Memoires 1972-1973
(2004)–Willem Oltmans– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 168]
| |
New York4 oktober 1972Air France via Houston naar Mexico CityAfscheid nemen van Peter brengt dezelfde chemische reacties in mijn body te weeg als afscheid nemen van mam. We omhelsden elkaar en zoenden elkaar. Hij hield me vast. Ik blijf in zijn character and judgement geloven. Telefoneerde mam vanaf Orly. Dat monterde haar op. Deponeerde bij Tcheremouchkine van de sovjetambassade de uitnodiging van daf aan dr. Jermen Gvishiani naar Eindhoven te komen. De portier van de ambassade zat achter een batterij televisiecamera's. Hij kon zelfs het trottoir naar beide zijden overzien. De us Senate heeft andermaal 76 miljard voor de oorlog gevoteerd. Ze zitten daar in een trechter die steeds verder naar beneden spiraalt. De vs hebben voor de tweede maal in de geschiedenis van de vn hun veto gebruikt. Het was de Amerikaan George Bush die een resolutie torpedeerde, gesteund door Engeland, Frankrijk, België en Italië, omdat er niet in werd vermeld dat terroristen in München elf Israëli's hadden vermoord. Onmiddellijk na het bloedbad in Duitsland hadden Israëlische toestellen drie plaatsen in Libanon en zeven plaatsen in Syrië gebombardeerd. In Libanon kwamen drieëntwintig mensen om het leven, inbegrepen kinderen. De slachtoffers in Syrië zijn niet bekendgemaakt.Ga naar voetnoot230 Eigenlijk moet ik de Economist niet meer aanschaffen: te conservatief, te veel nonsens. Een paar weken geleden deed Peter mijn tweede gouden halsketting om. Nu draagt hij deze. ‘Je zit nu aan me vast,’ zei ik. Hij heeft een pot Noorse algen voor me gekocht en die moet ik dagelijks van hem innemen. Bij een vliegreis reist je hele bibliotheek van affecties en emoties mee door de ruimte en het verandert allemaal niets. Intussen waaien dagboekbladen vol. Race door Celebration of Awareness van Ivan Illich.Ga naar voetnoot231 Erich | |
[pagina 169]
| |
Fromm wijst in een voorwoord op Illichs stelling, overgenomen van Marx, dat tijdens een proces van ‘Widening awareness (...) the root is man.’ Dit in de betekenis dat man zelf een proces vertegenwoordigt ‘in developing his powers, greater intensity of being greater harmony, greater love, greater awareness.’ Dit aspect, I am not sure, wordt onvoldoende door de Club van Rome belicht. Het moderne concept van progress betekent feitelijk meer, meer, meer van alles. Meer rijkdom, meer bezit, meer geld op de bank, meer auto's, maximale winst en hier dan uitvolgend: maximaal geluk en zaligheid. Help het je geloven. Illich noemt ons allemaal emotionele en mentale kreupelen. ‘We have embodied our world view into our institutions and are now their prisoners (...). The majority of men have less food now than in 1945 (...). Underdevelopment is rampant, including underdevelopment as a state of mind (...). In Vietnam a people on bicycles and armed with sharpened bamboo sticks have brought to a standstill the most advanced machinery for research and production ever devised (...). Underdevelopment is the result of a state of mind common to both socialist and capitalist countries (...). During the decade now beginning we must learn a new language, a language that speaks not of development and under-development but of true and false ideas about man, his needs and his potential.’ Ik zie ernaar uit die man, Ivan Illich, eens een priester, die alle banden met de kerk liet varen om in Mexico een onorthodox Centro Intercultural de Documentation te Cuernavaca op te zetten, te ontmoeten. Na tien uur vliegen staat in Houston, Texas de zon nog steeds hoog aan de hemel, met schaapjeswolken. Vader is dikwijls in mijn gedachten. Werkt dit bij anderen net zo? Peter zei dat hij soms de kamer op en neer kon lopen zoals zijn vader dit vroeger deed. Hij denkt dat zijn meeste zussen ‘hun man over zich heen laten gaan omdat dit zo hoort.’ Hij zei zich weinig voorstelling te kunnen maken van wat zijn moeder werkelijk dacht of beroerde. Hij is net als ik. Als hij met haar samen is probeert hij het eruit te krijgen. Hij overweegt haar eens open en bloot te vragen hoe zij tegenover zijn jongensvriendschappen staat. Dat stadium heb ik met mam reeds gepasseerd. Lees een verschrikkelijk verhaal van Aubrey Menen, The Rapes of Bangla Desh. En niet alleen vrouwen worden door soldiers aangerand. ‘The soldiers took away the brightest boy in the village, a 15-year-old, who was going to college. They said, they would bring him back in the evening. He did not come back. He never came back.’Ga naar voetnoot232 | |
