Memoires 1971-1972
(2003)–Willem Oltmans– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 289]
| |
Amsterdam7 maart 1972Belde mam eerst. Zij had voor een azalea gezorgd, als welkomsgroet voor mejuffrouw Büringh Boekhoudt vanwege haar verhuizing van haar villa naar een flat. AuntyGa naar voetnoot367 schreef: ‘Ik had nauwelijks een voet over de drempel of je welkomstgroet arriveerde...’ Er lag ook een kaart van Peter uit Grenoble. Justitie zegt dat het dossier van mijn klacht tegen De Telegraaf is: az - R/13/00/72/123. Men wachtte op mijn terugkeer. Ir. W. Stam heeft in zijn kolom in De Telegraaf zich honend uitgelaten over de benoeming van dr. ir. De Zeeuw als partijvoorzitter van de kvp. Stam ziet hem als ‘een op het verkeerde pad geraakte meubelmaker...’ Hij wil zijn figuurzaag graag op het kvp-meubel beproeven. ‘Jammer dat Schmelzer onlangs met een hagelpatroon er nog een aantal gaatjes bij schoot.’ En dan ziet de ingenieur-commentator kans mij in zijn stuk te flansen. ‘Het was echter een oude ambtspantalon, die de verstrooide navo-secretaris in zijn voormalige Haagse verblijf had laten hangen en die door de verkleedmaniak Willem Oltmans wederrechtelijk was aangetrokken, zodat die momenteel ook niet meer weet hoe hij met goed fatsoen moet gaan zitten...’Ga naar voetnoot368 Propria Cures heeft zich niet onbetuigd gelaten. Op 29 januari 1972 protesteerde de redactie dat hun adres aan de Kamer in een besloten vergadering zou worden besproken. pc deed dit in een hoofdartikel op de voorpagina: vrijmoedig commentaar. Ids Haagma en Peter Hagtingius geven onder de titel tegels lichtenGa naar voetnoot369 een overzicht over wat er in mijn huis gebeurde. Zij schrijven Hofland feitelijk de grond in. Nog een andere pagina don't ask me werd gevuld met een reportage over mijn Haagse persconferentie. Op 12 februari volgde meer dan een halve pagina verdediging van Hofland door Rogier Proper. Hij herhaalde Hoflands lezing dat de ontmoeting in het Hilton met Peter Zonneveld toevallig was en dus ook de komst van Hof- | |
[pagina 290]
| |
land, Zonneveld en Marianne naar mijn huis toevallig was. Dat ik werd opgebeld of hij ‘een lifter’ mocht meebrengen, waarna een tweede telefoon van Hofland volgde dat het geen lifter was, maar een aardige blonde jongen en vriend. Dit laatste liet Proper wijselijk weg. Hij schreef alleen dat Hofland ‘natuurlijk’ Zonneveld niet als Telegraaf-fotograaf voorstelde, want dan was hij door mij niet binnengelaten. Maar waarom moest Zonneveld zo nodig mee? Hofland wist uitstekend dat fotografen van De Telegraaf afgericht zijn om zonder toestemming geheime opnamen te maken onder vrijwel alle omstandigheden. Waarom beschermde mijn ‘vriend’ Hofland me niet tegen Telegraaf-methoden? Op 15 februari 1972 heeft de nrc de heer Luns in een hoofdartikelGa naar voetnoot370 weer eens in het zonnetje gezet. ‘Het is de grote verdienste van minister Luns geweest - een verdienste die (dat mag wel eens gezegd worden) veel groter en blijvender is dan de schade die hij met zijn Nieuw-Guinea-politiek heeft berokkend - dat hij hardnekkig heeft vastgehouden aan het Engelse prealabel en daarmee bijna in zijn eentje Europa van een noodlottige koers heeft afgehouden.’ Met andere woorden: de Britse toelating tot Europa is voor een belangrijk deel door minister Luns bevorderd en verhaast. Okay. Laat dit waar zijn. Dit neemt niet weg dat wanneer de persoon Luns wel degelijk een politiek voert op onwerkelijke grondslagen, zoals ten aanzien van Indonesië en Nieuw-Guinea, hij over lijken gaat om zijn straatje schoon te vegen. Bovendien is het maar zeer de vraag of de schade die hij aan de Nederlands-Indonesische betrekkingen blijvend berokkende, zoveel geringer is dan de nrc het nu doet voorkomen. Verder blijkt mijn oude Nijenrode-kameraad Ben Brinkel, alias Michiel van der Plas, nogmaals Luns te hulp te zijn gekomen door middel van een interview van vier pagina's in Elsevier. ‘Met name de zaak-Oltmans heb ik als volstrekt onbelangrijk ervaren,’ aldus Luns tegen de trouwe opschrijver van al diens ‘memoires.’Ga naar voetnoot371 Opnieuw glibbert de oud-minister door de zogenaamde Amerikaanse toezeggingen inzake Nieuw-Guinea heen. Nu onderstreept hij dat hij nooit heeft gezegd dat deze in de vorm van een verdrag bestonden. Daarna vertelt hij, tien jaar later aan Van der Plas: ‘Maar toen de Nederlandse regering en ik in de eerste plaats merkten dat om welke reden ook Amerika ons niet zou steunen, is daar onmiddellijk de consequentie uit- | |
