voetnoot140 Er is ten noorden van Medan een nieuw Pertamina (staatsolie- en gasbedrijf) gebouwd met alles erop en eraan. Olie voorziet in tien procent van wat Indonesië in het buitenland verdient en vormt vijftig procent van de begroting. Er worden 1,4 miljoen barrels per dag gepompt, waarvan vijftien tot twintig procent door Pertamina. Durdin meldt aan het eind van zijn artikel dat men in het land met minachting over het opereren van Pertamina spreekt, vanwege de schrijnende corruptie. Dat is langzamerhand een alte Geschichte immer wieder neu. Ik heb in 1966 de hele Pertamina-affaire op scherp proberen te stellen. Maar ondanks Suharto's zogenaamde corruptiebestrijding gaat de 54-jarige oliegeneraal vrolijk zijn gang. Treurig dat de Times de feiten zo misleidend op een rij zet. | |
[pagina 111]
| |
11 mei 1973Dewi Sukarno heeft gedonder gehad om een visum te krijgen. Het Nederlandse consulaat stuurde haar door naar België. Daarop moest zij naar de préfecture de police. Het werd allemaal te ingewikkeld om nog te komen. Zij wilde tickets zenden zodat Pak Ruslan en ik haar in Parijs zouden kunnen bezoeken. Dat doet hij natuurlijk nooit. Ik vraag me trouwens af of zij problemen heeft vanwege de rel in 1971 op Amerbos met het intrappen van de ruit van mijn deur. Ik vroeg haar tenminste de Abdulgani's te bellen, wat zij zou doen. Ik vertelde haar dat naar aanleiding van Dakes boek artikelen waren verschenen waarin stond dat Bung Karno de generaals had laten vermoorden. ‘That is terrible. What can we do?’ vroeg zij. ‘Wait for now, we'll find a way and talk about it.’ Na 15 juli waren de bedienden in Gland met vakantie, dus zij vroeg of ik voordien wilde komen. | |
12 mei 1973Ben naar het gemeentehuis gegaan voor het huwelijk van Ben Becht, eigenaar van Thermos ii, met een allerliefst lichtgekleurd Antilliaans meisje. De Moderne Boekhandel zegt dat mijn boek uitstekend wordt verkocht. In de Volkskrant schreef Jan Joost Lindner een de druiven-zijnzuur artikel van vier kolommen, dat druipt van naijver. Politici hadden voor mij na de dood van Sukarno afgedaan. Ik was een profeet, schreef ‘een waanzinnig boeiend boek’, maar ik was ‘een doorholler’, ‘toch is het een veel beter boek dan Oltmans zelf dacht’, et cetera. Ik begrijp nooit waarom de thuisblijvers coûte que coûte het werk van anderen, die wel de baan opgaan, moeten afkraken en in een twijfelachtig licht stellen, doorzeeft met onwaarheden en verdachtmakingen, maar er uiteindelijk toch niet omheen kunnen. Wim van Beusekom: ‘Ja, ze doen een beetje vervelend over jou persoonlijk, maar ook de Volkskrant kon er niet omheen.’ Elsevier gaat veel verder. Ik had niet gedacht nog eens te beleven dat er in dit weekblad zou staan: ‘Misschien is er de laatste tijd geen boek verschenen dat belangrijker is dan dit,’ door D.H. Ringenoldus.Ga naar voetnoot141 Peter schrijft vanuit Rhodos na vertrek van Siegfried daar alleen te zitten en er nog een weekje aan vast te plakken. Hij zwemt veel en kijkt naar mensen. ‘Als ik de 18de thuis ben kom ik | |
[pagina 112]
| |
gauw naar je toe.’ Hij is in een stemming van weinig woorden... Frits Böttcher belt om te zeggen dat mijn boek overal ligt en een succes is. Lex Poslavsky vindt het ‘erg knap werk.’ Hij vond vooral Margaret Mead en Toynbee boeiend. Van Skinner wist hij wat deze zou zeggen, evenals Rogers. ‘Ik vond ook de helderheid van presentatie van je interviews uitstekend,’ aldus Lex. Dewi heeft de Abdulgani's niet opgebeld. Had er een voorgevoel van. Lex Barker (53), de elfde Tarzan, is op straat in Manhattan in elkaar gezakt en overleden. Onbegrijpelijk, zo'n bink. | |
13 mei 1973Moederdag. Bracht mam rode tulpen. We luisterden op televisie naar Beethovens vioolconcert en lunchten in Lage Vuursche. Theo is misschien terug uit Zuid-Afrika. Hij liet vrijwel niets van zich horen. Casper arriveerde om 19.00 uur. We zagen een film. We gaan eigenlijk intiem met elkaar om en toch weet ik nog maar zo weinig van wat hem werkelijk beroert, wat hij voelt of denkt. Maar dat is eigenlijk zelfs met Peter het geval, laat staan met de anderen. Tot welk punt moet je komen om te kunnen zeggen werkelijk close te zijn? | |
14 mei 1973Mam had een mooie kaart uit Zuid-Afrika gekregen van mijn broers Hendrik, Theo en Nellie. ‘Ze zijn moederdag toch niet vergeten, zei ze. God zij dank. Zij was in high spirits en zei dat haar rechterduim pijn deed van het pianospelen. ‘Soms denk ik toch: dat zou ik vroeger niet gekund hebben.’ We dineerden samen buiten. Op weg naar Amsterdam was er een schitterende regenboog. Schreef een brief aan Henk Hofland. Maar zojuist belde hij me 30 minuten lang op, half lazarus, want hij had in de Leidsestraat mijn boek en foto bij Moderne Boekhandel zien staan. Hij had daarna drie uur in een kroeg tegen een wildvreemde juffrouw over mij zitten praten en over dingen waarvan hij allang niet meer besefte dat hij die nog altijd wist. ‘Ik wil niet met je vechten, je denk toch niet dat ik Peter Zonneveld met vooropgezette bedoelingen mee naar jouw huis nam? Waarom noem je mij laf?’ ‘Omdat je te beroerd bent je nek uit te steken,’ zei ik. ‘Waarom denk je dat ik geen hoofdredacteur meer ben?’ | |
[pagina 113]
| |
Weet niet waar dit op sloeg, maar ik zal mijn brief maar niet verzenden.Ga naar voetnoot142 | |
15 mei 1973Iet Last zendt me een prachtige uitgave van Jef Lasts vertaling van Victor Hugo, in de reeks Genie en Wereld.Ga naar voetnoot143 Er was een lief kaartje van haar bij. Zij schreef dat hij de vertaling tijdens het laatste jaar van zijn leven had gemaakt en dat dit schitterende boek met kleurenreproducties pas na zijn overlijden was verschenen. ‘Hij schreef het met een glimlach’, aldus Iet, ‘want hij had er plezier in te zien hoe verschillend vrienden over iemand kunnen denken.’ Het boek was namelijk door negen vrienden van Hugo (of bewonderaars) samengesteld. Casper kwam om 22.30 uur. We zijn vrijwel meteen gaan pitten. | |
16 mei 1973Rob Sijmons kraakt mijn boek als een ecologische egotrip in Vrij Nederland af.Ga naar voetnoot144 Hij noemt mijn interviews een ‘onoverzichtelijke rijstebrijberg van 466 bladzijden.’ ‘Het is een uniek boek, want waar vind je een zo bont gezelschap verenigd (...). Na het tweemaal te hebben gelezen (wat ik van meneer Sijmons zeker niet geloof) blijft de indruk overheersen dat het boek voornamelijk ter meerdere glorie van de Club van Rome, van de huisprofeet Aurelio Peccei en zijn perschef Willem Olt- | |
[pagina 114]
| |
mans werd geschreven.’ Vroeger was ik dus perschef van Bung Karno. Dit niveau van geschrijf zal er wel altijd tussen blijven zitten. Ernst Utrecht maakte gehakt van het boek van Antonie Dake. Wim van Beusekom vertelde bij Bruna dat Sijmons indertijd ook een boek van Jacques Monod, de Franse biochemicus, had afgekraakt. Sijmons schijnt zelf chemie te hebben gestudeerd. Het is een collega die ik negeer. Dewi belde. Ze had mijn brief gekregen. Zij had inderdaad de Abdulgani's later gebeld, maar omdat Pak Ruslan sliep had zij met diens zoon gesproken. Zij herinnerde me er aan dat ik beloofd had met haar aan het Bung Karno-boek te werken in Gland. Ik ben van plan er 22 juni te arriveren. | |
17 mei 1973Mam heeft het gesprek met Dennis Gabor uit mijn boek gelezen. ‘Je moet er wel je koppie bijhouden,’ zei ze. Zit op een terras in Blaricum mijn nieuwe boek te corrigeren en doe dit in diepste affectie voor mijn vriend Bung Karno. Dat wil zeggen: ik wil proberen zo exact mogelijk weer te geven wie hij was. Liep tegen Just Bendien (psychiater) aan, maar hij blijft voor mij volmaakt onbegrijpelijk. Ontmoette Pim Reyntjes van de nos. Er waren negenhonderd telefonische klachten bij de nos binnengekomen dat een Tarzan-film was komen te vervallen vanwege een extra uitzending in verband met het Watergate-schandaal. Tenslotte is Klaas Jan Hindriks daarvoor naar Amerika gereisd. Henk Hofland zet hem er dan ook terecht voor in het zonnetje in zijn tv-rubriek.Ga naar voetnoot145 Maar ja, niet voor niets is in Nederland De Telegraaf de meest gelezen krant aan de ontbijttafel. Ronald Gase vertelde dat de heer Salim van de Indonesische ambassade twee redenen had opgegeven waarom hij niet naar mijn lezing kwam: 1) ik was homoseksueel en 2) ik was tegen Suharto. Salim: ‘Oltmans is een communist. Hij is als Wertheim. Hij wil geen hulp aan Indonesië geven, omdat de omwenteling via strijd en revolutie moet komen.’ De man bazelt. Suharto kwam via een bloedbad van één miljoen onschuldige mensen aan de macht. Salim had toegegeven dat ik eerlijk was, ‘maar hij is ook wreed. Het is diezelfde wreedheid, die ik in de boeken van Gerard van het Reve vind,’ aldus Salim. Vanavond een lezing in het Cleyndert Theater hier om de hoek. | |
[pagina 115]
| |
Ik vind het toch wel leuk om te doen. Casper komt ook met zijn vriend De Brauw en twee vriendinnen. | |
18 mei 1973Ronald zegt dat de avond een succes was. Hij duurde van 20.15 tot 23.15 uur. In de pauze kwam Casper me waarschuwen: ‘Je springt van de hak op de tak.’ Er werden tien boeken verkocht. Volgens Ronald was 97 procent van de studenten enthousiast geweest. Er waren 35 formulieren binnengekomen met commentaar waarvan er één tegen was geweest. Guruh Sukarno en zijn vriendje Adi waren ook aanwezig. Casper wilde komen, wat een gewetensconflictje veroorzaakte, omdat ik naar mam zou gaan. Moet maar egoïstisch zijn en mam morgen bezoeken. Dewi benadrukte opnieuw dat we samen naar Peking moesten gaan en onderweg president Ali Bhutto in Rawalpindi bezoeken. Er stopte een colonne Canadese militairen, trucks, kanonnen, alles compleet, langs de Van Heekweg en Amerbos. Ze zijn in camouflagepakken. Geen enkele broek past. Dat doen ze in Indonesië anders. Zou er best eentje uit willen zoeken en hem een tijdje verplaatsen van het gras langs de kant van de weg naar mijn slaapkamer. Gisteravond was er trouwens een lekker blonde jongen in de groep: hij studeerde antropologie. Heb Grenzen aan de groei met een begeleidend briefje aan Beatrix en Claus gezonden. De bibliotheken hebben 265 exemplaren besteld. Djawoto zendt me een exemplaar van de Afro-Asian Journalist, een tijdschrift van dertig pagina's. Het hoofdartikel over de komende vrede in Vietnam - wat hij mogelijk als hoofdredacteur mede heeft geschreven- is natuurlijk grotendeels historisch juist, zelfs al is het vermengd met puur communistische propaganda.Ga naar voetnoot146 Er is een relletje rondom prins Claus ontstaan, omdat die idioot Piet Grijs in Vrij Nederland schijnt te hebben | |
[pagina 116]
| |
geschreven dat de actie Kom over de brug beter het verzamelde geld in de kachel kon smijten dan ermee proberen arme ontwikkelingslanden te helpen. Ik vind ook acties voor de derde wereld dikwijls nergens op slaan. We spreken meestal over een druppel op een gloeiende plaat, maar deze extreme lulkoek slaat inderdaad nergens op. Prins Claus is hier tegen in 't geweer gekomen. Hij schijnt een redacteur van Vrij Nederland te hebben gevraagd met hem te komen praten op Drakesteijn. Daar was natuurlijk wél tijd voor, maar ik mocht mijn boek niet komen aanbieden. De Telegraaf drukt het nonsensstukje van Piet Grijs overgenomen uit Vrij Nederland opnieuw af. Het is inderdaad een efficiënte methode om die man in zijn hemd te zetten via zijn eigen geschrijf.Ga naar voetnoot147 Casper vond dat ik in mijn lezing te veel data en details had genoemd, alsof ik voortdurend wilde bewijzen dat wat ik zei waar was. ‘Je kunt er beter mee wachten tot mensen om precisering vragen’, zei hij. Uit alles was gebleken dat ik een uitstekend geheugen had maar toch had hij ook iemand horen zeggen: ‘Waarom permitteert hij zich zoveel mensen af te kraken?’ Toen ik later achteruit de garage uitreed botste ik in de deur van Caspers eend. Hij was uiterst sportief over het incidentje, maar ik voelde me opgelaten. | |
19 mei 1973Erik van der Leeden is jarig. Ben triest over mijn relatie met Peter. Sta koffie te zetten en dit komt over me. Hij moet allang terug uit Rhodos zijn. We kennen elkaar vandaag precies zes jaar. Hij doet niets aan onze relatie, omdat hij weet dat die er toch wel is. Ik ben erg close met Casper, die bleef sla- | |
[pagina 117]
| |
pen, maar er is een andere dimensie dan in het contact met Peter. Ook al is, wat Casper en ik nu samen beleven, uniek. Broer Theo is terug in Zwitserland, had mijn boek gevonden en zei: ‘I am very impressed.’ De nos betaalde vandaag 1500 gulden voor iets dat ik in januari voor ze heb gedaan. Beter laat dan nooit. Een zeer onthullend gesprek met prins Sihanouk in Achter het Nieuws. Hij zou Bung Karno hebben kunnen zijn. Hij onderstreepte: ‘Ik zie het als een eer een soeverein links koninkrijk voor te zitten. Het is niet onze wens of onze fout dat de communisten ons steunen. Ik werk liever met rode gentlemen dan met de bandieten, die het huidige regime in Pnom Penh steunen.’ Dit was exact Bung Karno's standpunt tegenover de pki in Indonesië.Ga naar voetnoot148 M. de Vreede vat mijn boek in Het Parool samen onder de titel club van madame tussaud. Weer een lange tirade voornamelijk tegen mij als collega gericht. Deze kritiek stelt het voor alsof ik op het celebrity-aspect zou zijn afgegaan. Ik heb juist uitsluitend geselecteerd op de erkende actuele expertise in verschillende vakgebieden. Omdat Grenzen aan de groei over een planetair vraagstuk handelde wilde ik specialisten uit een grote verscheidenheid van vakgebieden hierover polsen, deels om aan te tonen dat het een probleem was dat iedereen aangaat, ongeacht oriëntatie of discipline. Ik bedoelde met deze interviews eveneens een brug te slaan tussen de Chomsky's en de Skinners. Dat was nu juist voor mij de openbaring: hoe ze zich allemaal in laatste instantie gedroegen als ‘vakidioten’. | |
20 mei 1973Kon mijn Saks Fifth Avenue witte jack niet vinden. Het was niet bij mam. Ik weet dat Casper dit graag draagt en ik begon te denken dat hij het (ongevraagd) misschien had meegenomen. Ik constateer altijd weer bij mezelf een neiging tot achterdocht en wantrouwen zelfs ten aanzien van hen, die ik als mijn intiemste vrienden beschouw. Ik zeg immers dat ik van Peter of Casper houd. Dit is een walgelijke neiging. Ik vraag me af of deze via een operatie zou zijn te verwijderen. Dan laat ik dit morgen doen. Ben gaan rijden in de zon met de kap omlaag langs de Amstel en de velden, zoals vroeger met Peter. Voelde me zeer alleen en in een vreemde stemming. Luisterde naar een cassette van La Mer, Debussy. | |
[pagina 118]
| |
John van Haagen belde opnieuw als voorzitter van de ondernemingsraad van het gem. ‘Wij gaan over veertien dagen ongewapend de onderhandelingen tegen de directie beginnen. Waar kunnen wij de nodige informatie krijgen?’ Ik telefoneerde en overlegde met professor Alexander Poslavsky. ‘Laat hen contact opnemen met iedere sociologische faculteit van de gerenommeerde universiteiten,’ adviseerde hij. ‘Ook professor Trimbos in Rotterdam zou kunnen helpen, maar dan moet Van Haagen wel aanduiden dat hogere vakbondsconnecties bij de zaak zijn betrokken en dat er een additionele klus aan vastzit.’ Belde John deze adviezen door.Ga naar voetnoot149 Gerard Croiset: ‘Richard Nixon gaat technologie aan de Russen leveren tegen goud. Het gaat die man er nu om zoveel mogelijk goud naar de vs te krijgen.’ Hij onderbrak zichzelf: ‘Is je telefoon eigenlijk vrij?’ Hij vervolgde: ‘Die Watergate-affaire is slechts een gemene show waar koppen bij gaan vallen. Het is altijd nog beter dan oorlog voeren; het moet de aandacht van andere zaken afleiden.’ Hij vertelde ook met uitstekend resultaat een Amerikaanse pianist te behandelen die last van reumatiek in zijn handen had gekregen. Hij deed dit op afstand. Hij adviseerde opnieuw om verder onderzoek te verrichten naar de jfk-moord in Dallas. | |
21 mei 1973Ontmoette dr. Ruslan Abdulgani al om 08.30 uur. Ik nam hem mee naar Amerbos. We hebben twee uur samen gesproken. Zou nog vele uren meer met hem moeten spreken. Pak Ruslan gaf toe dat hij in het bijzijn van ambassadeur Alamsjah op zijn hoede was en lette op wat hij zei. De nieuwe Indonesische persattaché, de heer Hatta, zat zijn ambassadeur voortdurend te dwarsbomen, wat mogelijk tot die hartaanval had geleid. Dit herinnerde me aan mijn vriend ambassadeur Sukardjo Wirjopranoto die bij de vn door zijn tweede man dermate werd getreiterd dat hij niet alleen een hartaanval kreeg, maar er ook aan overleed. Hij was het in grote lijnen eens met het artikel van Ernst Utrecht in Vrij Nederland over het boek van Dake. ‘Bambang Widjanarko was tenslotte nieuw op het paleis,’ aldus Ruslan. ‘Bapak was altijd zeer kieskeurig wat betreft zijn adjudanten. Deze Bambang blijkt onbetrouwbaar te zijn geweest en misschien heeft hij wel geredeneerd dat Bung Karno nu toch al was heengegaan.’ Pak Ruslan wist niet dat Dewi zijn zoon had | |
[pagina 119]
| |
gebeld. Ontkent hij het of liegt Dewi? Toen ik vroeg of hij dacht dat ik ooit nog eens in Indonesië zou komen, zei hij: ‘Hoe ben je met sultan Hamengku Buwono?’Ga naar voetnoot150 Ik vertelde mam tijdens het eten in Soesterberg dat Het Parool mijn boek in de soep had gedraaid. Na een poosje zei ze: ‘Misschien is degene, die dat schreef wel bevriend met Henk Hofland...’ Zij sloeg de spijker op de kop, maar ik durf dit nog altijd niet te denken of onder ogen te zien. | |
22 mei 1973George de Mohrenschildt schrijft uit Dallas: ‘Nadja died last Easter Sunday. She died in her sleep. At least this is a consolation. I know you liked her and she liked you very much, that's why I write.Ga naar voetnoot151 When I saw Nadja last in Miami, she was already terribly ill, and there was no hope for recovery. She was very sweet and charming. Thus ended for me the most tragic period of my life - death of two adorable children from Cystic Fibrosis. How wonderful is God to permit this? I am so sad that I refused a trip to the ussr and am just staying here on campus of Bishop College. At least the students are marvellous and their presence consoles me to no end.’Ga naar voetnoot152 Ging met mam naar de Lage Vuursche om een pannenkoek te eten. Wanneer zij dan tien minuten in een bakkerswinkel is word ik erg ongeduldig, maar dan denk ik aan mijn lieve vriendin Penny Hedinah en haar schuldgevoelens dat ze niet lief genoeg is geweest voor haar bejaarde vader. Mevrouw Hartini Sukarno schrijft dat zij Bogor gaat verlaten en een groot huis in Jakarta heeft gehuurd voor vijf jaar. In Bogor denkt ze te veel aan het verleden, toen Bung Karno nog leefde. Zij neemt ook enkele zakelijke voorstellen in overweging, waarvoor zij onder meer in Singapore is geweest. ‘Sekian duluGa naar voetnoot153 Wim, tot mijn volgende brief, liefs als altijd, warme groetjes, Hartini S.’Ga naar voetnoot154 Vanavond bracht ik Pak Ruslan fotokopieën van de eerste 270 pagina's van Den Vaderland Getrouwe. Het schiet nog wel eens door mijn hoofd of ik hem werkelijk kan vertrouwen en of hij dit gedeelte aan mijn vijanden rond Suharto zal geven. Ik weiger dit echter van hem te denken. Toen ik binnenkwam zei hij: | |
[pagina 120]
| |
‘Zo, jij bent dus een boeiende chaos.’ Ik begreep het niet. ‘Heb je professor J. Pen in Het Parool niet gelezen?’ Ik dacht dat het een artikel over Dake of Bung Karno was, maar het was een artikel van de Groningse hoogleraar, die zich kennelijk had geërgerd aan het geschrijf van M. de Vreede. Professor Pen schrijft dat ik op het lumineuze idee ben gekomen 75 befaamde personages over de toekomst van de wereld te interviewen. ‘De interviewer heeft zijn werk met een verrassende kennis van zaken gedaan. Het resultaat is een meeslepend boek.’ Pen bekritiseert Matthijs de Vreede dat hij van mijn geïnterviewde mensen een wassenbeeldenspel heeft willen maken. ‘Op mij komt het meer over als een verzameling uitspraken van springlevende mensen (...).’ Zijn conclusie luidt: ‘Maar helder of duister, ieder interview uit de bundel is de moeite waard. De lezer maakt kennis met beroemdheden, waar hij waarschijnlijk nog niet van heeft gehoord - zo had ik nog nooit van de neuroloog Delgado, van wie gezegd wordt dat hij agressie met behulp van radiogolven wil bestrijden, de Nobelprijswinnaar Szent-Gyorgyi en een heleboel anderen gehoord. Oltmans heeft deze lieden op vaardige wijze op hun praatstoel gezet. Hij heeft een document van deze tijd gemaakt, dat in zijn geheel, een beeld van verwarring oproept. Dat komt ervan als we over de toekomst gaan nadenken.’ Dat was andere koek en ik was er heel erg blij mee.Ga naar voetnoot155 Peter arriveerde om 16.00 uur. Hij had zich dermate aan het artikel van Rob Sijmons in vn geërgerd dat hij de volgende brief heeft geschreven: ‘Naar aanleiding van uw artikeltje over Grenzen aan de groei van Willem Oltmans wil ik u vragen de ethiek van de kritiekschrijverij er nog eens op na te slaan. De lezer van vn is namelijk niet geïnteresseerd in uw persoonlijke rancune ten aanzien van Oltmans, maar verlangt alleen objectieve, zakelijke en diepgaande voorlichting in plaats van arrogante schoonschrijverij. Ik kan me heel goed voorstellen dat een zo belangwekkend boek van dit niveau u te veel tegen de eigen onbenullige borst stuit, maar ondanks dat vraag ik u beleefd of u zich bij een volgende gelegenheid wat professioneler zou willen opstellen. Peter van de Wouw, Tilburg.’ Was blij verrast over Peters eigen demarche. En de tekst is prima.Ga naar voetnoot156 Dineerde met Ronald Gase en vijf studenten bij Mei Wah in Noord. Er kwam weinig uit. Roland zegt door mij gebiologeerd te zijn omdat ik alle dingen doe waar hij wel eens over | |
[pagina 121]
| |
heeft gedacht. Hij had nota bene freule Wttewaal van Stoetwegen gebeld over iets wat ik in de lezing had verteld. ‘Oltmans? Die mijnheer werkt nu voor de Russen,’ had het kamerlid zonder blikken of blozen geantwoord. Ik had mij indertijd bij haar binnengedrongen.Ga naar voetnoot157 Joseph Luns had nimmer gelogen. Zij vroeg zelfs of hij het gesprek met haar op de band had opgenomen. Als ik over haar in Den Vaderland Getrouwe zou zetten wat zij over haar nicht had verteld, die in de oorlog fout was geweest, zou zij Bruna schrijven dat ik loog.Ga naar voetnoot158 | |
