Memoires 1968-1970
(2003)–Willem Oltmans– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 173]
| |
[Bilthoven (vervolg)]met Beatrix gesproken. Claus had erop gewezen: ‘We zijn zo gehandicapt in onze recreatiemogelijkheden. Je kunt bijvoorbeeld nergens eens naartoe gaan om te zwemmen.’ Ze ontmoette ook koningin Juliana bij het uitgaan van de kerk, de Protestantenbond in Baarn. Hare Majesteit wacht dan, na als eerste uit de kerk te zijn gegaan, bij de auto. Gerard Croiset heeft het moeilijk met zijn vrouw. Ze bekvechten de hele dag, zegt hij en ‘zij heeft niemand anders om als pispaaltje te gebruiken.’ Zijn boek is af. Hij is leeg geschreven en voelt zich rot en doelloos. Hij zei dat Tenhaeff onder de voet werd gelopen door acties van de machtige medische faculteit ‘welke bij zijn dood zijn leerstoel als een stoomwals zal verpletteren.’ Tenhaeff zou zelfs al over zelfmoord hebben gesproken. Ik ben dus niet de enige die problemen heeft. Croiset verwachtte dat ik spoedig weer aan het werk zou gaan voor de nos.Ga naar voetnoot224 | |
29 september 1969Wandelde met mam en de honden in de bossen. Het was stralend zonnig herfstweer. Zag Easy Rider en mijn eerste reactie was om naar het Begijnhof te gaan. Vreselijk, die dood van de beide hippies aan het eind. Typisch het zuiden van Amerika. Peter deed een auditie voor Hair in Brussel. Een vogel stapt helemaal alleen rond op het lege, natte, gladde strand. | |
30 september 1969Woonde op de Chinese legatie vijf minuten de receptie bij om de revolutie te herdenken. Arriveerde gelijk met W.J.G. baron Gevers van protocol en een zekere De Monchy, die zaken met Peking scheen te doen. Jan Blokker schrijft dat hij geen mogelijkheden ziet mij iets voor de vpro te laten doen. ‘Help ons eerst aan meer zendtijd, dan praten we verder!’Ga naar voetnoot225 | |
[pagina 174]
| |
2 oktober 1969Ben Peter in Philips leren jas met een grote fotomap in de Leidsestraat tegengekomen. Hij zei: ‘Willem’ en riep iets, maar ik had geen zin en liep door. Ik dacht niet dat het ooit zover zou komen. Ik zit verlamd in de auto en durf niet te rijden uit vrees een ongeluk te zullen krijgen. | |
8 oktober 1969Lex Poslavsky schrijft in reactie op een artikel van Arthur Koestler dat ik hem zond: ‘Een intelligent geschreven stuk, al zou ik figuurlijk gesproken de man niet uit mijn ogen laten zolang hij mijn portefeuille te pakken had, waarbij je je afvraagt of de betekenis van de (symbool)taal onder- of juist overgewaardeerd wordt.’ | |
10 oktober 1969‘Hoeveel waarheid kan iemand in zijn geest verdragen en aan hoeveel waarheid waagt hij zich (...).’ - Friedrich NietzscheGa naar voetnoot226 | |
11 oktober 1969Beatrix en Claus had another boy; at least one of them should be gay. Joseph Luns heeft zich in de vs weer eens op een schandelijke wijze over Robert Kennedy uitgelaten. In een gesprek met de Voice of America heeft hij opnieuw het Nieuw-Guinea-debacle in de schoenen van de Kennedy's geschoven, terwijl die ramp zuiver en alleen aan het zielige bekrompen beleid van Luns zelf, Willem Drees en andere Haagse politici is te danken. Het maakt me woedend, die aanhoudende pogingen tot geschiedvervalsing, juist van deze meneer. Ontmoeting met Henk Bruinsma, de grafoloog. Hij vond Peters handschrift een stuk veranderd. ‘In 1967 was het nog rommelig, verward en labiel, maar het wordt nu wat duidelijker. Ja, heel intelligent hoor,’ aldus Henk. ‘Dat zei ik toen al, wisselende stemmingen. Hij is nu veel evenwichtiger, heeft meer in- | |
[pagina 175]
| |
nerlijke zekerheid en zelfvertrouwen. Hij heeft nu meer het vermogen te volharden en zijn energie te kanaliseren. Er zijn minder conflicten. In 1967 was hij sterk uit zijn evenwicht gebracht. Hij kon toen geen houvast in zichzelf vinden. Hij weet nu meer wat hij wil. Het is zeer duidelijk in zijn handschrift te zien dat hij nu meer stelling durft te nemen.Ga naar voetnoot227 Hij komt meer voor zijn mening uit dan eerst. Hij heeft zijn gevoeligheid meer in de hand gekregen. Zo nu en dan nog wel eens gevoelens van lichte eenzaamheid, maar hij is veel meer uitgebalanceerd. Veel van zijn energie ging aan innerlijke conflicten verloren, waardoor hij geen doorzetter was. Het is allemaal een heel gunstige ontwikkeling. Hij heeft meer persoonlijkheid gekregen en meer vaste grond onder de voeten.’Ga naar voetnoot228 Ook toonde ik hem een brief van Lex Poslavsky.Ga naar voetnoot229 ‘Deze man heeft een beminnelijke, goedmoedige grondhouding. Hij heeft de tendens zich nu en dan terug te trekken, maar een grote behoefte aan contacten. Drukt zich gemakkelijk uit, is slordig, vergeetachtig en verstrooid. Hij kan aardig tot mensen doordringen. Hij heeft niveau. Maar toch is er ergens niet zoveel diepgang en een wel aardig, maar ook niet uitgebalanceerd schrift. Hij bezit een psychologisch vermogen zich in te leven. Hij is vrij vitaal. Wil domineren, maar op een soepele manier. Heeft soms neerdrukkende gedachten naast een ontwikkeld gevoel voor humor. Hij lijdt aan stemmingen door een lichte innerlijke onbevredigdheid. Hij denkt helder, maar er zijn ergens dingen die niet volgroeid zijn,’ aldus Henk Bruinsma. Nadya de Mohrenschildt schrijft dat zij thans op een kostschool in Jacksonville, Florida is. Omdat Jeanne de Mohrenschildt teveel blijft drinken, wil ze niet naar huis. ‘I can never visit Papa as long as Jeanne is there (...). I wish she was her old self. She used to be wonderful.’ Dit moet voor George werkelijk een drama zijn. Kaart van Jan Cremer uit Monte Carlo. ‘God is zo'n onbehouwen antwoord, iets onsmakelijks voor ons, fijnproevers in het denken.’ - Nietzsche Liep tegen Harry Mulisch aan en adviseerde hem wat aan zijn lijf te doen en lid van Figurform te worden. | |
[pagina 176]
| |
mee eens. Helemaal niet. Wanneer de herinnering niet is verwerkt wordt het een etterende wond. ‘Niet van de twijfel, maar van de zekerheid wordt een mens krankzinnig.’ Daarin zou hij wel eens gelijk kunnen hebben, hoewel, wie de zekerheid met de realiteit in verband brengt redt zich eruit. Schreef minister Luns vanmorgen: Uw jongste uitlatingen betreffende de Kennedy's - die zich nauwelijks meer tegen uw verdraaiing van de feiten kunnen verdedigen - heb ik met diepe verontwaardiging gelezen. Misschien lukt het u op dit moment met dit soort impertinente bullshit een groot aantal mensen zand in de ogen te strooien, maar weet u wel dat het geschiedkundige oordeel over uw beleid als minister in de kwestie Nieuw-Guinea - en dus uw reputatie op de lange termijn - echt wel anders zal zijn dan de publieke opiniepeilingen van dit moment u mogen doen geloven. U bent - met vele anderen, die zich vooralsnog ‘op vrije voeten bevinden’ - een ramp geweest in de kwestie Indonesië. U kunt er van verzekerd zijn dat ik mij er voor zal inzetten dat er te zijner tijd een groot aantal bijzonderheden en feiten zullen worden gepubliceerd. Zelden ben ik het in zulke mate eens geweest met een brief, die ik meer dan twintig jaar geleden aan de bewindsman op Buitenlandse Zaken schreef. Zou het in de negentiger jaren exact hetzelfde hebben gedaan. | |
