XXXIII.
Wiesb. 13 Juni '73.
Waarde Funke,
Heden ochtend ontving ik uwen brief van eergister met voorstellen tot verandering etc. Ik neem expres maar 'n half blaadje om niet nu te antwoorden. Ge had nam. nog niet ontvangen het slot van bundel V, en 't begin van bundel VI. De mogelykheid bestaat dat het daarin voorkomende u op dit oogenblik van uw voorstellen doet afzien.
Och, de verrassing (zooals ge 't noemt. Heb ik dit woord gebruikt? Het drukt meer uit dan ik bedoelde.) Ze komt alleen neer op 't plan om met zeer grooten spoed voorttewerken aan Wouter, alleen aan Wouter! Ik dacht dat het u als uitgever aangenaam wezen zou (nà komkommertyd?) in eens den VI bundel en misschien den VII - alleen over de Woutergeschiedenis handelende - klaar te hebben. Dat ik u dit aanrekende als pleizier, was omdat ik van zooveel zyden aanvraag kreeg om 't vervolg op die historie.