Uyt het versamelen trecken sommige eenige voorbeduydinge van 't jaer. Want indien de oude Rammen tijdelijck beginnen geyl te worden, vermenen sommige dat het een geluckigh jaer voor de kudde zijn sal, maer indien de jonge eerst beginnen, houdense het voor ongeluckigh.
De ouderdom van dese Beesten wordt by de Natuurkundige verscheydentlijck aengewesen.
Dit geslacht van beesten is heel mack en tam, ontbloot van alle quaetaerdigheyt. Dat nochtans de Rammen strijdtbaer zijn betoont genoeghsaem het stooten met de hoornen, soo datse niet alleenlijck die van haer geslacht aenvallen, maer oock selfs de Menschen niet en ontsien.
De Rammen hebben dit oock besonder, datse de jonge Schapen niet veel achten of na gaen, maer versellen sich altijdt by de ouden.
Dat de Oyen haer eygen Lammeren door de reuck van de achterste deelen van de andere onderscheyden konnen, is ons van sommige voor de waerheyt naergelaten.
Dit geslacht van beesten is seer profijtelijck voor haer besitters, want het dient niet alleen tot kleedingh maer oock tot spijse van den Mensche.
De wol der Schapen verschaft bequame materie om daer van veelderhande lakenen van te bereyden, en wordt daerom van veel Volckeren naukeurighlijck vergadert.
Het was eertijts tot Athenen verboden een ongeschooren Schaep of Lam te dooden en te eeten.
Het Lams-vleesch wordt onder de leckernyen, soo wel voor siecken als gesonden opgeschaft, hoe wel dat van een jarigh Schaep mede niet te verachten is.
Daer en boven zijn eenige delen van dese beesten die mede haer plaets onder de genees-middelen verkregen hebben, waer van wy by het Schaep handelen sullen.