12 oktober 1969Dr. Zairin Zain had met diplomaat Max Maramis een ontmoeting in het Hilton Hotel gehad. Maramis was voor de zoveelste keer razend over een artikel dat ik had geschreven.Ga naar voetnoot230 Intussen wordt dr. Zain voor zijn spraakproblemen door Croiset behandeld. ‘Hij is steeds in diep gepeins verzonken wanneer hij met me bezig is,’ zei de oud-ambassadeur. Ook dát contact heb ik dus vruchtbaar gelegd. Op weg naar dr. Zain in Bussum passeerde ik als altijd paleis Soestdijk. Het was 10.50 uur. Er stond een Lincoln voor de trap met een chauffeur en een rechercheur ernaast. Een lakei opende de deuren en even later kwam koningin Juliana met een | |
[pagina 177]
| |
dame naar buiten. hm liep om en nam plaats. De portieren sloten. De auto begon te rijden. Ongeveer vijftig meter van het paleishek werd gestopt. De koningin, gekleed in een beige mantelpak, stapte uit. Ook de rechercheur deed dit. De auto reed langzaam achteruit. De koningin liep op het gras. Zij zwaaide met haar armen, gebarend alsof zij misselijk was of huilde. Heel vreemd. Zij draaide zich om en liep in een soort zigzaglijn. Dit tafereel duurde enkele minuten. Daarop stapte ze weer in de auto die wegreed en afsloeg naar de weg Eemnes-Apeldoorn. Ik vertelde het aan dr. Zain, die zei: ‘Misschien is zij een beetje sinting’, Maleis voor gaga. De koningin reed in de aa-82.Ga naar voetnoot231 Nam mam en de honden mee voor een rit naar de Loosdrechtse plassen, waar zij zo van geniet. Henk Bruinsma gaf me op zijn officiële papier van het Bureau voor Wetenschappelijk Grafologisch Onderzoek een rapportje dat hij aan de hand van Nixons schriftuur had opgesteld: ‘Hij vertoont geen grote persoonlijkheid en heeft geen sterke persoonlijke aard ontwikkeld. In geestelijk opzicht zijn er onvolgroeide kanten. Hij heeft een eerzuchtig streven naar hogerop en geeft blijk van een grote werklust en taaie zin voor volharding. Hij geeft zich een zekere houding teneinde beïnvloeding van buitenaf te voorkomen. Er bestaat een bepaalde vrees voor het nemen van bindende beslissingen. Hij houdt zich liever op de vlakte. Hij houdt mensen in wezen op een afstand. Daar hij het innerlijke afdekt, is er geen werkelijk indringend contact mogelijk. Hij mist de nodige geestelijke diepgang. Hij kan in wezen moeilijk houvast bij zichzelf vinden en voelt zich nu en dan stuurloos. Hij heeft niet steeds evenveel werkelijkheidszin, waardoor het gevaar bestaat dat hij zich door ideeën en werk laat meeslepen.Ga naar voetnoot232 In een conflictsituatie kan hij gevaarlijk zijn, want hij heeft geen bezadigde natuur. Hij zal op televisie nog doorlachen wanneer er allang niets meer te lachen is.’Ga naar voetnoot233 | |
13 oktober 1969Absoluut een zalige dag met Peter. Eldridge Cleaver heeft in Moskou gezegd dat naar zijn mening de Vietcong van de communistische broeders atoomwapens moesten krijgen. Hij spreekt zinnen, die in Peking geschreven zouden hebben kunnen zijn. William Rogers, minister van Buitenlandse Zaken van Nixon, heeft op Meet the Press gezegd dat de oorlog in Vietnam ‘will | |
[pagina 178]
| |
fade away’ en dat de demonstraties van studenten in Amerika de Vietcong in de kaart spelen. Ik kan me voorstellen hoe Amerikaanse studenten zich verraden en verkwanseld voelen door dit soort bullshit. | |
15 oktober 1969Moet meer en langer piano studeren. Nietzsche: ‘De eenzaamheid heeft zeven huiden.’ Voltaire noemde de vrouw een wezen dat zich aankleedt, babbelt en zich uitkleedt. Ellen Thomassen zou, als zij dit hoorde, in de gordijnen klimmen. Peter zei: ‘Dat was natuurlijk een eigentijdse opmerking van Voltaire, want daarna is immers de emancipatie van de vrouw gevolgd.’ Peter maakte me attent op De Mythe van de Mannelijkheid van Hendrik Ruitenbeek, een Leidse psychoanalyticus, die zich in New York vestigde.Ga naar voetnoot234 Ruitenbeek citeert Freud: ‘Amerikaanse mannen verstaan de kunst van de liefde niet (...). Amerikaanse mannen gaan het huwelijk in zonder de minste ervaring voor zulk een gecompliceerde zaak. In Europa liggen de dingen anders. De mannen nemen de leiding en zo hoort het.’ Wat zou Ellen daarop te zeggen hebben? Om 23.10 uur sloop ik bij Fred de la Bretonnière naar boven, waar Peter zat te poseren. Ik deed geruisloos de deur open en hoorde Peter, die naakt poseerdeGa naar voetnoot235 zeggen: ‘We gingen eens naar het strand en toen ik wilde gaan zwemmen gedroeg hij (Wim) zich als een gek.’ Ik hoorde het met mijn eigen oren. Mijn gekte was dat ik nog altijd jaloers was wanneer hij op anderen tippelde of betippeld werd. Ik sloot dus de deur weer even geruisloos en reed weg. Nu heb ik hem toch echt voor eeuwig en altijd verlaten.Ga naar voetnoot236 | |
17 oktober 1969Het is meer dan prachtig weer. Heb besloten naar Peter toe te gaan. Gisteren op het terras van het Apollo las hij in Nietzsche. Ik voegde hem toe: ‘Je bent eigenlijk een moordenaar.’ ‘Wat zeg je dat weer genuanceerd,’ antwoordde hij. Voelde me terecht in mijn hemd gezet. De Typhoon heeft mijn artikel over Richard Nixon met weglating van mijn eigen gesprek met hem in Keene, New Hamp- | |
[pagina 179]
| |
shire, gepubliceerd. Hoe kan dit nu? De Bruinsma-passage is er wel ongeschonden doorgekomen. Vond Frits bij de apen in de Wassenaarse dierentuin. We zaten in de zon. Hij kocht voor zijn vriend Ruud een Javaans aapje voor vijftig gulden. Premier Piet de Jong heeft Luns inzake Nieuw-Guinea en Robert Kennedy gedesavoueerd. Streep aan de balk. Joop Sandé gaat morgen naar Richard in New York. Ik vroeg hem Richard een zoen van me te geven. Toen ik Joop vertelde van Peter te houden, ‘maar we zijn geen lovers, want dat wil hij niet,’ antwoordde Joop: ‘Er zijn op dit moment twee Engelse jongens verliefd op mij. Het doet me pijn, wanneer ik gevoelens niet kan beantwoorden.’ Joop turns me on, but.... ‘Begrip is iets voor moeders, of psychiaters.’ - H. RuitenbeekGa naar voetnoot237 | |
18 oktober 1969De zaak met de nos wordt op de spits gedreven. Gerard Croiset zegt: ‘Carel Enkelaar zou graag op een nette manier van je af willen zijn.’ Hij sprak over de Amerikaanse inmenging in de parapsychologie op het Instituut van Tenhaeff. ‘De geest blijft voor de Amerikaanse benadering veel te moeilijk.’ Croiset zei zich steeds geïsoleerder en meer zonder vrienden te voelen. | |
20 oktober 1969De bladeren van de herfst zijn nu op zijn mooist. Mijn dagboek is en blijf imperfect. Mam zei gisteren na onze tocht: ‘Dank je baasje,’ namens de honden. Op de hei in Bussum verloor ik mijn geduld, omdat Koko strompelde en soms viel. Mam wilde eigenlijk verder wandelen, maar ik zei: ‘We gaan naar huis.’ Bracht mam bloemen in Bilthoven. Zij geeft Italiaanse les aan de dochter van haar interieurverzorgster. Bij de nos vond vandaag een summit plaats over mijn toekomst op televisie. Ton Neelissen en Kees van Langeraad arriveerden | |
[pagina 180]
| |
als eersten. Gevolgd door H. van Hofwegen, daarna Carel Enkelaar en Harry Hagedorn. De zaak werd geraffineerd ingekleed. Ik kreeg twee Panoramiek-programma's aangeboden. Ik geloof dat ik keihard heb teruggespeeld. Carel had per memo aan Ton Neelissen gevraagd, of hij mij bij de Panoramiek-redactie wilde hebben. Antwoord: ‘Ik kan Oltmans niet aan.’ Er werd gedraaid en touw getrokken, maar ik hield vast aan mijn eis dat ik mijn volle honorarium, als overeengekomen voor 1969, wilde ontvangen. Carel liet zelfs het woord ‘rechtbank’ vallen, maar dat deerde me niet. Hagedorn bleef napraten om een verhaal te vertellen over een Marokkaanse jongen in Tanger. | |