23 mei 1973Gase heeft een afspraak met Willem Drees senior. Lovenswaardig, maar toch moet ik die jongen een beetje afremmen, denk ik. Peter arriveerde hartstikke bruin uit Rhodos. Ik deed of ik het niet zag. Stomme jaloezie? Het was eerst weer even vreemd, maar al gauw was het alsof hij nooit was weg geweest. We waren in de sauna en aten in het Bakhuisje. Hij liet zich ontvallen: ‘Ik denk dat ik maar een einde maak aan onze relatie: ik vind niemand meer om te pruimen. Ik knap op iedereen af.’ Hoe dikwijls zeg ik tegen mezelf identiek hetzelfde? Hij vond de bomen op Amerbos mooi geworden. Wanneer hij zoiets zegt is het echt. Hij sprak ook over Richard Thieuliette, die nu in India is. ‘Hoe zou het met zijn gezondheid zijn?’ Hij had vannacht weer niet kunnen slapen. Hij was daarom in Tilburg maar buiten gaan wandelen. Dat is zijn ernstigste probleem: slapeloosheid. We reden naar Broek in Waterland om Fred en Elly de la Bretonnière te ontmoeten. Ze waren er niet. Toen ik Fred later belde zei hij meteen: ‘Ik heb vannacht van je gedroomd... Het waren toestanden...’ Fred, een Indische jongen, is niet gay, maar hij valt voor mij in de klasse Loet Kilian. | |
24 mei 1973Vannacht belde Dewi om 02.00 uur. Ze zal 22 juni van Genève naar Parijs reizen en vroeg of ik eerder of later wilde komen. Zij had het boek van Dake ontvangen. ‘It is noteworthy,’ zei ze ‘dat dit boek, dat zo tegen Bapak is, juist duur is uitgegeven.’ Lobbyist Martojo dook ook weer eens op. Lange telefoongesprekken. Hij was het eens dat Dake onzin had geschreven. Maar die had er wel zijn voordeel mee gedaan door er een doc- | |
[pagina 122]
| |
toraalexamen mee te halen. ‘Natuurlijk heeft Bung Karno nooit opdracht gegeven de generaals te vermoorden,’ zei hij. | |
25 mei 1973Had een gesprek met Piero Angela van de rai in Rome. Zijn vader was psychiater. Volgens hem werd de Italiaanse televisie volledig gecontroleerd door de kerk en de christelijke politieke partijen. Hij zei dat in heel Italië maar 5000 exemplaren van Grenzen aan de groei werden verkocht. ‘Niemand weet er iets over bij ons,’ zei Piero. In dit opzicht is Nederland toch wel een uitzondering. Hij is net als ik geïnteresseerd in de hersenen en hun functioneren. Hij schreef een boekje, L'Homme et la Marionette. Hij gaat een gesprek filmen met Jan Tinbergen. Gisteren zond ik een briefje aan Frits van Eeden dat ik vandaag naar hem toe zou komen. Toen ik binnenwandelde wist ik meteen dat er iets was. Zijn eerste en oudste vriend, Chris, was gisteren gecremeerd. Chris schilderde en hij was geweest het die Frits een kwast in zijn handen had geduwd. De eerste nier van Chris werd weggenomen, toen zij elkaar pas kenden. Maar hij had ook kanker aan het kanaal naar de andere nier. Hij liet nog eens de foto van Chris zien: een beautiful stevig gebouwde blonde kerel. Frits beschreef zijn laatste lijden. Hij heeft bij Chris geslapen en alles gedaan om het einde te verzachten. Hij wilde uit bed, maar lag vastgebonden. Op de dag dat Chris overleed had de familie zijn huis al leeggehaald. Zijn zusters en andere mensen, die er in geen vijftien jaar over de vloer waren geweest, stonden gereed om alles mee te nemen. Frits had geprobeerd een paar dierbare dingen, zoals enkele tekeningen, te redden. Zo was er een zilveren broche, die Chris van zijn moeder had gekregen. Zijn zusters wilden deze meenemen. Frits maakte stampei en ging naar de rouwkamer, opende de kist en deed de broche om de hals van zijn dode vriend. ‘Hoe redde je dat?’ ‘Ja, ik weet het ook niet: ik had het beloofd.’ | |
26 mei 1973Sidney van den Bergh is door het bestuur van de Centrale Kamer van Handelsbevordering in Den Haag afgezet als voorzitter. De Volkskrant spreekt van een ‘abrupt’ vertrek. Het is niet het eerste schandaal waar deze meneer met zijn uitzonderlijk grote bek bij betrokken raakt. Ik schreef dr. Jermen Gvishiani in Moskou dat zijn Haagse gastheer van weleer zijn congé had gekregen. | |
[pagina 123]
| |
Ondanks het mooie weer non-stop aan Den Vaderland Getrouwe gewerkt. Ben totaal geconcentreerd. In de auto vroeg ik me af of ik toch een geboren schrijver ben, zonder dat eerder beseft te hebben. Want nog nooit voelde ik me zo in mijn element. Dewi belde uit Genève om te vertellen dat Dake in een voetnoot de brief vermeldt die wij in 1970 samen aan Suharto schreven om het lot van Bung Karno te helpen verlichten. Zij vond dit een belediging voor ons. Peter zwichtte voor mijn argumenten uit Tilburg over te komen en morgen mee te gaan naar de Enkelaars in Buurse. Op zijn beurt had Klaas Jan Hindriks mij overtuigd dit te doen. | |
27 mei 1973We reden om 08.45 uur richting Enschede. Carel had een barbecue voorbereid. Uren over de mogelijkheden van een Kennedy-film gediscussieerd. Ik zette de moord op jfk in een breder kader en zei dat we vooral ook aandacht aan het machtsspel erachter en eromheen moesten besteden. Klaas Jan zei: ‘Je hebt me overtuigd.’ Ik stelde voor dat we toch maar weer Ton Neelissen zouden inzetten om het project te coördineren. Intussen liep Peter in zijn blootje in de tuin. Ik had de indruk dat Liny Enkelaar dit geen onprettig gezicht vond. | |
30 mei 1973Zit dezer dagen vrijwel non-stop aan mijn bureau om mijn nieuwe Bruna-boek af te maken. Ik ben zelfs een afgesproken lunch met Cees Meijer van De Typhoon tot mijn schande straal vergeten. Casper was hier: aanhankelijk en lief. Peter belde. Een zus trouwt. ‘Ik weet precies hoe mijn moeder eruit zal zien.’ Om 15.30 uur was er een mis. Ronald Gase is met drie medestudenten bij Willem Drees senior op bezoek geweest. Het gesprek werd op de band opgenomen. Ik was, volgens Drees, een hoogst onbetrouwbaar persoon, en twee van de studenten waren al sterk aan mij gaan twijfelen. Croiset had me geadviseerd nos-voorzitter E.A. Schüttenhelm te schrijven of gezien de verbeterde publiciteit er nu kansen lagen voor een vaste aanstelling bij de nos. Hij antwoordde te weten dat er ‘levendig contact’ bestond tussen zijn medewerkers en mij, zodat ik die vraag aan hen moest richten.Ga naar voetnoot159 Peter en ik zagen een rampzalige televisieopname van Rudy Kousbroek over Claude Lévi-Strauss. Wanneer je dan ziet wat | |
[pagina 124]
| |
Jan Bank en Henk Hofland erover in hun televisierubrieken schrijven - om hun vriendje Kousbroek een plezier te doen - rijzen je haren te berge. Mr. C.A. Steketee, oud-hoofdredacteur van het Algemeen Handelsblad schijnt te zijn voorgedragen als lid van de Raad van Beheer van de nos voor televisieprogrammazaken. Ik ken die man enigermate. Hoe zijn ze in godsnaam op dit sujet gekomen? Voor Carel Enkelaar als hoofd programmadienst is die benoeming van belang. Belde André Spoor, die vertelde dat de heer Drost van zijn directie in het nos-bestuur zat en Steketee had aanbevolen. Toen Drost bij de fusie van nrc en Algemeen Handelsblad op straat kwam te staan, nam Steketee uit solidariteit eveneens ontslag. Dus Drost heeft een ereschuld bij Steketee te vereffenen. Enkelaar vond dit boeiende details. | |
1 juni 1973Zond Peter een telegram: ‘Heb kok nodig op 3 en op 10 juni a.s. Zoen, Willem.’ Hij belde dat zijn laatste examen op 6 juni valt. Willem Drees schreef Ronald of hij bij nader inzien eerst wilde opsturen wat gepubliceerd zou worden: ter goedkeuring dus. Jan Beliën van de Wereldomroep kwam een interview opnemen. Broer Theo en Nellie willen naar Zuid-Afrika terugkeren. Dit hebben ze mam geschreven, met kopie aan mij. Wat zal mam teleurgesteld zijn. Ik belde haar. ‘Ach, ze moeten het zelf weten.’ Zij is altijd opmerkelijk rationeel bij jobstijdingen. Zo was ze ook in de oorlog tijdens de hevigste bombardementen ons aller steun en toeverlaat. W.K.N. Schmelzer zit bij Willem Duys. Wat een duo! Laurel en Hardy. Duys was begonnen met zijn publiek te vragen of het ook zo weinig op had met het kabinet-Den Uyl. De mensen vonden Joop nog niet zo slecht, waar Duys niet op had gerekend. Het gaat over het nieuwe boek van Robert Ammerlaan, Het verschijnsel Schmelzer, Uit het dagboek van een politieke teckel.Ga naar voetnoot160 | |
[pagina 125]
| |
Ik heb het hoofdstuk Nieuw-Guinea gelezen, een nakaarterig, leugenachtig, goedpraterig verhaal. Schmelzer heeft ten aanzien van Sukarno en Indonesië evenveel boter op zijn hoofd als de hele kvp- meute, die de betrekkingen met de voormalige kolonie door bekrompenheid en stupiditeit in de soep hebben gedraaid. Hoe durft een man als Schmelzer over ‘dilettantisme’ te spreken in de kwestie-Nieuw-Guinea? Een andere volkomen belachelijke redenering van Schmelzer: ‘Naarmate Sukarno's positie wankeler wordt, groeit de dreiging van een gewapend conflict (over Nieuw-Guinea)...’ Bung Karno's positie is pas gaan wankelen nà de overdracht van Nieuw-Guinea in 1962 toen met het wegvallen van jfk de regering-Johnson op volle toeren in Vietnam ging knokken en een pro-Hanoi-Peking-regime in Jakarta onder Sukarno het een riskante onderneming vond strijdende Amerikanen in Indo-China in de rug te vallen. Onder lbj nam de cia de contacten met rechtse militairen in Indonesië weer op en werd met vereende krachten aan de verzwakking van de regering-Sukarno gewerkt wat uitliep op een militaire coup in 1965. Schmelzer noemt ‘twijfel aan Amerikaanse steun’ aan Nederland inzake Nieuw-Guinea ‘het enige geschilpunt tussen hem en Luns.’ Hieraan kan je precies zien wat voor type Schmelzer is. Als hij dan ook nog zegt: ‘Ik geloof heilig dat Luns persoonlijk in de garanties (van de Amerikanen) geloofde,’ dan weet je toch wat voor goedprater je in de kuip hebt. Als ik aan Amerikaanse zijde kan ontdekken dat er geen garanties van Washington waren, en zeker niet nadat in 1961 de regering-Kennedy was aangetreden, waarom heeft de hele Haags politieke kliek zich dan bij ‘het woord’ van Luns neergelegd? Waarom is niemand zijn licht op gaan steken in de vs, zoals ik wel op 5 april 1961 op het Witte Huis heb gedaan? Het is toch niet te verdedigen dat niemand aan het Binnenhof in de smiezen heeft gehad dat Luns de kluit besodemieterde? Schmelzer veegt zijn straatje in 1973 andermaal schoon - braaf opgetekend door Ammerlaan. Zoals Michiel van der Plas zoet alles opschreef wat Luns hem voorlepelde door ‘heilig te geloven’ dat Luns, out of all people, de waarheid sprak. Alleen een imbeciel kon Luns in 1961 nog geloven dat de Amerikanen Nederland te hulp zouden snellen bij de Papoea's. Ammerlaan verzamelde al deze onzin en nam alles zonder slag of stoot aan. Luns voert ook nog aan dat ‘als Sukarno zou zijn overleden zou hij, Luns, een oplossing voor Nieuw-Guinea binnen twee maanden hebben bereikt. Voor Nederlandse be- | |
[pagina 126]
| |
grippen was Kennedy “een beetje een kwajongen”.’ En: ‘Er gingen bij Luns onzakelijke emoties meespelen...’ Luns liep al jaren rood aan bij de gedachte aan Sukarno. Hoe kan eerwaarde Schmelzer het voorstellen alsof dat pas in de laatste fase het geval was? Luns' beleid raakte te veel persoonlijk gekleurd. Alsof dat niet altijd al het geval was geweest, niet alléén tegenover Indonesië, maar bijvoorbeeld eveneens tegenover de ussr. Schmelzer: ‘Zijn antipathie tegen Sukarno en zijn woede over de Kennedy's (...) gingen in zijn standpuntbepaling een te overheersende rol spelen.’ Zelfs wanneer de Nederlandse regering Luns opdraagt het plan-Bunker als handleiding voor het gesprek met Indonesië ten aanzien van Nieuw-Guinea te aanvaarden ‘lapt Luns die instructie aan zijn laars...’ Die idioot was nota bene jarenlang populairder in Nederland dan prins Bernhard.Ga naar voetnoot161 Willem Drees senior heeft een handgeschreven briefje aan Ronald Gase gericht, waarvan Ronald een fotokopie in mijn bus deed. Het begint met: ‘Zeer geachte heer Gase,’ en de boodschap houdt in dat als één van de vier studenten die bij hem op bezoek was zou gaan spreken over de gevoerde conversatie op Beeklaan 502, dan zou hij, Drees, betrokken kunnen raken in controversen waar hij liever buiten blijft. Het handschrift van de oud-premier doet me bijna medelijden met hem krijgen. | |
2 juni 1973J.M. Bik in de nrc en Jan Joost Lindner in de Volkskrant wijden hele lappen krantenpapier aan de memoires van Schmelzer. Niemand gaat werkelijk in op het aspect-Luns in dit boek. Er is een gigantisch nieuw corruptieschandaal aan het licht gekomen als gevolg van een kredietgarantie tot 100 miljoen gulden die door minister Luns in 1964 aan de toenmalige president Sukarno als doekje voor het bloeden was aangeboden. Mr. G. Cohen-Tervaart, directeur van de Nederlandse Krediet Verzekerings Maatschappij zegt in Elsevier: ‘Dat kredietdeskundigen wel met hun oren hebben staan klapperen toen minister Luns dit in 1964 namens de staat der Nederlanden deed. Deskundigen achtten dit toen algemeen een onverantwoorde zaak uit financieel gezichtspunt bekeken.’Ga naar voetnoot162 Inmiddels schijnt de ncvm reeds 93 miljoen aan schade te hebben uitgekeerd. Suharto zelf schijnt rechtstreeks bij de corruptie te zijn betrokken. De altijd op de bres staande Fred van der Spek (psp) heeft de ministers van Ontwikkelingssamenwerking en Justitie ge- | |
[pagina 127]
| |
vraagd de zaak tot de bodem uit te zoeken. Nog eens 100 miljoen de laan uit dankzij Luns. | |
4 juni 1973Kan eigenlijk niet buiten mijn dagboek. Schrijf minder dan ooit, maar ik concentreer me dan ook geheel op mijn nieuwe boek. Reed tegen het middaguur naar Bilthoven. Mam was zo overduidelijk blij dat ik er was. Had een bos rozen meegebracht. Zij plaatste er drie - ‘van iedere zoon één’ - bij het portret van vader. We spraken over Theo's vertrek naar Zuid-Afrika. Opeens zei ze: ‘Ik zou het erg vinden als jij wegging.’ Ik wist niet wat ik hoorde. Ik las haar enige passages van Den Vaderland Getrouwe voor en hierop antwoordde zij: ‘Wat weet jij veel.’ We lunchten in Vianen. Reed 125 km, misschien toch nog te hard voor haar. Dat houdt me nu dan weer bezig. Bij Bruna werd voorgesteld dat ik voor het tweede deel interviews over de Club van Rome 20.000 gulden zou krijgen: 65 gesprekken, 400 pagina's. Daarvan kan ik echt niet naar Azië en Japan reizen, om maar niet te spreken van de Sovjet-Unie. Casper belde. ‘Heb je nog een wens voor je verjaardag?’ ‘Jou.’ Ronald kwam met het nieuwtje dat freule Wttewaal van Stoetwegen haar advocaat al had geraadpleegd. Hij voegde eraan toe bij het verschijnen van mijn boek een artikel in vn te willen schrijven over alles wat eromheen was gebeurd. Ik zei hem: ‘Als je daar op uit bent, vertel ik je niets meer.’ Ergens heb ik het gevoel dat ik met die jongen moet ophouden. Hij heeft door alles wat hij nu doet - morgen gaat hij naar dr. J.H. van Roijen - een tentamen moeten uitstellen. Hij loopt te hard van stapel. | |
5 juni 1973Casper Bake doet aan de avondvierdaagse mee. Hoe kom je erop? ‘Oh, dat is een flinke vent,’ zei mam. Igor Cornelissen schijnt met een opzienbarend artikel in Vrij Nederland te komen. Hij wilde allerlei details weten, zoals: ‘Waarom denk je dat Van Roijen nooit heeft willen praten?’ ‘Ik denk om prins Bernhard te sparen, want die heeft zich tot over zijn oren met de Nieuw-Guinea-affaire bemoeid.’ Hij ging het boek van Schmelzer bespreken en zou er een kader over mij naast plaatsen. Hoe meer ik me verdiep in de nieuwe informatie die van alle kanten toch weer op me afkomt, en hoe meer ik nadenk over alles, hoe meer ik de neiging vertoon een nieuwe actie te on- | |
[pagina 128]
| |
dernemen om een onderzoek naar het gelieg van Luns van de grond te krijgen. Eigenlijk zegt zelfs Schmelzer nu ten lange leste dat er geen Amerikaanse toezeggingen waren. Drees senior zegt tegen ambassadeur Anak Agung Gde Agung eindelijk te begrijpen dat Luns hem heeft bedonderd. Nu is Joop den Uyl premier: misschien lukt het thans.Ga naar voetnoot163 Ga een reeks aangetekende brieven versturen aan Den Uyl, De Quay, Van Roijen, en voor de zoveelste maal, Schmelzer, Van der Stoel en prins Bernhard. Wil op iedereen nogmaals een klemmend beroep doen een onderzoek naar de feiten te ondersteunen. Prins Bernhard lichtte ik in opnieuw een actie tegen Luns te zullen ontketenen ‘die de heren Rijkens en Van Konijnenburg heeft geterroriseerd en laten terroriseren. Hij heeft ons allen via De Telegraaf als landverraderlijke elementen voorgesteld, omdat wij van mening waren dat Nieuw-Guinea - als een Nederlands en Westers belang - op vreedzame wijze aan Indonesië en president Sukarno diende te worden overgedragen. (...) Mij zijn nieuwe gegevens ter beschikking gekomen over het feit dat Sukarno vrede met Nederland wilde, dat de Kennedy's ons juist wilden helpen, en absoluut niet anti-Nederlands waren zoals Luns c.s. land en volk heeft doen geloven, zoals hij ook loog dat er concrete Amerikaanse beloften waren. Met andere woorden dat er voor eens en voor altijd dient te worden vastgesteld, hetzij via de procureur-generaal, hetzij via een parlementaire enquêtecommissie, dat Luns een gevaar voor Nederland is en is geweest en in ieder geval niet in Brussel thuishoort. Ik doe andermaal een dringend beroep op u, uw vrienden in de kring van Drees, Van Roijen, Schmelzer en alle andere betrokkenen, bij wie u de mogelijkheid hebt te interveniëren, aan te raden zich thans voor een dergelijk onderzoek in 's lands belang beschikbaar te stellen.’ Ik heb een ingeving gehad en zet door. Want waar bestaan de nieuwe inzichten in de politieke en diplomatieke fraudes van Luns uit?Ga naar voetnoot164 Willem Drees zegt nooit waarde te hebben gehecht aan een persoonlijke uitlating van John Foster Dulles tegen Luns in de wandelgangen van een navo- conferentie in Kopenhagen. Hij schijnt dit (volgens de notulen) ook in het kabinetsberaad te hebben gezegd. Luns zou een papiertje van Dulles hebben gekregen waar de toezegging van steun inzake Nieuw-Guinea op zou hebben gestaan: maar heeft Drees dit papiertje | |
[pagina 129]
| |
ooit gezien? Bovendien heeft blijkbaar niemand de guts gehad tegen Luns te zeggen: laat eens zien? Waar was het beleid van Luns op gebaseerd, wanneer zelfs de chefs van staven (Caspers vader) de regering waarschuwden dat Nieuw-Guinea onverdedigbaar was tegenover Indonesië? Er kon slechts een eerste klap worden opgevangen. Dan is er de kwestie van het zogenaamd onderschepte telegram tijdens de Conferentie van Genève (1955-1956) wat door prins Anak Agung Gde Agung en zovele anderen is tegengesproken. Nadat Willem Drees tijdens een gesprek met Anak Agung in de gaten kreeg wat er werkelijk was gebeurd schreef hij de Indonesische ambassadeur in Wenen dat ook hij zich door Luns bedonderd voelde, maar ook dat mag niet in de krant. In zijn boek Ik herinner mij zegt Drees eenvoudig dat Luns zich slechts zou hebben ‘vergist’. Lekkere vergissing! In werkelijkheid kon Drees bijna niet meer voor de waarheid uitkomen, omdat iedereen hem dan zou vragen hoe het mogelijk was dat hij zich al die jaren door Luns een oor had laten aannaaien. Intussen heeft Ronald Gase dr. J.H. van Roijen uitvoerig gesproken die ook zegt dat er een papiertje van Dulles met een toezegging aan Luns is geweest: ‘(...) de eerlijkheid mij gebiedt te zeggen dat ik het nooit heb gezien.’ Ik vind dit maar een lullige uitspraak. Als ik Van Roijen zou zijn geweest zou ik hebben kunnen verklaren dat ik Luns herhaaldelijk heb gevraagd dit document te tonen, maar dat de minister het voor zichzelf had gehouden en het verzoek had geweigerd. Wat ik nu wil is dat Luns door dit papiertje - zo het er ooit is geweest - gedwongen wordt zich bloot te geven. Van Roijen heeft tegen de student Gase gezegd dat generaal Eisenhower nooit een dergelijke militaire steun aan Luns door Dulles zou hebben laten toezeggen, omdat dit in strijd zou zijn met zijn beleid ook de Fransen in Indo-China geen militaire steun toe te zeggen. Ook het hele Afro-Aziatische blok zou zich tegen een dergelijke Amerikaanse steun aan Nederland in de kwestie Nieuw-Guinea hebben verzet. Luns kletst uit zijn nek. Gase vroeg dr. Van Roijen of de Kennedy's anti-Nederlands waren geweest. Tenslotte was hij ambassadeur in Washington van 1950 tot 1964. ‘Of hebben de Kennedy's verdragen verbroken, zijn zij verplichtingen niet nagekomen, hebben zij verraad gepleegd, zoals Luns bijvoorbeeld op 10 oktober 1969 voor de Voice of America heeft verklaard?’ vroeg Gase. ‘Onbegrijpelijk’ aldus Van Roijen. ‘De Kennedy's hebben immers nooit beloften gedaan behalve dat zij zouden helpen bij het eventueel evacueren van de blanke burgerbevolking op | |
[pagina 130]
| |
Nieuw Guinea? Wat ik ook niet begrijp,’ aldus Van Roijen tegen Gase, ‘dat Luns Robert Kennedy naar Parijs is na gereisd in 1962, volgend op diens bezoek aan Den Haag. Waarom dat was mag Joost weten.’Ga naar voetnoot165 Bovendien heeft ook de oud-onderminister van Buitenlandse Zaken onder John Foster Dulles, de latere Amerikaanse ambassadeur in Jakarta, Howard P. Jones, mij schriftelijk doen weten dat naar zijn mening geen toezegging door Dulles aan Luns is gedaan, zoals Luns jarenlang bij hoog en laag heeft beweerd.Ga naar voetnoot166 Dan zijn er de nieuwste onthullingen van Schmelzer dat Robert Kennedy hem op 22 februari 1962 tijdens diens bezoek aan Den Haag aan het denken had gezet, nadat Bobby had gevraagd hoe Luns zich voorstelde de strijd om Nieuw-Guinea op eigen houtje te kunnen winnen. Wat mij woedend maakt is dat ik op 5 april 1961 bij mijn bezoek aan Walt Rostov van het Witte Huis al heel lang wist dat Luns en zijn politiek inzake Nieuw-Guinea geen enkele kans van slagen zouden hebben. Luns was op 16 april 1961 door jfk op het Witte Huis ontvangen. In die dagen was er een diner op de Nederlandse ambassade, waar ook Rostov bij aanwezig was. Dit betekent (voor mij) dat wat ik op 5 april 1961 wist, Luns en Van Roijen ook uiterlijk 16 of 17 april hebben geweten, zelfs indien Van Roijen niet bij het diner aanwezig is geweest. Hoe komt het dan dat premier De Quay op 22 februari 1962 eindelijk tijdens het bezoek van Robert Kennedy aan Den Haag ontdekt dat er geen Amerikaanse steun was te verwachten? Ra, ra, hoe kan dat? Om die reden zijn Luns en Van Roijen voor mij steeds beiden schuldig geweest. Verder lezen we bij Schmelzer o.a. dat Luns een kabinetsinstructie inzake het plan-Bunker ‘aan zijn laars lapt,’ en ga zo maar door. De bewijzen stapelen zich op. Nu is het moment te proberen een onderzoek naar Luns er door te drukken: een parlementaire enquête inzake Nieuw-Guinea. Donderdag 7 juni 1973 geef ik opnieuw een persconferentie in Nieuwspoort. Ik heb een persverklaring geschreven.Ga naar voetnoot167 | |
[pagina 131]
| |
fout zat, want dat dan de politiek zou kunnen aanhaken. Nu is hij zelf premier, dus nu is er de kans zijn woord gestand te doen.Ga naar voetnoot168 Dr. Ruslan Abdulgani kwam om 17.30 uur naar Amerbos. Ik liet hem het nieuwste artikeltje van Igor Cornelissen lezen dat mij inderdaad gelijk geeft.Ga naar voetnoot169 Pak Ruslan waarschuwde me opnieuw morgen op de persconferentie ‘als jachthond’ voorzichtig te zijn. Ik vroeg hem wat zijn relatie met dr. Zairin Zain was. Hij zei de ambassadeur in Bern indertijd slechts te hebben gemeden om hem het moeilijke spreken te besparen. Ik vond dit een | |
