Grootmama van iedereen
Wachtende rond 06:00 uur op mijn bagage op Schiphol na een overnight vlucht uit Cape Town gisteren, bleek dit later in de ochtend het moment te zijn geweest dat Juliana (94) in haar slaap overleed. Thuis zette ik de televisie aan, omdat het Witte Huis en de Pakistaanse cia coupgeneraal zeurden over een gevecht op leven en dood met Al Qaeda-strijders, met de connotatie dat wellicht Osama op het punt stond te worden vermoord. In plaats daarvan bleek dus een koningin van Oranje te zijn gestorven. Ik moet bekennen, toen ik om 11:00 uur in bed kroop om de jetlag kwijt te raken, bleef ik kijken naar televisiebeelden van deze oma aller oma's en kreeg tranen in de ogen.
Ik weet nog, hoe zij in 1978 ergens in het zuiden van Suriname bij een spoorwegproject uit een helikopter stapte en ik dacht: hemeltje majesteit, uw zomerjurkje lijkt bij v&d te zijn gekocht. En toch zag je op een kilometer afstand, dat zij koningin was. Haar eenvoud was grenzeloos. Maar haar gewoon willen zijn en gewoon doen, verdoezelde nooit haar werkelijke afkomst.
De eerste keer dat ik als kind Wilhelmina en Juliana meemaakte, was in 1936 in Le Howald, in de Franse Vogezen. Wij waren per auto onderweg naar Zwitserland. De directeur van het Grand Hotel kwam vragen of wij onze kamers wilden ontruimen, omdat vrij onverwachts koningin Wilhelmina en prinses Juliana arriveerden met een aantal leden van de hofhouding. Mijn ouders, zeer Oranjegezind, voldeden onmiddellijk aan dit verzoek. In de privésfeer van dit hotel, met roddelbladenfotografen toen nog in geen velden of wegen te bekennen, moet ik zeggen, dat het de eerste keer was dat koningin Wilhelmina mij als elfjarige jongen opeens deed denken aan mijn eigen grootmoeder. Onze grootmama was ook de eenvoud zelve. Ook zij droeg een chignon, een haarwrong, als trouwens onze eigen moeder. Tot die toevallige ontmoeting in de Franse Vogezen, was Wilhelmina steeds die hooggezeten majesteit geweest in het statige paleis in Den Haag of op Het Loo. Van het ene op het andere moment, werden de koningin en haar dochter voor mij mensen, als iedereen.
In 1964 stelde ambassadeur baron van Heemstra in Mexico-Ci-