21 oktober 1969Botsing met mam. Zij vond dat ik niets deed. ‘Je rijdt maar in je autootje en laat je door Peter als een dweil behandelen.’Ga naar voetnoot238 Allemaal pijnlijk en vervelend. De uitspraak in het ongeluk met de wielrijdster: zes maanden niet rijden, plus twintig dagen subsidiair of vijfhonderd gulden boete. Belachelijk. | |
22 oktober 1969Carel Enkelaar heeft mij op de hoogte gebracht van zijn eigen gevecht binnen de nos. De Raad van Beheer zal zich over de affaire buigen. In 1963 gaf Carel te kennen weg te willen bij het Journaal dat hij heeft opgezet. Hij zette een uitwisseling met Eurovisie op; men moest nooit proberen successen eindeloos te prolongeren. Hij ging als directeur naar Joop Geesink. Nadat de Omroepwet ging lopen werd er een programmastaf gevormd met een programmacommissaris, de heer Rengelink. Deze zocht een chef-staf en haalde Carel weg bij de kro. Carel moet eerst hebben geaarzeld, maar nam de job toch aan, nadat er overeenstemming was bereikt over de plaats van het Journaal binnen het programmabestel. Toen Carel bij het Journaal wegging waren er twee kandidaten voor opvolging, A.H. van de Veen en Joop Simons van de ncrv. Carel adviseerde tegen de aanstelling van Simons. Toen er in 1966 dus sprake van was dat Carel hoofd van de programmadienst van de nts zou worden stelde Simons alles in het werk om die benoeming tegen te gaan. Carel Enkelaar werd uiteindelijk toch de chef van Joop Simons en van het Journaal. Simons zou dan ook geen gelegen- | |
[pagina 181]
| |
heid voorbij laten gaan om zich bij tal van zaken aan de leiding van Enkelaar te onttrekken. Dat was dus de reden en de achtergrond dat in 1966 het nts-Journaal niets van mijn films en interviews uit Indonesië nam, omdat Carel mij naar Indonesië had gezonden en Simons het eigen nts-materiaal, uit haat tegen Enkelaar, ongebruikt liet en elders andere films aankocht. Zo zijn dus onze manieren in Hilversum. Ik begreep er indertijd dan ook geen moer van waarom mijn films ongebruikt bleven. Nu is het duidelijk. De medewerkers van Simons - zoals ik tijdens het staatsbezoek aan Mexico in 1964 zelf kon constateren - beklagen zich bij Enkelaar en elders over de diverse idioterieën van Simons. Het Journaal gedroeg zich steeds meer als een zelfstandige zendgemachtigde. Enkelaar wees Simons herhaaldelijk op deze ongewenste ontwikkeling. Simons verscheen niet op interne stafbesprekingen. Carel vindt dat er een veel meer geïntegreerde samenwerking moet komen tussen de programmadienst en het Journaal. Hierover is nu al drie jaar een volledige interne ‘oorlog’ aan de gang en nu staat de kwestie op springen. Bovendien werd de kwaliteit van het Journaal door het gelazer met Joop Simons alleen maar steeds slechter. Enkelaar heeft die situatie nu jarenlang geslikt en zich rustig gehouden, overal en elders gewezen op de onhoudbaarheid van de situatie, hoe Simons zich eenzijdig aan zijn leiding onttrok, en eindelijk schijnt Rengelink hem als een donderslag bij heldere hemel in het gelijk te hebben gesteld. De Raad van Beheer is nu gealarmeerd geraakt en kroonleden van de nos bemoeien zich intensief met het conflict. Al die tijd gokte Simons op Rengelink en dat gaat hem nu opbreken. Al mijn gelazer bij de nts en nu de nos kwam dus eigenlijk voort uit het feit dat Carel Enkelaar met me samen wilde werken. maar dat vervolgens gestook en sabotage van de zijde van het Rengelink-Simons kamp uitlokte, tot bij Scala toe. Carel gaf carte blanche om met de achtergronden van het interne nos-conflict wat te doen. Ik nam contact op met Jolle Jolles bij het anp, die me een hufter zond, terwijl hij me de chef-buitenland van het anp had beloofd. Ik telefoneerde eveneens met J.J.F. Stokvis bij de Telegraaf, die me vroeg de informatie aan Frank de Jong door te geven, iemand waar ik al helemaal geen respect voor had. | |
[pagina 182]
| |
bij de avro schijnt om Slotemaker en Siebe van der Zee te draaien. Wibo bleef geïnteresseerd, althans dat zei hij. | |
24 oktober 1969Frank de Jong schreef vandaag precies die anti-vara-reportage in de Telegraaf die Carel Enkelaar nodig had. Mijn nauwkeurige informaties aan De Jong hebben toch gewerkt. Ontmoette bij toeval Henk Hofland en André Spoor in Americain, later aangevuld met Harry Mulisch. We spraken drie uur en haalden vele oude verhalen op. Henk keek in mijn boek Love and Will van Rollo May en merkte op: ‘Hij zegt steeds hetzelfde,’ wat dus nergens op sloeg. André Spoor vertelde een huizenhoog dossier van mij te hebben gezien op de Nederlandse ambassade in Washington dc waarvan de toenmalige persattaché (Hoogendoorn) had gezegd: ‘Oltmans heeft gelijk.’ Hofland blijft zeggen dat W. Verrips zich heeft doodgereden vanwege dreigende deurwaarders. Klinkklare onzin. Hij kende Verrips dus ook helemaal niet en zeker niet zoals ik. Dat was het laatste waardoor Verrips zich zou laten intimideren: een deurwaarder. Hofland projecteert steeds weer zijn eigen kleinheid in anderen. Ze bleken wel geïnteresseerd in de jfk-affaire en mijn gesprek volgende week in Londen met Bernard Fensterwald van het onderzoekscomité naar de moordaanslagen. Henk concludeerde dat mijn public relations department gewoon slecht was. Bij het Algemeen Handelsblad heeft zich blijkbaar een gevecht met de messen op tafel ontwikkeld over de vroege editie, wat voor Henk aanleiding was met aftreden te dreigen. Want toen dit drama plaatsvond was medehoofdredacteur André Spoor in Joegoslavië met vakantie. Henk vond me verder nog opvallend mager geworden en ‘ongezond.’ Moet hij nodig zeggen. Hij zei ook nog dat zijn vader een employé, die had gestolen, diens zonde vergaf om hem in een levenslange dienaar te veranderen. Toen hij wegging zei hij op sarcastische toon: ‘Ik moet naar mijn gezin.’ En tegen André het grapje: ‘Els Bongers (vara) lijkt eigenlijk precies op mijn moeder.’Ga naar voetnoot239 En: ‘Jij was eigenlijk de enige, Wim, tegen wie mijn moeder de laatste dertig jaar van haar leven werkelijk heeft gesproken.’Ga naar voetnoot240 Hij vroeg, heel karakteristiek of ik ook even wilde betalen, wat hij en Spoor hadden geconsumeerd. Zij hadden geen geld bij zich. Ik zei: ‘sorry, maar nee.’ Hofland is er erg snel mee om ander mensen als | |
[pagina 183]
| |
‘maffe zakken’ af te doen, maar ik vind het pas maf om door Rollo May te bladeren en dan te zeggen: ‘Ik denk niet dat het een goed boek is.’ Henk Hofland zei dat het enige wat hij zich nog van Nijenrode herinnerde de scène was dat we samen aan de rand van de vijver zaten te praten. ‘Ik gooide steentjes in het water. Jij werd blauw van woede. We hebben toen gevochten. Jij lag onder! Dat vond ik zalig.’ ‘En ik heb nog nooit zo hard gelopen.’ Fred Emmer zei me dat Joop Simons de strijd heeft verloren en weg zal gaan bij het Journaal. | |