[pagina 132]
| |
zwakke verklaring voor zijn wegblijven daar. Ik bood aan hem met de auto bij dr. Zain te brengen. Gaf vast het telefoonnummer van dr. Zain. Om 18.45 uur kwam Guruh Sukarno met zijn vriendje Adi. Ik had een rijstmaaltijd bereid ter ere van Bung Karno's verjaardag. Toen we aan tafel gingen nam Pak Ruslan het woord: ‘Wim hier voelde zich een deel van Bapak...’ Zo was het niet, maar zo zei hij het wel. Ik beschouwde Bung Karno als mijn andere vrienden, zoals later Emile van Konijnenburg en nog later Aurelio Peccei. En voor het eten werd opgediend begon hij: ‘Saudara, saudara, with this meal, saudara Oltmans and I want to honour your Father.’ Pak Ruslan ging door in het Bahasa Indonesia, waar ik slechts flarden van begreep, maar ik vond het prima dat zij als Indonesiërs onder elkaar spraken. Pak Ruslan was zeer geëmotioneerd. Tenslotte waren we allemaal in tranen ter ere van Bung Karno en uit affectie voor hem, een man die we allen hadden gekend en hadden liefgehad. En dat gebeurde allemaal in Amsterdam-Noord in mijn eetkeuken, drie jaar na de dood van de president, in aanwezigheid van één van zijn zoons en zijn voormalige minister van Buitenlandse Zaken. Ik wil dit moment nooit meer vergeten. Ruslan Abdulgani benadrukte dat Bung Karno nooit ofte nimmer de financieel-economische steun van het Westen had kunnen krijgen, die nu Suharto ten deel viel, omdat ze in die dagen tegen Sukarno's politiek waren. Zo was het ook. Hoewel minder duidelijk dan bij Cuba lag ook om Sukarno's Indonesië een cordon sanitaire om hem te kraken. Geleide democratie werd gezien als socialisme en verkapt communisme, dus Bung Karno moest mislukken, zo niet goedschiks dan kwaadschiks. Pak Ruslan gooide in het gesprek weer tidbits uit de dagen dat Bung Karno aan de macht was. ‘Als Subandrio de boel in de dpaGa naar voetnoot170 een beetje zat te bedonderen, dan ging ik zo zitten kijken dat iedereen wist wat ik dacht. Dan belde later generaal Yani me op en deed een beroep op mij de zittingen van de dpa vooral bij te wonen, al was het maar om Bandrio te pesten.’ Wanneer ik Guruh weer ontmoet voel ik een zwak voor hem. Hij kan guitig lachen. Hij sprak over Peter die hij nog steeds Prince noemde. Pak Ruslan zei: ‘Er zit meer in Guruh dan je denkt. Hij is nog jong, heb geduld.’ Peter belde laat. Zijn examen was uitstekend verlopen. De rector had tegen hem gezegd: ‘Jou kan niets meer gebeuren.’ | |
[pagina 133]
| |
7 juni 1973Het internationaal perscentrum Nieuwspoort schrijft dat de Opkamer vandaag niet beschikbaar is. Ik zal in de Elout-zaal spreken. Het anp doet niets. Zo gaat dat. Heb veel zin in de persontmoeting. Ik kwam door de drukte slechts tot incidentele aantekeningen en schreef in mijn dagboek niet op wie er waren. Het was afgeladen vol, dat wel. Carel Enkelaar belde 's avond op: ‘Goed gedaan hoor. Ik heb nog nooit iemand zoveel primeurs horen weggeven.’ Wim van Beusekom van Bruna: ‘Je deed het uitstekend.’ Ton Planken van de nos telefoneerde Luns in Brussel: ‘Ik reageer niet op die mijnheer. Die probeert dit al jaren te doen.’ Luns gaf Planken de tip dat het papiertje van Dulles in het archief van Buitenlandse Zaken zit. Maar daar kon niemand bij, want de documenten zaten voor 25 jaar dicht. Henk Enkelaar van de nos Radio ging er vanuit dat mijn mededelingen over prins Bernhard ‘nieuws’ zouden zijn. Hij maakte een interview. Ik heb gezegd: ‘Als serieuze officier is prins Bernhard tegen een clown als Luns bij de navo in Brussel geweest. Luns heeft immers Paul Rijkens en zijn groep, om met Soestdijk te spreken, ‘geterroriseerd?’Ga naar voetnoot171 Ik had Anton Koenen gevraagd hierover zijn hand op te steken, wat hij deed, maar hij formuleerde zijn vraag verkeerd. Heel wat journalisten kwamen mij een hand geven. Jan van Beek, hoofdredacteur van de gpd, kwam achteraf de stupide vraag stellen: ‘Waarom span je je hiervoor toch zo in?’ Dat vraagt zo'n man dan, die je jaren kent, die precies weet wat er aan de knikker is, | |
[pagina 134]
| |
maar die nooit spijkers met koppen slaat met zijn gpd, wanneer het Luns of de overheid betreft. De stemming tijdens de ontmoeting was uitstekend, geen hecklers. Mijn press releases werden weggegraaid. Ronald Gase was er met een paar studenten, maar ik vermeed hem. Nauwelijks thuis belde Peter. Hij was zeer geïnteresseerd. Hij was in ieder geval geslaagd voor zijn atheneumexamen. Terwijl ik met Peter sprak, die alles tot in de kleinste details wilde weten, liep Casper Bake mijn werkkamer binnen. Hij zag er weer erg goed uit. Het was gezellig dat hij er was. | |
8 juni 1973De kranten staan inderdaad bol met verslagen van mijn hernieuwde poging om de waarheid boven tafel te krijgen en de onzin van Luns te ontzenuwen. Kees Bastianen van de Volkskrant deed zijn werk verreweg het best. Drees geeft toe dat er geen Amerikaanse toezeggingen bij een conflict met Indonesië waren. Fred van der Spek gaat de zaak aanhangig maken in de Kamercommissie voor Buitenlandse Zaken. Hij is voor een parlementaire enquête. Ook Trouw gaf een uitstekend overzichtje.Ga naar voetnoot172 Koenen in De Tijd was correct. De gpd-bladen dito. Niemand schijnt zich af te vragen, hoe het grootste ochtendblad De Telegraaf als enige de hele affaire dood zwijgt of welke krachten eraan het werk zijn om zoiets tot stand te brengen. Iedereen kletst er over dat die krant een verlengstuk van de bvd is - en ik kan daarover meepraten uit mijn ervaringen van meer dan vijftien jaar - maar geen hond doet er wat aan, zoals ook niemand hier een poot uitsteekt om die onfrisse mijnheer in Brussel werkelijk aan te pakken. Totaal onbegrijpelijk. Ronald Gase arriveerde op Amerbos. Zittend aan mijn bureau belde hij Willem Drees sr. Ik moet zeggen dat hij dit gesprek voortreffelijk voerde. ‘Nu mag niets worden gezegd, over wat ik u en uw vrienden over Sukarno heb gezegd,’ aldus Drees. ‘Ik wil niets achteraf zeggen over een overleden man.’ Het is natuurlijk godgeklaagd. Eerst zit de oud-premier ‘gezellig’ met vier studenten te praten en achteraf wringt hij zich in allerlei bochten om er zeker van te zijn dat van wat er besproken is niets naar buiten komt. Ronald moet met Kees Bastianen praten. En hij moet opnieuw naar Van Roijen. Inmiddels heeft Willem Drees sr. reeds tegen Bastianen gezegd: ‘Ik word doodziek van die Oltmans.’ Het zal mij worst wezen. Die mijnheer is even schuldig als Luns. Ze verschuilen zich allemaal achter | |
[pagina 135]
| |
het notoire Haagse konkelgordijn. Wat is het eigenlijk allemaal een oneervol, elkaar in de rug dekkend soepzooitje. Vaststaat dat nu ook de controverse Drees-Luns naar buiten is gekomen. Maar ook Het Parool zwijgt de zaak dood. Dan weet je ook hoe laat het daar is. Maar vreemd eigenlijk dat dan zelfs De Tijd en Anton Koenen gewoon weglaten wat ik over prins Bernhard heb gezegd, terwijl Anton exact weet waar de klepel hangt. Vrije pers! Robert Ammerlaan zou Schmelzer volledig inlichten. Hij wilde ook alle kopieën van de begeleidende documenten hebben (brieven van Den Uyl, Schmelzer, Howard Jones). Die heb ik hem gegeven. Van de vijftig kandidaten is Peter als nummer drie voor zijn atheneum geslaagd. Er waren zes herexamens en zes gezakten. ‘Je hebt er weer flink de klad op Den Haag geworpen. Prima. Ik heb alles aan mijn moeder laten zien,’ zei hij. | |
9 juni 1973Het is toch eigenlijk the bloody limit dat de heren Drees en Van Roijen vrijuit met studenten gaan zitten parlevinken en dan het slot op hun monden proberen te doen, terwijl Luns rustig vrijuit blijft gaan? Joop den Uyl is au fond natuurlijk ook een slapjanus. Mij schreef hij frappez, frappez toujours! en de politiek (hij) zou aanhaken. Maar nu hij zelf op het Catshuis zit, heeft hij in een reactie reeds gezegd niet te weten hoe er bewezen kan worden dat Luns schuldig is. ‘Het kan best zijn dat Luns een verkeerde voorstelling van zaken heeft gegeven’, aldus Den Uyl in de Gooi en Eemlander. ‘Ik ben zelfs bereid om dit aan te nemen. Ik vraag me echter af of je nu nog kunt bewijzen of de indruk van de heer Luns, dat van Amerika steun te verwachten zou zijn, toen juist of onjuist is geweest. Van de gesprekken die hij heeft gehad met Amerikaanse vertegenwoordigers zijn geen notulen gemaakt. Ik zie dan ook niet wat een onderzoek in opdracht van het parlement, zoals Oltmans vraagt, zou kunnen opleveren. Een besluit daarover laat ik overigens graag aan de Tweede Kamer over.’ Een meer mijn actie ondergravende uitlating van de premier van het land en een negatiever signaal aan de politiek zijn nauwelijks denkbaar. Drees heeft natuurlijk zijn opvolger Den Uyl opgebeld en gezegd: ‘Help die rotzak Oltmans te stoppen, want wanneer Luns hangt, dan hang ik mee...’ Ik zie dat het bericht van Bernhard toch hier en daar is doorgedrongen. Nu de Vaz Dias-knipsels binnenkomen, blijkt vooral | |
[pagina 136]
| |
ook de provinciale pers veel aandacht aan de persconferentie te hebben besteed. | |
10 juni 1973Ben vandaag 48 jaar geworden. Om middernacht kreeg ik drie zoenen van Peter. Hij kwam gisteren. We gingen de stad in, maar ik was niet echt blij. De hemel mag weten wat ‘een humeur’ is. Philip Nasta had, volledig in de lijn van zijn oude trucs om Peter voor het blok te zetten, een feest voor honderdvijftig personen georganiseerd, uitgerekend op mijn verjaardag. Misschien was het die bijkomstigheid die me ergerde. Ging mam in Bilthoven ophalen. Zij was opgewekt en spraakzaam. Peter prepareerde vrijwel het hele diner. Casper was er natuurlijk, Loet en Tieneke Kilian, Erik en Helga van der Leeden kwamen erg laat en Frits liet verstek gaan, wat jammer was. Het werd een geanimeerde avond met tenminste sommigen van mijn dierbaren om me heen. | |
12 juni 1973Niet André Spoor, maar Rob Soetenhorst - in overleg met André - schreef een slap hoofdartikel in de nrc. Gerard van den Boomen van De Nieuw Linie belde om een stuk dat hij aan het schrijven was verder te onderbouwen met informatie.Ga naar voetnoot173 | |
[pagina 137]
| |
Peter Hagtingius van Propria Cures belde met eenzelfde bedoeling. ‘Was je boos over hetgeen we over het interview van Bibeb met jou hebben geschreven?’ ‘Ik niet. Ik let niet meer op jullie, want jullie schrijven blijkbaar alleen nog maar onzin.’ Inderdaad publiceerde Propria Cures op 21 april 1973 het kletsverhaal willem wordt wakker. Ik weet niet waarom er daar een andere wind is gaan waaien. Wanneer Hofland Tim Krabbé op zijn bek slaat schijnt dit toch gevolgen te hebben. Hagtingius zei vorige week als pc-redacteur te zijn afgetreden, maar men had gevraagd of hij voor ze wilde blijven schrijven. Ik gaf hem de informatie die hij vroeg en stelde voor dat we in contact zouden blijven, want die jongen biedt mogelijkheden, vooral voor zichzelf. Vroeg Joop van Tijn waarom vn deze week niets had gedaan en ook Igor Cornelissen in alle talen zweeg. ‘Hij zit daar in Deventer met een wijf,’ aldus Joop. Dat is dus ook inderdaad wonen in Hôtel du Singe d'Oré. Ronald verscheen. Willem Drees senior had hem een brief van drie pagina's geschreven.Ga naar voetnoot174 Wat bleek? De oud-premier had niet alleen sommige vragen van de studenten, maar ook zijn antwoorden gewoon gewijzigd. Ronald heeft uitstekend in de gaten wat hier gebeurt en om een nieuw gesprek gevraagd. In de brief aan Gase betreurt Drees het dat er gegevens over hun gesprek reeds naar buiten kwamen: ‘wat te verwachten was van Willem Oltmans, die indertijd verklaarde dat hij hield van een fikse rel...’ Gase kan de gecorrigeerde gegevens publiceren, mits hij aangeeft op welke datum het gesprek plaatsvond ‘opdat men ziet dat het gehouden werd voor de rel van Oltmans en dat de antwoorden op de vragen niet een beantwoording van Oltmans zijn.’ Het zijn toch allemaal maar beunhazen, ‘de groten’ in de vaderlandse politiek. Een ander typisch Haags poginkje in de brief van Drees aan Gase: ‘Wat betreft de uiting die aan Van Roijen wordt toegeschreven heb ik gezegd: zelfs als Van Roijen zo gedacht zou hebben, zou hij het niet zo hebben gezegd. Zoals het er nu staat maakt het te veel de indruk alsof ik veronderstel dat Van Roijen het wel dacht, maar niet zei.’Ga naar voetnoot175 Meneer Drees zei het zus, meneer Van Roijen zo, Luns zoog uit zijn duim en uit al het Haagse geklets binnenskamers (of in de ruimte) werd een stinkbom gebrouwen waar de honden geen brood van lustten. Volmaakt belachelijk is trouwens de uitsmijter van Drees in de brief aan Gase: dat de groep-Rijkens actievoerde was prima, | |
[pagina 138]
| |
maar hij had bezwaar gemaakt tegen acties in het buitenland. Begrijp, dat iemand met het brein van Willem Drees, vanuit de Beeklaan in Den Haag, het Witte Huis in Washington heel ver vond. Ik niet in ieder geval. Ben vaker het Witte Huis binnengelopen dan sommige percelen in Den Haag, die immers niets voorstelden, al zagen de bewoners dit zelf helaas niet. Erik van der Leeden heeft mijn boek Grenzen aan de groei gelezen. Hij zei te hebben ontdekt hoe ik vragen stelde en antwoorden pareerde. Wij omhelsden elkaar op mijn verjaardag driemaal in de keuken. Driemaal liep Helga op dat moment binnen. Vrouwelijk intuïtie. Dr. Jermen Gvishiani, die vorige maand Beatrix en Claus in Moskou ontving, heeft Aurelio Peccei geschreven mij een interview te zullen geven voor mijn tweede Club van Rome-interviewboek.Ga naar voetnoot176 Dat is een waardevol begin van mijn Moskouse missie in dit verband.Ga naar voetnoot177 | |
13 juni 1973Ambassadeur Alamsjah van Indonesië in Den Haag is onverwachts met een persoonlijke brief van Den Uyl voor meneer Suharto naar Jakarta afgereisd. Zelfs mam belde mij om dit te vertellen. ‘Men’ schijnt er van uit te gaan dat Den Uyl aan Suharto heeft gevraagd de betreffende documenten in de zaak-Luns en Nieuw-Guinea vrij te geven. Ook Martojo hing weer aan de lijn, de Indonesië-lobbyist in Den Haag. Fred van der Spek heeft inderdaad de regering vragen gesteld. Fred zit nooit te slapen. Hij is overal als de kippen bij. Anton Koenen denkt ook dat dit een voor mij gunstige ontwikkeling zou kunnen zijn. Dineerde met mam. | |
14 juni 1973Trouw bevestigt vanmorgen dat de brief van Den Uyl aan generaal Suharto inderdaad over de Nieuw-Guinea-zaak gaat. Dat valt me weer mee. Haagse zegslieden, aldus Trouw, meldden dat Den Uyl de voorkeur zou geven aan een historisch onderzoek; een parlementaire enquête maakt nog steeds weinig kans. Dat is een te zwaar middel voor de konkelende breinen in Den Haag om met de billen bloot te moeten komen. De nrc bericht vanavond inderdaad dat Fred van der Spek (psp) vragen heeft gesteld. Het Algemeen Dagblad schreef vanmorgen dat Alamsjah naar Suharto reisde vanwege diens genoemde be- | |
[pagina 139]
| |
trokkenheid bij een corruptieschandaal. De Haagse zakenman A. David heeft de kat de bel aangebonden. Dat is waarschijnlijk de voornaamste reden van de reis. | |
14 juni 1973Toen ik vanmiddag tegen lunchtijd in Bilthoven kwam lag er een verrassing op mij te wachten. ‘Misschien gooi je hem weg, maar als hij überhaupt overlevingskansen heeft, dan is het bij jou...’ Het was een foto, ongeveer zestig jaar geleden in Luik op een glasplaat opgenomen door mijn grootvader Ilia graaf Poslavsky toen mam 16 jaar was.Ga naar voetnoot178 Het is een schitterende opname. Ik was zeer geroerd dat deze voor mij was. Ik omhelsde haar. We reden naar Lage Vuursche. Peter Hagtingius publiceerde een uitstekend stuk over de Haagse rotzooi in Propria Cures, beunhazen in de dessa. Hij besloot met de opmerking: ‘het parlementaire enquêterecht staat niet voor de grap in de grondwet.’ Vanmorgen belde ik om 09.00 uur ambassadeur Anak Agung Gde Agung in Wenen. Ik las hem voor wat Willem Drees aan Ronald Gase had geschreven, namelijk dat hij het als waar had aangenomen toen Anak Agung hem vertelde dat er geen telegram onderschept had kunnen worden, aangezien de Indonesische delegatie in Genève uitsluitend van koeriers gebruik had gemaakt. Aanvankelijk had Drees zich herinnerd dat er een telegram was onderschept, maar zijn geheugen kan hem in de steek hebben gelaten. Misschien had hij het onderscheppen van een telegram met een andere gelegenheid verwisseld. ‘Wie was minister van Buitenlandse Zaken van Indonesië in Genève, hij of ik,’ aldus ambassadeur Anak Agung. ‘Het verhaal over een onderschept telegram is een pertinente leugen.’ Wat ook opvallend is dat nu Drees aan Gase schrijft het verhaal van een onderschept telegram niet van Luns maar van hem, Drees, afkomstig is. Conclusie: niet Luns had aan geheugenverlies geleden, maar Drees. Met het gevolg dat van Nederlandse zijde het mislukken van Genève, wat tot alle verdere rampen met Indonesië, inbegrepen over Nieuw-Guinea, zou leiden nog altijd in Den Haag in de schoenen van Sukarno wordt geschoven aan de hand van een telegram dat er nooit was geweest. Inderdaad: ik kom hier tegen in het geweer, want Sukarno was een vriend en hij is er niet meer om zich tegen leugens te verweren. Ook meende ambassadeur Anak Agung dat het niet eenvoudig zou zijn in Jakarta stukken te achterhalen, indien Den Uyl hier- | |
[pagina 140]
| |
om zou hebben gevraagd: ‘Want in die moeilijke dagen is er veel verloren gegaan. Hij voegde me toe: ‘We zijn beiden vrienden van KonijnGa naar voetnoot179 geweest: we moeten samenwerken.’ Ook vroeg hij me aan André Spoor te zeggen dat hun afspraak doorging en dat André bij hem op de Indonesische ambassade zou kunnen logeren. Ronald Gase is opnieuw bij Willem Drees geweest. Een doorzetter, maar iets te fanatiek, denk ik. Drees had slechts op het artikel van de heer Van Gastel in de nrc van vorig jaar gewezen dat ik van een fikse rel hield. Ook onderstreepte hij dat ik alles wat ik in deze zaak deed uit rancune ten aanzien van Luns ondernam. I have news for him! Rancune veronderstelt opgekropte haatgevoelens. Ik minacht die meneer van a tot z. Hij is het sop en de kool niet waard. Ik voel me uitsluitend op de eerste plaats tegenover mijn vrienden verplicht. Ik beschouw het verder als mijn plicht - in de wetenschap dat er gelogen en bedrogen wordt - het verleden weer te geven zoals het was, en niet zoals bepaalde louche figuren als Luns en trawanten graag zouden hebben dat de historie zou worden gelezen. Zij hopen slechts dat hun scheve schaatsen en oplichterpraktijken voor altijd verdoezeld zullen blijven. Thank you very much. Niet zolang ik er met mijn neus bovenop zit. Wat een mannetje als Willem Drees kennelijk niet wil en vooral niet kan begrijpen is dat mijn loyaliteit bij Bung Karno, de groep-Rijkens en de geschiedenis van ons parcours in de Nieuw-Guinea-affaire ligt en niet bij de schuinsmarcheerders die land en volk belazerd hebben en ook nog proberen hun sporen uit te wissen. Intussen schreef dr. J.H. van Roijen een briefje aan Ronald Gase, waarin hij Gase verbood de inhoud van hun gesprek aan mij door te geven. Frisse morgen. Ik heb altijd geweten dat Van Roijen met zijn uitgestreken gezicht net zo'n boef was als de rest. Ronald merkte trouwens op dat op zijn post tegenwoordig (op de enveloppen) soms rode lettertjes verschijnen. Hij vraagt zich af of zijn post wordt gecontroleerd. | |
15 juni 1973Om 08.00 uur belde dr. Ruslan Abdulgani. Ik bedankte hem voor zijn verjaardagskaart. Hij vertrekt op 21 juni en vraagt of Bruna nu een pakket boeken voor hem naar Jakarta kan zenden. Hij zei half aan mijn verzoek te hebben voldaan en dr. Zairin Zain te hebben getelefoneerd. Zain had tegen hem gezegd: ‘We moeten Oltmans helpen. Ben je vergeten wat hij heeft gedaan?’ | |
[pagina 141]
| |
Bruna heeft nu 15.000 gulden op het tweede boek van interviews betaald - en het contract is enige dagen geleden getekend.Ga naar voetnoot180 Bereikte pagina 353 van Den Vaderland Getrouwe. Schrijf als een bezetene verder. Een lieve expresse van mevrouw Hartini Sukarno. Mrs. Ellen Mangadie had haar overgebracht dat ik nog altijd een boek met haar zou willen maken, het oorspronkelijke door Emile van Konijnenburg gesteunde plan. Zij vertelt nu reeds een contract met Masagung en Mochtar Lubis te hebben gesloten voor haar memoires. Er staat nog geen letter op papier. Zij denkt dat Lubis geen tijd heeft. Lubis is niet dedicated. Ik zelf vind hem een waardeloze kerel, zeker na onze ontmoeting in 1966. Zij wil nu natrekken bij beiden of het doorgaat of niet. Haar probleem blijft hoe ze in Holland kan komen, vooral nu Konijn geen tickets meer kan helpen versieren. Maar ik denk dat in geval van een boek met haar dit geen problemen oplevert met een uitgever. Kennelijk heeft mevrouw Hartini het financieel niet gemakkelijk. ‘De kinderen worden groter, grote kinderen, grotere zorgen,’ schrijft zij. Er kwam een berichtje van Igor Cornelissen dat hij aan ‘de zaak’ werkte. | |
[pagina 142]
| |
Trok een witte jeans aan en ging nog laat naar het Vondelpark. De eerste dertig minuten gebeurde er weinig of niets. Veel geschuifel in de bosjes, schaduwen, activiteiten, maar het bleef rond mijn boom stil. Daarop verscheen een jongen en vrijwel meteen waren er meer. Uiteindelijk waren er vier of vijf met mij bezig. Het bal begon. Ik moet zeggen: het luchtte op. Wat een bedrijf! De Telegraaf - voor geld krijg je alles voor elkaar - drukte mijn Club van Rome-boek in een advertentie van Bruna op de voorpagina af. De ironie: mijn naam mag immers niet in die krant! Althans, niet anders dan in ongunstige zin. | |
16 juni 1973Werkte een paar uur in de tuin in Bilthoven aan het corrigeren van tekst. Met ‘wat gezellig dat je er bent,’ verwelkomde mam mij, wat me als muziek in de oren klonk. Bereikte pagina 386. Ronald Gase, een uiterst actief baasje, is nu bij de heer W.K.N. Schmelzer geweest. Hij heeft over de groep-Rijkens gezegd: ‘Ik heb het persoonlijk wel betreurd dat een buitenparlementaire groep personen als de groep-Rijkens zich zo sterk met de kwestie-Nieuw-Guinea heeft beziggehouden. Dit heeft onze onderhandelingspositie, dacht ik, geen goed gedaan. Beter ware geweest, wanneer de heer Paul Rijkens, respectievelijk zijn groep, vertrouwelijk met de regering zou hebben gesproken en hun inzichten langs die weg zouden hebben kenbaar gemaakt.’Ga naar voetnoot181 Ook dat is geklets. Luns lapte volgens Schmelzers in zijn memoires een officiële regeringsinstructie ten aanzien van het plan-Bunker aan zijn laars, laat staan dat hij ook maar zelfs zou hebben willen luisteren naar Paul Rijkens, ir. K. Scholtens, Emile van Konijnenburg en anderen. Bovendien zijn er wel degelijk gesprekken van bovengenoemde heren met premier De Quay, ja zelfs met Luns geweest. Hoe kan Schmelzer zulke onzin laten uitgaan? Ze denken blijkbaar allemaal dat de goegemeente klakkeloos alles was ze vertellen als zoete koek slikt. Dat doen ze ook, behalve degenen die weten hoe het zat. Aan hen heeft officieel Den Haag dan ook ontiegelijk de schurft. Take me. | |