[pagina 170]
| |
5 oktober 1972Hotel Los Canarios, Cuernavaca, MexicoStink weg uit bed van de benzinegassen van trucks en verkeer in deze hoofdstraat. Mijn lichaam wijst het vergif af. De plaats is omgeven door prachtige bergen. De sterren verdwijnen geleidelijk uit het zicht bij de dageraad. Her Majesty the Sun makes her entrance and will give us some warmth, I hope. De kleuren aan de horizon zijn schitterend. Duizenden vogels zingen het uit in de bomen op het plein. Twee dames waren voor een etalage met doodskisten in een diep gesprek gewikkeld bij mijn vroege ochtendwandeling. Een slager opende om 06.00 uur. Overal Bank of America Cards achter de ramen. De Amerikaanse epidemie verspreidt zich geleidelijk over de ganse wereld. Twee jongetjes in schooluniformen op weg naar les? Het Palacio de Cortes wordt gerestaureerd. Ze werken al vroeg, als het nog koeltjes is. Heb trek in koffie. Na veertien uur vliegen was ik als eerste in Mexico City bij de douane en voor de gezelligheid werd mijn paspoort ingenomen. Ik moest wachten. Een meisje van Air France typte een formulier uit dat tienmaal moest worden gestempeld en in negenvoud ingediend. Dat was een carnet-de-passage op zijn Mexicaans. Probeerde meteen naar Cuernavaca te bellen, maar daar hoef je in Mexico niet om te komen. Huurde een auto, een Valiant, waar ik niet mee uit de voeten kon; uiteindelijk werd het een Pereferico. Liep al meteen een bon op bij een rood licht, betaalde de cop 5 peso. Eindelijk vond ik een kilometerpaal: Cuernavaca 95 kilometer. Bij een toll-gate liften de studenten. Ik zocht er een uit met lang zwart haar, een nichterige zonnebril en in een artsenjas gekleed. Hij wilde plastic surgeon worden, want in die branche was meer te verdienen. cidoc is een complex gebouwtjes dat op een heuvel ligt. Palmbomen, bloemen overal, charming plek. Ik was weer eens de weg kwijt, toen ik een auto tegenkwam met twee Yanks, die er ook naartoe moesten. Het mooiste weer van de wereld. Ik belde Claire Bonebakker vanmorgen die zei maar één paying guest voor de lunch te hebben, de ambassadeur in Wenen, baron Van Boetzelaar, en ‘if I please would join them’. ‘Wat fijn je stem te horen,’ zei lieve Claire.Ga naar voetnoot233 Ivan Illich was in India, terwijl hij mij had geschreven in Cuernavaca te zullen zijn deze dagen. Ik vertrok vrij spoedig naar Taxco en de villa van Claire bo- | |
[pagina 171]
| |
venop een heuvel. De rit was van een onvergetelijke schoonheid. Ik miste Peter. Eens zal ik hem hier moeten brengen. Alles was even mooi: de voortdurend wisselende panorama's van bergen, pijnbomene, bloemen, dieren en de vriendelijkheid van de mensen, die naar je wuiven. Maar wanneer je een zware truck passeert kan je de ramen beter sluiten van de penetrante benzinestank. Hitler mag dan voor een gasoorlog plannen hebben gemaakt, wij weten er ook prima weg mee. Niemand doet er iets aan. Had weinig moeite de berg van Claire terug te vinden en reed recht op haar villa af. Ze was hartelijk en lief als altijd. Zij leek me wel veel ouder geworden. Zij had haar hoofd een paar maanden geleden gestoten en had problemen met haar nek. Ook ontmoette ik de heer Van Boetzelaer die uit het zwembad kwam, eerst tijdens de lunch en later zaten we alleen op het terras een uurtje te praten. Hij vertelde dat tijdens het regime van Luns als minister van Buitenlandse Zaken een aantal ambassadeurs ‘verscheiden malen bijeen waren geweest om na te gaan of wij ons nog langer bij diens beleidslijnen zouden kunnen neerleggen.’ Hij vertelde, toen ik over de heer J.H. van Roijen begon, dat ook Van Roijen een keer het punt bereikte that he put his foot down. Je vraagt je af hoe het mogelijk is dat dergelijke zaken zo lang in Den Haag geheim kunnen blijven. Ik gaf mijn cadens over mijn persoonlijke ervaringen met Van RoijenGa naar voetnoot234 waarop Van Boetzelaer enigszins schaapachtig antwoordde: ‘Wat kan ik nu zeggen? Hij is achttien jaar mijn chef geweest.’ Ik zei dat ik dit zogenaamde fatsoensbegrip nauwelijks deelde. ‘Overheidspersoneel, inbegrepen ambassadeurs, behoren solidair te zijn met het land, met de mensen die zij dienen en die voor hun diensten belasting betalen. En niet, zoals nu schijnt te gebeuren, dat de loyaliteit van de dienaren van Buitenlandse Zaken misplaatst is bij de superieuren en de schuinsmarcheerders, oftewel de boys of the band in streepjesbroeken en pandjesjassen.’ Van Boetzelaer had op zichzelf beschouwd eigenlijk weinig positieve woorden over voor het Nederlandse volk. Hij vond de presentatie in het buitenland langzamerhand deplorabel en niet meer werkelijk representatief. Hij had de deelnemers van een socialistische congres in Wenen op de ambassade ontvangen: ‘En om u de waarheid te zeggen leek mevrouw Den Uyl me nog gevaarlijker dan haar man, met zijn onbetrouwbare gezicht en slierten van breedsprakig partijjargon. Van der Louw | |
[pagina 172]
| |
daarentegen had een gepaste afstand bewaard en had behoorlijk bedankt voor de lunch die ik hen aanbood.’ De familie Van Boetzelaer had de ambassade in Wenen overgenomen van de Van Houtens.Ga naar voetnoot235 ‘Luns was zeer aan die man verknocht,’ zei ambassadeur Van Boetzelaer. Ik zei ook wel te begrijpen waarom. ‘Toen Luns een keer bij de Van Houtens in Wenen had gelogeerd heeft hij gezegd het gevoel te hebben gehad bij rijke zigeuners op bezoek te zijn geweest. Het huis was dan ook een bende toen ik het van hen overnam en moest het eerst laten restaureren.’ Ik zei het uitstekend te kennen en er zelf in de vijftiger jaren gelogeerd te hebben als gast van ambassadeur en mevrouw Star Busmann.Ga naar voetnoot236 Ondanks alles mocht ik de man graag.Ga naar voetnoot237 Reed in twee uur terug van Taxco naar de luchthaven van Mexico City. Nam een panam-toestel naar Houston en arriveerde daar om 02.30 uur en stapte over, op weg naar Los Angeles. In alle vroegte ontmoette ik hier een jonge acteur, Thomas William Brown, die een rol speelt in Norman is that you? Hij noemde zich nu Tidal Wave Brown en zei mijn dagboek pakkend: ‘I like you.’ We raakten aan de praat en hij vroeg of hij me mocht tekenen. Intussen kletste hij honderduit. Hij was blond, | |
[pagina 173]
| |
een beetje swishy, had grijze ogen en op een of andere manier mocht ik hem. Hij wist over alles wat te zeggen. ‘Margaret Mead picks fights. She obviously doesn't do it for money, and she does as she likes and pleases and is actually totally disinterested. She seems to aim at the public good...’Ga naar voetnoot238 Marjorie Kellogg had met Carl C. Rogers geregeld dat ik hem vanmorgen zou ontmoeten. | |
6 oktober 1972Vloog naar San Diego en nam een taxi naar La Jolla. Heb Aurelio Peccei in het Beverly Berkshire Hotel weten te bereiken. Hij was in de douche maar leek verrast mijn stem te horen.Ga naar voetnoot239 Hij zou Elisabeth Mann-Borghese waarschuwen dat ik haar vandaag nog niet kon ontmoeten. Carl Rogers, van wie Lex Poslavsky mij al jaren geleden had geadviseerd Client Centered Therapy te lezen, waarna ik ook zijn tweede klassieker On Becoming a Person (in 1967), had gelezen bleek een beetje de man te zijn, zoals ik me hem had voorgesteld. Ik was onmiddellijk ‘thuis’. Mevrouw Rogers leek zoveel ouder dat ik een moment dacht: is het zijn moeder? Zij schilderde kennelijk. Ik zag oude schots en scheve huizen in San Francisco hangen. Ze was druk in de weer het ontbijt gereed te maken. We raakten vrijwel meteen in gesprek. Schreef: ‘We almost immediately jumped into a marvellous conversation and communication.’ Hij liet me zijn nieuwe boek On Marriage as a Partnership zien. Ik zette hem uiteen waarom dat onderwerp me niet interesseerde en intussen wandelden we naar het binnenhof van zijn bungalow waar hij me een aantal cactussen liet zien. Hij verzorgde de tuin zelf. Ik vond het interieur van het huis afstotend. Zijn studeerkamer was uiterst eenvoudig en summier, niet te veel boeken en enkele foto's van een blond meisje dat zijn kleindochter bleek te zijn. Zijn zoon stond aan het hoofd van de Johnson & Johnson Foundation (farmaceutische middelen) in Princeton, New Jersey, die over een miljard dollar beschikte. Er lagen kopieën van Psychology Today. We waren het eens dat het blad achteruit holde. Hij zei dat ze te veel mensen van Time hadden overgenomen die de zaak nu verder verknoeiden. Ik zei te aarzelen om Herman Kahn in de serie op te nemen vanwege diens rauwe uitspraken. Hij was er ook tegen. Hij dacht | |