27 oktober 1969Ontmoette Bertie Hilverdink in Americain. Hij begon met twee mee-eters uit mijn gezicht te verwijderen. Hij zag er uitstekend en opgewekt uit. We zijn bij moeke gaan eten.Ga naar voetnoot241 | |
28 oktober 1969Twee kaarsen gebrand in het Begijnhof. Vond een nieuwe uitgave van Van de koele meren des doods.Ga naar voetnoot242 Heb nooit echt contact met Van Eeden gehad en kwam niet verder dan pagina 35. Time heeft een cover story over homoseksualitieit. Geleidelijk veranderen de attituden. Amerika produceert acht miljard amfetaminetabletten per jaar. Poek Zumpolle zei over haar huwelijk: ‘Sinds een jaar heb ik een nieuwe methode uitgewerkt. Ik zeg op alles ja en doe toch waar ik zelf zin in heb.’ Zij voegde er aan toe: ‘Een man geeft | |
[pagina 184]
| |
zijn nederlaag niet openlijk toe.’ Ik had willen antwoorden: ‘Ik ben geen man, maar een mens.’ Bertie Hilverdink zei ook al: ‘Ik wind me over niets meer op,’ sprekend over zijn ‘huwelijk’ met zijn Franse vriend. ‘Ik zeg, oh, ja, je hebt gelijk en intussen ga ik mijn eigen gang.’ En Samuel Beckett ging er van uit ‘that there is a voice that goes on inside consciousness’. En: ‘At the end of all the work, there is nothing but dust.’ | |
29 oktober 1969Voel ik me bevrijd van Peter of verarmd? Datzelfde gevoel, wanneer ze een zenuw uit een kies verwijderen en je voelt iets essentieels te hebben verloren, voor altijd. Bertie verzorgt de Elisabeth Arden-stand in de Bijenkorf. ‘De schrijver heeft een paar seconden het gevoel dat hij, bij het schrijven van een gedicht, het tekort te boven komt. Als je niet schrijft is er niets (...).’ - Jacques Hamelink Het model Joop Sandé is bij Richard in New York. Zou hij al terug zijn? Jan Cremer heeft Posita en dochter weer aan hun lot overgelaten. Hij had een griet in Vlissingen, in Rome en all over the place. Het oude liedje. | |
30 oktober 1969Tante Annie Wibaut, met stok, bracht mam een bezoek. Ik observeerde hen nauwkeurig, want tante Annie behoort tot haar studievrienden uit de jaren twintig in Amsterdam. Joop Sandé zegt Richard in New York slechts via de telefoon te hebben gesproken, want Richard woont nu samen met het model Hans Geerlofs.Ga naar voetnoot243 | |
31 oktober 1969Erbarmelijk geslapen. Sta op met Shalomo van Bloch. ‘Das Gefühl ist die ursprünglichste Wechselwirkung des Ich mit sich selbst’. Of, zoals Hegel zei: ‘Das Gefühl, das dumpfe Weben des Geistes’. Ook professor Rümke heeft geconstateerd dat le bonheur ne se raconte pas en hoe weinig psychologen tot dusverre over het gevoel van geluk hebben geschreven.Ga naar voetnoot244 Had een afspraak met André Spoor, maar hij liet verstek gaan. Hij wil in een nieuw boek, vertelde Henk Hofland, de geschiedenis van het vaderland van na 1914 analyseren. Henk zou via | |
[pagina 185]
| |
de krant wat doen aan Jef Lasts André Gide-herdenking. Henk vroeg: ‘Denk je dat Jan Cremer getikt is?’ ‘In zekere zin ja,’ antwoordde ik. ‘Waarom schrijft Eddy Lachman nooit over jeugdproblemen in Frankrijk,’ vroeg ik. Henk: ‘Te druk met flikkeren.’ | |
1 november 1969Ik had mr. L.H. Slotemaker van het bestuur van Nijenrode om hulp gevraagd om bij de avro te kunnen komen. Hij bedankte voor toezending van De Verraders en zei de kwestie aan Wibo van de Linde over te laten. Tegen Wibo had Slotemaker gezegd: ‘Ik ken Oltmans niet genoeg, ik laat het aan jou over.’ Bertie vond Peter veranderd. ‘Zijn onschuld is verdwenen.’ | |
2 november 1969BrusselBracht Bertie Hilverdink hier, die een andere show voor Elisabeth Arden moet verzorgen. Hij somde zijn tien geboden voor me op, onder andere: 1. Wees geen open boek. 2. Zwijg en vertel niets. 3. Wanneer je om iemand geeft hang dan niet om zijn nek. 4. Niet laten merken hoe erg je geïnteresseerd bent. 5. In je hartje omhels je Peter, maar je laat niets blijken. | |
3 november 1969Hotel Albergo, kamer 51. De receptioniste begon met te verklaren dat twee heren niet in een twijfelaar konden slapen. Daar hebben we ons dus niets van aangetrokken. Bertie heeft nog altijd zware pijnen als gevolg van zijn rugoperatie. Toen ik naast hem in bed lag kwamen de herinneringen als golven terug, toen ik hem twintig jaar geleden in Amsterdam ontmoette. Erg triest allemaal. Rollo May schrijft over het demonische in de ziel. ‘In my heart’, said Yeats, ‘the demons and the gods wage an eternal battle.’ May: ‘Consciousness can integrate the demonic, make it personal. This is the very purpose of psychotherapy.’ ‘Our error is that we let our convictions limit our perceptions.’ - Rollo May | |
[pagina 186]
| |
ner met Wil Ledel, de modetekenaar.Ga naar voetnoot245 Wil kende Willem Alfrink en noemde hem ‘een gevaarlijke intrigant.’ | |
6 november 1969W. Alfrink zag vanmorgen een keppeltje op mijn hoofd en vroeg of ik van Joodse afkomst was. De enige voorouder die, voorzover ik weet, Joods was, is de vrouw van Abraham Oltmans (1811-1973), Harriett Calmer (1815-1877), geboren in Berbice, Zuid-Amerika. Hij zag lichtgroene kleuren bij mijn voeten en handen, ‘maar helaas niet bij mijn hoofd.’ Hij veranderde in een speaking medium toen hij mijn laars vasthield. Toen ik van Nijenrode kwam, aldus Alfrink, was ik ongenaakbaar geweest, maar door de omgang met Peter was ik, dankzij Peter, een ander mens geworden. Luisterde en dacht er het mijne van. Ontmoette professor W.F. Wertheim en vroeg hem mij te helpen Peter op gang te krijgen. Hij telefoneerde met professor Frits Grevel, al zeven jaar lector in de kinderpsychiatrie. Ook professor Ernst Utrecht was aanwezig. Hij vertelde dat Pak Ali Sastroamidjojo indertijd al had onderkend dat Subandrio een leugenaar was. Oud-ambassadeur Howard Jones is dit jaar naar Indonesië geweest en heeft Bung Karno bezocht. Suharto was ertegen, maar onder Amerikaanse druk moest hij toestemmen. Eerst liet Suharto voorstellen dat Sukarno en Jones elkaar op een huwelijksreceptie zouden ontmoeten, maar ambassadeur Jones had dit geweigerd en de vraag gesteld: ‘Hebben jullie Sukarno gearresteerd of niet?’ Toen Jones naar Wisma Jaso, de villa van Dewi ging, omhelsden Bung Karno en de oud-ambassadeur elkaar. De oud-president nam Jones mee in een zijkamer en sloot de deur. De officieren, die Jones begeleidden, durfden niets te doen. Utrecht sprak ook over de jarenlange tegenstellingen tussen Subandrio en Mas Ruslan Abdulgani. Ik vertelde hem over de confrontatie op Istana Merdeka tussen president Sukarno, kolonel Sutikno en mijzelf. ‘Vleierij van Sutik- | |
[pagina 187]
| |
no,’ zei Wertheim direct. Maar professor Utrecht, als Indische jongen, begreep onmiddellijk dat Sutikno's benadering toen geen vleierij was. Wertheim had beter moeten weten. Ik kon onmiddellijk door professor Grevel worden ontvangen. In de wachtkamer zat nota bene Charles Röell, de tweelingbroer van Inez.Ga naar voetnoot246 Hij was onvoorstelbaar dik geworden, ongeschoren en durfde niet naar me te kijken. Hij was nu dus patiënt. Wat ontzettend zielig. Professor Grevel verzuimde zich te excuseren dat ik zestig minuten moest wachten. Hij was ook een beetje doof, maar maakte wel aantekeningen op een vel papier. Was ik iets opgeschoten? 's Avonds gingen we naar een voorstelling van Seth Gaaikema. Toen ik op een gegeven moment in mijn eentje zeer moest lachen, merkte Seth op: ‘Daar zit een verlate pater.’ | |
