Schaduw(1929)–Alice Nahon– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 10] [p. 10] Poëzie IV Poëzie, tenger en sterk mirakel, dat zich voltrekt boven een trosselke woorden, boven een enkelen zin, boven een luttel woord; ach trosselken, ach woordenrei, ach woord weiger van waarde, wie heeft uw geest gewekt en over wrokkige aarde doen heilichten -- Gods blik die gloort --? Dat is de teere, koninklijke kracht uit eenzaamheid geboren -- eeuwigheidsnood -- aandachtige engelen in den nacht te zien gracielijk schrijden over den loggen dood. [pagina 11] [p. 11] Ziet hoe die woordgestalte rijst achter der engelen voet, hoe zij ze beuren op hun vleugelenstoet tot zij, in 't licht getild, den schoonen steun verlaat en in gestuitte vaart op hemelbogen staat. Mystieke luister maakt heur lijf subtiel zoodat ze tijd en vormen overwint en vloeiend van gebaar en vol beweeg als wind in smalle spanne diepe tochten doet, mirakuleuze reizen naar de abiemen van 't gemoed. Maar is zij deze ijlte doorgestraald, voert zij geen zielen mede blijde en lichter, dan knielt aan de overzij beschaamd vóor heuren voet Gods droeve toovenaar de dichter. Vorige Volgende