[pagina 174]
| |
dat de wereld mogelijk inderdaad toedreef naar een soort Skinneriaans concept van een samenleving. Hij wilde echter een open confrontatie met B.F. Skinner vermijden. Hij bewonderde Robert McNamara en vond Richard Nixon natuurlijk ‘terrible’. Ik vertelde hem van mijn eigen ontmoeting in 1968 met Nixon in New Hampshire. Vertelde ook over Bung Karno, wie en hoe hij was geweest en hoe hij tot het organiseren van de Conferentie van Bandung was gekomen. ‘Wat we eigenlijk zouden moeten organiseren is een nieuwe Conferentie van Bandung, maar dan van de minds of the world,’ zei ik. Hij gaf me enkele van zijn laatste teksten over verscheidene onderwerpen. Hij had nog onlangs in Honolulu een rede gehouden over de noodzaak paranormale begaafdheid en esp nader te onderzoeken. Dat bracht ons op Gerard Croiset. Ik kreeg sterk de indruk dat hij met veel verdriet gadesloeg wat er om hem heen in Amerika gaande was. Hij leek me heel wat pessimistischer over de toekomst dan in zijn schrifturen tot uitdrukking kwam. Daarna namen we het interview voor het boek op, waarvoor ik een aantal vragen, als gebruikelijk, had voorbereid.Ga naar voetnoot240 Feitelijk heb ik vele uren bij Rogers doorgebracht. Pas tegen 15.00 uur reed hij me naar San Diego Airport. Ik stapte uit. Hij zei bij wijze van afscheid door het open portierraam: ‘I have grown suspicious of foreign interviewers, but I like you...’ Ik was blij met deze uitspraak omdat hij van hem kwam. Vloog terug naar Los Angeles. Er hangt smog, een oranjekleurige gifwolk boven de stad. De Los Angeles Examiner plaatste een foto van Aurelio Peccei die samen met de Britse minister voor Milieu, Peter Walker, een conferentie op de University of California heeft toegesproken. Is er iemand die harder knokt voor zijn zaak dan Aurelio? Vloog door naar San Francisco en ging meteen naar de Turk Street-sauna. Viel in mijn kamer in slaap tot 22.00 uur. Na een ontmoeting met een paar jongens en een blow-job sliep ik in een ruk door tot 06.00 uur. Ik liet de deur van mijn kamer weer open en al gauw kwam er weer een jongen binnen en een tweede nummer volgde. | |
[pagina 175]
| |
‘Waarom, Claire heeft het negatief?’ antwoordde ik. Ik vroeg me af wat compromitterender was: met mij te worden gefotografeerd of je mond houden als ambassadeur over de smerige streken van een superieur omdat je achttien jaar onder hem hebt gewerkt. Bill Kellogg haalde me af. We reden eerst naar zijn bureau van Director of Science bij de Lockheed- fabrieken. Aurelio logeerde inmiddels bij zijn zoon in Stanford. We reden naar hem toe en zaten anderhalf uur in de tuin. Hij wilde absoluut Saburo Okita, die de Club van Rome in Japan leidt, in het boek hebben. Mijn gedachten gaan uit naar twee delen. Het eerste deel: de westerse opinies over Limits to Growth, gevolgd door een tweede deel met reacties uit de derde wereld en de socialistische landen. We gingen opnieuw mogelijke kandidaten na. Het was als altijd een uitstekende en warme ontmoeting. Ik suggereerde Aurelio een bezoek te brengen aan W. Colston Leigh, mijn voormalige lezingenmanager in New York. | |
Los Angeles-Albuquerque, New Mexico, TWALees The Hidden Dimension van Margaret Meads vriend, de antropoloog Edward T. Hall.Ga naar voetnoot241 Een ander boek van hem The Silent Language, met een voorwoord van Margaret Mead,Ga naar voetnoot242 heb ik vorige maand gelezen. Ze kennen elkaar allemaal, want Hall spreekt in The Hidden Dimension uitgebreid over Edmund Carpenters werk met Eskimo's. Marshall McLuhan, Carpenter en hij zelf deden onderzoek naar ‘art for what it can tell us about how artists use their senses and how they communicate their perceptions to the viewer.’ (p. 79 en 80) Margaret Mead - de Palo Alto Times noemt haar ‘one of the most important women of our time’ - schrijft haar memoires.Ga naar voetnoot243 Redbook magazine heeft in september een voorpublicatie gehad. Baseert zij haar herinneringen op haar geheugen of op een dagboek? | |
9 oktober 1972Santa Fé, New-Mexico, Adobe MotelHuurde een auto. Bij de weg naar Santa Fé stond een jongen te liften. Luis, 22, een ruig lijkende Mexicaan, filosofiestudent in Denver, op weg naar zijn college. Ik aarzelde toch een beetje. Had hij een mes? Hij had lang haar en een baardje en hij droeg kale jeans en boots. We stopten voor een sandwich en pas toen | |