9 november 1969Was gisteren in Kapellen-Erft, West-Duitsland bij Harisanto. Zijn zoontje Margasanto heet nu Tony. Hij is cute, erg Indonesisch en Santo is tevreden. ‘He reacts, like me,’ zegt Santo, ‘but I do not experience him as my son, but like another person, like Margaret.’ Zijn vrouw merkte op dat Richard alles was wat zij zou hebben willen zijn, indien zij een jongen zou zijn geweest. Ik heb haar nooit helemaal kunnen volgen. Sprak gelukkig zeer intens met Santo alleen. Hij vindt het een positieve zaak dat er steeds meer tijd vrijkomt voor de mens om na te denken (alsof hij dit ook zal doen). Al zou er een atoomoorlog komen, er zouden genoeg mensen overblijven om de nooit eindigende cyclus van mensen voort te zetten. Europa zou de gevoels- en denkbodem moeten kweken als vitale tegenhanger van het Amerikaanse imperialisme. Hij noemde als voorbeeld dat in West-Duitsland studenten cellen vormden om bepaalde oudere hoogleraren gewipt te krijgen. Hij was in Afrika geweest en was geschokt door het ontbreken van iedere cultuur. Stapte bij Netty en Enkie Feldhaus van Ham binnen.Ga naar voetnoot247 Ze vonden De Verraders te veel een poging tot rehabilitatie. ‘Dat heb jij niet nodig.’ Peter blijft centraal. Gisteren sprak ik met de heer Helder, onderwijsinspecteur te Amsterdam. Hij zei dat hij Peter uitstekend zou kunnen gebruiken. We gaan regelmatig naar Amerbos kijken en hebben reeds allerlei meubels en attributen zoals vloerbedekking en gordijnen | |
[pagina 188]
| |
gekocht. Tegenover mijn nieuwe huis is een school in aanbouw. Het zou ideaal zijn als Peter er les zou kunnen geven. Peter zei gisteren in de auto: ‘Soms heb ik het gevoel langzaam dood te gaan: ik zou zeven dagen willen slapen.’ Hij was dankbaar voor wat ik probeerde van de grond te krijgen: werk dus. | |
9 november 1969Eindhoven, CocagneBrandde twee kaarsen hier tegenover. Ik deed het voor Peter, Santo, Richard en Loet. Feitelijk moet je er iedere dag opnieuw bedacht op zijn dat het je laatste kan zijn. ‘De ideale liefde,’ aldus Henry de Montherlant, ‘is een liefde die niet wederkerig is.’Ga naar voetnoot248 George de Mohrenschildt schrijft dat de chef van politie in Dallas, Texas thans bereid zou zijn om de waarheid over Lee Harvey Oswald te vertellen. Deze Jesse Curry was bezig een boek over de moordaanslag te schrijven. Hij gaat zeggen dat het waarschijnlijk is dat Oswald onschuldig was. George schreef: ‘Just imagine, this bastard police chief, was silent all these years, because he was worrying about his job. It is so typical.’ De Mohrenschildt doceert nu aan Bishop College, een negercollege, ‘and I will arrange for your appearance’.Ga naar voetnoot249 ‘You will fall in love with some kids. Even the tough activists are fine.’ Zijn dochter Nadya had hem toegegeven: ‘I had a crush on Willem’. Later zou hij het artikel toesturen met een apart briefje bijgesloten: ‘I think it's important for us since it brings out the questionable aspect of Oswald's guilt. Love, George.’Ga naar voetnoot250 Ik sta al enige tijd in contact met Bernard Fensterwald Jr., directeur van het Committee to Investigate Assassinations in Washington dc. Hij schreef me mij in Amerika te verwachten. Sprak van 12.00 tot 14.00 uur met Ton Neelissen van de nos. Ik vertrouw hem nog minder dan Hagedorn en met Kees van Langeraad is hij helemaal niet te vergelijken. Hij zei dat hij slechts twee programma's van me wilde kopen voor Panoramiek, dat hij schijnt te gaan leiden en dat was dan meer een zoethoudertje, omdat ik plotseling was opgezegd in plaats van dat men werkelijk interesse had. | |
[pagina 189]
| |
reel niet verantwoord. In 1936 kende hij een zekere Scholten. Hij was een vriend, maar nsb-er tegelijk, dus moest hij met de man breken. Hij adviseerde om De Mohrenschildt bij een volgende ontmoeting te zeggen waar het op stond. Hij vond dat ik Bernard Fensterwald niet meer moest vertellen dan dat ik een bekende van George was en dat ik naar Sylvester Dason toewilde.Ga naar voetnoot251 Hij was er van overtuigd dat de periode waarin mensen koud gemaakt werden, die zich te veel met de jfk-zaak bemoeiden, voorbij was.Ga naar voetnoot252 | |
12 november 1969HilversumIn een telefooncel lag een Volkskrant. Ik zag dat ze bezig waren met een auditie voor de musical Hair. Waarschuwde Peter. Ik spoedde mij naar het De la Mar theater en sprak met Piet Meerburg (ja, die body-builder) en met de Britse regisseur Spinetti. Peter zal om 17.00 uur een auditie doen. | |
13 november 1969Peter had weer autorijles en kwam enthousiast terug. Hij had achteruit leren rijden. We bezochten samen de onderwijsinspecteur, de heer Herder, die een nieuwe afspraak met een andere functionaris voor Peter zal maken. Joop Sandé, het model, was in Figurform en zag er in zijn blootje absoluut zalig uit. Ik voel iets voor die jongen. Vertrouw hem. Ik liet hem merken dat ik wist dat hij de koffer in was geweest met Peters Milaanse fotograaf. Hij bloosde. Het deed me veel. | |
14 november 1969London, Hotel PresidentHet allerlaatste bericht op het bbc-nieuws was dat de prins van Wales 21 jaar is geworden. Bernard Fensterwald en de schrijver Paris Flammonde (met een stok) wachtten in de lobby. Gisteravond hebben we na het diner tot 01.15 uur in de kamer zitten praten. Ik heb de indruk dat dit comité van Fensterwald absoluut geen stap verder zal komen bij het onderzoek naar de moord op president Kennedy. Zij denken beiden dat George de organisator van Dallas is en dus schuldig is. Ze weten alleen niet hoe en waarom de schietpartij | |
[pagina 190]
| |
plaatsvond. Zij werken eveneens aan de affaire van dominee King en de verdwijning van en moord op Patrice Lumumba. Niemand begrijpt wat Oswald in Mexico heeft uitgespookt. Nog een onbeantwoorde vraag: had Oswald een stuk metaal in zijn hoofd? Ik vroeg waar dat nodig voor was? Daardoor heeft hij onder hypnose gehandeld. Hij had elf dagen in een ziekenhuis in de Sovjet-Unie doorgebracht. Werd hier deze ijzeren plaat toen ingebracht? Beide heren spraken spottend over Jim Garrison wat me irriteerde, want Garrison leek me uitzonderlijk veel serieuzer bezig, dan wat ik hier aan indianenverhalen hoorde. Ze zoeken allemaal hetzelfde antwoord, maar je vraagt je af wie wiens vriend is. De Franse diplomaat Alphonse Hervé zou een boek hebben geschreven over de moord op jfk waar maar driehonderd exemplaren van in omloop waren. Niemand ziet kans een exemplaar in bezit te krijgen. Fensterwald had met de chief inspector van Scotland Yard geluncht. Er was niets uitgekomen. Ze opperden het plan om op een of andere manier George de Mohrenschildt lsd toe te dienen opdat hij zou gaan spreken. ‘We zouden ook zijn huis van geluidsapparatuur kunnen laten voorzien.’ Filmde Bernard Fensterwald twintig minuten met een crew van Keeling Film Productions. We gingen naderhand naar een pub. Als Fensterwald naar Dallas zou gaan om met George te spreken zou hij een body guard huren. Hij wilde het liefste met George en mij naar Mexico. Het boek van Paris Flammonde komt spoedig uit. Hij begint aan een tweede studie over James Earl Ray. Bud en Paris maken er full time banen van. Ik ben alleen met George bezig, omdat Croiset hem identificeerde. Bud sprak uitvoerig met Marguerite Oswald, die hij een egomaniak en gek noemde. Dat maakte me inwendig woedend, want ook al was zij door alle druk over het paard getild en afgedreven geraakt, in de grond van de zaak had zij gelijk. Paris Flammonde maakte op mij bijna steeds de indruk van een asshole. Hij drinkt veel whisky en zegt weinig zinnigs. Toen ik vertelde dat Jeanne haar hondjes op hun pussy zoende bleef Fensterwald er ongeveer in. Vanmorgen zei hij: ‘I needed that laugh last night after another depressing and unsuccessful day.’ Ik was op tijd in Amsterdam terug om Jef Last in Laren in het Rosa Spier-huis te gaan ophalen voor de André Gide-meeting in Maison Descartes. Hij zei dat hij zich verwend voelde. Hij stond met hoed, sjaal en jas (die weer uit ging) op me te wachten. Geen enkele krant had geholpen de zaak te publiceren. Hij | |