[pagina 143]
| |
weer een bijzondere opmerking. ‘Jij bent zeer bevoorrecht geweest,’ zei hij. ‘Bapak had voor jou geen masker. Jij bent de enige eigenlijk, die Bung Karno zo heeft gekend.’ Ik ben er absoluut niet van overtuigd dat ‘kennen’ van Sukarno onmogelijk was vanwege een verondersteld masker. En natuurlijk was ik niet de enige. Emile van Konijnenburg kende hem minstens even goed. Wat wel waar is dat ik Bung Karno exact begreep. En na een aantal jaren zeer nauwkeurig naar hem te hebben geluisterd - en dikwijls hem te hebben geobserveerd in de meest verschillende situaties - kende ik hem bijzonder goed. Waar. Niet iedereen in Sukarno's omgeving had eigenlijk voldoende niveau om hem werkelijk te doorgronden en te begrijpen. Hij was bijna iedereen ver vooruit. Velen konden hem niet bijbenen. En zij, die achteropraakten, gingen hem dikwijls haten en tegenwerken. Vreselijk. | |
18 juni 1973Casper was hier. In vele opzichten zijn onze achtergronden identiek. Zijn ouders lijken alleen maar over examens halen, werken en het hebben van financiële verantwoordelijkheid te spreken, maar er wordt met geen woord gerept over het volwassen worden van het ‘dier’ in de mens en hoe dit rijpingsproces het beste gehanteerd kan worden. Heb de indruk dat Casper als adolescent en daarna ontzettend veel affectie te kort is gekomen. Dit heeft hem op een bepaalde manier ontwricht. Hij lijkt wat zijn emotionaliteit betreft onderontwikkeld. Het is er allemaal, maar hoe het te uiten? Peter typeerde deze situatie aldus: ‘Casper ontbreekt het aan een lopende verbinding tussen hart en hoofd.’ Toch hadden we het weer prettig en intiem samen. Bracht hem vanmorgen naar zijn trein. Ontmoette lobbyist Martojo die beweerde ook bij Willem Drees te zijn geweest. Ik reed vervolgens naar dr. Zairin Zain en probeerde na te gaan wat de ambassadeur wist over een generaal Kusuma SudjanaGa naar voetnoot182, die reeds in 1962 had gezegd dat Suharto president wilde worden. ‘Dat is geen generaal, om te beginnen,’ antwoordde Zain. ‘Wie waarheid spreekt en wie liegt is bijna nooit na te gaan. Dit lukte Bapak ook al nooit.’ Bovendien zei dr. Zain dat Martojo hem nu ook beschuldigde van corrupt te zijn geweest met een affaire met speedboats ‘waar ik niets van heb af geweten.’ Ik ontmoette Robert Ammerlaan in de poffertjeskraam op het Malieveld. Hij liet mij een Dear Norbert-brief van dr. J.H. van | |
[pagina 144]
| |
Roijen aan de heer Schmelzer zien, waarin stond dat Luns niet alle boodschappen van dr. Van Roijen uit Washington over Amerikaanse toezeggingen bijvoorbeeld, aan het kabinet liet zien. Dit mocht absoluut niet, noch van Van Roijen noch van Schmelzer worden gepubliceerd. Ammerlaan zei te denken dat noch de kvp noch de pvda zin zouden hebben in sores over Luns nu ze samen een regering vormen. Bij thuiskomst arriveerde broer Theo voor het eerst na zijn reis naar Zuid-Afrika. Hij bleek nu er weer aan te twijfelen om voorgoed naar Zuid-Afrika terug te keren. Maar hij was voor het eerst in lange tijd eager to talk. In Dow Chemical heeft hij geen zin meer. Hij sprak over ouder worden en om na retirement age tussen vrienden te gaan wonen. Zwitserland was te duur voor de oude dag en te eenzaam. We dineerden in Mei Wah. Het werd een plezierig bezoek. | |
19 juni 1973Droomde een hotel in Jakarta binnen te gaan, maar er werd gezegd: ‘die kamer is te goed voor een belanda.’ Ik werd op een kamer met vier anderen geplaatst. Ik zie nog Javaanse slapende gezichten voor me. Theo was zeer geïnteresseerd in mijn nieuwe boek Den Vaderland Getrouwe. Waar ik me zorgen over maak is dat hij de indruk wekte niet precies te weten wat hij moet gaan doen. Hij wil zeker niet nog eens bij een multinational gaan zitten, als Unilever (in Rhodesië indertijd) en onlangs Dow Chemical. Kocht voor mams verjaardag bij de Bonneterie een groenachtige nachtjapon. Deze paste precies. Zij was ingenomen met de kleur. Leverde 382 pagina's van het nieuwe manuscript bij Bruna af. Guruh Sukarno en Adi Ichsan waren tot 01.00 uur vannacht hier. Hij vertrekt weer naar Jakarta. Ik heb hem gevraagd het uiterste te doen om via de zoon van generaal Sabur beslag te leggen op het in zijn bezit zijnde rapport over 1965. Juist nu de regering-Suharto schermt met het zogenaamde Bambang Widjanarko-rapport is het van belang dat wij dat stuk in handen krijgen. De vaste Kamercommissie voor Buitenlandse Zaken is bijeen geweest. In afwezigheid van Piet Dankert (voorzitter) had Luns' paladijn H.J. de Koster het gesprek voorgezeten. Alleen de cpn, ppr en psp hadden voor een parlementaire enquête inzake Luns en Nieuw-Guinea gestemd. Intussen was besloten dat de voorzitter met mij zou spreken om nadere gegevens te krijgen. Moet je nagaan, alle benodigde gegevens liggen voor iedereen | |
[pagina 145]
| |
zichtbaar op straat. Fred van der Spek heeft die zaak aangezwengeld. Hij zei niet te weten of Dankert mondeling of schriftelijk contact zou opnemen. Gerard Croiset belde nog laat. Hij zei dat Henk de MariGa naar voetnoot183 een oneerlijk en schofterig artikel in De Telegraaf had geschreven. Hij had De Mari opgebeld om dit mee te delen. In Den Haag was een Chinees echtpaar vermoord. Ten einde raad werd Croiset om advies gevraagd. De paragnost ging met een journalist en een fotograaf naar de plaats des onheils en gaf een signalement van een man die inderdaad werd gevonden. Deze werd een auto ingesleurd, drie uur lang in elkaar geslagen en gemarteld, maar het bleek de verkeerde te zijn. De Mari produceerde zelfs een foto van Croiset, die de in elkaar getimmerde man in het ziekenhuis excuses kwam aanbieden en orchideeën brengen. Het artikel van De Mari was natuurlijk geladen met tussen-de-regels-door-insinuaties, maar het is ook geen frisse geschiedenis.Ga naar voetnoot184 | |
21 juni 1973Mam begint haar 77ste levensjaar. Ik wens haar nog vele, vele jaren. Zij wil in de Hoge Vuursche dineren. Ik zei: ‘Too expensive, we kunnen beter naar de Lage Vuursche gaan, want tante Jetty en wie weet andere gasten gaan ook mee.’ ‘Je weet,’ zei ze, ‘ik probeer zoveel mogelijk geld voor jullie na te laten, maar jullie hebben zo langzamerhand meer dan ik.’ Mam heeft acht ton. Ik keek de stand na op mijn rekeningen: 3.000 Zwitserse franken, 1.800 Nederlandse guldens en 170 U.S. dollars.Ga naar voetnoot185 Alleen de Volkskrant, dankzij Kees Bastianen, meldt dat de Kamercommissie iets gaat doen aan Luns en Nieuw-Guinea. Maar ze zetten de zaak wel weer in een linkse hoek door Fred van der Spek de ‘titel’ van ‘pacifistische socialist’ mee te geven. Zo wordt alles altijd weer in een links-rechtskader geplakt, wat er uiteraard geen bal mee te maken heeft. Er moet gewoon duidelijk worden gemaakt dat Luns een ordinaire boef is en dat de hele Indonesische affaire voornamelijk door hem in de soep is gedraaid. En met opzet. Belde Rob Soetenhorst die het ‘weggemoffelde berichtje’ in de Volkskrant had opgemerkt. Ze gingen er in de nrc meer aan doen. Belde ook | |
[pagina 146]
| |
Tamminga van Trouw waarom hij voor de zoveelste keer had zitten slapen. Paul van 't Veer heeft vandaag tegen Ronald Gase gezegd: ‘Ik ben er zeker van dat Luns de zaak heeft bedonderd.’ Maar hij schrijft het niet. was luns te goeder trouw? verscheen vandaag in Het Parool van de hand van Paul van 't Veer, de Hiltermann van de socialisten.Ga naar voetnoot186 Dat zijn dan de collega's op wiens intelligentie, historisch besef en gewone eerlijkheid je hoop is gevestigd. Ze kletsen allemaal binnenskamers anders dan naar buiten toe. Het etentje in Hoge Vuursche was voor mij althans uniek. Mam herinnerde me van top tot teen aan grootmama Poslavsky, met haar spierwitte haar en een zwarte bontcape. Zou mam bewust als haar moeder willen zijn? Zij zag er moe uit wat me zorgen baarde. Ze genoot niet alleen van het diner, maar vooral ook van de schitterende bomen in de tuin en de fonteinen. Ik was totaal op haar geconcentreerd. Zoek altijd naar herkenning bij haar. Thuisgekomen was Peter er en ook Jörg Fahsel uit München. | |
22 juni 1973Het Nederlands Instituut van Psychologen adviseert aspirant-studenten in de psychologie zich nog eens te bezinnen op hun keuze. Over zes jaar zou er namelijk een ‘overschot’ aan psychologen kunnen ontstaan. Ik toonde het aan Peter. ‘Ik studeer psychologie op de eerste plaats omdat het vak me interesseert’, zei hij. Ronald Gase kwam langs en preciseerde dat Paul van 't Veer hem had gezegd dat ik niet alleen grotendeels gelijk had dat Luns de zaak had geflest, maar dat hij het er mee eens was dat Luns een gevaar was bij de navo. Ronald vroeg hem waarom hij dit dan niet met zoveel woorden schreef: ‘Dat is pas van de laatste tijd om de dingen bij de naam te noemen in de krant...,’ aldus collega Van 't Veer. Alle leden van het kabinet-Biesheuvel zijn koninklijk onderscheiden. De farce kent geen einde. Biesheuvel - die was misschien nog het fatsoenlijkst, hoewel ook geen sterke figuur - en gladjanus Schmelzer krijgen het commandeurskruis van de Nederlandse Leeuw. Dat wordt dan straks in overlijdensannonces speciaal vermeld. Van Konijnenburg zei altijd: ‘Je hebt mensen die dragen die dingen nog op hun pyjama...’ De heer De Koster wordt ridder, evenals met de heren Boertien, Langman, Engels en Stuyt. Geertsema, Udink en Van Veen zijn grootoffi- | |
[pagina 147]
| |
cieren van Oranje Nassau geworden. Toe maar. Je schiet er allemaal geen moer mee op. Het is een beloning voor gesanctioneerde flessentrekkerij, gedekt door het Oranjehuis. | |
23 juni 1973Ronald geeft me nog een gedeelte van zijn gesprek met Paul van 't Veer op papier. ‘Wel is nu volkomen duidelijk dat de Nederlandse Nieuw-Guinea-politiek volkomen ten onrechte gebaseerd is geweest op Amerikaanse hulp die nooit zou komenGa naar voetnoot187, iets wat duidelijk en bij herhaling is gerapporteerd door ambassadeur J.H. van Roijen in talloze door Luns onder tafel gewerkte berichten. Luns heeft zeer duidelijk opzettelijk verkeerde informatie verstrekt aan regering en parlement.’ Ook heeft de Parool-man nu door dat het volkomen misplaatst is dat de Kennedy's Nederland zouden hebben verraden, zoals Luns steeds maar bij herhaling heeft beweerd.Ga naar voetnoot188 Ik begin steeds beter te begrijpen waarom ‘Den Haag’ ten opzichte van Luns kiekeboe blijft spelen: ze generen zich en masse zich zo lang door Luns bij de neus te hebben laten nemen. Je vraagt je dan ook af hoe dit mogelijk is geweest. Ik heb bij die man slechts een oogopslag nodig om te weten wat voor vlees je in de kuip hebt. Adjunct-hoofdredacteur J. de Berg van Trouw schrijft mij: ‘U hebt gelijk: het is vreemd dat wij, na ons commentaar over de Nieuw-Guinea-kwestie, niet hebben bericht over het besluit van de Kamercommissie. Deze omissie is te wijten aan een vervelend misverstand. We hopen alsnog van het besluit melding te maken.’Ga naar voetnoot189 Misverstand of niet: ze doen hun werk niet behoorlijk, al is het in hoge mate ongewoon dat men dit ruiterlijk toegeeft. Gisteravond kwam Nettie von BaumhauerGa naar voetnoot190 onverwachts langs. Zij was onveranderd en aardig. Had de indruk dat ze behoefte had te praten. Zij ontmoette Peter voor het eerst. Haar moeder en man, Ab Klein, willen dat ik haar de 2.250 gulden teruggeef die ik jaren geleden van haar leende. Dat kan nu niet. | |
[pagina 148]
| |
Omdat het vaders geboortedag is ging ik eerst met mam naar Den en Rust. Maar heel ongewoon was de begraafplaats dicht. Bezocht mejuffrouw Büringh BoekhoudtGa naar voetnoot191 in Baarn. Zij was in prima conditie en zag er goed uit. Maar zij had twee appeltjes te schillen. Zij was op een dag opgebeld door iemand die had gezegd: ‘Weet je dat je naam in Vrij Nederland staat?’ Inderdaad was zij uiteraard in die twintig uur interview met Bibeb ter sprake gekomen. Hoe kon het anders? Een gesprek over mijn leven bracht immers automatisch ‘mijn tweede moeder’ naar de oppervlakte? ‘Dat wil ik helemaal niet.’ Zij leek werkelijk opnieuw boos hierover. Er was wel bijgezegd: ‘Je komt nogal sympathiek ter sprake.’ Ik probeerde haar gerust te stellen en te kalmeren, maar ik was diep geschokt.Ga naar voetnoot192 Daarop vervolgde zij: ‘Dan heb ik nog iets. Ik hoop niet dat ik in je dagboeken voorkom. Of dat je misschien mijn briefjes hebt bewaard...’ Nu was mijn schok compleet. Ik vertelde dat ik overwoog mijn dagboek via mijn oom professor Poslavsky ter beschikking van de wetenschap te stellen. Hoe een mind van iemand zijn shape kreeg op zijn oude dag, door van kinds af aan de ontwikkelingen van input en output te hebben opgeschreven. ‘Maar je oom Poslavsky verdwijnt misschien eerder dan jij...,’ zei ze ook nog. En terwijl ik naar deze passages zat te luisteren schoot door mijn hoofd: haar portretje staat nota bene op mijn schrijftafel.Ga naar voetnoot193 Zij bracht vervolgens De Verraders ter sprake en zei dat dit eerste boek aan geloofwaardigheid had verloren omdat ik me veel te veel als querulant had opgesteld. Misschien is dit wel een beetje waar. Ik wil dit punt vlug met Wim van Beusekom van Bruna bespreken zodat ik niet dezelfde fout in Den Vaderland Getrouwe zal maken. Ook sprak ik met Aunty over allerlei politieke zaken en kennelijk waren we het over bijna niets eens. Over Watergate zei ze: ‘Er is immers altijd in het politieke leven over en weer gespioneerd.’ Dat leek haast op een verdediging van de smerige Watergate-inbraak door Nixon. Toen ik de opmerking maakte nu ook oude flessen naar een derde wereldwinkel te zeulen, vroeg ze: ‘En maak je ze ook schoon en haal je de etiketten eraf?’ Ik dacht: Wat is er met haar gebeurd, zo heb ik haar nog nooit meegemaakt. | |
[pagina 149]
| |
Wat die dag in Baarn gebeurde verbrak voor altijd het mental umbillical cord zoals dit tussen ons sinds de oorlog en mijn jeugd in Baarn in harmonie en affectie meer dan dertig jaar had bestaan. Het was inderdaad de eerste keer dat onze relatie in de publiciteit was gekomen. En wat dan nog? Ik had Bibebs stuk niet van tevoren gelezen. Ik weet ook niet meer of ik haar heb gevraagd de naam van mejuffrouw Büringh Boekhoudt weg te laten. Maar nu ben ik blij dat Bibeb haar heeft genoemd. Toen ik zag hoe zij als hartsvriendin reageerde op het feit dat zij mij kende - na al die jaren de indruk te hebben gegeven van mij te houden en zich niets van kletspraatjes over mij aan te trekken - viel weer een droom over medemensen aan duigen. Daarom was het Peter die nacht opgevallen dat ik zo triest keek in mijn slaap. Ik had haar al die jaren geloofd. Dit was voorgoed voorbij. Life was weer een stukje eenzamer geworden. | |
25 juni 1973Gerard van den Boomen belde in paniek op. Het artikel dat Gase voor De Nieuwe Linie had geschreven had de loopjongen tussen de redactie en Het Parool op straat verloren. Gase had geen kopie gemaakt. Hij is bezig het opnieuw te schrijven.Ga naar voetnoot194 Willem Drees senior heeft nu zelfs uitgebreid aan Ronald Gase geschreven. Hij zei onder meer niet te begrijpen dat prins Anak Agung Gde Agung, de ambassadeur in Wenen, ‘met iemand | |
[pagina 150]
| |
als Oltmans’ omging. Drees zei zelfs dat ik tegen Luns was omdat ik tegen de navo was. De man is niet goed bij zijn hoofd. Hoe komen ze aan al die onzin in Den Haag? Dr. J.H. van Roijen debiteerde tegen Gase dat ik alleen maar tegen Luns ageerde omdat ik in Washington niet op een persconferentie werd toegelaten. Trouwens, Paul van 't Veer liet zich tegenover Gase ontvallen: ‘Oltmans liet zich snoepreisjes door de groep-Rijkens aanbieden: dat die heren erin getrapt zijn....’ Wat denken die mensen toch over mij en waar halen zij die goedkope emoties vandaan? | |
26 juni 1973Juffrouw Boekhoudt zei ook: ‘Je praat in je gesprek met Bibeb precies als andere televisiejournalisten. Bovendien belicht het een kant van je persoonlijkheid die ik ook niet zo kan waarderen.’ Ik heb haar proberen uit te leggen dat dit stuk mij weergaf zoals Bibeb mij zag. Ik belde Bibeb die antwoordde: ‘Wat zou zij gezegd hebben, wanneer zij je gesprek met Gerard de Bruyn in De Nieuwe Linie zou hebben gelezen?’ Daar had Bibeb gelijk in. Ik ben overtuigd dat Aunty uitsluitend van streek was omdat haar naam is verschenen in verband met mij. Nu zet het proces, door Robert Jay Lifton zo prima omschreven als ‘immunisering’, zich alleen maar verder bij me voort, ook ten opzichte van haar. Zeer geachte heer Drees, | |
[pagina 151]
| |
ze boerenpummel’. Ik vind het verder een man, die buitengewoon ongemanierd is, en dikwijls denkt dat hij geweldig grappig is, terwijl hij in feite bijzonder ruw en onbeschoft is. Ik heb hier een lange lijst van incidenten over verzameld, die in mijn boek, dat in oktober zal uitkomen, op een rijtje zullen staan. | |
[pagina 152]
| |
telligente en goedwillende jongeman is - dat ik tegen de navo zou zijn. Ik verwees naar de lezing die ik onlangs voor de studenten waaronder Gase had gehouden. Ik heb op mijn laatste persconferentie gezegd dat ook de prins het bloed van Luns kon drinken. En langs welke weg denkt u dat deze informatie mij bereikte? Hebt u wel eens over de mogelijkheid nagedacht dat het misschien wáár zou kunnen zijn? En waarom dit zo was en is? Ik vind Luns, uw vriend Luns, een levensgevaarlijke gek, die overal hoort, bijvoorbeeld voor Heineken Bier in Buenos Aires, maar niet bij de navo, That's all. En de geschiedenis zal uitwijzen wie er gelijk heeft gehad. Tot dusverre heb ik gelijk gekregen met mijn Adres aan de Staten-Generaal van februari 1957 over Nieuw-Guinea en Sukarno en niet u, Luns, De Quay, Schmelzer of hoe ze verder mogen heten. Sincerely, Willem Oltmans. | |
[pagina 153]
| |
ik aanvankelijk niet op wilde reageren, want ik ga morgen naar Zuid-Frankrijk en wil aan prettiger dingen denken. Ik zou zo graag willen dat u nu eens de moeite zou doen om te begrijpen hoe ik denk, hoe ik werkelijk ben en waarom ik doe wat ik doe. Ik sta in de Nieuw-Guinea-kwestie volkomen achter u, de groep-Rijkens, de prins, enzovoorts. Ik vind mijnheer Schmelzer, voor u ‘Dear Norbert’, een lapzwans, die zichzelf met zijn nieuwe boek een brevet van labbekakkerigheid uitkeert door nu in 1973 met zijn ontboezemingen te komen. Door dit soort mediocre figuren heeft Luns al die jaren zijn ‘ongecontroleerde, oncontroleerbare solo’, zoals Schmelzer achteraf schrijft, kunnen spelen. Dan vertel ik een en ander over mijn nieuwe boek Den Vaderland Getrouwe en vervolg: Inderdaad heb ik u ook onder druk proberen te zetten - evenals Drees en de anderen - omdat ik vind dat u het aan het vaderland verplicht bent de zogenaamde keurige Haagse maniertjes niet te laten prevaleren over het exact reconstrueren van de geschiedenis Nederland-Indonesië. Dan zeg ik hem onomwonden het een schandaal te vinden dat hij tegen beter weten in zich steeds in stilzwijgen heeft gehuld en dat het de hoogste tijd wordt dat hij zijn bek opentrekt.Ga naar voetnoot195
Het voorval met mejuffrouw Boekhoudt zit me nog steeds zeer dwars. Ik ben bang dat zij zich over wat Bibeb schreef zo heeft opgewonden omdat ze niet publiekelijk met mij in verband wil worden gebracht. Ze moest eens weten hoe ik vroeger aan Beatrix schreef om haar weer op Drakesteijn uit te nodigen, wat vervolgens dan ook gebeurde. Het toont echter aan dat ze geen werkelijke vriendin is en dat alles wat er tot dusverre tussen ons plaatsvond geen werkelijk waarde heeft gehad. Het maakt me heel, heel triest. Frits Böttcher belde om me te feliciteren met het artikel van Wouter van Dieren in het Zaterdagbijvoegsel van nrc Handelsblad van 23 juni 1973. Mij zegt het niets omdat ik Wouter van Dieren ken en om die reden geen enkele waarde aan zijn mening hecht, of deze waarderend is of niet. Dit heb ik maar | |
[pagina 154]
| |
niet uitgelegd aan Böttcher, die staat immers tot zijn knieën in het moeras van de Haagse shit? Er zijn nog allerlei details waar ik niet aan toekom, als gewoonlijk. Ronald Gase wees er op dat Paul van 't Veer in een eerdere editie van Het Parool had geschreven over Luns' ‘zelfbedrog’ en in een latere editie over Luns' ‘zelfbeklag’! Wie merkt er iets van? Van 't Veer is altijd een draaibord geweest. Hij schrijft met voetangels en klemmen en nooit recht voor zijn raap. Mag misschien ook niet van zijn baas. Ik heb maar één baas en dat ben ikzelf. Daarom word ik misschien ook overal geweerd. Ik heb bij Heijdenrijk op het Rokin een prachtige lijst uitgezocht voor mams portret als zestienjarig meisje. Heb met haar in Soesterberg gegeten. Zij was over de moeheid van haar verjaardag heen. De getuigenissen van John Dean in de Watergate-affaire zijn niet mis, nogal sensationeel zelfs. Tussen januari en april heeft Richard Nixon precies geweten wat er werd gedaan om de Watergate-affaire te verdoezelen. Hij schijnt zelf ook aan het bandopname-maken te zijn geslagen. Het Witte Huis van Nixon moet een absolute troep zijn geweest, waar men niet schroomde gangstermethoden toe te passen. Het is eigenlijk overal hetzelfde. | |
29 juni 1973Grasse, Hotel le RégentOp weg naar Zuid-Frankrijk zijn Peter en ik eerst bij mam in Bilthoven gestopt, vervolgens in Parijs, waar we de avond doorbrachten bij Dewi Sukarno. Dewi had twee Japanse ‘vriendinnen’ op bezoek. Zij zag er bleek en afgemat uit. Zij leek vastbesloten samen een nieuwe start met haar boek te willen maken. President Ali Bhutto van Pakistan had beloofd een voorwoord te zullen schrijven. Zij was tegenwoordig zeer bevriend met de Ceylonse ambassadeur in Parijs, die Bung Karno ‘a man of Asia’ had genoemd. Dewi zei bang te zijn dat Suharto als een soort Indonesische generaal Franco tien of twintig jaar aan het bewind zou blijven.Ga naar voetnoot196 | |
[pagina 155]
| |