[pagina 291]
| |
getrokken en heeft Nederland een akkoord aanvaard. Luns liegt andermaal, maar weet Michiel van der Plas veel. Luns zou het wel uit zijn hoofd laten mij een interview te geven. Daar zoekt hij zijn onwetende paladijnen voor uit. Want op 16 april 1961 werd minister Luns door president Kennedy onomwonden op het Witte Huis te verstaan gegeven dat Nederland uit Nieuw-Guinea diende op te lazeren en dat Washington geen zin had in een nieuw militair conflict - naast de oorlog in Vietnam - in Zuidoost-Azië. Waar het nu juist om ging was dat, terwijl Luns deksels goed begreep dat zijn Nieuw-Guinea-zaak was verloren, hij tegenover de regering in Den Haag en het parlement deed of zijn neus bloedde en er niets aan de hand was. Hij bedonderde iedereen, behalve mensen als dr. J.H. van Roijen, die deze situatie aan hm de Koningin ging uiteenzetten en misschien enkele andere hoge functionarissen, die allemaal stijf hun bek zouden houden. Michiel van der Plas wist echt van toeten noch blazen, dus zat Luns weer op rozen. Maar al gaat de leugen nog zo snel, eens achterhaalt de waarheid hem wel. Als Van der Plas een kiene vraag stelt over welke documenten over de affaire-Nieuw-Guinea voorhanden zijn, opdat een wetenschappelijk onderzoek ingesteld zal kunnen worden, antwoordt Luns: ‘De Rijksarchieven! Daarin bevinden zich alle ter zake doende telegrammen, de verslagen van de delegaties, de geheime dienstberichten, waarvan ik natuurlijk niet weet in hoeverre daarin nu reeds inzage kan worden verleend: ook de militaire evaluaties en de verslagen van al dan niet geformaliseerde besprekingen, plus de verslagen van persoonlijke gesprekken.’ Luns verzekert Elsevier dat alles ligt opgeslagen ‘ook gesprekken onder vier ogen, waarvan ik een verslag heb gegeven. Dat ligt allemaal in de Rijksdossiers.’ We zullen zien. Mijn oude vriend, het Kamerlid J.H. Scheps, pvda, komt eveneens Luns te hulp, uiteraard in Accent.Ga naar voetnoot372 Hij stelde terecht vast dat de groep-Rijkens (maar in dit geval was ik het op eigen houtje) John Kennedy sterk had beïnvloed de Amerikaanse regeringspolitiek ten aanzien van Nieuw-Guinea te keren en Den Haag vriendelijk maar dringend te adviseren op Biak de plaat te poetsen. Bepaalde Nederlanders bevuilen graag hun eigen nest en komen daarna vrij gemakkelijk tot het zingen van lofliederen op de andere groep. Om niet te zeggen tegenstander. ‘Wat hebben Nederlanders niet achter Sukarno aangelopen (...),’ aldus Scheps, die mij ‘de eer’ niet wilde aandoen mij te noemen. Er is dus nog van alles te doen geweest over Luns tijdens mijn Amerikaanse reis. | |
[pagina 292]
| |
8 maart 1972De zon is al warm. Casper kwam gisteravond ‘ter verwelkoming,’ zei hij. We aten in de Carré-kelder en spraken tot in de nacht en raakten ook in bed niet uitgepraat. We hebben nooit seks, maar zijn close en intiem. Ik bracht hem naar Arnhem waar een brief van Pauline uit Engeland op hem wachtte. We hadden het erg fijn samen. Harry Hagedorn schijnt in Moskou te zijn om een film te maken over het sovjet-Marsprogramma met Novosti. Dat was mij toegezegd. Mam benadrukte verscheidene malen dat zij mijn afwezigheid van vier weken zeer had gemerkt en dat het lang had geduurd voor zij me terugzag. Zij had alle kranten voor me bewaard. Heerlijk om bij haar terug te zijn. Gerard Croiset adviseerde me om met de nos openlijk te gaan spreken over het achter mijn rug om naar Moskou gaan en naar mijn contacten daar. ‘Bedenk maar dat diezelfde mensen Carel Enkelaar ook proberen pootje te lichten,’ zei Gerard.Ga naar voetnoot373 Casper belde. Hij wilde opnieuw naar Amerbos komen. Kreeg het gevoel dat hij het nodig had. Dat is een jongen die ik altijd in mijn armen zal sluiten. Daarna belde hij opnieuw: ‘Ik ben door de emotie in de trein naar Nijmegen gestapt.’ Martin Mooy schreef in de nrc een vijfkolomsartikel over Jef Last: leven van engagement en van liefde voor de medemensen. Het stuk maakt me blij. Jef verdiende het geëerd te worden. Ik wist niet dat hij twintig romans had geschreven. Zijn werk stond in zijn kamer van het Rosa Spier Huis. Hij moet toch wel erg links zijn geweest. Gide is van doorslaggevende betekenis voor zijn leven geweest. Dat wist ik wel, maar Mooy belichtte dit nog eens. De gedachte aan Jef zal me altijd met een zekere weemoed vervullen omdat zijn laatste jaren in het geïsoleerde Laren zo triest voor hem waren. | |
9 maart 1972Ben eerst naar mijn vaders graf gegaan en bracht mam daarna narcissen. We dineerden in Lage Vuursche, waar zij weer erg van genoot. Broer Hendrik had vanuit Kaapstad geschreven dat zij spoedig van hem zal horen en dat dit een bericht zal zijn dat haar prettig in de oren zal klinken. Werd op het politiebureau door inspecteur K. Sietsma bijna twee uur verhoord over De Telegraaf- affaire. Hoogst irritant, | |
[pagina 293]
| |
want ieder woord moet gewikt en gewogen worden en uitgetypt. Om die reden alleen zou je er haast niet aan beginnen. Belde Joop van Tijn om vooral ook het Nieuw-Guinea-onderzoek vanavond in Ter Visie met Joop den Uyl ter sprake te brengen. Hij sprak wel over de Club van Rome maar voldeed natuurlijk niet aan mijn verzoek. Ontmoette in Den Haag Emile van Konijnenburg en later Frits van Eeden, die smoorverliefd is op die man in Londen. Frits was aanhalig, wat poezerig. We zoenden elkaar. Zoef is een adorable dog. Ik vond een van zijn schilderijen weer prachtig. Bénédiction de dieu dans la solitude van Liszt. Toen Peter belde (eindelijk) beschreef ik hem deze pianomuziek. ‘Zou ik het mooi vinden?’ vroeg hij. Hij vertelde al twee weken lang tijdens het trimmen in het bos bij Oostelbeers een duif te hebben gezien, die steeds op een bepaalde plaats in het water kijkt. Wanneer hij dichter bij kwam, vloog het dier weg om daarna precies op dezelfde plaats terug te keren en zijn in het water staren te vervolgen. | |
10 maart 1972Droomde van mijn vader, die in de sneeuw wandelde met twee Afghanen en de heuvel van De Horst opkwam. Ik moest onze twee kleine Malthezers, Keke en Koko, voor de grote dieren verbergen. Ik herinner me dat de balkondeuren bevroren waren en niet behoorlijk meer sloten. Ik droomde eveneens dat Peter weer was verdwenen met een andere jongen. Ik hield me groot en wat ik me ervan herinner is de onrust die dit veroorzaakte. Die nieuwe vriend ging naar Afrika en ik vroeg hem zijn adres. Ontmoette Friso Endt. ‘Ik denk niet dat Goeman Borgesius je klacht erg vindt.’ Endt heeft negenenhalf uur tape met Joseph Luns opgenomen. Hij werd bij Elsevier weggezonden omdat zijn serie over Luns conflicteerde met die van Luns' kameraad Michiel van der Plas. Haal je de duvel. Endt bevestigde dat Henk Hofland contacten onderhield met de onderwereld. Wat is dat nu weer? Hofland zou de koffer in zijn gedoken met Endts tweede vrouw. Endts' autobanden werden doorgesneden. Hij kreeg in die dagen dreigtelefoons, waaronder een onaangenaam telefoontje van Henk Hofland zelf. Ik moet er niet aan denken dat hier de oorsprong van de aan mij gerichte dreigtelefoons zou kunnen liggen. Sprak met Carel Enkelaar. Ik vertelde hem dat Croiset me had aangeraden ‘open’ met hem te spreken. Over zijn eigen moeilijkheden zei hij: ‘Ik heb eindeloos geduld, maar als het nodig | |
[pagina 294]
| |
is neem ik maatregelen.’ In ieder geval kwamen we overeen dat ik door zou gaan (voor de nos) met de jfk- affaire. Waar het mij natuurlijk om ging was mijn werk in de ussr voor de nos te kunnen voortzetten, maar daar deed hij geen toezegging over. Ontmoette Herman van den Akker in Nieuwspoort. Hij vertelde een zeer redelijk hoofdartikel voor het Algemeen Dagblad over de Luns-affaire te hebben geschreven, maar de heer Appel had opdracht gegeven: ‘Verander het; je moet aan Oltmans trekken (...).’ Er zijn journalisten die zoiets dan doen.Ga naar voetnoot374 Mam was in de wolken. Broer Hendrik zou eindelijk - voor het eerst sinds hij in 1948 naar Zuid-Afrika was vertrokken - naar Holland komen, en wel op 28 mei. Twee zalige jongens, Bolland en Bolland, zingen in de Willem Duys show Summer of 1971. Heerlijk de kinderen van nu. Ze zijn 15 en 16, donker en blond. Lieder ohne Wörte door Walter Gieseking. | |
