Het bosken en Het theatre

(1979)–Jan van der Noot– rechtenstatus


Ga naar margenootRespondet Clariss. Poeta, D. Gerardo Goossenio, Ga naar voetnoot
vti hactenus versibus Teutonobelgicis fecit, nunc versibus Latinis idem complectens. Dvm tua conspicerem diuino numine plena Pectora, praeclaras ingenijque notas, Ga naar voetnoot2 Laetabar tanquam praetioso forte thesauro Inuento. Quid tanto charius esse potest: Ga naar voetnoot4 5[regelnummer] Artis Apollonie es doctorque sacerque Poëta Ga naar voetnoot5 Musarum antistes mysta cliënsque pius, Ga naar voetnoot6 Per te Zoileos fugient mea scripta latratus, Ga naar voetnoot7 Dum pellis metro spicula dira tuo, Nos tibi pro tanto referemus munere grates, 10[regelnummer] Dum fulget claro pallida Luna polo, Atque tuam nostro referemus carmine mentem, Vt quondam posteris, cognitus esse queas.	margenoot* [G.3.v^o] voetnoot* Clariss(imus) Poeta: nl. Van der Noot; D.: Domino; complectens: samenvattend, uitdrukkend voetnoot2 notas: (hier voor) gedichten voetnoot4 charius: carius voetnoot5 artis Apollonie (= Apolloniae): in de kunst van Apollo (in verband met het feit dat Goossenius zowel geneesheer als dichter is, hier in de dubbele betekenis van ‘geneeskunst’ en ‘dichtkunst’) voetnoot6 Musarum.. pius: een vroom (opper)priester, ingewijde (eigenlijk: mysteriën-priester) en dienaar der Muzen voetnoot7 Zoileos latratus: het geblaf van kleingeestige vitters (Zoilus was een kleingeestig criticus van de Homerische gedichten).