actief stadium. Een van deze projecten onderzoekt de steeds
toenemende afhankelijkheid van alle naties en volkeren. Alle groeperingen eisen,
wanneer zij groter en sterker worden, een omvangrijker deel van alles. Maar
omdat de aarde aan deze eisen niet kan voldoen, conditioneren zij in feite
elkaar. Dit houdt in dat hun individuele keuzemogelijkheden, gezien de huidige
grondregels van het internationaal bestel, niet ruimer, maar juist geringer
worden. Deze studie toont niet alleen de grenzen aan waaraan onafhankelijkheid
in de moderne wereld gebonden is, maar zij verschaft politici tevens een
instrument waarmee zij het mogelijke resultaat van verschillende
beleidsvoornemens kunnen vaststellen.
Een ander project analyseert de mogelijkheid van een egalitaire samenleving,
waarin elk individu aan zijn simpele bestaan het recht op een minimum
levensstandaard ontleent - voedsel, behuizing, onderwijs, medische verzorging,
informatie, enzovoort - al naargelang het klimaat, de cultuur en de andere
omstandigheden waarin het leeft. Hoewel deze studie aantoont dat een dergelijk
samenlevingsmodel binnen het bereik van de mensheid ligt - als zij tenminste de
wil daartoe kan opbrengen - heeft dit onderzoek misschien op het eerste gezicht
wel een utopistisch karakter. Maar wanneer wij over tien of vijftien jaar
terugkijken, vraagt men zich wellicht af waarom een samenleving die al haar
leden een redelijk bestaan garandeert, in 1974 als een utopie beschouwd werd.
Wij mogen misschien in een gematigd optimistische toonaard besluiten, zij het
onder voorbehoud. Wanneer het moment van de waarheid inderdaad in een zeer nabij
verschiet ligt, is de wereldsamenleving niet meer geheel onvoorbereid, zoals zij
dat een paar jaar geleden nog wel was. In vele plaatsen verrichten
wetenschapsmensen en geleerden waardevol onderzoek op wereldomvattende schaal.
Een verslag van de Club van Rome bevat een kritisch overzicht van al deze
pogingen om inzicht te verkrijgen. Heel de geschiedenis lang zijn mensen bereid
geweest om offers te brengen voor wat zij als een goede zaak beschouwden - of
deze nu in een godsdienst, een mythe, een manier van leven, een vlag, een koning
of een leus tot uiting kwam. Dit geldt ook voor het heden. In alle werelddelen
zijn er ontelbare mensen die van mening zijn dat er fundamentele veranderingen
moeten worden doorgevoerd. Vredesbewegingen, vrouwenemancipatieorganisaties,
geboortebeperkingsinstellingen, de verdedigers van minderheden, de rechten van
de mens en burgerlijke vrijheden, consumentenorganisaties, principiële
dienstweigeraars - zij zijn er allemaal van overtuigd dat het streven naar een
nieuwe vorm van algemeen welzijn hun allereerste plicht is. Tezamen vormen zij
een potentieel leger dat nog slechts op katalysatoren en leiders wacht.
Een reeks Verenigde Naties-conferenties - eerst over het milieu, nu over
bevolkingsproblematiek, voedsel, de oceanen, delfstoffen, natuurlijke
hulpbronnen, menselijke instellingen, enzovoort - richten zich direct op de
wereldwijde uitdaging van nu en onderstrepen zonder uitzondering de noodzaak om
een antwoord op planetaire schaal te organiseren. Tijdens een recente
bijeenkomst in Salzburg, kwam een aantal leidende politici van allerlei
verschillende politieke richtingen, die à titre personnel aan
de vergadering deelnamen, unaniem tot de conclusie dat de uitdaging van deze
tijd alleen beantwoord kan worden wanneer er onder alle volkeren en naties een
nieuwe geest van actieve solidariteit en samenwerking ontstaat. Zijn dit tekenen
die erop wijzen dat onze samenleving reeds bijna onmerkbaar een rationeler koers
is ingeslagen? Wij kunnen alleen maar hopen van wel. En dit geeft ons allemaal
des te meer reden om ons tegen elke eventuele terugslag te wapenen en ons voor
te bereiden op de traumatische schokken die een dergelijke verandering
onvermijdelijk met zich mee zal brengen.
Aurelio Peccei