11 maart 1972Frits Böttcher: ‘Willem, begrijp nou dat het establishment meteen een ring om zo'n man (Luns) trekt. Laat hem in zijn Brusselse lof gaar koken. Ga liever positieve dingen doen.’ A) Ik behoor niet tot het Haagse establishment. B) Ik ben journalist. C) Luns heeft zolang gelogen en bedrogen over de mensen, waar er velen me dierbaar van waren dat ik me verplicht voel zijn smerige geschiedvervalsing recht proberen te trekken. D) Ik vind dat een zeer positieve activiteit. E) Böttcher, die zelf tot dat walgelijke kliekgedoe in Den Haag behoort, kiest de gemakkelijkste en oneervolle uitweg. F) No, thank you professor Böttcher. Never. Droomde dat ik een strijkkwartet met de familie had georganiseerd ‘omdat we elkaar anders alleen nog op begrafenissen zien.’ Mam had zoveel cellisten uitgenodigd dat ik niet mee kon doen. Ik werd zo boos op tante Jetty dat ik een schaal pakte om die aan diggelen te slaan. | |
[pagina 295]
| |
Was met mam bij Poslavsky. Lex vond het boek van psychiater Jan Foudraine Wie is van hout? een soort Jan Cremer-verhaal. Ik had het laatst in een winkel in mijn hand en een innerlijke stem zei: nee. Hij was benieuwd naar Goffmans Relations in public. Hij heeft ook belangstelling voor Thomas Szasz. Lunchte met mam in Het Zwaantje in Soesterberg. Daar geniet zij intens van. Ik vroeg haar waarom zij altijd dezelfde ringen droeg. ‘Mijn andere juwelen passen niet meer en je vader zei altijd dat het tjilaka was ze te laten verwijden.’Ga naar voetnoot375 Beleef het heel intens wanneer zij over vroeger praat. Een lifter, Ton Postema, een geschiedenisstudent uit Baarn, vertelde dat hij Ferry Hoogendijk vanmiddag op de radio had horen verkondigen dat de heren van de Club van Rome ‘een stel overjarige revolutionairen waren, die theorieën verkondigden die reeds lang waren achterhaald.’ Hij weet niet waarover hij praat. | |
13 maart 1972De lobbyist Martojo belt me vanuit Den Haag om met te complimenteren: ‘U bent er met uw actie in geslaagd Bung Karno's naam te zuiveren.’ ‘Verklaar u nader?’ ‘Uw actie is daarom geslaagd, omdat Luns voor de reis van de koningin naar Indonesië de lucht wilde zuiveren door Sukarno de schuld van alle ellende te geven, inbegrepen het mislukken van Genève. Daar is Anak Agung Gde Agung feitelijk ingetrapt. Hij ontkende dat Sukarno Genève had doen mislukken. Er was echter wel een telegram in Genève, niet van Sukarno maar van premier Burnhanuddin Harahap. Dat telegram is opzettelijk naar Luns uitgelekt. Luns speelde daarop een spelletje terug. Hij gooit ook nooit meer de schuld op Sukarno, dat hoor je Luns niet meer zeggen. Dus, u bent erin geslaagd Bapaks naam te zuiveren.’ Het leek me een ingewikkeld verhaal. Of je de zaak uit de lengte of de breedte beschouwde, vaststond dat Luns voortdurend loog of het gedrukt stond, of hij spelletjes speelde en zijn geklets bijstelde of niet. Ik belde André Spoor. Ik wil contact leggen tussen hem en Martojo. Vaststaat dat voor mij Bung Karno duizendmaal belangrijker is dan Luns, en het gaat me voornamelijk en inderdaad om het rechtzetten van wie hij was. Brief van Olga Chechotkina van Pravda.Ga naar voetnoot376 | |
[pagina 296]
| |
14 maart 1972Peter arriveerde. Hij knipperde met zijn ogen. Erg vreemd. Het moet nervositeit zijn. Gerard Croiset zei dat het van teveel waterdruk op de ogen kwam. ‘Kom maar een keer met Willem mee,’ zei hij. Rustige dag om bij te praten. | |
15 maart 1972We reden met de kap neer naar Noordwijk. Later gingen we naar dr. C.C. Delprat om naar zijn ogen te laten kijken. Daarna naar Thermos. Onverwachts keek ik in Richard Thieuliettes ogen. Hij was met Hans Geerlofs in Egypte geweest en wilde nu terug naar Rome. Nu is Peter weer weg en dan is het totaal leeg om me heen. Ambassadeur Anak Agung belde. Ernst Utrecht schijnt een rot stuk in De Groene te hebben geschreven onder een schuilnaam. Ook Wim Wertheim hield het voor mogelijk dat Utrecht weer eens een stunt had uitgehaald. ‘Ik zal ook nooit mijn handen voor hem in het vuur steken,’ zei Wim. Henk Hofland had iets rottigs over Wertheim in de nrc geschreven. Zo blijven ze allemaal lekker aan de gang. | |