[pagina 191]
| |
wist niet dat Elseviers zijn artikel ‘Weg met taboes’ had gepubliceerd. Had een exemplaar voor hem meegebracht. Hij blijft een strijdbare oude baas. Ik ben het weinig met hem eens, zoals over Egypte of Israël, en hij vindt nota bene dat Sukarno, na de overdracht van Nieuw-Guinea, had moeten aftreden, maar ik heb toch een zwak voor hem en anders wel voor Gide. Ik moet hem Sjef noemen. Eerst sprak S. de Gorter, cultureel-attaché van de ambassade in Parijs. Gevolgd door een rede van de Franse schrijver Roger Stéphane. Daarna sprak Jef Last. Inderdaad - en dit was ook altijd mijn verwondering over Gides dagboeken - hij noemde zelfs de naam Alfred Dreyfus niet toen in Frankrijk die zaak het land op zijn kop deed staan. Dat is bij mijn dagboek ondenkbaar, tenzij ik smoorverliefd ben, zoals deze twee jaar met Peter. Voor Gide kwamen volgens Last eerlijkheid en rechtvaardigheid op de eerste plaats en dan pas problemen en sociale toestanden. Tijdens zijn reis door de Congo schreef hij eens: ‘The less intelligent a European is, the more he will look upon a Congolese as an animal.’ Santo schreef: ‘I love life’. Ik dacht: geen wonder zoals hij leeft. Antwoordde hem van binnenuit. I do not love life. It is sad. Rain. Alone. Nam Leonard Freed mee naar Thermos, de nichtensauna, om foto's te hebben voor het boek met Peter de Boer. Ik had seks met een neger. Leonard bestudeerde deze activiteit. | |
15 november 1969Kwam Jan Cremer tegen. Hij is weer samen met Posita. Hij wilde de boerderij van Hugo Claus bij de Franse grens voor een kwart miljoen kopen. We aten samen. Jan Buis van Bruna was er ook bij, want van hem zullen de centen moeten komen.Ga naar voetnoot253 Hij schepte op dat hij een secretaresse steeds op de plee bij Bruna neukte; dat hij een paard voor tweeduizend gulden uit een slachterij had weggekocht dat nu een springpaard van zijn dochter was. Hij leek gesteld op zijn zoon van elf jaar. De zaak Kennedy was morsdood.Ga naar voetnoot254 Zijn salaris bestond uit zes cijfers. Maar ik vond hem toch aardig. Rob van Amelrooij gaf me een exemplaar van De Verraders, gezet voor de pocketuitgave.Ga naar voetnoot255 | |
[pagina 192]
| |
16 november 1969Pakte een schilderijenkist uit die in 1960 uit Zuid-Afrika met mijn ouders was meegekomen en heb het schilderij van de koetjes waar mam zo op gesteld is, beschadigd. Het geeft me een enorm schuldgevoel. Heb nog niets gezegd. Twee schilderijen zijn voor mij: de hulk met scheepjes op het strand en een stadsgezicht van Amsterdam door Alexander Oltmans (1814-1853). Gerard Croiset adviseerde me met De Mohrenschildt en de andere heren naar Mexico te gaan. Er kon geen sprake van zijn om George lsd te geven, maar Bernard Fensterwald was een uiterst slimme man. Ik vond het tegendeel. ‘Ze gebruiken jou voor hun publiciteit.’ Santo loves life. To love life, you have to love people. Whom? | |
19 november 1969BussumWe zitten in montagekamer 131. Van de George de Mohrenschildt-film uit 1967 is vijfendertig minuten weggegooid, dus er zijn nog geen vijf tot acht minuten van over. Ik belde Carel Enkelaar die beloofd had de film onder zijn hoede en bescherming te nemen. Belde Gerard Croiset: ‘Zijn ze gek geworden,’ was zijn reactie. Het is onvoorstelbaar. Van Jeanne de Mohrenschildt hebben we dus niets meer. Het komt er op neer dat ik in 1967 alles heb geriskeerd om toch naar Dallas te gaan en de moeite (en het gevaar) voor niets is geweest. Eerst was mijn film met Clay Shaw weg. Na veel zoeken werd deze in een kast bij de Scala-redactie teruggevonden. George de Mohrenschildt blijft onvindbaar. Van de Jim Garrison-film bleek in het origineel te zijn geknipt. Een rotdag dus. Het begon trouwens al met mam die me er van beschuldigde dat ik meestal de beste kwaliteit koos voor wat ik voor mijn huis aankocht. Eigenlijk heeft mam mij haar hele leven nooit anders benaderd dan door me te frustreren. Ging met Peter naar Amerbos. We kregen de sleutels. | |
[pagina 193]
| |
21 november 1969Slaap voor het eerst in het nieuwe huis. | |
22 november 1969Zat vanavond alleen in mijn studeerkamer in Amerbos vervuld van gemengde gevoelens over een heerlijk huis en intense triestheid. Vanmiddag tijdens het nasynchroniseren van de nieuwe Kennedy-film kreeg ik tranen in mijn ogen. Ik heb er de Dvorákmuziek in verwerkt, die ik bij de begrafenis van mijn vader liet spelen. Reed vele malen heen en weer gegaan tussen Bilthoven en Amerbos om mijn spullen, die niet bij Van Nimwegen waren opgeslagen, te verhuizen. | |
23 november 1969Vanavond werd onze Kennedy-film getoond ter gelegenheid van de herdenking van Dallas zes jaar geleden. Ton Neelissen gaf me volledig credit. Ik keek naar de film bij Gerard Croiset, die een aantal nieuwe opmerkelijke dingen zei. ‘Besef je,’ zei hij, ‘wat deze film een reclame voor jou is?’ Ik hoop dat Peter de film heeft gezien. Bertie Hilverdink heeft zijn platte Javaanse neus in een puntneus laten veranderen. De operatie in Parijs duurde drie uur. Waanzin. Hij schrijft er in extenso over, met tekeningetjes erbij. | |
24 november 1969Mijn eerste echte dag op Amerbos. Het oud Engelse massief eiken bureau van mijn grootvader en daarna van mijn vader is uit Bilthoven gearriveerd. Peter schittert door afwezigheid. Ellen Thomassen was mijn eerste bezoekster. Zij bracht bloemen mee. Ze blijft bedisselig en wilde allerlei details meteen anders. | |
25 november 1969Mam schreef me een lieve ‘Veel geluk in de nieuwe woning’- kaart. Zij had de Panoramiek-uitzending over jfk prima gevonden: ‘En laten we hopen dat het een geslaagde comeback bij de nos zal zijn, die duurzaam zal zijn.’ Ze gaf het nummer van de timmerman in De Bilt die zij kende, en die mijn boekenkasten zal komen timmeren. Ontmoette Loet op Schiphol. Hij kan het geld voor zijn laatste vlieglessen om piloot te worden niet bij elkaar krijgen. Hoe te helpen? Hij wordt volgend jaar al 32 jaar. De Yamaha-vleugel is gekomen. | |
[pagina 194]
| |
26 november 1969Carel Enkelaar zegt dat mijn jfk-film inderdaad als comeback moet worden gezien. Eindelijk positief nieuws. | |