[pagina 176]
| |
zag ik goed zijn mond met prachtige tanden. Hij praatte steeds maar over screwing girls. Toen ik tegen hem zei dat ik zijn laarzen en riem mooi vond, antwoordde hij zonder blikken of blozen: ‘Gestolen. Steel jij nooit? Ik steel ook veel boeken.’ Sliep als een blok. De televisie kondigde meer bommen op Vietnam aan. De Today Show kwam met een achterlijke discussie met een priester die had gemediteerd. Hij had God als een persoon gezien: ‘But greater as words could express.’ Help het je geloven. Kaarten naar mam en Peter. Edward Hall (58) haalde me vroeg af in een Mercedes 280 die werd bestuurd door een aangenomen zoon van een jaar of 18, 19 met lang haar. We reden vervolgens in mijn huurauto door Santa Fé en professor Hall gaf een volledige rondrit langs de bezienswaardigheden. Gedeeltelijk interessant. Hij was een outdoor type, zonnebril en gebruind. Hij jogde iedere ochtend drie mijl. Zijn vrouw zwemt. Omdat het kouder wordt hadden ze juist deze week een plastic bubble-top over de verwarmde pool geplaatst. Hij maakte ook veel voettochten in de bergen. In het seizoen wordt er volop geskied. Hij serveerde thuis koffie met cake. Een zwarte dienstbode nam de honneurs waar. Er waren twee niet al te vriendelijke honden. We gingen naar zijn werkkamer. We begonnen aan het interview. Het was geen vlot lopend ‘fluitje van een cent’. Het ging allemaal moeizaam. Ik denk dat hij weinig interviews geeft. Hij raakte spoedig de draad kwijt, dwaalde dan af, realiseerde zich de ontsporing en gaf mij dan in wanhoop de microfoon maar terug. Maar al met al werd het een prima gesprek. Na afloop stelde hij voor me nog iets van zijn geliefde bergen met de auto te laten zien. Hij gaf toe ‘verslaafd’ te zijn aan dit gebied. Ze waren inderdaad van een onvoorstelbare schoonheid. De eerste herfstkleuren deden zich gelden. Hij ergerde zich aan weggesmeten Coca Colablikjes. ‘I crush them when I can, so they can't be seen anymore,’ en rijdt ze met de autobanden plat. Hij is van mening dat de stad Santa Fé door architecten zal worden verpest met de door hen geplande wolkenkrabbers. Op dit ogenblik staan ze er nog niet. De plaats doet enigermate aan Marokko denken. Ben blij dat we die rit samen maakten. Hij bracht me voor de lunch naar The Compound, een locale hide-out voor de chique. Wat aten we eigenlijk? Kirsh Lorrain? Wat eten betreft blijf ik - in tegenstelling tot Peter - een analfabeet. Aardige man, Edward Hall. Warren Phillips heeft voor de Wall Street Journal eindelijk een | |
[pagina 177]
| |
gesprek met Chou En-lai gehad, waarvoor ik tien jaar geleden naar Peking wilde in schriftelijke opdracht voor Playboy in Chicago. Chou is nu 74 en Mao 78. Hij voorziet dat bij het heengaan van Mao Tse-tung het leiderschap in collectieve handen zal overgaan. Dit was het probleem van maarschalk Lin Piao geweest die een leider wenste. Chou sprak drie uur en 40 minuten met een delegatie van tweeëntwintig man van de American Society of Newspaper editors.Ga naar voetnoot244 Chou was tegen de uitwisseling van pingpong matches geweest die tot het bezoek van Nixon hadden geleid. Mao had hem over-ruled. China wenst geen zogenaamde industriële joint-ventures met westerse of Amerikaanse ondernemingen, zoals sommige overeenkomsten door Oost-Europese landen in het Westen zijn aangegaan. Chou was er tegen om de 1,7 miljoen fietsen in Peking door auto's te vervangen, want dan zou de Chinese hoofdstad een aftreksel van New York worden met luchtvervuiling en verkeersopstoppingen. Hij zei ook dat Japan en de vs beter waren geïnformeerd over het Chinese leiderschap dan de Sovjet-Unie. Chou vertelde in 1965 tegen premier Aleksei Kosygin te hebben gezegd: ‘Now that you don't want Nikita Khrushchev anymore, suppose we invite him to lecture at Peking University about how he developed this creative Marxism, that Mr. Kosygin had credited him with on an earlier occasion? The Soviet premier would not agree to let him come,’ aldus Chou. Ook de jfk- moord kwam ter sprake. Chou: ‘It could not be that the principal culprit, the man who planned the assassination, is Lee Harvey Oswald. It is not possible that he is the man who really killed jfk.’ In geen enkel land ter wereld zou je een paar honderd miljoen mensen het verhaal van Oswald op de mouw hebben kunnen spelden, behalve in Amerika. Het blijft een beangstigend verschijnsel. Wanneer ik deze voorpagina uit The Wall Street Journal twintig jaar later in Johannesburg teruglees vind ik het nodig de verhouding China-Indonesië in historisch perspectief te plaatsen. Emile van Konijnenburg wees me er altijd op dat Sukarno als leider van een major power in Azië niet om China en Mao heen kon, net zo min als Washington, Londen en Parijs om Khrushchev of Brezhnev heen konden. In de vijftiger en zestiger jaren, toen Amerika niets wilde weten van Mao en China, werden Sukarno's hartelijke be- | |
[pagina 178]
| |
trekkingen, vooral met Chou - met wie Bung Karno even uitstekend kon discussiëren als later met Henry Kissinger en Richard Nixon - in Washington gezien als ‘verraad’ aan de democratie. Het werd voorgesteld alsof Bung Karno bezig zou zijn geweest met de uitlevering van Indonesië aan het Chinese communisme. Al sedert de regering-Eisenhower werd, vanwege deze vermoedens, door de cia tegen Sukarno geconspireerd met als gevolg dat men in Washington langzamerhand in zijn eigen kletspraatjes geloofde. Uiteindelijk zou de cia er in slagen met behulp van schietgrage, politiek ongeïnformeerde heethoofden onder de militairen, als Suharto, Sarwo Edhie en anderen, Bung Karno te verraden en de macht in handen te krijgen. Altijd weer is het doel van het imperealisme een complete uitverkoop aan de vs, Japan en andere op gigantische winsten beluste kapers te bewerkstelligen. In wereldvisie liep Washington een kwart eeuw achter op Bung Karno, zo eenvoudig was het. | |
10 oktober 1972St. Louis, Missouri, Cheshire Inn & LodgeArriveerde hier gisteravond. In de Filippijnen is een stam ontdekt, waarvan men het bestaan niet wist en die volkomen gaaf lijkt te zijn in vergelijking met onze ‘beschaving’. Een filmer van nbc die hen schijnt te hebben gevonden vertelde het volgende op de televisie: ‘They don't punish their children; they don't spank them; they sort of wave them away from things they don't want them to do, and they talk softly to them.’ B.F. Skinner zal dit prachtig vinden. Maar dat zo'n filmer werkelijk denkt dat hij weet hoe de vork in de steel zit! Mijn droomrepertoire was weer compleet. Peter was er. Richard zag ik met zijn liefste gezicht voor me. Ik droomde van Bung Karno en zijn kinderen passeerden de revue: eentje was de hoer op. Ibu Hartini beklaagde zich hierover tegenover mij. Ik wandelde arm in arm met haar. Toen ik tegen ambassadeur Van Boetzelaer in Taxco zei dat Joseph Luns bij de navo een gevaar was met zijn gelieg en bedrieg, antwoordde hij: ‘Nee, hij kan zich daar geen bokkensprongen permitteren als in Den Haag. Er wordt over zijn schouder meegekeken...’ Barry Commoner turned out to be fantastic. Ik kende zijn cride-coeur in de Herald Tribune.Ga naar voetnoot245 Hij schreef onder meer: ‘Every day we (Americans) are a smaller minority. We are increasing at | |
[pagina 179]
| |
only 1 percent a year: the rest of the world increases twice as fast. By the year 2.000 one person in 24 will be an American: in 100 years only one out of 46 will be. Those who breed faster will replace the rest.’ Hij vervolgde: ‘As we learn more about the intricate connections between the environment and the economic system, it becomes increasingly evident that environment improvement is a zero-zum game: if the environment wins, someone loses.’ Hij geeft dan het prachtige voorbeeld van de rubberboom. ‘The rubber-tree can florish as part of a natural ecological system in the tropics. Its leaves absorb energy from the sun, which is then transferred, in an intricate series of biochemical steps, to a complex molecule in the tree sap that, upon being tapped, yields latex and, eventually, the rubber of commerce.’ Hij benadrukte dat deze natuurlijke cyclus van groei ecologisch gezien de enige juiste methode van rubber produceren was. ‘Synthetic rubber is made from petroleum or natural gas by a series of elaborate chemical reaction involving temperatures ranging up to 1.000 Fahrenheit. Ecologically this is a very costly process: it consumes a non renewable source, and the heat needed to achieve the high process temperatures pollutes the environment with wast-combustion products.’ Waarom alle heisa, als de zon iedere dag voor noppes opgaat en hetzelfde resultaat kan bereiken? Vertel dat maar eens aan de rubberfabrikanten. Ik vond Commoner helemaal geen ‘mean person’ zoals Aurelio had gezegd. He was utterly down-to-earth, and, perhaps typically Jewish. His faith lays with the people, not with Peccei's Prime Ministers. Zij hebben geen van beiden helemaal gelijk. Misschien besteedt Peccei te weinig aandacht aan de massa, terwijl Commoner naar het andere uiterste doorslaat en zich laatdunkend over politici en industriëlen uitlaat. Hij vertelde in Engeland een botsing met Aurelio Peccei te hebben gehad: ‘And Peccei lost!’ zei hij met genoegen. ‘Peccei publicly acknowledged that the Dennis Meadows Report was wrong. No wonder, he will never invite me to the Club of Rome.’ Ik gaf hem daarop een klein redevoerinkje over wie Aurelio was en maakte duidelijk dat hij het bij het verkeerde eind had ten aanzien van diens persoonlijkheid. Maar ik mocht Barry Commoner in zijn totaliteit. Hij was vooral precies en exact in zijn uitlatingen. Wachtend op het vliegtuig naar Washington dc las ik een verslag van een panel in juli op Lancaster University in Engeland, waar zowel Aurelio als Barry Commoner aan deelnamen.Ga naar voetnoot246 | |
[pagina 180]
| |
Onder voorzitterschap van Graham Ashworth, directeur van de Civic Trust for the North West ontstond inderdaad een frontale botsing tussen de inzichten van Peccei en Commoner. Het was een erg zwakke verdediging van Aurelio om na kritiek te antwoorden: ‘I am not Dennis Meadows in disguise. I am not M.I.. I did not write the report.’ Waarom viel Commoner Meadows in absentia aan? En wanneer er fouten in het Rapport van de Club van Rome zaten was dit aan wetenschappers zelf te danken die de afgelopen vijftien jaar geen poot hadden uitgestoken om deze dringende zaken te onderzoeken. Dat was koren op de molen van Commoner die zich al jaren met deze onderwerpen bezighield. Barry benadrukte dat de vele problemen in Peccei's Italië slechts konden worden gewijzigd ‘by social engineering to put basic morality right’. Wat me overigens evenzeer wishful thinking leek. Ik begrijp nu toch wel waarom Aurelio hem als ‘mean’ bestempelde. Commoner hamerde tijdens dit panel voortdurend op ‘the people’. Wat is dit voor een notion? Bedoelt hij er the masses mee die een Warren- rapport over de moord op jfk voor zoete koek slikken? ‘Intellectuals,’ aldus Commoner, ‘had a duty to turn over to the people the facts they needed to make decisions.’ Wat? De massa die besluiten neemt? Waar is Barry de laatste tijd geweest? Misschien hangt hij teveel rond in zijn Center for the Biology of Natural Systems aan de Washington University in St. Louis, waar hij directeur van is. Commoner: ‘There is no scientific way to decide whether the song of a robin is better than the shade of a tree. Having the knowledge, scientists must not get close to the rulers and whisper in their ears.’ Aurelio pareerde dit onzinargument met er op te wijzen dat het Rapport van de Club van Rome wereldwijd in miljoenen exemplaren juist onder het belangstellende publiek was gedistribueerd en ook nog voor een spotprijsje. Eigenlijk vind ik helemaal niet dat Commoner gewonnen heeft. Kan me precies voorstellen hoe het is gegaan. Aurelio, in de grond van de zaak een mijnheer, en Commoner helaas een minder geciviliseerde Amerikaanse roughrider. Ik vroeg om het contacttelefoonnummer van een andere man die ik graag zou opnemen, Norman Borlaug, die zich met man en macht schijnt te verzetten tegen wat hij noemt ‘the current vicious, hysterical propaganda campaign against the use of agricultural chemicals being promoted by fear-provoking, irresponsible environmentalists’Ga naar voetnoot247 Daar zou ik in mijn serie als tegenwicht meer over willen horen. | |
[pagina 181]
| |