16 maart 1972Rob Kopuit belde woedend op dat een rechercheur hem was komen spreken over De Telegraaf- affaire. ‘Waarom heb je me niet gewaarschuwd?’ Dacht: man maak je niet dik. Emily Zain vertelde dat zij, omdat zij de dochter van een Javaanse prinses was en behoorlijk opgevoed, zich gedurende negen jaar bij alle problemen met de ambassadeur had neergelegd. Maar zij was nu aan het eind van haar Latijn. Mohammedaanse wetten schreven voor dat de man driemaal diende te herhalen: ‘ik verstoot je’ om een echtscheiding te bewerkstelligen. Het was haar bekend dat alhoewel dr. Zairin Zain over plenty of money beschikte, hij in zijn testament niet van plan was haar één cent na te laten. Daarom wilde zij nu gaan werken. Onlangs hadden zij samen een bezoek aan dr. J.H. van Roijen gebracht en referend aan haar had Zain de Van Roijens gezegd: ‘Zij is een stomme kerel...’ Door zijn spraakgebrek na zijn attaque haalt hij mannelijk en vrouwelijk door elkaar. Ik herinner me maar al te goed hoe dikwijls dr. Zain mij op die manier verwijten maakte. Ook had Emily in Gstaadt Dewi Sukarno gezien in gezelschap van een verkoper van Cleef & Arpels: ‘Zij was letterlijk behangen met juwelen.’ Wilhelmus Heeres heeft nu weer naar Propria Cures geschreven. Hij is niet te stoppen. Bovendien zijn zijn lange epistels moei- | |
[pagina 297]
| |
lijk te ontcijferen en te begrijpen. Gerard Vermeulen kreeg ook een aantal brieven en antwoordde Heeres al op 17 februari 1972 als volgt: ‘De journalist Oltmans heeft u welwillend aangehoord. Ik ken hem beter dan u, ik bewonder zijn capaciteiten, ik weet dat hij geen ogenblik achter u zal gaan staan, maar dat hij te beschaafd is om u in uw gezicht te zeggen dat u een Don Quichotte bent. Oltmans is namelijk een man van allure.’ Het was prettig om ook eens iets positiefs van een collega over mezelf te lezen. Vermeulen kent me dan ook langzamerhand een aantal jaren. Kwam Henk Hofland maar eens voor me op, die me nog duizendmaal beter kent en precies weet hoe de vork in de steel zit. ‘What is needed,’ meent B.F. Skinner, ‘is more control, not less, and this is itself an engineering problem of the first importance (...) the technology of the automobile industry is also, of course, much further advanced than a technology of behavior.’Ga naar voetnoot377 Ik begrijp prima dat veel mensen griezelen bij een dergelijke suggestie. Maar kunnen we voor altijd doorgaan met programmeren van de minds - of liever brains- op de wijze van als de wind waait, waait mijn jasje? Want dat is gewoon wat er momenteel gebeurt. Er wordt met de breinen van de aankomende generaties maar aangerotzooid, zoals het al honderden jaren het geval is. Skinner noemt kritiek en aanvallen op zijn voorstellen over ‘behavioral engineering’ een vorm van ‘counter-control’. Hij zegt: ‘Our culture has produced the science and technology it needs to save itself. It has the wealth needed for effective action. It has to a considerable extent, a concern for its own future. But it continues to take freedom and dignity, rather than its own survival, as its principal value, then it is possible that some other culture will make a greater contribution to the future.’ Kocht na enige aarzeling Taal der Liefde van Gerard van het Reve.Ga naar voetnoot378 Het nos-journaal heeft nog altijd niet van prioriteiten gehoord. Na een ‘item’ over de invoer van kikkerbilletjes in Nederland, komt er een reportage over Willy Brandt en diens kansen bij de verkiezingen. Televisie is verschrikkelijk. Luister naar de solo suites van Bach voor cello. | |
[pagina 298]
| |
