Jeugdige minne-spiegel(1634)–Pieter Nootmans– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 20] [p. 20] Cypresse-Lijste, Passende omme de lief-stralende Minne-Spiegel, voor-gestelt door den diep-sinnigen Poëet P. Nootmans. Lof zy de blonde Godt, die 'tjeugdigh Hooft bekranst En konstelijck verçiert met Daphnis groene lov'ren Een Godt die, door 'tgeflick, het hoornigh Licht beglanst, En geeft dat volle macht de duysterheydt te ov'ren, Iae schiet een glinster-strael in't breynelijcke hooft Van dees geswinde Geest die't inniglijck verweckte Tot kloecke Poësy: het scheelsel scheen geklooft, Door dien de nevels-damp de harssens-glimp bedeckte, [pagina 21] [p. 21] Iae dompigh had bedomt; doch 'twesen duyden uyt Wat Phoebus in hem wracht, en hoe dat hem begaefde De Reen-bezielde Maegt met wijsselijck besluyt, Om dat hy op 'tParnas' soo minnelijken slaefde: Dies was't te schoonen Licht te weem'lend langh in't duyster; Want dit weer-stralend' breyn dat braeckte vaeck by een Veel vonckjens, die terstont bethoonde sulcken luyster Dat haer veer-glansigh licht een yders oogh bescheen. De Schuym-Godin besloot door hare minne-wecker Te noemen dese Strael een Spiegel van de Min, En stierden uyt den Throon de kleyn-gevlerckte Lecker, Die stracks de boodschap bracht uyt last van dees Godin, 'tGeen Nootmans gaf gehoor; dies nam hy stracks sijn veder, En samelde by een soo menigh glinster-vonck [pagina 22] [p. 22] Van lieve-koosery der Nymphjes soet en teder; Soo dat dit blinckend' Glas hem selfs in d'oogen blonck˙ Dit stelden hy ten thoon, dees Ader deed' hy springen Om u, O soete Rey der Maegden jongh-bejaert, Om u die vaeck de lust en geest port tot het singen, En staegh naer 'tnieuwe wenscht. hier is dan nieu gebaert Een Spiegel, die u leert hoe Cupido sijn Schichten Onsichtbaer schieten kan in't hertjen van een Maegt; Ten ander, sal sy u oock deugdelijcken stichten Hoe dat ghy in't versoeck u kuysch en eerlijck draegt. Dus, Maegdelijcke Schaer, vlecht Myrth' en bloeme-kransen Tot loon van dit sijn Werck, en bieds' hem blijck'lijck aen. Bos-Nymphjes schatert uyt sijn deuntjes in het danssen, En kroont hem al-gelijck met versche Lauwer-blaen. C. Stribee. Deugdt teelt Rijckdom. Vorige Volgende