Ontmenselijking
In 1974 ontmoette ik voor deel II van mijn wererldwijde interviews over Grenzen aan de groei van de Club van Rome (Bruna) de Zweedse minister van Wetenschapsbeleid in haar werkkamer in Stockholm, mevrouw Alva Myrdal, echtgenote van de Nobelprijswinnaar econoom Gunnar Myrdal. Hem interviewde ik nadien. Wat mevrouw Myrdal me op het hart drukte was, dat niet de atoombom, maar de kans op een wereldwijd terrorisme haar grootste zorg was. Geweld was toenemende, fair play afnemende. De eeuwen van het duel bij het beslechten van geschillen, lag ver achter ons.
In Homo Ludens (De mens als speler, 1938) herinnerde Johan Huizinga aan de Disfida di Varletta uit 1503. Hierbij streden dertien Italiaanse ridders tegen dertien Franse ridders. Hij die overbleef won de oorlog voor zijn land. Ziet u het voor zich? Bush, Cheney, Powell, Wolfowitz, Perle te paard met getrokken zwaard optrekken tegen Saddam, Tariq Azis, Arafat, Sjeik Yassin, en Osama bin Laden niet te vergeten. Bij oorlog voeren, werd vele eeuwen geleden de verwantschap tussen sport en vechten nog erkend.
In het voetspoor van mevrouw Myrdal verscheen in 1983 The Dehumanization of Man van Ashley Montagu en Floyd Matson (McGraw-Hill, New York). Hun boek, stelden zij, moest een onzichtbare ziekte identificeren, namelijk een aandoening van de menselijke psyche, die bezig was zich universeel te verspreiden. Deze gevaarlijke besmetting werd nog niet door de wetenschap of medici (met uitzondering van de psychiatrie) erkend, terwijl de symptomen overal herkenbaar waren, aldus de schrijvers. ‘Its destructive toll is already greater than that of any war, plague, famine, or natural calamity on record but its potential damage to the quality of human life and the fabric of civilized society is beyond calculation’. Zij waarschuwden voor de ontmenselijking van de mens.
Evil was in opmars. Hannah Arendt beschreef dit correct na bijwoning van het Eichmann-process. Evil droeg een nieuw gezicht. ‘It no longer wears horns. Instead it wears the face of