18 maart 1972Van het Reve: ‘Mooi, wreed beest. Ik zal vlijmscherpe, diamanten sporen voor je kopen om ze je aan te gespen, als je een jongen gaat berijden. Ik geef niks om die hele Giovanni. Ik wil alleen maar dat je alles over hem weet, hoe hij eruit ziet, ook wat voor kleren hij aan heeft (...). Hij moet op de ondervragingsbankGa naar voetnoot379 (...). Mijn omarming ging over in een omademing. Woelrat probeerde zich los te rukken, maar ik hield hem omklemd (...). Ik zal je alles vertellen. Alles. Mooi blond hoerig beest van me. Ik wil je alleen maar geil maken. Ik wil dat je wreed bent.’Ga naar voetnoot380 Verderop is een hoofdstuk: Wie Zijn Vriend Lief heeft. ‘Ik ging eerst even op hem zitten, op zijn blonde, fluwelen zadel. Ik zat schrijlings op hem. Ik zag de bovenkant van zijn kontje onder me, waar zijn donzen jongensvallei begon, en daar kietelde ik hem. (...) toen ging ik zijn vallei binnen met mijn geweldige, keiharde, geoefende mannenknuppel. Ik heb ontelbare jongens bereden, maar nu berijd ik alleen nog maar jongens als jij het wilt, Woelrat, als jij het geil vindt. Ik zal (...) jongens voor je inrijden.’ En verderop: ‘(...) ik raakte met de punt van mijn geweldige stok zijn geheime jongensopening aan, heel blond en heel stevig gesloten (...) ik duwde eerst zachtjes, broertje (...) en toen stootte ik ineens bij hem naar binnen, in zijn geile reet, beest, dat hij kermde en jankte.’ Dit laatste dus onder de titel: Wie Zijn Vriend Lief heeft. The world can do quietly without this kind of shit. Dat heet dan anno 1972 Nederlandse literatuur. Ik lees nooit meer een letter van die man. B.F. Skinner noemt ‘man’, ‘a creature of circumstance. If you changed the environments of thirty little Hottentots and thirty little English aristocratic children, the aristocrats become Hottentots, for all practical purposes, and the Hottentots little conservatives.’ De wisselwerking milieu-individu staat vast. Er wordt inderdaad, wanneer het milieu ter sprake komt, voornamelijk geredekaveld over de ozonlaag en vervuilde wereldzeeën, maar wie staat er stil bij de pollution vanuit het milieu naar de breinen van al die lieve, straks vijf miljard, mensen op aarde. Hoe het milieu eveneens zodanig te wijzigen dat het gedrag van het individu mee wijzigt en zich aanpast? Eigenlijk heeft juffrouw Boekhoudt me niet begrepen, toen ik haar laatst eens vroeg iets heel persoonlijks van haar te willen hebben, bedoelende afkomstig uit haar huis. Ze bracht toen een in Venetië gekocht asbakje mee. Dat was ver van wat ik bedoelde. Ik heb altijd gedacht dat zij meer perceptie had. | |
[pagina 299]
| |
‘What we see is the death of others, as in Pascals famous metaphor: “Imagine a number of men in chains, all under sentence of death, some of whom are each day butchered in the sight of others; those remaining see their own condition in that of their fellows, and looking at each other with grief and despair await their turn.” This is an image of the human condition.’Ga naar voetnoot381 | |
19 maart 1972Bracht mam rozen voor broer Theo's verjaardag. Zij heeft hem in Zwitserland opgebeld. Mam spreekt nogal luid want ik denk dat zij een beetje doof is. Ik vertelde dat ik last van mijn maag had. Ze riep uit: ‘Kind...’ Die uitroep ging als een lieve schok door me heen. Even later liep ze langs mijn stoel en legde even haar hand op mijn voorhoofd. Ook dat was heel ongewoon voor haar doen. Ik kan me niet herinneren wanneer dit voor het laatst gebeurde. Zij is voortdurend bezig met de komst van broer Hendrik. De gang moet nog geschilderd worden. Ze wilde me voor mijn verjaardag een zonnescherm voor Amerbos geven. Daar zou ik blij mee zijn. The Observer publiceert een gesprek van twee hele pagina's tussen Aurelio Peccei en Andrew Shonfield, de directeur van het Royal Institute of International Affairs at Chatham House.Ga naar voetnoot382 Aurelio is 64, Shonfield 55 jaar. Gerald Leach moderated. Na dit gesprek te hebben gelezen ben ik opnieuw overtuigd dat de benadering van Skinner om te onderzoeken hoe gedrag opereert en hoe het zou kunnen worden beïnvloed de natuurlijke follow-up moet zijn van mijn Club van Rome-werk; is minder individuele vrijheid en meer big brother guidance de prijs die voor uiteindelijke overleving zal moeten worden betaald? | |
