Willem Elsschot
‘De
verlossing’
De auteur van het aardige ‘Villa des roses’,
Willem Elsschot, heeft in zijn nieuw boek ‘De
verlossing’ een beeld gegeven van een strijd die zich in een klein Vlaams
gehucht, volkomen van de wereld geïsoleerd, afspeelt tussen een pastoor en een
vrijdenker-anarchist, die zich als winkelier in dit gehucht heeft gevestigd. De
winkelier, Leopold van Domburg, bijgenaamd ‘Pol’, een lange, knokige, zwijgende
somberling, die in buien van donkere woede, zijn vrouw redeloos afranselt
(buien van kwaadaardigheid als epileptische aanvallen), die de boeren bedriegt
terwijl hij hen aan zijn toonbank laat drinken, die, als de pastoor de kopers
uit zijn winkel weghoudt, huisjes gaat bouwen en een tiran is voor zijn
werkvolk, deze ‘Pol’ is de vogelverschrikker van zijn eigen geluk. Zijn vrouw
en dochters zijn kerks gebleven, zijn heimelijk in de partij van zijn
tegenstander, en zijn verzet wordt steeds razender, wanhopiger en taktlozer.
Als hij sterft, laat hij de pastoor roepen. Men hoopt dat hij biechten zal vóór
te sterven. Maar voor zijn ziekbed schiet hij de pastoor, zijn levenslange
vijand, onverhoeds neer. Dan echter is zijn kracht gebroken.
‘Indien er nu tòch eens een God was, dacht Pol, toen hij zijn geweer had
afgeschoten. En plotseling stiet hij een gejank uit dat zich oploste in een
kreet:
- Een priester!
Zij lagen nu, in 't zicht van den dood, als ware christenen tegen
elkander op te kermen.
Kips (de pastoor) zong klagend:
- Jezus, mijn licht, mijn leven en mijne zaligheid, kom en ver-