Pas gisteravond, toen we samen in Antibes waren gaan eten, heb ik Peter verteld dat mejuffrouw Büringh Boekhoudt hoopte dat ze niet in mijn dagboek voor zou komen. Zelfs dat zij hoopte dat ik haar brieven niet had bewaard, brieven die altijd zoveel voor me hebben betekend. Peter begreep precies wat er was gebeurd en leefde zo mee dat hij tranen in zijn ogen kreeg. Zo'n moment is our finest hour. Heb drie uur op een terras in Cannes zitten werken, terwijl Peter naar het strand was. Geloof dat hij ervan geniet. | |
1 juli 1973DraguignanWe maken een lange tocht met de kap natuurlijk neer door bergen, dorpjes en verlaten bossen, prachtig, prachtig. Ik speelde Dvoraks Neue Welt af ter ere van mijn vader. Ik was in tranen. Ben in een soort constante toestand van gebed, ook bij Debussy's Prélude à l'après midi d'un faune, dat ik dan weer met mam verbind. We genieten totaal van de Provence, de vlinders, de geuren van de naaldbomen, alles. Peter voelt dit exact aan. Vooral wanneer we rijden en naar muziek luisteren is hij ook muisstil. ‘Ontroerende muziek,’ zei hij alleen maar. Gisteravond dineerden we in Eze na een bezoekje aan Monte Carlo. Ik heb besloten het portretje van mejuffrouw Bi ringh Boekhoudt naar de slaapkamer te verhuizen. Peter zei ook al: ‘Je houdt niemand over.’ Vandaag dineren we in de haven van Cannes. Leonid Brezhnev vloog op de terugweg van Parijs naar Moskou over Nederland en zond Joop den Uyl en het Nederlandse volk ‘veel liefs van Brezhnev’, aldus De Telegraaf. | |
Cannes, A.M.Peter is naar de sportschool. Ik las een artikel van George Mikes over dagboeken uit de Times Literary Supplement van 15 juni 1973.Ga naar voetnoot197 ‘Diaries are a gigantic fraud,’ begint hij. Het was Mikes' commentaar op de dagboeken van Evelyn Waugh. Ik heb ze | |
[pagina 156]
| |
niet gelezen en kan me niet voorstellen dat ze zouden verschillen van andere dagboeken. Waarom bedrog? Het is volgens hem de gemakkelijkste manier om met een boek op de markt te komen. Had je gedroomd. Hij weet niet waarover hij spreekt. Dwangmatige dagboekschrijvers kunnen niet anders dan zich aan de routine van een dagboek houden, wat het nauwelijks tot een verdienste zou maken. ‘Probably every sort of writing is the manifestation of a neurotic need. But diary-writers more than others.’ Waarom zou de arbeid van een pianist, die acht uur per dag studeert, niet als een neurotische afwijking worden gebrandmerkt en het werk van een dagboekschrijver wel? George Mikes constateert dat de meeste dagboekaantekeningen te triviaal zijn voor het nageslacht om enige betekenis te hebben. Natuurlijk zal er uiteindelijk een keuze moeten worden gemaakt. Anderzijds zijn soms de kleinste details, zoals ik mam, Peter of Casper nu beschrijf, van vitaal belang voor de beschrijving van het tijdperk waar de dagboekschrijver zich in bevindt. Psychologische details zijn als de kleurenschakeringen van een schilderspalet. ‘Diary-writing is probably the most effective tranquilizer in the world...’ Voor mij is mijn dagboek geenszins een middel tot verdoving, of om in slaap te sussen of vergeten. Op Nijenrode kregen we primitieve colleges psychologie. Er zijn slagzinnen van blijven hangen zoals ‘je leert 's winters zwemmen en 's zomers schaatsenrijden”. Een andere uitspraak die me bij bleef was, dat wanneer je tien mensen een ongeluk liet beschrijven dat ze alle tien hadden gezien, je tien verschillende lezingen kreeg opgedist. Met andere woorden, het geheugen, een uur later, een dag later, een jaar later vervalst per definitie. Een middel om zoveel mogelijk de werkelijkheid vast te houden, zoals deze is geweest - wat een essentieel ingrediënt voor dagboekschrijven vertegenwoordigt - is vrijwel onmiddellijk te noteren wat er gebeurt, wordt gehoord of gezien. Want feitelijk is de dagboekschrijver historicus par excellence. Althans zo zie ik mijzelf. Een ander punt dat G. Mikes aanroert is dat ‘the diarist is the only writer who can afford to write carelessly’. Waar haalt hij die onzin vandaan? Het komt misschien omdat ik een journalistieke dagboekschrijver ben en ik door mijn opgedane ervaring met het schrijven voor kranten en tijdschriften absoluut niet nonchalant dingen op papier zet. Bovendien laat ik mijn hele oorspronkelijke dagboek aan de wetenschap na.Ga naar voetnoot198 Ik ben | |
[pagina 157]
| |
me voortdurend bewust dat men eens mijn gangen na zal gaan en verifiëren, dus nonchalance, oneerlijkheid of opzettelijke vervalsing zou onmiddellijk zijn op te merken. Arthur Koestler heeft eens gezegd: ‘To like a writer and meet the writer is like liking goose-liver and meeting the goose.’ Bij het lezen van Waughs dagboek had George Mikes het gevoel gekregen de gans zelf tegen te komen. Waugh was een van zijn helden geweest. Zijn dagboeken hadden het tegenovergestelde effect: ‘I felt personally cheated and short-changed’. Wie weet zal het mij andersom vergaan. Misschien zal dit dagboek, waarschijnlijk wanneer ik er allang niet meer ben, een bijzonder plaatsje in boekenkasten krijgen, een erkenning die ik bij mijn leven heb moeten ontberen. En wat ook mogelijk is dat zowel de ganzenlever als de gans alsnog op de afvalplaats terecht zullen komen. | |
3 juli 1973En route naar Aix-en-ProvenceVerschrikkelijk gedroomd. Had niet lang meer te leven en vroeg Gerard Croiset om raad. En op een ander moment passeerde ik Casper Bake in een auto. Ik zag dat een griet in zijn schoot lag. Prompt realiseerde ik me geen enkele vriend op de wereld te hebben. Het herinnert me aan het moment dat ik als jongetje eens aan mijn vader vroeg om mijn vriend te willen zijn. | |
Parijs, Hotel VendômePeter is gaan slapen. Ik ben naar de Madeleine gegaan. Er waren misschien zeventien mensen bij de avondmis. Hoe financieren ze zo'n gebouw? Peter vroeg voor hem ook te bidden. Brandde twee kaarsen. Ben in stil gebed, na een helse nachtmerrie. Peter zei ook al dat hij een afschuwelijke nacht had gehad. Toen ik later de slaapkamer binnenkwam stond Peter op zijn hoofd met zijn voeten tegen de ruiten van de ramen. Ik schrok me een ongeluk en vroeg hem zijn hersens te gebruiken en zijn voeten tegen een muur te plaatsen. Hierdoor kregen we ruzie. Heel vervelend. Belde mam. ‘Wat een verrassing,’ zei ze. | |
4 juli 1973We reden terug naar Amsterdam, waar ik met mijn neus in de boter viel. Een brief van twee pagina's van dr. Willem Drees.Ga naar voetnoot199 | |
[pagina 158]
| |
Warempel ontkent de oud-premier andermaal dat hij ‘ooit Luns van misleiding’ zou hebben beschuldigd. Hij lijdt misschien aan aderverkalking of geheugenverlies op brede schaal, want hij heeft zowel ambassadeur Anak Agung Gde Agung als André Spoor gezegd nu pas te begrijpen dat Luns hem had misleid. Dit weten we allemaal. Ook Emile van Konijnenburg wist dit. Nu komt hij met een dergelijke achterhaalde en onware mededeling bij mij. Het zou Drees niets liever zijn dat alles nu wordt gepubliceerd. Ook dat is een kat-in-de-zak-verklaring, want hij weet dat men zich met hand en tand verzet tegen het plaatsvinden van zo'n onderzoek. Hij probeert het voor te stellen of Ronald Gase - en zijn drie medestudenten - zich alles verkeerd zouden herinneren. Hij had nooit gezegd dat ik tegen de navo was. Nee, hij had dit Gase zelfs geschreven. Opnieuw komt Drees met de gedachte dat ik tegen Luns zou ageren, omdat ik een grief tegen die man zou hebben overgehouden door een vroeger conflict. Heb nooit een conflict met Luns gehad. Ik wist door mijn contacten aan de top in Indonesië en in Washington dat Luns pertinent loog en een smerig spel speelde. Daar kwam ik tegen in het geweer. Maar in de denkraam van een Drees zouden mijn acties door wraak zijn ingegeven. Wat kun je verwachten van small minds. Natuurlijk ben ik al jaren woedend over de aperte overheidssabotage van Buitenlandse Zaken en de bvd. Maar daar gebruik ik de geijkte kanalen voor via de nvj om tegen te protesteren. Waar het in Indonesië en Nieuw-Guinea om ging was het failliet van Luns' politiek dat werd afgeschoven op Sukarno, de Kennedy's en every Tom, Dick and Harry, maar niet op Luns (en aanhang) zelf. Ik heb er met mijn neus bovenop gezeten. Als journalist (en dagboekschrijver en historicus) was ik verplicht tegen het gelieg en gedraai van Luns en diens trawanten zo effectief mogelijk in het geweer te komen. Dit heb ik gedaan, niets anders. En wanneer de bejaarde Drees dan een pagina van zijn brief uittrekt om zijn eerdere woorden over Sukarno in een ander daglicht te plaatsen, dan krijg ik eigenlijk medelijden met de oude baas. Ik zal hem mijn Club van Rome-boek maar eens sturen. Misschien dat hij dan beter begrijpt dat hij bazelt als hij over mij tegen vier studenten spreekt. | |
[pagina 159]
| |
orge Mikes dat alle dagboeknotities à priori frauduleus zouden zijn. | |
7 juli 1973Regen. Mijn boek raast nog wel door mijn hoofd. Is de voetnoot over Beel okay? Of de voetnoot over De Quay? Kan ik Dewi Sukarno wel ‘courtisane’ noemen. Toch is een enorme opluchting ontstaan met de beëindiging van iets kolossaals: een manuscript dat een boek van 680 pagina's zou worden. Ronald Gase schijnt een opzienbarende brief van Jan de Quay, oud-premier, te hebben gekregen. Peter heeft een danser ontmoet, Juan Antonio. Hij logeert hier nu ook. Het kan verkeren. Om de een of andere reden wilde ik naar mevrouw Anneke Verrips vandaag.Ga naar voetnoot200 Na Peter op station Utrecht op de trein naar Tilburg te hebben gezet kocht ik roosjes en stapte bij haar binnen. Uitgerekend was het vandaag Werner Verrips' verjaardag. Hij zou 47 jaar zijn geworden. Tegels Lichten wilde ze niet lezen, want ze stelde in de mening van Henk Hofland verder geen belang. Dat de Zwolsman-organisatie als een kaartenhuis ineen zou storten had Werner vroeger al voorspeld. | |
8 juli 1973Dit was Frits van Eeden-dag. Hij zag er bruingebrand en prima uit, met een zwart hemd aan. Heb een bijzonder contact met hem. De poes van een vriend was overreden. Hij kocht een rood katje en ging het brengen, maar de vriend wilde het niet hebben. De eerste schenking acf-aandelen, 120 stuks, zijn op mijn bank overgemaakt. Dat ei is gelegd. Broer Theo's plan is eindelijk uitgevoerd. Bruna denkt dat er 8.000 exemplaren van Grenzen aan de groei zijn verkocht. De omslag van Den Vaderland Getrouwe was absurd. Een Nederlands wapen met twee leeuwen en dan in het wapen zelf mijn portret met een kroon erboven. Dat is geen omslag, dat is een karikatuur. Mam begreep niet hoe ze zoiets idioots bij Bruna hadden kunnen bedenken.Ga naar voetnoot201 Het Vondelpark is toch een unieke instelling. Ontmoette een jongen, strakke witte jeans, lang haar, leren jack, schat 22 jaar, die ik bij de rand van het park pakte. Hij kwam uit San Francisco. | |
[pagina 160]
| |
10 juli 1973Willem Drees heeft Ronald Gase opnieuw geschreven. Hij zal op de meest felle wijze op het boek van Anak Agung moeten reageren wanneer dit uitkomt. Hij vertelde Gase dat Anak Agung zelfs niet meer op zijn brieven reageert. Ook schreef Drees: ‘Ziet u wel dat Oltmans een gevaarlijke man is.’ Hij had immers nooit gezegd dat ik tegen de navo was. | |
12 juli 1973Buitenlandse Zaken belde om te bevestigen dat er een telegram naar Peking was gegaan om te proberen een interview te regelen. Kwam Guus Vleugel tegen: ‘Jij bent een kruising tussen een Bloemendaalse dame en een politieke journalist. En dat bestaat helemaal niet. Dat is uniek.’ Eindelijk wandelde Casper weer binnen. | |
13 juli 1973Ben ergens zeer bekoeld wat Casper betreft. Ik houd van hem en meer dan van al mijn andere vrienden, dat heb ik hem nog eens gezegd. ‘Ook meer dan van Peter?’ vroeg hij. ‘Ja,’ heb ik gezegd. Maar de hele avond heb ik dit willen amenderen met ‘van Peter houd ik nu anders, en het meest van al mijn vrienden. Maar jij en ik zouden lovers kunnen zijn.’ Toch zal ik hier nooit de eerste stap toe zetten. Hij stelt zich zijn leven met een vrouw en kinderen voor. Ik zal de laatste zijn hem hiervan proberen af te houden, ook al denk ik dat dit voor hem niet de juiste weg is. Alle pogingen om weer een opdracht van de nos in de wacht te slepen mislukken. Stelde Carel Enkelaar voor een reportage te gaan maken van de Conferentie van Afro-Aziatische regeringshoofden. Enkelaar schreef in drie regels dat hij niet ‘over een referentiekader beschikte deze conferentie zinvol te begeleiden.’ Jan Ottens schrijft in een stom stuk in de Haagse CourantGa naar voetnoot202 dat voor degene die mijn Club van Rome-interviews leest ‘dit een | |
[pagina 161]
| |
behoorlijk duizelig makend karwei is. Wie daarna nog weet welke kant het met de wereld uit moet is een knappe kop.’ Komt ervan als je een warhoofd aan een dergelijke recensie zet. Ook in België in De Gazet van Antwerpen, De Standaard en andere bladen zijn lange artikelen over mijn Club van Rome-boek verschenen. Toch zijn de door mij betaalde bedragen voor de vele buitenlandse reizen dermate hoog dat ik zelf waarschijnlijk geen cent aan het boek overhoud.Ga naar voetnoot203 Den Vaderland Getrouwe zou een boek kunnen zijn, waar ik werkelijk aan zou kunnen verdienen. Gijsbert Hanekroot maakte foto's van mij aan mijn bureau voor de achterkant van Den Vaderland Getrouwe. Aardige jongen en uitstekende fotograaf. Zelfs Henri van der Zee merkte vandaag in De Telegraaf op dat hij ‘waarschijnlijk tevergeefs’ wacht op de memoires van dr. J.H. van Roijen. Precies: waarom houdt die man zijn mond stijf dicht? Hij stelt zich alleen maar aan en vindt zijn eigen imaginaire deftigheid belangrijker dan het land dat hij diende en dat hem hiervoor zijn hele leven een salaris betaalde. Ambassadeur dr. Zairin Zain belde. Hij herinnerde me eraan ten alle tijden objectief te zijn en dit nooit uit het oog te verliezen. Over Luns zei hij: ‘Als jij maar volhoudt.’ | |
14 juli 1973Heb nog eens de aantekeningen die ik maakte van de voornaamste gesprekken met Ronald Gase doorgekeken. Een student van 22 jaar loopt hier binnen om mij te vragen een lezing in het Cleyndert Theater te geven. Een paar weken later loopt hij de deur bij Willem Drees plat en heeft hij een dijk van andere ‘Haagse regelaars’, zoals hij ze noemt, gesproken. Drees heeft nu tegen Gase gezegd dat prins Anak Agung Gde Agung bij een gesprek met hem in het verleden gezegd zou hebben: ‘Hebben jullie niet één of andere loslopende luitenant die Sukarno kan doodschieten?’ Ik zie hier een openlijke chantage-poging van Drees in om Anak Agung de mond te snoeren, omdat Drees wel degelijk tegen de Indonesiër heeft gezegd dat hij nu besefte dat Luns hem inzake de Conferentie van Genève had misleid. Drees heeft ook de student Gase onder druk gezet, dat niets van wat ze bespraken naar buiten mocht komen. Ik acht het verantwoord om dit detail alsnog in Den Vaderland Getrouwe op te nemen, ongeacht hoe Anak Agung, Drees of Gase hierop zullen reageren. De smerige spelletjes moeten worden doorgeprikt. Basta. | |
[pagina 162]
| |
Peter was hier. Hoe komen mensen toch aan elkaar? Hij kon weer niet slapen, stond midden in de nacht op om boterhammen te maken en bij gebrek aan wat anders een fles bier te drinken. We waren elkaar in de stad misgelopen. Er zijn onderhuidse spanningen omdat hij naar een vriend in Californië gaat. Of eigenlijk twee, zowel naar het model Richard als een andere vriend, Dane. Hij kocht een boekje van Hermann Hesse dat ik graag wilde hebben.Ga naar voetnoot204 Het was onze laatste dag voor zijn vertrek, maar omdat een andere oude vriend uit Canada was overgekomen moest hij eerder naar Tilburg terug. Ik vond dit moeilijk te verstouwen. Nog meer onaardigheid. ‘Ik wou dat ik je nooit ontmoet had,’ zei hij zelfs. Op andere momenten waren we close en was alles okay. Uiteindelijk vertrok hij in een taxi, want hij wilde niet naar het station weggebracht worden. Ik trilde over mijn hele lichaam toen ik hem zag wegrijden - tears inside. Ik zie Casper liever ook niet en belde hem dat ik een zomergriepje had. Mijn liefde is mijn boek. Ik stop ermee om te proberen via affecties alles zaligmakende gevoelsrelaties te leggen, te zoeken, te proberen tot stand te brengen. Ik distantieer me van alles en iedereen op permanente basis. Altijd zullen dit soort nare botsingen terugkeren, waar ik niets positiefs, niets om van te leren in zie. Het was weer precies dezelfde scène als toen hij in 1968 plotseling uit Amerika terug naar Nederland moest. We hebben onze gevoelens en de eruit voortkomende uitbarstingen soms niet meer in de hand. Je kwetst elkaar alleen maar. Het doet ontzettend pijn, beyond description zelfs. Het beschadigt hem en mij en het leidt tot helemaal niets.Ga naar voetnoot205 Mijn werk en schrijven leiden af, maar op het moment dat ik ermee stop val ik diep terug in de waanzin van deze laatste botsing. Als elkaar zes jaar kennen dit soort scènes om eigenlijk niets moet opleveren, dan hoeft het van mij niet. I do not want to be close to anyone ever again. En ik houd ermee op relaties proberen in stand te houden aan de hand van de ‘restanten’ van voorbijgegane affecties. Althans, ik zal voortaan relaties hebben zonder illusies of dromen, met open ogen, en bij voorbaat een romance-voor-het-leven uitsluitende. Nu zit ik al urenlang op de rand van een tranendal en besef dat wat allemaal bovenkomt bij dit afscheid met Peter, diep in de catacomben van de mind opgeborgen lag. De realiteit van het leven is even wreed als de natuur zelf. Het bestaan is voor dromers. Casper belde hoe het met me was. Hij | |
[pagina 163]
| |
had anderhalf uur getrimd. Hij vroeg of Peter bij me was. Ik zei: ‘Ja, maar hij is even weg.’ ‘Doe hem in ieder geval mijn groeten.’ Hij heeft een nieuwe Haagse vlam die hem de les leest. ‘Ik leer tenminste iets van haar.’ | |
15 juli 1973Abominabele nacht. Peter gaat er vanuit dat dergelijke rampzalige ervaringen mensen juist dichter bij elkaar brengen. Ik voel me erdoor verpletterd en weet niet hoe deze pijnlijke ervaring weer in acceptabele banen te leiden. Mam belde. Zij leek wat opgewonden. ‘Er is iets bijzonders gebeurd,’ zei ze. ‘Zoals je weet komt er voor het eerst een waterlelie in de vijver uit.Ga naar voetnoot206 Na vertrek van tante Jetty ging ik kijken en wat zag ik? Een springlevende kikker die op een lelieblad zat. Ik heb hem Kalimero gedoopt. ‘Waarom?’ ‘Kali is geassocieerd aan water. Hij kan uitstekend zwemmen. Ik ben als de dood, dat hij gaat verhuizen.’ ‘Denkt u dat die kikker gezelschap heeft of alleen naar uw vijver is gekomen?’ ‘Ik hoop nu maar dat het er twee zijn, maar ik heb er maar één gezien.’ Wie weet werkt het sprookje van de prins en prinses die eeuwig samen bleven voor kikkers wel. Wat een goddelijk contrast, dat gesprek met mijn moeder midden in mijn dramatische ervaring met Peter. Mam vroeg vervolgens naar hem: ‘Is Peter al weg?’ ‘Ach, wat jammer, ik had hem nu willen bellen om hem een goede reis te wensen: maar ik ben laat omdat mijn haar in bad kletsnat is geworden.’ | |
16 juli 1973Adi Ichsan belde. Guruh Sukarno had hem geschreven dat er werd gewerkt aan het rapport dat generaal Sabur had toebehoord en dat zijn zoon inderdaad aan mij zou willen geven. Wat zou ik dankbaar zijn, wanneer ik dit document voor Bung Karno, Sabur - en voor Indonesië - zou kunnen publiceren. Ging naar Bilthoven. Mam nam mij onmiddellijk mee naar Kalimero. En warempel. Daar zat de kikker. ‘We hebben vandaag ook weer een eerste Vlaamse gaai op bezoek gehad,’ zei mam. Zij was in high spirits en genoot van ons etentje buiten. Ik ben dankbaar dat ik nog steeds van haar kan genieten en dit voor haar kan doen. | |
[pagina 164]
| |
PenthouseGa naar voetnoot207 heeft een opzienbarend artikel van George O'Toole, die heeft ontdekt dat er een Psychological Stress Evaluator is ontworpen die ‘with a high degree of reliability can listen and tell whether or not a person is lying’. Deze werd ontworpen door twee voormalige luitenant-kolonels van de Amerikaanse legerinlichtingendienst, wat me geen recommandatie lijkt voor de waarde van het instrument. De twee heren, Allan Bell en Charles McQuinston, runnen het bedrijf Dektor Counterintelligence and Security. Eens een spy always a spy. O'Toole heeft taperecordings van 22 personen rond de jfk-moord verzameld en door de pse gejaagd. Het zou de eerste leugendetector zijn die reageert op bandopnamen, waardoor ook reeds overleden personen, als Lee Harvey Oswald, kunnen worden getest. Na pagina's lang geklets concludeert O'Toole aan de hand van zijn pse- machine:Ga naar voetnoot208 1. Oswald owned a rifle. | |
17 juli 1973Het is koud. Voel me triest en eenzaam. Ging met mam buiten eten. Ik had haar de Suite Bergamasque van Debussy gebracht die zij in haar geheel had doorgespeeld. Frits Böttcher maakte bekend dat de werkgroep Toekomst van de stichting Maatschappij met concrete aanbevelingen zal komen voor een milieubeleid tot het jaar 2000. Ook dit onderzoek is als gevolg van het Club van Rome-Rapport totstandgekomen. Behalve Böttcher, die als gespreksleider optreedt, zitten er in: dr.ir. W.J. Beek (Unilever), prof.dr. ir. P.M.E.M. van der Grinten (dsm), drs. P.L. Justman Jacob (Hoogovens), dr. H.J.G. Meijer van Philips (die me een aantal keren opbelde om van zijn enthousiasme voor mijn werkzaamheden te getuigen), drs. H. Langman (oud-minister van Economische Zaken), prof. dr. J. Pen (die een voortreffelijk arti- | |
[pagina 165]
| |
kel over mijn Club van Rome-boek schreef), professor Jan Tinbergen en mr. G.A. Wagner (Shell) evenals dr. J. Zijlstra (Nederlandsche Bank). Hans Beynon, Indonesië-redacteur van de Volkskrant en oud-Nijenrode-kameraad (Indische jongen) heeft een zevenkoloms groot artikel aan het boek van Dake gewijd.Ga naar voetnoot209 Grappig dat hij erboven zette: de mislukte coup van antonie dake. Beynon wijst uitvoerig op de verwoede pogingen van het Suharto-regime om Bung Karno zwart te maken. Daarom zou het voor de coupgeneraals wel degelijk van belang hebben kunnen zijn het befaamde Widjanarko-rapport van president Sukarno's voormalige aide-de-camp flink te vervalsen om de nog sterk levende ideeën van Bung Karno verder in een kwaad daglicht te plaatsen. Maar uiteindelijk maakte Beynon zich er met een jantje-van-leiden vanaf door te schrijven dat ‘men geen sinistere, noch zeer strategische en uitgekiende plannenmakers achter de hele gang van zaken (op 30 september 1965) hoeft te zoeken.’ Voor hem is het gewoon één grote janboerenfluitjes-vertoning geweest van paniekreflex en contrareflex op een bijzonder klungelige stunt (van kolonel Untung om samenzwerende generaals op te laten pakken, te vermoorden en in een krokodillenput te werpen). Was het maar zo eenvoudig om je van dergelijke rampzalige moorden, net als de moord op jfk in Dallas, met een slap smoesje af te maken. Niet alleen was er al jarenlang sprake van een geplande coup door de groep rond generaal NasutionGa naar voetnoot210, en werden er vijf aanslagen op Sukarno gepleegd. En waarom geen op Suharto? Omdat Suharto door de moordenaars van de cia niet alleen wordt gesteund, maar tevens met miljarden dollars door de vs, Nederland en andere rijke landen in het zadel wordt gehouden. Eerder georganiseerde militaire opstanden in de jaren vijftig waren reeds tegen Sukarno gericht. Wanneer het waar zou zijn, zoals Beynon denkt, dat een stel boerenpummels de coup van 1965 zouden hebben georganiseerd, waarom is dan acht jaar later nog altijd niet duidelijk wat deze amateurs in 1965 dan precies hebben uitgehaald? Ik vrees dat Beynon in de klasse journalisten valt - als Henk Hofland - die de gemakkelijkste weg kiezen en dan maar liever concluderen dat het Warren Rapport over Dallas de waarheid moet zijn, ook al kan een kind op zijn vingers natellen dat we met een | |