Een redacteur van de Harvard University Crimson, David Landau, heeft een boek over Henry Kissinger en The Uses of Power geschreven. Dat interesseert me. Christopher Lehmann-Haupt van de Times heeft het gelezen en vindt het ‘a depressing experience indeed’. De criticus somt op: ‘What emerges is the picture of a Jewish refugee from Nazi-Germany. As an astute student of international relations at Harvard, he was bound not to develop into a conventional Cold War Warrior of the Truman Doctrine or New Frontier stripe.’ Ik vraag me af of Kissingers reactie op Harvard hem niet tot een koude-oorlogskruisvaarder heeft gemaakt. Is hij dit eigenlijk niet? Ik kwam zelf na de Duitse bezetting in 1948 naar Amerika en volgde op Yale University van 1948 tot 1950 colleges in internationale betrekkingen. Ik keerde in 1950 naar Nederland terug er heilig van overtuigd dat Chiang Kai-shek gered diende te worden en dat de oorlog in Korea een rechtvaardige strijd was. Ik gaf me op als vrijwilliger voor de Mariniers in 1945 om Nederlands-Indië te helpen bevrijden. En in 1953 gaf ik mij nog eens op als vrijwilliger voor Korea. Pas na de ontmoeting met Sukarno in 1956 in Rome en de daaropvolgende reis naar Indonesië schoof ik in mijn politieke opvattingen en overtuiging definitief van rechts naar het midden en vatte ik sympathie op voor het politieke standpunt van de groep van niet-gebonden landen met Sukarno, Nehru, Nasser, Nkrumah, Tito en later ook Fidel Castro aan de leiding. Ik las het artikel over Kissinger en betwijfelde of Henry werkelijk ‘the rational balancing of interests of the super powers’ nastreefde, zoals hij deed voorkomen. | |
11 oktober 1972Washington D.C., Statler HiltonLiep tegen Henk Asser aan, de echtgenoot van mijn vriendin Lydia van Reede op het Baarns Lyceum. Het was een klassiek bla-, bla-, blagesprek. Vertelde met welke boek ik bezig was, waarop hij zei: ‘Jij gelooft in je hart ook niet in de milieuvraagstukken, aan de orde gesteld door Club van Rome.’ Waarom zegt zo'n man zoiets, op grond van wat? Hij is met computers bezig tegenwoordig. ‘Wat Jay Forrester heeft gedaan is tien jaar geleden al gedaan, toen is er een model van India en Iran gemaakt.’ ‘Dat kan best,’ zei ik, ‘maar Forrester heeft een wereldmodel gemaakt.’ Minister Andrei Gromyko van de Sovjet-Unie is te gast geweest bij Richard Nixon op het presidentiële buitenverblijf Camp David. Newsweek vond het nodig dit bericht te verpak- | |
[pagina 182]
| |
ken in de kop dick nixon's soviet friendship society.Ga naar voetnoot248 Sloeg nergens op. Schreef Elliot Osborn, Editor, dat dit het laatste nummer van Newsweek was dat ik had gekocht. Ik sloot ook een brief aan Stewart Alsop in, die in hetzelfde nummer klinkklare onzin debiteerde. In een wekelijkse beschouwing kreeg hij het voor elkaar te schrijven: ‘Is Nguyen Van ThieuGa naar voetnoot249 not quite right when he says that the South Vietnamese Government is the sole body that has a right to solve the war?’ Hij vervolgde zelfs met: ‘Are we Americans not making the same mistake we have made in Vietnam from the very beginning - taking it upon ourselves to do what the Vietnamese ought to be doing?’ Een journalist die deze onzin na meer dan tien jaar oorlog in Vietnam op papier zet, lijdt aan een advanced case of senility. Merkwaardig dat Newsweek in precies één zin melding maakt van de thans officiële oprichting en bekrachtiging van de Oost-West think tank tussen de us en ussr en tien andere landen, waaronder Nederland.Ga naar voetnoot250 Dit opzienbarende gebeuren in samenwerking had meer aandacht mogen krijgen, zeker in vergelijking tot één pagina onzin van meneer Stewart Alsop. In San Francisco zag ik om 08.00 uur 's morgens een meisje met achter op haar auto de sticker: Lick Dick. Heb haar met de mededeling gecomplimenteerd. Telefoneerde met Aurelio en vertelde dat ik zijn ‘vriend’ Barry Commoner had gesproken. Hij lachte. Ontmoette vandaag eerst dr. Philip Handler, president van the National Academy of Sciences. We zaten samen op stoelen die voor zijn bureau stonden. Aurelio zei nu van hem: ‘He is too much a yesterday-man for the establishment.’ Ik vraag me af wat hij bedoelde. Ik toonde hem mijn lijst van geinterviewde persoonlijkheden. ‘Is this a book about Limits to Growth,’ reageerde hij onmiddellijk. ‘Half of these people are not competent to speak about it...’ Hij vond Erving Goffman al helemaal ongeschikt om aan de serie deel te nemen. Ook vond hij dat zowel Barry Commoner als Albert Szent-Gyorgyi niet de reputatie verdiende die zij genoten. Vooral Barry Commoner had absoluut geen wetenschappelijk werk op zijn naam staan. Hij was eerder een slimme schrijver en journalist dan een wetenschapper. Szent-Gyorgyi had drie belangrijke ontdekkingen in zijn leven gedaan: ‘All three actually done by others.’ Met |
|