Daar gloort de eerste morgenschemering.
De tooverban van angst en twijfel is verbroken en ochtendgeluiden klinken als zachte lofmuziek.
Triomf, o Leven!
Het hart van den eenzamen reiziger begroet het lied uit gindsche menschenwoning met geen grooter vreugd dan toen ik hoorde het schreien van een jong-geborene, dien eersten levenskreet van jou, mijn kind!