28 november 1969Mam en tante Jetty kwamen naar het huis kijken. Mam bracht een bougainville mee. Tante een azalea. Ze dronken een kopje koffie. Toen ik ze later nazwaaide wilde ik maar een ding: dat mijn vader erbij had kunnen zijn. Na de sportschool ontmoette ik Joop Sandé. Ik krijg het warm van die jongen. Hij trekt me enorm aan. Maar ik ben niet alleen maar uit op een seksnummer. Dan maar liever niets. | |
30 november 1969Haalde Emile van Konijnenburg van het Centraal Station af. Hij bleef voor de lunch. Hij bubbelde van anekdotes over Bung Karno. Ik moedigde hem aan deze te verzamelen en een boek te schrijven. Hij was het er mee eens dat wij de enige twee Nederlanders waren, die Sukarno het beste hadden leren kennen. Het intiemst. Hij gaf me The Peter Principle van dr. Laurence J. Peter cadeau. | |
1 december 1969Luister naar Sirènes, Debussy. Lag wakker over Peter. Heb dagboeken van 1940 en 1941 ingekeken. Griezelig. Sommige gebeurtenissen komen terug alsof ze gisteren plaatsvonden. Zat in stomme verbazing te lezen. Emotionele ervaring. Lag in bed na te denken, wat ik zou zeggen tegen hem, wanneer Peter uiteindelijk zou arriveren. Ben mam in Bilthoven gaan halen. Zij nam de honden mee. Ze vond het schilderij van Peter door Fred de la Bretonnière niet geslaagd, want zij zei: ‘Gelukkig valt hij in werkelijkheid mee.’ Zij had haar tools meegenomen, een vrij groot mandje vol met borstels, poetslappen, boenwas en andere benodigdheden. Zij zette het bureau van mijn vader helemaal in de was. Het rook heerlijk in de kamer. We lunchten samen en het verbaasde me dat zij om 16.00 uur niet doodmoe was toen we | |
[pagina 195]
| |
voor de terugrit en een diner in de Roskam richting Bilthoven vertrokken. | |
4 december 1969Broer Theo was hier. Hij vond het huis fantastisch en verzekerde me dat het een uitstekende investering was. Hij vond alles prima behalve het schilderij van Peter. Het deed hem aan een bioscoopreclame voor een film denken, The Lost Man, ‘om in je garage te hangen.’ Theo en Nellie komen niet met Kerstmis vanwege de stank van de honden (wat sterk overdreven is) ‘en al het geouwehoer.’ Om naar zoiets te moeten luisteren maakt me stil en verdrietig. Heb opnieuw door dagboeken gebladerd. Een oneindig trieste ervaring. Alles herhaalt zich steeds maar weer zonder enig bevattelijk doel of reden. Peter zwijgt al vijftien dagen. Kon niet slapen. ‘Every thought destroys as it creates.’ - Rollo May | |
5 december 1969In totale verbazing en met een gevoel van ongeloof bekeek ik gisteravond foto's van mezelf als teenager, die ik in geen jaren had gezien. Ik vond een brief van de moeder van mijn vader, oma Haag. Mevrouw Klink schreef dat zij niet kon slapen, omdat zij wist dat ik ongelukkig was. De brief verbaasde me heel erg. Ik begrijp steeds beter dat wanneer ik al deze details niet had genoteerd en brieven en foto's niet had bewaard, ik over het verleden vrijwel niets meer geweten zou hebben, laat staan op betrouwbare gronden. Ontmoette Jaap Drabbe. Hij was in Miami, Florida bij Frieda | |
[pagina 196]
| |
en haar man Peter Bieling geweest.Ga naar voetnoot256 Ze wonen in een fantastisch huis met een zwembad binnen. Ze hebben vier dochters. De ouders van Frieda wonen om de hoek en zijn er veel over de vloer. Dat is nu precies het soort voorland dat ik tegen ieder prijs heb willen ontlopen. Bieling liever dan ik. Frieda schijnt tegenwoordig bijouteriekistjes te maken, die zij voor veertig dollar verkoopt. Vooral werd de rijkdom van de Bielings onderstreept. | |
8 december 1969Heb mam en de honden weer in Bilthoven opgehaald. De boekenkasten waren nu ook gereed. Zij vond de study subliem geworden. Zij hielp met alles en nog wat. Wreef opnieuw het bureau in. Repareerde met houtlijm de door de verhuizing afgebroken stukjes. Haar gezicht is toch rimpeliger geworden. Zij doet mij sterk aan grootmama denken. Zo'n dag komt nooit meer terug. Trof Peter in zijn kamer aan het Thorbeckeplein. Hij ging mee naar Amerbos. Hij vond de zitkamer ‘super’ en ‘perfect’. Hij liep overal rond en bood aan het mahoniehout van de getimmerde kasten voor me te vernissen. Hij vond het huis kennelijk heerlijk. Het leek een droom dat hij er na twee weken eindelijk was. | |
10 december 1969Peter bekende dat hij zich al een aantal maanden eigenlijk in een ‘slaaptoestand’ bevond, waardoor hij zich steeds rot voelde. We spraken over bezitvorming en hij zei: ‘Ik wil niemand bezitten en wil ook door niemand bezeten worden.’ Peter: ‘Wanneer je met iemand een nummer hebt gemaakt en je ziet hem later met een ander meegaan, krijg je een gevoel wat je niet moet hebben.’ Hij stelde zelf voor thuis eten te maken, dus voor het eerst op Amerbos. Hij had Van de koele meren des doods uitgelezen en begreep dat deze beschrijving van hoe een vrouw langzaam gek werd mij niet lag. Hij dacht dat het script zich beter voor televisie zou le- | |
[pagina 197]
| |
nen dan Couperus. Eens had Couperus aan een journalist gezegd dat hij zelf Eline Vere was. Na het eten stond hij op zijn hoofd ter bevordering van de spijsvertering. Hij kookte heerlijk. Supergezellig. Hij gebruikte voor het eerst de grill. Een wijntje - waar ik niets om geef - maar dit hoorde bij onze eerste maaltijd op Amerbos. Na een zachte voorbereiding verdween hij omstreeks middernacht naar het Thorbeckeplein. | |
14 december 1969Nachtmerrie. Reed tegen een ijzeren balk. Deze schoof op. Iemand zei om het niet te doen, maar daarom deed ik het met mijn karakter dus juist wel. De balk tuimelde. Ik kreeg een doodsschrik. Hij viel op het hoofd van mijn vader. Er was een gat en bloed. De mens is een onding. Ik hoor en zie niets van Peter. Zou hij met Philip mee naar Amerika zijn? Daar zit ik dan in mijn paleisje, alleen. Beckett zegt in de Nieuwe Linie dat de meeste ontmoetingen vergeven zijn van schijnbeelden en schijnzekerheden. Een echte ontmoeting met iemand die om allerlei redenen niet eerlijk is, blijft onmogelijk. Heb Henk Hofland uitdrukkelijk gevraagd eens naar mijn huis te komen kijken. Hoor en zie niets. Erik en Helga van der Leeden kwamen wel. | |
16 december 1969Peter was met Philip Nasta naar Londen geweest en keerde alleen met de boot terug. Kocht van Samuel Beckett: Hoe het was.Ga naar voetnoot257 | |
[pagina 198]
| |
's Avonds naar een voorstelling van het Nationale Ballet. Prachtig. Hij genoot intens. Rudolf Nuyerev danste. In de pauze wilde Peter de hal van de rai niet oversteken, ‘te veel licht.’ Dan schrik ik en vraag me af wat ik kan doen om hem zich anders te laten voelen. Hij had gedroomd en zei: ‘Denk eraan het op te schrijven, want ik droom nooit. Ik was in een appelboomgaard, die van jou was en gapte appels. Toen betrapte je mij en zei: “ik geloof dat Peter het ook doet.” Ik werd woedend en gooide een appel naar je, die op je uiteenspatte.’ Een tweede droom: ‘Ik kwam in een lokaal, waar ze opnamen voor Cremers film aan het maken waren. Jan kwam aan op een paard. Hij moest een bocht maken, viel eraf en begon hard te huilen.’ | |