20 maart 1972Dewi Sukarno belde, terug in Parijs vanuit Japan. Zij procedeert tegen Japanse bladen over haar zogenaamde verloving met de Spanjaard Francisco Paesa. Ze vroeg ook om knipsels uit Amerikaanse en Hollandse bladen. Harisanto bereidt zich voor om naar Indonesië terug te keren. Margaret en zoontje Toni zijn al in Jakarta. Zijn zus en zijn zwager, generaal Ashari,Ga naar voetnoot383 zijn ook terug in Indonesië Hij vraagt me uit te zoeken hoe hij zijn boeken en spullen per boot vanuit hier naar huis kan sturen, inbegrepen zijn auto. Ontmoette Anton en Sue Koenen in de poffertjeskraam op het | |
[pagina 300]
| |
Malieveld. Zij werkt voor de Times en vertelde dat haar krant geen letter over de Luns-affaire had gepubliceerd. Met een straight face zei ze: ‘Altijd in het begin van het jaar hebben we plaatsgebrek,’ ‘Maar die stemming van tien stemmen vóór en acht tegen om zijn streken te onderzoeken was nieuws,’ riep ik uit. Anton en Sue meldden verder dat de affaire op het ministerie van Buitenlandse Zaken een ware explosie had veroorzaakt en tot een pro-Luns- en anti-Lunskamp had geleid. Bij een persconferentie, vertelde Sue, was een regeringswoordvoerder bij het noemen van mijn naam heel erg opgewonden geraakt, he was blue in the face of anger. Anton zei ook zeker te weten dat binnen de nrc ‘ontzettend veel gelazer over jou’ is geweest. Het zal best waar wezen. Ze zoeken het maar uit. Er is maar een verhaal dat waar is en om dat boven water te krijgen worden stormen en orkanen veroorzaakt, vooral in de breinen van de verdoezelaars. Sprak twee uur met lobbyist MartojoGa naar voetnoot384 in restaurant het House of Lords. Hij herhaalde dat het een stomme streek van Anak Agung Gde Agung was geweest zo snel met een reactie op de verhalen van Luns te zijn gekomen. ‘Hij heeft zich daarbij verkeken op de voorstelling van zaken door Luns dat hij, Anak Agung, door de minister werd voorgesteld als Indonesische delegatieleider in Genève als pion van Bung Karno. Hij had als diplomaat moeten bedenken: als ik dit zeg, wat zijn dan de consequenties.’ Ik vind dit geklets. Het is zoals het is geweest, punt. En Anak Agung legde de kaarten op tafel. Volgens Martojo is Jakarta niet blij met een onderzoek naar Luns. Dit stond laatst ook in De Telegraaf dus wie zegt me dat hij niet ‘de jongens’ van Goeman Borgesius napraat. | |
[pagina 301]
| |
Stopte in Utrecht bij Gerard Croiset. Volgens hem is de in Argentinië ontvoerde Fiat-directeur, Oberdan Sallustro, reeds door guerrilla's om het leven gebracht. Hij vond dat ik Frits Böttcher mijn gevoelens kenbaar moest maken dat hij me bewust bij de presentatie van het aula-boekje had uitgesloten. ‘Het is geen groot man,’ zei Gerard, maar dat wisten we al. Zag Wil Ledel met zijn zoon Lorenzo (12) op een tramhalte. Deze vorm van kinderen krijgen is een ernstige vorm van oneerlijkheid tegenover jezelf en tegenover het kind.Ga naar voetnoot385 Of is het alleen maar botte domheid? Doet het er nog toe nu ze toch van plan zijn om de act of creation terug te brengen tot reageerbuiswerk? Het blijft onder alle omstandigheden een gigantische gok - kinderen krijgen. Wat in de huidige puinhoop nog de moeite waard is, is de smile van een lekker ventje, als een mooie bloem in een bed van struiken. Ontmoette Wim Klinkenberg, die net als Anton Koenen bij gerucht had vernomen dat André Spoor ‘van hogerhand’ het advies had gekregen mij links te laten liggen. Meneer Lachman kan schelden op Jack Anderson wat hij wil, maar na bijna in zijn eentje het itt- schandaal in de openbaarheid te hebben gebracht, heeft hij nu weer onthuld dat de cia zijn uiterste best heeft gedaan om te voorkomen dat Salvador Allende in 1970 tot president van Chili zou worden gekozen. | |