[pagina 166]
| |
complot te maken hebben. Daarom is het boek van Dake van nul en generlei waarde. Dewi Sukarno vroeg me mijn intimidatie-kostuum mee te nemen. President Ali Bhutto van Pakistan was in Zwitserland. Francisco en zij wilden een diner voor hem geven. Donderdag zal ik in Gland zijn. | |
18 juli 1973Er komt een vliegtuig over. Waar zou Peter zijn? Wat gaat er in hem om? Hij lijkt oneindig ver weg in Californië. Expresse van Guruh Sukarno.Ga naar voetnoot211 De zoon van generaal Sabur is in het bezit van het document over de coup van 1965. Mevrouw Hetty Sabur geeft Guruh de indruk zich niet te herinneren mij in Parijs het stuk te hebben toegezegd. Keep my fingers crossed dat het hem zal lukken het rapport in handen te krijgen. Ik antwoordde onmiddellijk per expresse. Dineerde met mam. Casper Bake belde me bezorgd op, maar ik zie liever niemand. | |
19 juli 1973Mam verbaast mij voortdurend. Zij gaat eerst aan de piano zitten en het huishouden komt later wel. Of zij waarschuwt: ‘Neem geen lifters mee: je weet het nooit.’ Of: ‘Wie past er nu op je huis?’ Ik vergeleek het bezoek van generaal Van Heutsz aan Wilhelmina op Het Loo en het bezoek van Suharto aan Juliana op Huis ten Bosch. Zij vroeg zich af of de twee bezoeken vergelijkbaar waren. Ik werd even boos, maar ze had natuurlijk gelijk. Vandaag was de kikker Kalimero spoorloos, waar zij zich zorgen over maakte. Gelukkig heeft Casper eindelijk gedaan wat ik hem allang op het hart drukte: veiligheidsgordels laten aanbrengen. Gerard Croiset vertelde in Zwitserland Genzen aan de groei helemaal gelezen te hebben. Het is niet zo goed met zijn gezondheid. De heer Van Doesburg van de ambassade in Peking was naar het Chinese Ministerie van Buitenlandse Zaken gegaan, maar had te horen gekregen dat het quotum te ontvangen journalisten voor 1973 vol was. Ronald Gase wandelde binnen: ‘Dag my love’, zei hij nota bene. Hij heeft voortdurend nieuwe ideeën om zijn onderzoekingen voort te zetten. Heb als afscheid een bloem uit mams tuin bij het graf van vader gebracht. | |
[pagina 167]
| |
20 juli 1973Ben met de auto op weg naar Genève via Parijs. De kap is neer. Ik luister naar Rachmaninov. Soms lijkt het of ik betoverd ben. Dan hoor ik Peters stem: ‘Er kan toch niets uit de auto waaien?’ Het is af en toe of hij naast me zit. Waren we lief uit elkaar gegaan, dan zou het nu misschien weer anders zijn geweest. Beangstigend. Mensen en hun gedrag op de snelwegen zijn soms niet te geloven: wat inhalen, inhouden, elkaar snijden en zich in de naad getast voelen wanneer een andere auto niet alleen sneller rijdt, maar ook een betere motor heeft, dus ook sneller kan rijden. Het is eigenlijk een wonder dat het dikwijls allemaal zonder ongelukken afloopt. In Natua stuurde ik een kaart naar mam, na twaalf uur te hebben gereden. Zou dagenlang willen schrijven. Ben ook nog steeds met mijn manuscript bezig. Als ik erin lees kom ik steeds weer tot de slotsom dat het beter zou kunnen, krijg nieuwe ideeën en blijf veranderen. Overal vind ik fouten in de tekst, waar ik ook blader. Ronald las de passage over Willem Drees, die nu beweerd had dat prins Anak Agung Gde Agung hem zou hebben gezegd of hij geen luitenantje had die Bung Karno zou kunnen doodschieten. Gase: ‘Je had het mooier kunnen maken, want Drees zei dat Anak Agung had gezegd “om die man overhoop te schieten”.’ Vroeg Bruna mijn Grenzen aan de groei-boek naar dr. W. Drees te sturen. | |
21 juli 1973Gland, Villa RajadaOp Villa Rajada kreeg ik een hartelijke ontvangst. Dewi was aan de telefoon en sprak Japans. Francisco keek als gewoonlijk televisie. Ook de Franse ontwerper uit Parijs, die ik eerder bij Dewi ontmoette, was er. Hij logeerde met zijn Japanse vriendje eveneens bij Dewi. Ik vind zijn ontwerpen horreurs. Wat ziet Dewi in die jongen? Karina (6) rende rond, lovely and cute. Ik zoek altijd haar vader in haar. Karina had gezegd dat er ter ere van mij een klein vuurwerk diende te worden afgestoken. Er volgde een woordenwisseling over dit project, maar tenslotte verzorgden de Franse en Japanse jongen samen een hoeveelheid knallen op het gazon tussen de villa en het meer van Genève. De collie, Mistral, schrok zich een ongeluk en ontsnapte door de voordeur. Later belde een boer op dat Mistral was gevonden. Francisco ging hem in een Jaguar halen. Ik vroeg me af of Francisco het dier | |
[pagina 168]
| |
had geslagen, want het kwam bij mij zitten, likte mijn handen en jankte heel zachtjes. Ik verbaas me eeuwig over dieren en hun dierentaal. Karin raakte door het vuurwerk zeer opgewonden. Ze rende heen-en-weer en riep: ‘Vive la Suisse...’ Het was maar goed dat Bapak zijn kind dit niet kon horen uitroepen. Men had eveneens op Peter gerekend, want de huisknecht/tuinman was in Genève voor negen personen een diner gaan halen in een Japans restaurant. 's Morgens hadden wij samen president Ali Bhutto van Pakistan ontmoet. Hij had gevraagd: ‘What happened to that famous book of yours?’ Over Richard Nixon had hij opgemerkt: ‘They are not killing him at once, but bit by bit.’ Terwijl we allemaal zaten te eten was Dewi druk bezig in een kleine rode Japanse dictionaire enkele woorden op te zoeken. Ze spraken over een nieuw ballet dat in Parijs werd opgevoerd, waarbij het publiek geleidelijk de zaal was uitgelopen. De compositeur was letterlijk flauwgevallen. Ik begrijp dat Dewi nu artikelen schrijft voor een Japans damesblad. Zij maakt haar eigen illustraties. Ze bracht een stapel Japanse bladen aan de eettafel. Later spraken we samen over haar boek. Zij vertelde nu de gebeurtenissen op 1 oktober 1965 op een rij te hebben gezet. Zij had Masagung in Jakarta gevraagd haar een lijst te bezorgen van alle buitenlandse reizen die Bung Karno ooit had gemaakt, evenals een lijst van alle staatsbezoeken aan Indonesië, want dit zou veel herinneringen bij haar terugbrengen, ‘zoals Einsteins geheugen’, zei ze. Francisco kwam er tussen: ‘But if you write for instance, how Japan financed Indonesian students to riot against Bung Karno what is the result? I would like to continue to live here quietly,’ aldus haar aanstaande echtgenoot. Hij zei het echter op een schertsende toon doelend op nog meer tv-ploegen op zijn buitenhuis. Dit lijkt trouwens zijn geaardheid. Sliep als een blok. Het regende en onweerde de hele nacht. Peter was in mijn gedachten. Sliep in dezelfde kamer en hetzelfde bed waarin ik met hem samen was geweest. Naast mijn bed stond een door Karina geschilderd asbakje met de woorden Papi-Karina. Het maakte me melancholiek. Ik droomde dat Hetty me vertelde dat haar broer Wicher de Marees van Swinderen nu kaal was. Aurelio belde dat hij naar Genève kwam. De tuinman kwam binnen met een pieterige schildpad. Karina vond het maar eng. In de vensterbank lag een tor op zijn rug. Ik vroeg Karina het dier in de tuin te brengen. Dat zou haar vader ook gezegd heb- | |
[pagina 169]
| |
ben. ‘Mais c'est un animal méchant, il mange des fleurs,’ zei ze. Ik vroeg wie haar dit had verteld. ‘Madame Azuma,’ zei ze. ‘Okay, let Mrs Azuma kill it then.’ ‘Tuer l'animal avec un couteau?’ vroeg ze nog onder het weggaan. Even later kwam ze terug. ‘Azuma l'a tué avec de l'eau.’ ‘If it is a hostile animal, you should still bring it in the garden and let the birds eat it.’ Ze ging weer weg om haar verzorgster dit mee te delen. ‘Tu as raison,’ zei ze, toen ze terugkwam. De tor kwam ter sprake tijdens de lunch. Dewi zei: ‘Mrs Azuma killed it so it would not make babies first.’ Mij waren de honderden stroken ritselend zilverpapier in de mooie, grote bomen rond het huis opgevallen. Ik vroeg waar ze voor dienden. ‘Because, madame was disturbed by the singing birds in the early morning,’ vertelde Francisco. ‘I prefer to hear fighting cats than these big grey birds you have at Lake Geneva,’ Aldus Dewi. Francisco en Karina vertrokken in Dewi's Rolls Royce naar de stad. Na het diner trokken Dewi en ik ons terug in haar werkkamer. Toen liet ze me iets zien waarvan ik niet had kunnen dromen: brieven van Bung Karno aan haar geschreven van 1 tot en met 8 oktober 1965. Op 3 oktober 1965 wist de president nog steeds niet waar generaal Yani was. Op 5 oktober schreef hij dat Subandrio en Johannes Leimena niet wilden dat hij de begrafenis van de vermoorde generaals zou bijwonen. Intussen had Dewi in die fatale dagen van de generaalscoup dagelijks met generaal Nasution gecorrespondeerd zonder dat Bapak dit wist. Toen Bung Karno achter die correspondentie kwam had hij Dewi bij haar nek gegrepen en geroepen: ‘Nasution heeft mij vijf keer willen vermoorden...’Ga naar voetnoot212 Ons gesprek beleefde ik als een uiterst emotionele aangelegenheid. | |
Genève, GareAf en toe ontsnap ik naar hier om wat op mijn gemak te schrijven. Philip Toynbee beschrijft in de ObserverGa naar voetnoot213 het tweede deel Memories van Sir Julian Huxley. Ik zie beide heren weer voor mij. ‘We can detect from this book,’ schrijft professor Toynbee, ‘that within the armour of his knighthood, underneath the panoply of his public roles, there is a private Julian struggl- | |
[pagina 170]
| |
ing to get out. I have no doubt that this interesting and lovable creature is present to his wife, his children and his close friends: it is clear that it was delightfully present in the company of his brother, Aldous Huxley. The pity, for us, is that Sir Julian has not allowed us to see behind the armour and the decorations...’ Ze zullen over mijn dagboeken kunnen schrijven wat ze willen later, maar niet dat ik ze in de closet heb geschreven. In de brieven van Bung Karno waren zinnen als ‘Wisma JasoGa naar voetnoot214 without you is without soul...’ (Ik zou dit hebben kunnen schrijven over Amerbos zonder Peter.) Ik zag ook een brief uit begin 1969, waarin Bung Karno schrijft of er geen mogelijkheid was dat zij elkaar voor zijn verjaardag op 6 juni 1969 - al was het maar op het vliegveld in Jakarta - zouden kunnen ontmoeten. Ik wilde niet verder lezen, want het greep me zeer aan dat Bung Karno, de held van de Indonesische vrijheid, sprak over ‘vrij’ en ‘niet vrij’ zijn in zijn eigen land. Nu was hij geen gevangene van de kolonisator maar van zijn landgenoten die hem hadden verraden en verkwanseld. Ik was geschokt. Compleet. Het drong nu pas diep tot me door in wat voor een toestand Sukarno zich in zijn laatste dagen moet hebben bevonden. Deze brieven zijn belangrijk. Bung Karno herhaalt en herhaalt en herhaalt hoeveel hij van haar houdt. Ik zie deze brieven puur als historische documenten. Ik kreeg visioenen van wat we ermee zouden kunnen doen, vooral om de smerige propaganda van dit stelletje rotgeneraals te ontzenuwen en te bestrijden. Bijvoorbeeld dat Bung Karno generaal Yani zou hebben laten vermoorden. Ik was ook getroffen door Bapaks liefste wens Karina te kunnen zien. Het schijnt dat Dewi er bovendien in is geslaagd, via die fijne mijnheer Masagung, de brieven van Bung Karno aan Hartini te ontfutselen. Eveneens onthutsend vond ik een andere brief uit 1968 dat Bung Karno met mevrouw Hartini was overeengekomen dat Dewi terug kon komen naar Jakarta en waarin regels stonden over bezoeken aan recepties. Hij zou een nieuw huis laten bouwen voor Ibu Hartini, ‘maar niet groter dan Wisma Jaso.’ In een andere brief had Dewi een naam weggehaald van iemand die Bung Karno had omschreven als met de cia te zijn verbonden, terwijl Dewi zei met zekerheid te weten dat die persoon onschuldig was. We hadden een lang indringend gesprek over generaal Nasution, die ik er trouwens niet voor aan zie dat hij Bung Karno echt zou hebben willen vermoorden. Afzetten als president ze- | |
[pagina 171]
| |
ker, maar dood maken, zoals Suharto bewust zou nastreven, nee. Toch heb ik Dewi nauwkeurig en in detail ingelicht over de jaren dat meneer Ujeng Suwargana op papieren, waaruit bleek dat hij de persoonlijke medewerker en afgezant van Nasution was, de wereld rond reisde met de mededeling dat Nasution Bung Karno zou gaan vervangen. Zelfs Schmelzer vermeldt thans in zijn boek dat Den Haag er van op de hoogte was dat Bungkarno zou gaan verdwijnen. Ik ben er zeker van dat ook Werner Verrips namens zijn vriendjes onder de generaals als Yani, Pandjaitan en Parman (waarvan is bewezen dat zij vrienden van Verrips waren), Robert Kennedy, Walt Rostov, ambassadeur Van Roijen en alle andere autoriteiten, die hij verifieerbaar heeft bezocht, eenzelfde verhaal op de mouw heeft gespeld. Tenslotte was eveneens komen vast te staan dat Verrips zelf eens - en voor mij geldt eens cia altijd cia - voor de cia had gewerkt, en misschien nog wel werkte toen hij bij Sassenheim verongelukte. Dewi wist hier kennelijk allemaal niets van. Ik merkte dat ze me geloofde en wist dat ik feiten aandroeg. Zij was er steeds van uitgegaan dat Bapak het wat Nasution betreft volkomen bij het verkeerde eind had gehad. Nu begreep zij dat er meer aan de knikker was geweest dan zij had vermoed. Ons gesprek deed me opnieuw beseffen in wat voor madhouse Bung Karno de laatste jaren van zijn bewind had geleefd. Het Istana Merdeka moet een onontwarbaar wespennest van intriges en smerig gekonkel zijn geweest. Daarop stelde Dewi me een in haar ogen blijkbaar kardinale vraag: ‘Whom do you think did Bapak hate most in life, the one and only person perhaps he really hated?’ Ik dacht snel na en probeerde te bedenken wie zij dacht dat Bung Karno tot in het merg van zijn botten had gehaat: ‘Fatmawati’, zei ik. ‘Exactly,’ aldus Dewi. ‘And then see how he writes in his book with Cindy Adams about her, trying to be elegant.’ ‘Ibu Dewi, you did the same. You decided to be ladylike in your meeting with Ibu Hartini in Jakarta. Don't forget, Bapak had to pacify also the feelings of five of his children,’ antwoordde ik. Vervolgens vertelde zij dat Bung Karno op een ochtend, tijdens een ontbijtbijeenkomst op het paleis, in zijn stoel zittend was flauwgevallen en achterover viel; het bloed was uit zijn hoofd weggetrokken. Dat hij de avond van 30 september ook zou zijn flauwgevallen noemde zij een verzinsel en onwaar.Ga naar voetnoot215 | |
[pagina 172]
| |
Dewi vertelde hoe direct na de coup van 1965 op een ochtend om 10.00 uur dr. Subandrio haar slaapkamer op Wisma Jaso was binnengelopen, aan het voeteneinde van haar bed was gaan zitten en hysterisch in huilen was uitgebarsten: ‘I can't live without him if he dies.’ ‘Of course, Subandrio would have been nowhere without Bapak: he was a nobody without him,’ zei ik. En ik zal nooit vergeten hoe ik in 1957 tijdens een persoonlijke audiëntie op het paleis president Sukarno heb gewaarschuwd dat Bandrio hem toen al bedonderde, zoals ik zelf had ontdekt. Maar Bung Karno zag het gewoon niet en heeft het nooit gezien. Hij heeft mijns inziens een belangrijk deel van zijn vroegtijdig aftreden te danken aan deze meneer. Mevrouw Wardojo, president Sukarno's zuster, heeft tegen Dewi gezegd: ‘Perhaps, he would not have died, if you had come back to Indonesia earlier.’ Volgens Dewi zou de brief van president Sukarno aan haar over de getroffen regeling met mevrouw Hartini Sukarno het bewijsstuk vormen dat niet het Indonesische leger Dewi uit Indonesië heeft weggehouden, maar mevrouw Hartini. Geloof hier niets van. Dewi schijnt de periode te zijn vergeten waarin zij vanuit Tokio president Sukarno om echtscheiding had gevraagd. Bung Karno antwoordde haar toen in één regel: ‘You can have it.’ Ik kan niet zeggen dat ik, sinds ik haar in 1970 leerde kennen, onder de indruk was van haar verlangen naar Indonesië en Sukarno. Haar luxe leventje in Parijs, inbegrepen de dagelijkse bezoekjes aan de schoonheidssalon in het Plaza Athenée hotel aan de overkant van haar flat, betekende veel voor haar. Zij vertelde dat zij op een dag in aanwezigheid van minister Subandrio ruzie met Bung Karno had gehad over de kwestie-Maleisië. Dewi was fel gekant tegen de confrontatiepolitiek met Kuala Lumpur, waardoor de onrust rond de president in 1964 verder moet zijn toegenomen. Maar het gevolg van die botsing was dat, toen Dewi door Subandrio werd teruggereden naar Wisma Jaso, hij tijdens de rit haar bedtime stories vertelde over Bung Karno en Hartini. ‘The cold water ran over my back,’ vertelde Dewi, ‘since it showed to me the game Hartini was playing with Subandrio, while as the wife of the President she should have kept him at arms length...’ Dewi hield er kennelijk geen rekening mee dat het zeer goed mogelijk zou zijn geweest dat Bung Karno in zijn uitzonderlijke openheid zelf schertsend opmerkingen over zijn lirfdesleven had gemaakt. De haat en nijd die Dewi ten aanzien van Hartini voelde was dermate overheersend, en haar ambivalentie ten aanzien | |
[pagina 173]
| |
van de Islamitische meer-vrouwencultuur zo diep - ondanks haar vrome woorden dienaangaande: ‘if it gives him pleasure let him have other wives’Ga naar voetnoot216 - dat deze emoties haar ongetwijfeld parten speelden bij haar uitlatingen over Hartini. Ook omdat zij uitstekend besefte nooit ofte nimmer de intieme band tussen twee Javanen, zoals tussen Bapak en Hartini, te kunnen evenaren. Dewi representeerde de intimiteit en gevoelswereld van de westerse helft van Bung Karno's brein; Hartini de mentale navelstreng met de bodem van Java. Nadat president Sukarno tijdens de ontbijtontmoeting was flauwgevallen, had het paleispersoneel het gerucht verspreid: ‘That it was my fault, since I supposedly screwed him too much, and was actually trying to kill him...’ Zij vervolgde: ‘I had not even been with him the night before. But then I realized I was in constant danger with these people.’ Een andere brief van Bung Karno gaf aan dat generaal Sabur zich ongepast tegenover Dewi had gedragen, zich misschien zelfs avances tegenover haar had gepermitteerd, waarvoor de president hem een uitbrander had gegeven en hem had opgedragen haar zijn excuses te maken. Terwijl Dewi en ik tot diep in de nacht zaten te praten - zij is nu eenmaal van nature een nachtbraakster - zag ik Bung Karno's leven zich in die laatste jaren voor de coup voor mijn ogen ontrollen. Dat waren de jaren dat Subandrio me uit Indonesië weerde. Als hoofd van de Indonesische cia had hij er de macht toe. Men had Sukarno leugens over mij verteld. De president twijfelde kennelijk zelf, zoals ik eerder beschreven heb, tot ik met behulp van het Indonesische leger en kolonel Sutikno Lukitodisastra in 1966 terugkeerde en Bapak en ik zich weer met elkaar verzoenden. Ik begin me beter dan ooit te realiseren hoe tumultueus die jaren 1963 tot 1965 voor hem moeten zijn geweest. De Irian-Baratcampagne was afgesloten. De Maleisië-confrontatie begon. Dit hing nauw samen met Sukarno's totale afwijzing van de Amerikaanse aanwezigheid in Vietnam voor een oorlog die, zoals hij mij herhaaldelijk uiteenzette, gebaseerd was op imperialistisch en kolonialistisch denken. Tenslotte had hij zich een leven lang ingezet voor het uitroeien van buitenlandse overheersing vis-à-vis Azië. Zijn solidariteitsgevoelens ten opzichte van Hanoi - of de bondgenoten van Vietnam, China en Noord-Korea - had niets te maken met het feit dat dit Marxistisch-leninistische staten waren. Voor Bung Karno was de strijd tegen het uitdelen van de lakens in Azië door Washington of Londen in Maleisië | |
[pagina 174]
| |
nog altijd niet beëindigd. Den Haag was door Bung Karno knock-out geslagen. Nu nog Maleisië en dan zouden de Aziaten gezamenlijk de Amerikanen in Vietnam verpletteren. Hij gebruikte immers het woord ‘verpletteren’ soms knarsetandend tegenover mij. Maleisië was voor de president een unvollendete neokoloniale symfonie. Daar begreep Dewi allemaal geen moer van. Helaas begrepen vele Indonesiërs er evenmin ene moer van, zodat het gemakkelijker werd voor de Amerikaanse interventionisten en de cia op de stommelingen onder Sukarno's eigen machtsapparaat in te gaan spelen. Dit intrigespel produceerde de coup van 1965 en de manipulaties van een benedenmaatse figuur als Suharto, die niet in staat was Bung Karno's nationale en internationale leiderschap te doorgronden of te begrijpen. Wat mij vannacht, pratende met Dewi aan het meer van Genève, acht jaar later steeds duidelijker werd, is dat Bung Karno geleidelijk de controle over zijn overredingskracht moet hebben verloren zodat hij geen duidelijke meerderheid in zijn eigen omgeving mee kon krijgen in zijn visie over Zuidoost-Azië en de wereld. In de kwestie van de Papoea's was het eenvoudig geweest: het laatste stuk Nederlands-Indisch grondgebied was nog niet bevrijd. De kwestie-Maleisië was minder gemakkelijk te volgen. Bovendien: voor Amerikanen en de op een anticommunistische kruistocht gerichte beleidsvormers in Washington betekende solidariteit van Bung Karno met Hanoi (of Peking en Pyongyang) dat hij bezig was Indonesië aan het wereldcommunisme uit te leveren. Ik weet dat voor president Sukarno zijn steun aan Hanoi in de strijd tegen de Amerikanen niets, absoluut niets te maken had met Sukarno's zogenaamde heimelijke pro-communistische bedoelingen. Geen haar op zijn hoofd dacht er over Indonesië in een communistisch bondgenootschap te trekken. De stommelingen in Washington, die überhaupt nooit de werkelijke betekenis van Bung Karno's Bandung-concept van niet-gebondenheid hadden begrepen, keerden zich met hun supergeheime maffia-cia-moordapparaat tegen de voornaamste leider van ongebondenheid in Azië. Zij collaboreerden met kaffers uit Bung Karno's eigen omgeving teneinde Indonesië om te vormen tot een marionet van het Westen, en van westerse financiële en economische belangen. Dat is wat er in 1965 in Indonesië gebeurde. Dat is wat de vijanden van de niet-gebondenheid op het wereldtoneel hebben bereikt door het op vijf na grootste land ter wereld in een hoek te drijven, opdat westerse landen - en Japan - voor hun belangen in de Indonesische archipel zouden kunnen beschikken | |