18 december 1969Heb een abonnement op de Volkskrant genomen omdat ik me dermate erger aan de shit op de voorpagina van de Telegraaf. Heb ze opgebeld en opgezegd. Ik schreef hoofdredacteur J.J.F. Stokvis: ‘Neem de shit van heden: smokkel in minivuurwapens, rover in de tram, een juffrouw in Californië en een Duitse staalfabriek. De wereld staat in brand en u komt met een journalistiek aanzetten welke in geen enkele relatie staat tot de oorsprong van wat een voorlichtingsapparaat behoort te zijn. Uw krant zet bovendien dermate de toon voor nieuwsspreiding hier; ergens sleept u de hele Nederlandse pers mee om Telegraafachtige journalistiek te bedrijven (...). Het is mijn stellige mening dat wat de Telegraaf doet een duidelijke vorm van misdadigheid is, ten detrimente van iedereen, in dit land. Ik begrijp niet dat u zich hiertoe leent. Toen ik u enige tijd geleden sprak wees ik u er reeds op dat uw buitenlandpagina meestal nergens op leek (...). Ik begrijp heel goed dat u zich gezien het aantal abonnees op de borst slaat en u zich laat verleiden om te denken dat you are doing a terrific job selling a newspaper, maar in mijn ogen is wat u doet een vorm van gigantische oplichterij.’ | |
19 december 1969Ben me bewust hoe weinig perfect dit dagboek is. Neem de bijbehorende knipsels. Ik geloof, en ben er wel zeker van, dat ik veel heb verzameld wat weg kan. Verder dat er oneindig veel meer wordt gedacht en gebeurt dat nergens staat. Het blijft allemaal jammerlijk onvolledig. Toch blijven proberen en doorgaan. Wibo van de Linde vond mijn jfk-film ‘voortreffelijk.’ Hij is nog steeds voor me bezig bij de avro. | |
[pagina 199]
| |
21 december 1969Gisteravond gaven we onze eerste dinner-party. Oergezellig. Peter prepareerde heerlijke dingen. Hij noemde me alleen soms Philip. | |
27 december 1969We zagen Satiricon met Richards flirt Hiram Keller uit Hair. Ook zagen we een documentaire over Arthur Rubinstein met te veel waardeloze opnamen over diens privé-leven en veel te weinig muziek. Rubinstein: I am making love when I play, my heart sings. Terug op Amerbos prepareerden we een maaltijd. Hij bleef voor het eerst slapen. Ik lag naar zijn profiel te kijken. Voor mij is hij dan een engel. | |
31 december 1969In zijn oudejaarsgesprek met de Telegraaf, dat een traditie schijnt te zijn geworden, valt Joseph Luns opnieuw Robert F. Kennedy aan en noemt hem ditmaal ook nog ‘anti-Nederlands’. Iemand uit de Kennedy-groep moet antwoorden, misschien Theodor Sorensen. Luns is gek. Hoe durft hij dit te zeggen. Harry Hagedorn heeft zijn vriendje Peter terug, precies als ik heb voorspeld. Ik ben blij voor hem. Vreemde oudejaarsavond. Schumanns Symphonic Variations. Het is na middernacht. Peter heeft hasjiesj meegebracht en rookt verwoed. Ik stopte wat van dit spul in mijn pijp, heb zitten paffen, maar waarschijnlijk verzet ik me er mentaal tegen, want het doet me niets, terwijl Peter bezig is in dromenland te geraken. | |
Nieuwjaar 1970Koud. Stralende zonneschijn. Zette Peter af op het station in Utrecht, want hij ging naar zijn moeder in Tilburg. Bracht mam rode tulpen. We aten in de Roskam. Tante Jetty gaf me de Sonatine van Ravel, wat technisch onhaalbaar voor me is. Later staarde ik naar mam, toen zij televisie keek. Het maakte me ontzettend triest. Zij lijkt nu zo oud te worden. Zij had Peter op tv gezien in Man en Muis. | |
[pagina 200]
| |
2 januari 1970Mams tulpen lagen nog in de auto. Vergat ze te geven. Gisteravond was er veel activiteit in huize Gerard Croiset. Een Mrs. McKay was verdwenen in Londen. Hij concentreerde zich op die zaak. Een Brit, Eric Cutler, arriveerde met een sjaal en handschoenen van de dame, ook met foto's en kaarten. Hij eindigde zijn visie in een schuur op een oude boerderij. Eerst had hij een kleurenfoto van de vrouw in handen en schrok zich een ongeluk, want zij stond voor de schuur die hij had beschreven. Het oude liedje van beelden door elkaar halen. Hij had een beeld van Mrs. McKay onder het ijs en een ander dat zij nog in leven was. Cutler, een man uit het advertentiewezen, droeg voor de feestelijke gelegenheid een rode anjer in het knoopsgat. Croiset kreeg een aardige indruk van de vrouw, maar zei ook: ‘Misschien is haar man wel blij dat hij haar kwijt is.’ De opnamen van Henry Croiset van de ontmoeting Cutler-Croiset nam ik mee naar Associated Press, die er honderd gulden voor betaalde. Studeer op Doctor Gradus ad Parnassum (Debussy). Arthur Rubenstein zegt, wanneer hij piano speelt: ‘Sings his heart’. Ik zeg: ‘Dan zingt mijn ziel.’ Richard Thieuliette is al enige tijd met Hans Geerlofs in Amsterdam. Ik zag hem eenmaal. Hij belde dat hij met Hans naar zijn moeder ging in St. Dizier. Ze dineren bij Wil Ledel. Small world. Later belde Peter en had veel te vertellen. Hij was blij in zijn eigen bed te slapen. Zijn zus, de non, was thuis. De poes had een poot gebroken. Ook John van Haagen belde en Anneke Verrips. Nu zijn zelfs de generaals Suadi en Sudirgo in Indonesië gearresteerd. Dat is een zeer slecht teken. Meneer Suharto blijft maar aan de gang. Wat is er toch in Indonesië aan de hand en waarom rebelleert dit volk niet tegen het militaire regime? Otto Reik overleed in New York. | |
[pagina 201]
| |
7 januari 1970Bij het eerste ochtendlicht merkte ik dat Peter, naast me, even keek of ik er wel was en hij sliep weer door. Een vlinder is stervende in de keuken. Hij zat met de vleugels tegen bedauwde ramen geplakt. Later is de vlinder helemaal bijgekomen. We wandelden in de stralende zon op het strand. | |
8 januari 1970Twee rode rozen op de blanke sneeuw, die het graf van mijn vader overdekt. Probeerde Wibo van de Linde te bereiken. Ik hoorde hem op de achtergrond zeggen: ‘We zullen Oltmans opbellen op onze tijd, als het ons goed dunkt. Hij hoeft niet driemaal per dag te bellen.’ Alsof ik dat deed! Is dat de man met wie ik zou moeten samenwerken? Bij de nos zijn de gefilmde gesprekken met dr. Margaret Mead, de zwarte psychiaters Cobbs en Grier in San Francisco en de conversatie met dominee Bevel nog steeds onvindbaar. Van Hofwegen maakte dus weer vijven en zessen. Met Carel Enkelaar loopt alles altijd supervlot. Hij ging akkoord duizend gulden te betalen voor een bezoek aan George de Mohrenschildt. We spraken bijna twee uur samen. Ik legde hem de affaire Joseph Luns, die steeds maar weer de Kennedy's aanviel om zijn eigen smerige, mislukte Nieuw-Guinea-straatje schoon te vegen, van a tot z uit. Ik kreeg zijn fiat om een documentaire samen te stellen om te bewijzen dat Luns liegt. Carel is de enige bij de nos, die een dergelijk onafhankelijk besluit ter plaatse rustig neemt en oog heeft voor de historische implicaties van zo'n film. Mam wil een paar acf-aandelen verkopen om te helpen voorkomen dat ik 10,5 procent rente voor een lening zou moeten betalen. | |
[pagina 202]
| |
10 januari 1970Peter is naar een uitzendbureau gestapt. Hij kwam nog laat uit de stad naar Amerbos. Vandaag had ik bezoek van professor Ernst Utrecht en een Chinese vriend. Utrecht heeft een pamflet over Sukarno/SuhartoGa naar voetnoot258 geschreven.Ga naar voetnoot259 Ik had een artikel geschreven over de Kennedy-film (uitgezonden op Panoramiek) over de moord in Dallas. Ton Neelissen wist te melden dat het gezet en al op de drukpers van het Algemeen Handelsblad had gezeten, maar dat Henk Hofland het eraf heeft laten gooien. De lul. | |
|