23 maart 1972Na alle gegevens nog eens op een rij te hebben gezet, ook die van Martojo, zou Sumitro Djojohadikusomo, nu minister in Suharto's kabinet, in Genève een slimme zet hebben bedacht, namelijk premier Harahap een telegram naar hun delegatie te laten zenden, waarin stond dat als de Nederlandse delegatie niet zou toegeven er gedreigd moest worden met afbreken - en dus het mislukken - van de conferentie. De Indonesiërs lieten Harahaps telegram opzettelijk naar de Nederlandse delegatie uitlekken. Luns sprong boven op de kast, belde Willem Drees en speelde het spel terug. Later had Luns opzettelijk de fake cable in de schoenen van ‘boosdoener’ Sukarno geschoven, om in verband met het staatsbezoek van koningin Juliana met een schone lei te kunnen beginnen. Anak Agung haastte zich te melden dat er nooit een telegram van Sukarno in Genève was geweest. Daarmee ligt weliswaar het gelieg van Luns onherroepelijk vast, maar de grote vraag is nu: was er een dergelijk telegram van | |
[pagina 302]
| |
Harahap? Was dit het spel van Sumitro? Opvallend was trouwens ook dat Sumitro gewoon - in de trant van Luns (kan je nagaan wat dat voor een man is) - in een televisiegesprek heeft gezegd dat het inderdaad beter was de schuld op Sukarno te schuiven ‘nu hij toch dood was.’ Ik heb Anak Agung Gde Agung hierover geschreven met de vraag wat zijn commentaar was. ‘God zij dank,’ eindigde ik, ‘zijn er ook nog rechtschapen Indonesiërs, die misschien niet met Bapak bevriend waren, maar dergelijke smerige leugens niet ongepasseerd laten gaan.’ Ik zei tegen Wim Klinkenberg: ‘Zal ik deze nieuwste Genève-informatie aan Henk Hofland doorspelen?’ Hij antwoordde: ‘Dat begrijpt hij niet.’ Gerard Croiset was van mening: ‘Je moet eigenlijk nog twee aanvullende gegevens hebben voor je verhaal helemaal rond zit.’ ‘Freud also several times said of Nietzsche that he had a more penetrating knowledge of himself than any other man who ever lived or was likely to live.’Ga naar voetnoot386 | |
24 maart 1972Mejuffrouw Büringh Boekhoudt is jarig; hoeveel jaartjes nog? Toen Henk Hofland na het eerste artikel in Propria Cures, waarin hij voor de affaire door mij bekritiseerd werd, op De Kring tegen Tim Krabbé - redacteur van Propria Cures - aanliep, vroeg hij Tim: ‘Ben je pc-redacteur?’ en gaf hem toen een klap in zijn gezicht. Hierop volgde een bijna scheuring in de pc-redactie. Ik merkte dit ook duidelijk toen ik laatst even op de redactie was. Time meldt inderdaad dat Dewi Sukarno een proces in Tokio is begonnen omdat haar Spaanse vriend van banden met de maffia werd beschuldigd. ‘“This is really too much,” she blazed “at last I have decided to do something about the bad habit of week-lies to create a false and damaging image about myself”.’ Het verhaal van Marlon Brando en zijn 13-jarige zoon Christian - eveneens in Time - herbevestigt op welke totaal onverantwoordelijke wijze met kinderen wordt omgesprongen. the plot. A 13-year-old boy named Christian disappears, and his father, who is divorced from his mother, hires a private eye to find him. The detective (who, incidentally, is handicapped by having artificial hands) gets a helicopter and cruises along the Gulf of California, looking for a blue Volkswagen truck in which Christian is supposed to be riding. Eventually the detective spots the truck parked at a tent camp in a remote area of Baja California. He lands at a nearby town, organizes a detachment of Mexican police and raids the camp. Christian, who is hiding behind a pile of clothes, tries to make a run for it. In a sleeping | |
[pagina 303]
| |
bag is a naked 21-year-old girl, who refuses to give her name. Also present are six hippiesque men and a woman, who say that Christian's mother offered them each $10,000 ‘to heist the boy’ for a while (there are enough provisions in camp for several months). After a courtroom scene, in which the father appeals to have Christian put in his custody (he has been sharing the boy with the mother), the judge postpones the hearing for a month and for that period gives the father permission to take his son to Paris, where he is working. Fadeout, with the mother denying she had anything to do with the adventure. the cast: Father - Marlon Brando. Mother - Anna Kashfi. Private Eye - Jay Armes. Christian - Christian Devi Brando. Toen ik bij de bejaarde tandarts Van Raap op de Prinsengracht binnenwandelde, verwelkomde hij me met de woorden: ‘Zo vechtersbaas: om in je eentje de hele boel op stang te jagen...’ Vraag mezelf af: zou ik Henk hebben teruggeslagen? Denk van wel. Juist hem. | |
|