[pagina 175]
| |
over het daar aanwezige potentieel aan mensen, en hiermee ook over de gigantische rijkdom aan grondstoffen van de Indonesische archipel. Dewi zei me Bapaks brieven nog nooit aan een journalist te hebben getoond. ‘Maar,’ zei ze, ‘ik heb wel altijd gezegd dat ik de onschuld van Bapak kon bewijzen.’Ga naar voetnoot217 Ik weet nu dat zij dit inderdaad zou kunnen. Ik wil dat ze dit dan ook gaat doen. Heeft ook Mas Ruslan Abdulgani me niet op het hart gedrukt een deur open te houden ‘omdat zij een belangrijke rol zou kunnen spelen bij het herstel van Bapaks goede naam”?Ga naar voetnoot218 Nu ik deze schat aan brieven heb gezien begrijp ik ook beter waarom de coupgeneraals Masagung naar Parijs zonden om te onderzoeken wat Dewi aan brieven bezat. Het gaat er nu om haar te overreden. Ik zal niet schromen er op te toe zien dat zolang zij Bapaks naam en vaandel voert zij verplicht is een keuze uit deze brieven zo spoedig mogelijk te publiceren. Ik zal haar erbij helpen. | |
22 juli 1973Gland, Villa RajadaIk heb Dewi nogmaals duidelijk gemaakt dat ik als vriend naar Gland ben gekomen om te helpen en niet om geld te verdienen. Wanneer we haar informatie zouden kunnen verkopen zou ik het aan haar overlaten te bepalen voor welk bedrag ik erin zou delen. Het ging er nu om ons te concentreren op hoe de laster ten aanzien van Bung Karno door de coupgeneraals het beste zou kunnen worden ontzenuwd. Wat ik zeer onbegrijpelijk vond, was dat Dewi in het bezit bleek van onze telefoongesprekken, gevoerd in 1970 toen zij voor Bapaks begrafenis in Jakarta was en ik in Tokio op haar wachtte. De bemerkingen van Suharto's inlichtingendienst stonden nota bene in de kantlijn. Toen ik vanuit Tokio tegen haar zei dat ik bereid was alles op alles te zetten om haar bewijsmateriaal en gedachten over wat er in 1965 in Jakarta was gebeurd in de publiciteit te brengen, vertelde zij: ‘That really helped me: it helped me very much.’Ga naar voetnoot219 Zij is van mening dat dit een belangrijke reden was geweest dat men haar uiteindelijk (in 1970) in Jakarta met rust liet. Ik stelde haar voor een klein hardcover boek te schrijven met als pièce de résistance de brieven die Bapak haar in de dagen van de | |
[pagina 176]
| |
coup had doen toekomen.Ga naar voetnoot220 Een volkomen objectief verhaal over wat er in die oktoberdagen in Indonesië was gebeurd, zonder per se Bung Karno te willen verdedigen en zonder per se andermaal Suharto in zijn hemd te willen zetten. Dus een historische analyse bestemd voor alle Indonesiërs met als indirecte uitkomst natuurlijk wel het zuiveren van Bung Karno's naam na alle lasterpraat van Suharto's militairen. ‘We should present our booklet as Bapak would have done, aiming at the country and the people first of all and above all,’ zei ik tegen Dewi. Francisco werd door Dewi afgevaardigd mij te vragen of ik vanmiddag mee wilde naar een buitenplaats dichtbij waar Britse vrienden woonden. Ik vroeg hem me te excuseren, want ik heb genoeg werk te doen. Tenslotte ben ik niet gekomen om aan society lunches deel te nemen. Later heb ik Dewi en Kartika samen in mijn auto naar de lunchafspraak gebracht. Ze vertelde een paar maal te zijn opgestaan vannacht, omdat ze teroesGa naar voetnoot221 aan ons gesprek had moeten denken. ‘That's prima,’ zei ik. ‘I think Bambang Sugeng, the Indonesian ambassador to Tokyo was the only honorable Indonesian I have ever known,’ merkte zij op. ‘There are more,’ antwoordde ik, en zei maar niet aan wie ik dacht. ‘Who?’ vroeg ze. Ik noemde bijvoorbeeld Sabur, maar besloot maar niets meer te zeggen. De ambassadeur van Pakistan belde op en vroeg Francisco Paesa om om 18.45 uur president Ali Bhutto van Pakistan in Genève te komen bezoeken. Ik herinner me een briefje van Bung Karno aan Dewi uit 1968: ‘Who else will send you money but me?’ Hij had tot die tijd nog steeds geld via safe channels aan haar weten te zenden in kleine gesloten enveloppen. Zij heeft alles bewaard. Dewi bleef verder de hele dag weg en dit is het oude liedje van Parijs uit 1970. We moeten nu een schema uitwerken en de tijd maximaal benutten. Dewi hoopte dat ik niet te veel over deze brieven in Den Vaderland Getrouwe zou schrijven. Ik zei slechts te willen vermelden dat zij kon bewijzen dat Bung Karno niet schuldig was aan de moord op de generaals.Ga naar voetnoot222 Toch ben ik woedend op haar dat ze deze dag in thin air heeft laten voorbijgaan. Ik ben niet voor onzin naar Gland gekomen. | |
[pagina 177]
| |
Mevrouw Azuma slooft zich de hele dag in huis uit. Karina zei heel ontwapenend dat mevrouw Azuma nog nooit een dag vakantie had gehad sinds zij voor haar zorgde. Mrs. Azuma plaatste een vers geknipte roos uit de tuin bij mijn bed. De bloem is zo prachtig en geurt goddelijk. Aurelio Peccei belde. Broer Theo eveneens. Hij is in Lugano en overweegt zich daar te vestigen. Wat voert hij in zijn schild, nu hij bij Dow Chemical weg is? Eindelijk, als normale mensen gaan slapen, kon ik Dewi weer op het onderwerp van ons boek brengen en benadrukte met de grootste klem dat het erom ging een historisch verantwoord boekje te maken. Ze schijnt er nu mee akkoord te gaan. Ze ziet het belang ervan in. Ze vertelde zich direct na 1 oktober 1965 te hebben ingezet Bapak met zowel Nasution als Suharto te verzoenen. Zij bezit zelfs een prachtige foto die na de coup van de drie mannen is genomen. Zij wilde tegen iedere prijs de banden tussen haar man en het leger herstellen, in plaats van de nadruk te leggen op Sukarno's vroegere toch al nauwe banden met Subandrio en de pki. Maar nadat zij naar Europa was vertrokken voor een fundraising campagne ten bate van een ziekenhuis hoorde zij daar dat Bung Karno generaal Nasution van zijn post had ontheven.Ga naar voetnoot223 Zij was in allerijl naar Indonesië teruggekeerd, maar het was al te laat. Ze kon er niets meer aan veranderen. Ze was naar Europa vertrokken omdat: ‘I felt that I had done my duty by creating Bapak, Nasution and Suharto in a perfect match.’ Toen zij echter eenmaal vertrokken was konden de Subandrio- en pki-left-overs weer vrolijk hun gang gaan en Bung Karno weer naar de andere kant om te turnen. | |
23 juli 1973Ontwaakte om 04.00 uur uit een droom waarin ik met enkele anderen Bapak met man en macht verdedigde. Dronk wat water en lag na te denken over wat Dewi had verteld. De Franse ambassadeur had een zwart koffertje met uiterst belangrijke papieren voor haar mee het land uitgenomen. Ook de Zweedse ambassadeur had niet minder dan negen koffers voor haar mee naar buiten gebracht. Maar zij had hier drie lang op moeten wachten, tot hij permanent uit Indonesië werd overgeplaatst en met zijn hele hebben en houden verhuisde. | |
[pagina 178]
| |
Rolle, VaudBen naar de bank gereden om Zwitserse franken van mijn rekeningetje in Zürich op te nemen. Eigenlijk is vijftig pagina's een ideale lengte voor een boekje, zoals er korte boekjes bestaan over Henry Kissinger, McGeorge Bundy en het kleine handzame boekje van Michael Davie over L.B.J.Ga naar voetnoot224 Een dergelijke uitgave kan een uitstekende spreiding krijgen. Waar zou Peter uithangen in Californië? Om 14.45 uur zijn Dewi en ik inderdaad met het werk begonnen, non-stop tot 16.45 uur, dat is een begin. Wanneer we ons er werkelijk aanzetten zijn we donderdag klaar. ‘I think some Air Force and Navy people will be happy with what I am doing,’ aldus Dewi. Heb reeds een voorwoord van een paar pagina's geschreven dat ik haar te lezen gaf toen ik naar Genève vertrok om even weg te zijn. Ik lunchte vandaag met Francisco alleen, omdat Dewi altijd eindeloos slaapt. Hij staat volledig achter ons project, wat ik hem exact heb uitlegd. Ontmoette intussen Aurelio Peccei. Hij had uit Indonesië een brief ontvangen van Sudjatmoko dat hij niets met mij te maken wilde hebben. Beschouwde dit als een compliment en legde Aurelio uit hoe de vork in de steel zat. Hij vertelde dat het komende Linnemann-rapport van de Club van Rome misschien wel het opzienbarendste tot dusverre zou worden en dat hij mij wilde betrekken bij het schrijven ervan. Ik antwoordde: ‘Like Sudmatjoko, many Dutch people do not want me to be connected with this work, because of my controversial reputation, but if you insist I will do it. However I must warn you about it.’Ga naar voetnoot225 Verder bespraken we de personen die ik voor het tweede deel interviews van Grenzen aan de groei zou benaderen. Na het diner werkte ik opnieuw met Ibu Dewi. Zowel haar emotionaliteit over dit onderwerp als haar duidelijke oprechtheid maakte diepe indruk op mij. Ze herinnert zich sublieme details en het ‘aankleden’ van de brieven van Bung Karno zal weinig problemen opleveren. Zij had ook intensief aan het voorwoord gewerkt.Ga naar voetnoot226 Ik vertelde haar dat Gerard Croiset eens had voorspeld dat ik aan een meer aan een bestseller zou schrijven. Nu zaten we aan een meer te werken, dus wie weet. Dewi zei dat toen ik naar CointrinGa naar voetnoot227 was gegaan om Aurelio te | |
[pagina 179]
| |
ontmoeten ‘My heart beats faster, because I now realize what was happening in 1965. May be after I write this book Guntur Sukarno will understand what has happened to his Father.’ ‘If we produce this book, many Indonesians will cry when they read Bapak's letters to you,’ antwoordde ik. Misschien door het gesprek met Aurelio een paar uur eerder zei ik tegen haar dat ik het boekje samen met haar wilde schrijven maar dat ik mijn naam er verder niet aan wilde verbinden om geen onnodige weerstanden te creëren. Daar haakte ze wondersnel op in. ‘That's right: your name is too coloured.’ ‘Maar,’ zei ze, ‘ik deel eenderde van de inkomsten met je.’ Ik antwoordde dat ze dan eerste de 2.000 dollar van mijn Tokio-ticket voor de reis naar de zieke Bung Karno zou kunnen aftrekken. ‘No,’ antwoordde Dewi, ‘because I invited you to accompany me.’Ga naar voetnoot228 Ik neem alle tapes mee naar Holland en ga ze op Amerbos uitwerken. | |
24 juli 1973Rolle, VaudAf en toe vlucht ik even hier naar toe om in alle rust een kopje koffie te drinken. Op weg hierheen kwam als een wolk - ook een beetje door Mahler op de band - een gevoel van een triestheid over me heen tot aan tranen aan toe. Ik weet dat ook Peter Mahler intens beleeft. Hij lijkt me daar erg eenzaam in Californië onder ‘vreemden’. Dewi vertelde dat toen zij op Istana Merdeka een avondmaaltijd met Bung Karno, Nasution en Suharto had gearrangeerd, generaal Nasution eigenlijk bang was geweest dat hij door een lijfwacht van het Tjakrabirawa-regiment van de president zou worden vermoord. Hij biechtte dit later aan Dewi op. Kartika kwam mijn kamer binnen. ‘Est-ce qu'on peut écrire une lettre à Monsieur Sukarno et le mettre en Indonésie dans son palais?’ kwam ze nota bene vragen. ‘Est-ce qu'il peut voir la lettre du ciel?’ En zij voegde eraan toe: ‘C'est une idée, tu sais.’ Ze zat naast me en vroeg of ik het paleis had gekend. Ik beschreef het Istana Merdeka voor haar en hoe dikwijls ik er haar vader had opgezocht. Zij vroeg of ik haar moeder er ook had ontmoet. Kartika spreekt prachtig Frans. Ze wandelde terug naar Dewi en vroeg haar: ‘Why did Monsieur Oltmans and you see Bapak, and I did not see him?’ Werkte met Dewi smoothly aan het bewerken van Bung Karno's brieven. Ik geloof dat ze mij nu volkomen vertrouwt. | |
[pagina 180]
| |
Streep aan de balk. Mrs Azuma werd erop uitgestuurd om de brieven van Bapak te kopiëren. Ik kan aan de lay-out van ons boekje beginnen. Er waren weer verscheiden egels platgereden op de weg naar Rolle. Dat maakt me altijd misselijk. De tr-6 heeft de eerste 10.000 kilometer gepasseerd. Ga morgen naar huis. Zou er een brief van Peter zijn? Vanmiddag stelden we samen een brief aan premier Chou Enlai op, waarin Dewi vroeg hem te kunnen ontmoeten. We deden er een begeleidend schrijven aan de Chinese ambassadeur in Bern bij met het verzoek haar brief aan Chou te willen doorgeven. Soms word ik ongeduldig, omdat zij werkelijk ieder woord wikt en weegt. Het duurt bij haar langer dan bij wie ook. Heel onverwacht zei ze: ‘I have explosive news about Bernhard, but I want to make sure you will not attack him. I think prinses Beatrix has a half-brother or half-sister. Karina has played with her.’ ‘Is it a girl?’ vroeg ik. ‘I won't tell you until after Queen Juliana and Bernhard die.’ Zij maakte me wel nieuwsgierig. Belde mam dat ik er aankwam. ‘Wat een verrassing,’ riep ze. Vanavond keken we naar Les Misérables van Hugo op televisie. Kartika bleef ook op. Ik vroeg me ongerust af wat voor invloed het zien van al die doden, dat schieten en die ellende op het kleine meisje kon hebben, vooral omdat ze vrijwel meteen erna naar bed werd gebracht. Ik bracht dit naar voren, waarbij ik onmiddellijk werd ondersteund door Francisco. Maar Dewi reageerde identiek als Peter wanneer je hem bekritiseert. Zij werd boos en verhief haar stem. Francisco zei: ‘Why do you do this: are we discussing this or what?’ Maar aan de andere kant waren er deze vier dagen en vijf nachten geen problemen en viel er eigenlijk geen onvertogen woord. Het was in alle opzichten een uitstekend bezoek. Dewi schreef Chou En-lai op papier van Villa Rajada, wat ‘kloof’ betekent, als van een blikseminslag. | |
25 juli 1973Poligny, FrankrijkNaast me in de auto liggen de kopieën van Bapaks brieven aan Dewi. Ik ben dan ook vrijwel steeds in gedachten met hem bezig. Het is alsof ik precies aanvoel wat hij haar schrijft; met eenzelfde soort diepe affectie. Rijd dezelfde route als ik met Peter heb gevolgd toen we van Villa Rajada kwamen. Links in een dal ligt het dorp dat ik hem | |
[pagina 181]
| |
toen aanwees. Ik herbeleef dit absoluut niet om mezelf te pijnigen. Het is er gewoon. Bij de Zwitserse grens stond een douanier in een wijde cape tegen de regen. Hij zag er zalig uit. Hij keek steeds om. Ik aarzelde om terug te rijden. Wat zijn we toch schijtlaarzen. Weer in Bilthoven zag mam er beautiful uit in roze, maar ik zei er niets van. Wat zijn we toch clumsy wanneer het om de eenvoudigste emoties gaat. Ik weet niet waarom ik vrijwel meteen met haar op gespannen voet stond, misschien was het omdat ze vrijwel meteen begon over broer Theo, die nu voor een Amerikaans staalbedrijf in Lugano werkt. Daarna kwam tante Jetty aan de beurt, maar zij repte met geen woord over de trip naar Dewi of over wat mij verder was overkomen. Het irriteerde me, wat het laatste was wat ik wilde dat er gebeurde. Ben naar Amerbos teruggereden. Belde Wim Klinkenberg die direct begreep dat de brieven van Bung Karno sensationele informatie inhielden. Ambassadeur Zairin Zain zei niet te begrijpen dat Bung Karno nog op 3 oktober had kunnen schrijven niet te weten wat er met generaal Yani was gebeurd. Hij wilde de brief zelf lezen. Prima. Belde André Spoor om hem te informeren, want ik heb geen zin weer naar Joop van Tijn te gaan (als in 1970 met de Open Brief aan Suharto), want hij komt niet echt voor me op. André was zeer in de brieven geïnteresseerd. Hij had dr. E. van Raalte op een diner ontmoet die hem had voorgeworpen dat dr. Willem Drees had gezegd dat hij, Spoor, mij in de Nieuw-Guinea- en Luns-affaires steunde. Spoor had dit bevestigd. Denk voortdurend aan mejuffrouw G. Büringh Boekhoudt, ook onderweg in de auto. Ik besef dat ik volledig op haar ben afgeknapt vanwege haar geschokt-zijn dat ik haar in het gesprek met Bibeb na al die jaren voor één keer heb genoemd. Zij schaamde zich om mijn vriendin te zijn, dus is zij dat gewoon ook niet. | |
26 juli 1973Lunchte met mam. Zij verheugt zich er nu al op naar Zürich te vliegen en naar Lugano te gaan. Henk Bruna en Jan Buis schenen belangstelling te hebben voor een boekje over Sukarno's brieven. Sprak later vijftien minuten met Dewi in Gland waar of waarin de brieven het beste zouden kunnen worden gelanceerd. Zij noemde Paris Match. Wat kan het Fransen schelen wat in Jakarta gebeurde? Ik dacht aan de London Times, via Anton en Sue Koenen, Le Monde, via mijn vriend Jean Schwoebel of de nrc. | |
[pagina 182]
| |
27 juli 1973Dewi vertelde dezer dagen dat Bung Karno haar dikwijls had gezegd dat de Siliwangi-divisie loyaal achter hem stond. Maar Suharto had de commandant, generaal Adjie, naar Londen gezonden als ambassadeur. Generaal Hartono was hem opgevolgd die prompt aan de slag was gegaan met het vermoorden van vermeende communisten en Sukarno-aanhangers. Dewi vertelde dat generaal Adjie al in Genève, reeds lang vóór 1965, had gesproken over een mogelijke pki-coup in Indonesië. Hij werd opgevolgd door ambassadeur Ismail Thajeb.Ga naar voetnoot229 Hij had Dewi laten weten haar alleen te willen ontvangen als de ambassadeur in Bern dat ook deed. Dit valt me eigenlijk bitter van hem tegen. | |
28 juli 1973Vreselijke nacht, one protracted nightmare. Het ging allemaal om Peter en mannen die hem wilden hebben. Hij sliep ergens. De mannen die hem wilden omstrengelen werden aangevallen met een kapmes door de jongen bij wie hij was, Richard Hunter? Maar het mes werd weggeslagen. Hij wees aan waar ze Peter konden vinden, die lag te slapen. Ik huilde verschrikkelijk in mijn droom. Je vraagt je af wat nachtmerries eigenlijk in je ziel aanrichten. Eindelijk vond ik hem. Peter zei: ‘Ik geef nu nog wel om jou, maar als het nog één keer gebeurt...’ Een eerste brief van Peter arriveerde uit San Francisco.Ga naar voetnoot230 Schreef één regel terug: ‘I love you very much.’ What else is there to say na zoveel emoties.Ga naar voetnoot231 Bezocht ambassadeur Zain in Den Haag. Eerst wond ik me behoorlijk op toen hij adviseerde de brieven van Bapak ‘niet te vlug’ te publiceren. Ik moest eerst wachten. Ik vond dit klinkklare onzin. Maar hij verduidelijkte dat het ogenblik niet gunstig was nu de wereldmedia alleen maar oren hadden naar de Watergate-affaire en het gedonder rond Nixon. Hij blijft twijfelen aan de mededeling van Bung Karno op 3 oktober 1965 niet te weten waar generaal Yani was. Volgens Zain was al op 1 oktober op Radio Jakarta meegedeeld dat Yani dood was. Ik denk dat dr. Zain abuis is en zijn geheugen hem in de steek laat. Dr. Zain vertelde nog iets belangwekkends. Ten tijde van de Nieuw-Guinea-crisis had hij eens twee uur met professor dr. | |
[pagina 183]
| |
C.P.M. Romme, de leider van de kvp, gesproken. Hij had toen geconcludeerd dat Luns feitelijk niets te vertellen had en een werktuig van de partijpolitiek was. ‘Dat kan zo geweest zijn, maar al naar gelang hij langer op Buitenlandse Zaken zat werd hij een ongecontroleerde solist, zoals Schmelzer hem typeert,’ antwoordde ik. En zo is het natuurlijk ook. Op weg naar Bibeps feest miste ik in een snackbar op de Scheveningse boulevard mijn portefeuille. Omdat er maar twee andere klanten waren, twee Duitse jongens, ben ik ze achterna gelopen om te vragen of ze mijn portemonnee hadden gezien. Ik verdacht ze. Op het moment dat ik vroeg of ze misschien mijn geld hadden gevonden, voelde ik in een binnenzak van het legerjack dat ik droeg mijn beurs zitten. Wandelde terug naar de snackbar en één van de twee jongens ging eveneens mee naar binnen. We zochten opnieuw. Ik plaatste de portemonnee ongezien op een richel en vond hem zo terug. Ik zag geen andere oplossing. Waarom ben ik toch zo achterdochtig en denk meteen dat ik bestolen ben? Dit is me al vaker overkomen. | |
29 juli 1973Ben twee uur op het feestje van Bibeb gebleven. Rinus Ferdinandusse begrijpt dat ik de primeur van Dewi's brieven aan André Spoor geef. Reed met mam naar Middelbeers voor een bezoekje aan jeugdvrienden uit Bosch en Duin, Nettie en Enk Feldhaus van Ham. Herinneringen opgehaald. Het was gezellig. Op de terugweg aten we op station Den Bosch, omdat mam zich plotseling onwel voelde. We stopten op weg naar Bilthoven. Haar maag was van streek. Zij dacht dat het van de sherry was gekomen. We zaten in Brabant onder een boom in de tuin. Ik ben bang dat het te koud is geweest. Mam moest enkele malen terug naar het toilet. Omdat dit nog nooit is gebeurd was ik ontzettend bezorgd. Peter krijgt het soms aan zijn maag als ik onverwachte manoeuvres uithaal op de weg. Ik had expres niet sneller dan 125 kilometer gereden, maar misschien heb ik wel haar maagstoornis veroorzaakt. Later belde ik haar op, maar alles was okay. Willem Drees heeft voor een keer betrekkelijk gewoon geschreven.Ga naar voetnoot232 | |
[pagina 184]
| |
Hiltermann noemde prins Sihanouk van Cambodja op televisie ‘een beetje een gekke vent’. Hij omschreef de problemen in Laos en Cambodja als ‘familiekwesties van landjonkers’. Hilterman is niet goed bij zijn hoofd. Alsof de onuitsprekelijke ellende in die Aziatische vorstendommen hun eigen werk zou zijn. Touwtrekken vanuit Washington, Moskou en Peking ligt ten grondslag aan de moord en doodslag in die regio. Dat is precies wat Bung Karno's bezwaar tegen Maleisië en de oppositie tegen buitenlandse inmenging in Zuidoost-Azie was. | |
1 augustus 1973Ronald Gase is gisteravond bij Henk Hofland geweest. Henk had gezegd: ‘Kom maar meteen, ik ben zeer geïnteresseerd.’ Dat wel. Ze schijnen het uitstekend te kunnen vinden, want Henk heeft Ronald uiteindelijk een stapel documenten meegegeven, zoals brieven van Werner Verrips, Emile van Konijnenburg, Paul Rijkens, Ujeng Suwargana, een rapport van 50-60 pagina's over de coup in Jakarta en ander materiaal.Ga naar voetnoot233 Oud-minister D.U. Stikker heeft nu gezegd dat hij het eens was met Spoor en Oltmans, dat de rol van Luns diende te worden uitgezocht. Stikker had reeds lang voor 1962 aan minister van Buitenlandse Zaken Dean Rusk geschreven over de Amerikaanse hulp op Nieuw-Guinea. Rusk had Stikker geantwoord dat er geen Amerikaanse hulp was toegezegd. Hofland had Gase proberen te overtuigen dat mijn werk in deze zaken ‘kabouterwerk’ was en dat Gase zelf stapelgek was om voor de zaak warm te lopen. Trouwens Hoflands eerste vraag aan Gase was of hij homoseksueel was.Ga naar voetnoot234 Gase voegde me ook nog toe: ‘Op een dag is je dagboek weg, want je zit op een tijdbom.’ Dit maakte me boos want dit is voor mij een uitermate teer punt. Ik vertelde hem dat Peter mij had gezegd dat ik rustig met hem om kon blijven gaan, maar dat mijn instinct me ingaf dit niet te doen. Ik moet Gase langzaam uit mijn omgeving weg masseren. Daar ben ik zeker van. Hij gaat nu het materiaal van Hofland voor hem indexeren. | |
[pagina 185]
| |
Hofland is namelijk van plan om op Den Vaderland Getrouwe met een eigen boek te reageren.Ga naar voetnoot235 Hofland verzekerde Ronald Gase dat hij Luns iedere maand ontmoette en dat hij een alleraardigste man was. Hij adviseerde Gase zelf eens met Luns te gaan spreken. Bovendien zei Hofland dat Luns kotsmisselijk was van mijn aanhoudende aanvallen. | |
2 augustus 1973Na naar Watergate op televisie te hebben gekeken was ik nog tot 03.00 uur in het Vondelpark. Ik werk aan Dewi's tapes en probeer de gesprekken vorm te geven. Lunchte met mam in Lage Vuursche. Dewi belde dat ze de voorkeur gaf aan publicatie van haar brieven in De Telegraaf. Ik adviseerde hier met klem tegen en probeerde haar te overtuigen dat de nrc de meest gezaghebbende krant van Nederland was en daarom ook in Jakarta in hoge mate serieus zou worden genomen. Een redacteur van de Herald Tribune had haar gezegd dat zij ook belangstelling hadden. Ik heb haar niet in de hand. Zij speelt buiten mij om haar eigen spelletjes. We spraken af dat ik op 22 augustus weer naar Gland zou komen. Ik probeerde haar over te halen toestemming te krijgen enkele van Bung Karno's brieven in Den Vaderland Getrouwe te publiceren. ‘But I do not know what is in your book. For instance, I do not know what you write about Hartini.’ Ik dacht wat heeft dat er in hemelsnaam mee te maken? Ik zei: ‘Ik heb Ibu Hartini in mijn hele leven misschien nog geen 24 uur meegemaakt.’ Ook hierom zal de naam Dewi heel wat meer in het boek voorkomen. ‘Maar Hartini is also Bung Karno's widow. Apart from that I liked her very much when I met her; I respect her as his wife, like I do you.’ Maar eigenlijk hoefde het al niet meer van mij. Dan maar geen brieven van Bung Karno erin. Hofland had tegen Gase gezegd dat van Den Vaderland Getrouwe 100.000 exemplaren verkocht zouden worden. Uit vragen van Gase: ‘waarom vind je Spoor eigenlijk moedig’ kon ik opmaken hoe er over Spoor was gesproken tijdens hun ontmoeting. ‘Ik vind Spoor, zeker in verhouding tot Hofland, een moedig man,’ zei ik tegen Ronald. ‘Spoor durft tenminste nog enige mate zijn bek open te doen. Hofland waait al heel lang met alle winden mee en heult met de Haagse wolven in het bos.’ | |
[pagina 186]
| |
3 augustus 1973Denk veel aan Peter en ben bang dat hij daar nieuwe banden aangaat en permanent naar de vs zal vertrekken. Maar dan, anderzijds is hij als ik: hij leeft pas werkelijk bij waarachtig en diep contact met een ander. Vandaag denk ik meer dan anders aan hem. Als hij het maar niet moeilijk met zichzelf heeft in Californië. | |
4 augustus 1973Belde André Spoor op. Hofland had hem verteld dat Gase hem had bezocht die hij ‘een zeer goeie jongen’ had gevonden. Ook had Henk verteld dat hij zijn documentatie had meegegeven. Vond dat Spoor vreemd deed, maar goed, ik kan me vergissen. Hij wil niet opnieuw in een tredmolen van intriges terechtkomen. Dat begrijp ik, maar zou hij begrijpen dat je nek uitsteken in ons vak, de journalistiek, in het Madurodamse vrijwel synoniem is met het in botsing komen met de beroepsverdoezelaars, die noch op stommiteiten, noch op leugens betrapt willen worden. Tijdens het diner met mam en een nichtje Poslavsky dat gescheiden was, kwamen we op het algemene aspect van kinderen, die uit gescheiden huwelijken voortkwamen, zoals mijn beide ouders. Mam zei: ‘Ik heb me nooit het slachtoffer van een echtscheiding gevoeld omdat opa HapGa naar voetnoot236 en AmGa naar voetnoot237 uit elkaar gingen. Ik voelde mij er niet verantwoordelijk voor en dacht: ik kan er niets aan doen, dus maakte ik er geen probleem van.’ Zij vervolgde: ‘Ik hield veel van mijn vader. Hij tekende 's avonds vogels en dieren voor ons. Bij de scheiding waren we vooral boos dat dit nu voorbij was. Hij kon prachtig tekenen. Je grootvader was werkelijk niet de eerste de beste...’ Ik ben altijd door hem gefascineerd geweest, ook al overleed hij aan een hartaanval te Luik, België, in 1924 - een jaar voor ik werd geboren - en vrijwel in de armen van mijn tweede grootvader, ir. Poslavsky, die ik feitelijk van kind af aan altijd aan mijn grootmoeders zijde heb gezien. Wij noemden hem dan ook Grandad. Een andere reden waarom ik me met mijn eigen grootvader verbonden voelde was dat hij op zijn linkerdijbeen een grote moedervlek had. Ik was de enige in de familie die eenzelfde moedervlek bij mijn geboorte meekreeg. Ook mijn vader, mijn oom prof.dr. G. MeijerGa naar voetnoot238 en alle andere mensen, | |
[pagina 187]
| |
met wie ik ooit over hem had gesproken, zoals directieleden van de acf die hem nog hadden gekend, onderstreepten allemaal hoe een bijzondere man hij moet zijn geweest. Eindelijk sprak mam eens zelf over hem. Zij - en tante Jetty - moeten als kinderen echte armoede hebben gekend. Nadat mijn grootmoeder met haar twee dochters Maarssen had verlaten woonde zij eerst in Hotel Bellevue in Esneux, België. Grootmama gaf haar beide dochters, die acht en zes waren, zelf onderwijs. ‘We maakten onze sommen in de vensterbank van de hotelkamer om te kunnen zien wat er op straat gebeurde. Je grootmoeder had erg erg weinig geld.’ ‘Waarom?’Ga naar voetnoot239 ‘Geen goede regeling getroffen. We verhuisden tenslotte naar rue Gosset 10 in Luik, maar gingen in Maastricht naar het gymnasium. We zijn die jaren in Maastricht bij drie families in huis geweest, een Waalse dominee, waar we vrij veel hebben geleerd en twee andere gezinnen. We verlieten Luik maandagochtend met het treintje van 05.30 uur, derde klasse. Je grootmoeder had met een kruier op het station in Maastricht, Piet van Parijs, geregeld dat hij voor 35 cent onze koffertjes naar de Tongersestraat zou brengen, omdat we met zware schooltassen naar de klas moesten. We waren hem eens 1,05 gulden schuldig en zaten in de rikketik hoe we hem moesten betalen, want we hadden het niet. Het betekende bezuinigen op andere kosten, zoals op een reep chocola die toen vijf cent kostte. Wij werkten in's avonds bij petroleumlicht. Tot tweemaal toe vlogen de gordijnen in brand. Soms hadden we echt zo weinig geld dat je grootmoeder mij vroeg het slagersvrouwtje aan het einde van de maand weg te sturen als zij met de rekening kwam. Ik zou haar bleke gezicht nog kunnen uittekenen. Ik vond haar zo zielig. “Maman n'est pas à la maison,” zei ik dan maar. Ik kon liegen of het gedrukt stond. Dat kan ik trouwens nog. Maar je grootmoeder leerde ons eveneens dit alleen te doen, wanneer het werkelijk nodig was. Dit heeft zij ons uitstekend geleerd...’Ga naar voetnoot240 Op de terugweg liet zij zich ontvallen: ‘Ik heb vandaag weer zoveel vlinders gezien, ook dagpauwogen’ En na een stilte: ‘Waar zouden vlinders toch 's nachts blijven?’ Toen ik thuiskwam hing Ronald Gase aan de telefoon. Hij had een boze brief vol dreigementen van professor L.J.M. Beel gekregen. Hij zou alles ontkennen wanneer Gase zou publiceren | |
[pagina 188]
| |
wat hij had gezegd. Ik probeerde hem te kalmeren. Eerst ontvangen de hoge heren in Den Haag een 22-jarige student en vertellen hem enigszins wat er in het verleden is gebeurd - eerlijk de historie opdissen hebben dit soort sujetten in al die jaren al lang verleerd - en dan doen ze terugblikkend in hun broek en komen met alarmbrieven. Walgelijk. Dr. Ruslan Abdulgani schrijft in Honolulu op Hawaï een bezoek te hebben gebracht aan Howard Jones, de voormalig Amerikaanse ambassadeur in Indonesië. | |
5 augustus 1973Bracht mam gisteren mijn tweede exemplaar van de Chopin etudes en van Debussy La fille aux cheveux de lin en Dr. Gradus ad Parnassum. Voor mij vormen muziek, het beleven en genieten ervan en mijn moeder een onsterfelijke band, terwijl de kennismaking met muziek indertijd op De Horst juist met zoveel pijn en verdriet gepaard is gegaan. Er was een stervende olifant met een jong op televisie te zien, wat me dermate aangrijpt dat ik het er warm van krijg. Mam wilde de film niet zien. Wat ze al niet voor geld (sensatie) doen. Lieve brief van Casper van den Wall Bake uit Alicante, Spanje. ‘Hoewel misschien niet met de verlangde frequentie en regelmaat, verlang ik er toch naar bij je te zijn.’ Het is eigenlijk wederzijds. Hij bedankt voor het geld voor de veiligheidsriemen. George en Jeanne de Mohrenschildt zijn door de plotselinge dood van Nadja de MohrenschildtGa naar voetnoot241 weer bij elkaar. Zij hebben zich verzoend en zijn in een groter appartement gaan wonen, 3715 Travis, Suite 201 in Dallas. Zij vragen of ik weer kom logeren. | |
7 augustus 1973Schreef mevrouw Müller ter gelegenheid van de geboortedag van haar overleden man.Ga naar voetnoot242 Ronald Gase heeft Henk Hoflands archief nu geïndexeerd en bracht het mee. Hij mocht alles publiceren behalve de brief van oud-minister D.U. Stikker. We bladerden erin. Het bevat eigenlijk niets van enige importantie, maar dat wist ik allang, want Hofland is te lui en te ongeïnteresseerd om voor wat dan ook werkelijk warm te lopen. Er zaten zelfs brieven van mij in, | |
[pagina 189]
| |
die hij voor publicatie vrijgaf, terwijl hij mij meedeelde dat ik zijn brieven vooral niet mag publiceren. He can fly a kite. Guruh Sukarno's vriendje, Adi Ichsan, kwam langs om de brieven van Bung Karno aan Dewi te lezen. Hij vond ze belangrijk en sensationeel. ‘Zie je hoe hij nooit vergat 1000 kisses te schrijven, desnoods in de kantlijn?’ zei Adi. Hij was geëmotioneerd toen ik vertelde hoe Kartika steeds over haar vader had gesproken en bijzonderheden wilde weten, zoals over het Istana Merdeka. Ik zie nu dat Casper op het tweede vel schreef: ‘I know you are angry with me, please don't.’ Ik ben niet echt boos, niet op Peter, niet op Casper. Het is echter pijnlijk te moeten ervaren hoe diep de kloof is in affectie en overgave, wanneer het voor mij de heerlijkste momenten zijn om bij hen te zijn, en je altijd weer ziet dat hun heerlijkste momenten bij anderen liggen. Ronald Gase deed een briefje bij me in de busGa naar voetnoot243 uit angst dat ik details van een brief van professor De Quay alsnog in Den Vaderland Getrouwe zou opnemen. Ook Beels dreigbrief aan hem werkte blijkbaar in 1986 nog door toen Gase zijn tweede boek, Beel in Batavia, liet uitkomen bij Anthos in Baarn. Het is een uitermate gedegen studie en een uitstekend naslagwerk voor de toekomst wat betreft het dekolonisatieproces in Indië. In zijn eerste publicatie Misleiding of Zelfbedrog, Het Nederlandse beleid ten aanzien van Nieuw-Guinea, eveneens bij Anthos, Baarn (1984) verschenen, voegt hij de gesprekken die hij tien jaar eerder voerde bij, maar wel in de door de Haagse heren geëiste en gekuiste vorm. Laat ik het aldus stellen: mijn notities over sommige van die gesprekken gaan verder en komen niet overeen met de teksten zoals Gase die heeft gepubliceerd. Het zijn dikwijls slechts kleine, maar toch niet onbelangrijke verschillen. Wanneer Beel over Sukarno redekavelt, geeft hij zelf toe Bung Karno nooit te hebben ontmoet. Hetzelfde gold voor Gase. Voor mij zijn het dan twee Hollandse meneren die over Sukarno in de ruimte zwammen. Gase kan Beel op het punt van Sukarno geen weerwoord geven, noch ter zake doende tegenwerpingen maken. Hetzelfde geldt ten aanzien van de groepRijkens, die als een stel naïevelingen wordt afgedaan, wat natuurlijk klinkklare nonsens is. Hofland doet ze ook op die manier af, samen met De Telegraaf en andere vanuit Den Haag gedirigeerde belangengroepen. Ik wil hiermee zeggen dat Gase meer in portefeuille had en heeft dan hij naar buiten heeft gebracht. Ook wil ik benadrukken - zonder mezelf op de borst te slaan - dat ik ernaar | |
[pagina 190]
| |
streef deze Memoires in maximale vrijheid naar waarheid te doen uitgaan, omdat geen enkele andere methode van herinneringen presenteren - en geschiedenis reconstrueren - waarde heeft. | |
8 augustus 1973Ik wacht op Schiphol op Loet Kilian. Mijn gedachten zijn bij mejuffrouw Büringh Boekhoudt die Beatrix duizendmaal belangrijker vindt dan mij, wat natuurlijk onzin is. Voor haar mag niets de band met de kroonprinses in de weg staan. Is dit om haar of omdat zij lid van het Huis van Oranje is en eens koningin zal zijn? In ieder geval is er opnieuw een correctie op de werkelijkheid gepleegd; haar portret is definitief naar de slaapkamer verhuisd. Prins Bernhard gaat in zijn hoedanigheid van voorzitter van het Wereld Natuur Fonds naar de smeerlap Mobutu in Zaïre. De olifanten daar kunnen er natuurlijk weinig aan doen dat ze nu onder de vlag van een cia-verrader en marionet - in de klasse Suharto - door de oerwouden sjokken, maar het is onbegrijpelijk dat ze pb op die man loslaten. Ambassadeur C.G. Verdonck Huffnagel prepareert al een receptie voor hem in Kinsjasa. Dat dit allemaal maar zo kan. Loet was onveranderd en lief. Voorzichtig probeerde ik erachter te komen hoe het met zijn vliegbrevet stond. Hij heeft dit plan opgegeven omdat het te duur is de vlieguren vol te maken. Bij klm Catering heeft hij zijn top bereikt. Hij wil graag veranderen, maar wat dan? Hij is verantwoordelijk voor een vrouw en drie kinderen. ‘Ik wil nu alleen nog zoveel mogelijk verdienen,’ zei hij. Ik dacht: hoe kan ik hem helpen, omdat hij ook reeds dit punt van no-return bereikte. Gaf hem drie delen van Harlekijntje van Josephine Siebe, bestemd voor zijn zoontje; de boeken waar wij als kinderen van smulden, Ik herinner me de tekeningen uit die boeken als de dag van gisteren, terwijl we ze misschien 40 jaar geleden voor het eerst onder ogen kregen. Die boeken waren een vorm van pijnlijk afscheid, maar ik zal nooit kinderen krijgen, zodat ze bij Loet op de juiste plaats zijn. Woonde het ‘feestje’ van Jaap Jansen bij, wat wel aardig was. Rob van Gennep herinnerde zich dat ik de eerste was die hem | |
[pagina 191]
| |
jaren geleden had opgebeld dat hij Eldridge Cleaver moest uitgeven. En blijkbaar mede om dat advies noemde hij mij ‘een autoriteitengek...’ Ik keek hem aan en dacht: man, je bent niet wijs, je weet helemaal niets van me af. Hij vroeg me wat het me deed, wanneer ik door mensen niet au sérieux werd genomen. ‘Ik luister ook niet naar de cellist in de Kalverstraat op het trottoir, maar naar Mstislav Rostropovich. En wanneer Aurelio Peccei op een persconferentie in Den Haag zegt dat ik een uitstekend boek heb gemaakt zegt me dat meer, dan wanneer jullie het afkraken. Ik denk dat “autoriteiten” voor jou een ernstiger probleem vormen dan voor mij.’ Intussen zoende Rob van Genneps vrouw een juffrouw van Het Parool op de mond, zoals Jaap Jansen met Joop Scheltens deed. To each his own. Er werden volop ‘stickies’ gerookt, waar ik ook niet aan mee deed. | |
10 augustus 1973Ronald kwam weer langs. Hij had opnieuw een brief van drie kantjes van Willem Drees. Hij wilde niet op Den Vaderland Getrouwe reageren maar wel op het boek van Anak Agung Gde Agung. Hij refereerde aan ‘de jacht’ op Luns. Hij is gek. Er is geen sprake van een jacht. Paul van 't Veer had eveneens aan Gase bevestigd, nu definitief in de kwade trouw van Luns te geloven, maar natuurlijk zwaar off the record. En die man noemt zich journalist. Bezocht voor het eerst Gases studentenkamer. Mevrouw generaal Sabur, dus Hetty Maria, heeft geschreven dat het beter is wanneer ik rechtstreeks van Muljadi Sabur het geheime rapport over 30 september 1965 probeer los te krijgen en hem zelf in Bandung schrijf. Ik heb dit gedaan. In een tweede brief doet zij een dringend beroep op mij om te helpen dat de oudste zoon van generaal Sabur en haar, Iskandar Lalanadjaja, en de tweede zoon, Taruna, in Nederland zouden kunnen afstuderen. Hoe doe ik dat? Ik zal dit zonder Emile van Konijnenburg niet meer klaarspelen. B.W. Biesheuvel, de oud-premier, is benoemd tot adviserend lid van de Raad van Bestuur van Unilever. Zo gaat dat bij de onderonsjes in Den Haag: de schoorstenen blijven altijd roken. Tijdens mijn afwezigheid heeft professor Duynstee in De Tele- | |
[pagina 192]
| |
graaf de memoires van Schmelzer gekarakteriseerd als een geval van ‘zelfoverschatting’.Ga naar voetnoot246 J.L. Heldring deed in de nrc ongeveer hetzelfde. Hij herinnerde aan Hoflands Tegels lichten en gaf toe dat de journalist ‘enkele tegels’ had gelicht. ‘Hij deed daarmee nuttig werk, maar geen uitzonderlijk werk.’ Schmelzer was een van de gladde beestjes onder de tegels. Die man heeft nog niet de helft gezegd van wat hij weet. ‘De waarheid maar niet de hele waarheid,’ aldus Heldring.Ga naar voetnoot247 J.G. Heitink heeft weer een opmerkelijk stuk in De Telegraaf geproduceerd: de navo zou een onzekere toekomst wachten. Er zou gerede vrees bestaan voor een verwijdering tussen Europa en Amerika. Het lijkt wel - en maakt op mij die indruk - of het artikel op het navo-hoofdkwartier in Brussel is geschreven. Ik vertrouw die man absoluut niet. | |
11 augustus 1973Een levensgrote briefkaart van Peter en Richard Hunter uit Los Angeles. Henk van der Meijden, out of all people, kreeg van de rvd en het Oranje Huis een primeur aangeboden voor zijn pagina door samen met fotograaf Nico Koster en Beatrix door de Jordaan te kunnen flaneren. Zij deed dit in haar hoedanigheid van bestuurslid van het Nationaal Jeugdfonds. Ze was in café Kalkhoven en café Rooie Nelis met eigenares Blonde Sien. Zij zou zich ‘persoonlijk verdiepen in het leefbaar maken van deze buurten,’ aldus de ochtendkrant van gisteren. De vraag die me bezighoudt is waarom uitgerekend De Telegraaf? | |
12 augustus 1973De Noorse premier heeft het waanzinnige gebombardeer van Nixon in Cambodja scherp veroordeeld. Nixon denkt dat dit afleidt van Watergate. Waar blijft de lul Den Uyl? Gerard Croiset belde. ‘Ik woon nu samen met een dame.’Ga naar voetnoot248 ‘Anders zou u gek zijn geworden.’ ‘Precies,’ zei hij. | |
[pagina 193]
| |
butu de prins ter verwelkoming een gigantische muts van luipaardhuid. Er klopt helemaal niets van. Bovendien maakt het me razend dat hij dit soort tripjes op eigen houtje schijnt te maken in een regeringsvliegtuig. Wie controleert die man? Waar het op neerkomt is dat hij zijn gouden arkjes gaat ronddelen van belastingcenten. Ik belde Wim Klinkenberg om te vragen wat hij ervan vond. Vervolgens telefoneerde ik Fred van der Spek van de psp. Hij vond het een kwestie om te onderzoeken. James Reston schrijft terecht in de New York Times dat Nixon jonge mensen die het verdomden om voor een onwettige oorlog naar Vietnam te worden gezonden, nooit hun protest kon vergeven. Hij heeft hen in alle hoeken en gaten van het land in rechte laten vervolgen en in gevangenissen opsluiten. Nu verwacht Nixon dat het Amerikaanse volk hem zijn zonden in Watergate wel zal vergeven. | |
14 augustus 1973De nrc meldde dat Amerikaans en Britse topfunctionarissen ernstig overwegen met behulp van parachutisten in te grijpen als Arabische landen als represaille tegen Israël de oliekraan zouden dichtdraaien. Men wil Moskou hiervan tijdig op de hoogte stellen via de hotline tussen het Kremlin en het Witte Huis. In Houston, Texas is een 35-jarige homoseksueel gearresteerd die tientallen jonge jongens bij seksorgieën heeft vermoord. Wat kan er in die man zijn gevaren? Bovendien worden in Houston en omgeving jaarlijks vijfduizend teenager-boys als vermist opgegeven. Hoe kan zoiets? Waar blijven ze? | |
15 augustus 1973Ontmoette André Spoor voor een gesprek over de brieven van Sukarno aan Dewi. (Julian Spoor is niet ter sprake gekomen.) ‘In die kwestie met Luns en Nieuw-Guinea sta ik achter je,’ herhaalde hij opnieuw. ‘Willem Drees had tegen dr. J.H. van Roijen gezegd dat ik in die zaak een lijn met jou trok en je weet dat doe ik ook.’ ‘Begrijpen ze ook dat je erachter staat, omdat het waar is wat ik naar buiten probeer te krijgen? En waarom hoor ik dit van jou en waar blijft Hofland met zijn Tegels lichten?’ Spoor probeerde een loyale collega van Hofland te zijn. Hij antwoordde: ‘Henk vraagt al steeds naar de drukproeven van Den Vaderland Getrouwe, of ik die gezien heb.’ ‘Vind je het niet vreemd dat hij me hier niet zelf om vraagt? Ik ken die man 25 jaar?’ ‘Toch heeft Henk ook al gezegd: “we moeten natuurlijk over | |
[pagina 194]
| |
Wims boek schrijven”! Omdat je een dagboek hebt bijgehouden sla je natuurlijk verder iedereen dood.’Ga naar voetnoot249 Ik vertelde dat toen Ronald Gase terugkwam van zijn eerste avondje bij Henk Hofland, hij zich liet ontvallen: ‘Je zit op een tijdbom: Op een dag doen ze iets aan je dagboek.’ André Spoor zei verder absoluut zeker te weten dat Joop den Uyl wist dat Luns loog. Hij had de zaak met Den Uyl besproken. ‘Jouw boek wordt een reuze rel.’ Hij waarschuwde me echter dat professor Jan de Quay feitelijk het copyright van de vertrouwelijke brief die hij aan Ronald Gase had geschreven bezat en drong erop aan voorzichtig te zijn. Wat de brieven van Sukarno betrof leek 1 oktober een geschikte datum om ze te publiceren. Ik zei dat ik er 1.250 gulden voor wilde hebben: de kosten van mijn twee autoritten naar Gland, Zwitserland, geen cent meer, plus de vermelding dat de informatie via mij in het bezit van de nrc was gekomen.Ga naar voetnoot250 We spraken af dat André Spoor op 24 augustus naar Genève zou vliegen, waar ik hem zou afhalen en naar Villa Rajada brengen voor een lunch met Dewi. Hij benadrukte dat hij er nog steeds niet in was geslaagd een krant te maken zoals hij dit eigenlijk zou willen ‘en aardige dingen te doen.’ Tijdens de lunch in Lage Vuursche beklaagde ik me er tegenover mam over dat, terwijl Beatrix en Claus me links laten liggen, Jan, Piet of Klaas tegenwoordig naar Drakensteijn worden uitgenodigd en dat het me toch wel was opgevallen dat ze na toezending van mijn boek Grenzen aan de groei niet eens een bedankje hadden gestuurd. Mam reageerde: ‘Ik zou mij er niets van aantrekken of ik door ze bedankt werd of niet...’ Ik dacht: eigenlijk heeft zij gelijk. Prompt lag er toen ik thuiskwam op Amerbos een bedankbrief van de heer J.T. Warmenhoven.Ga naar voetnoot251 Belde mam en zei dat het schaamrood me op de kaken stond. Ronald en Liesbeth Gase zitten met vakantie in Schoorl en zouden willen dat ik langskwam. Hij schreef: ‘Ik vind het erg jammer dat ik je niet zie momenteel, want dat dagelijkse geestelijke opkikkertje kan ik altijd wel gebruiken. Nooit heb ik er spijt van gehad dat ik je toen heb opgebeld voor die lezing, want dat heeft geleid tot een zo goede verhouding als ik in mijn leven nog nooit heb gehad.’ |
|