XIII.
[Uit een brief van 15 maart '72].
Myne onvoldaanheid over dat stukje [naschrift van de Bruid d.b.] maakt me huiverig voor een mooier titel! Ik zit er mee in den brand. Ik dacht er over.... al wat ik anders zeg is te prétentieus. En nu valt het een beetje mee.
Maar... ik begryp volkomen dat uwe zaak vordert dat het verkocht wordt. Wel, annonceer flink weg (als 'n ui van u, die ik niet zal tegenspreken!) ‘multatuli's mea culpa voor de Bruid d.b. met den 4den druk van de Bruid erby’....
Neen, neen, dat is niet goed! By 'n pikanten titel valt het af, en dat werkt nadeelig op latere stukken. Laten we in godsnaam ons toeleggen op meevallen... als 't kàn!
Toch vat ik dat gy recht hebt op practische aankondiging. Voor ieder ander ware dat makkelyk, maar 't is nu eenmaal een parti pris my dood te zwygen. Over de Specialiteiten die waarachtig pikant zyn, heeft niemand iets gezegd dan Flanor in den Spectator, en nog zeer terloops. ‘Er is daarin een koddige historie van jonker Frits’ zegt-i.
We moeten hopen eindelyk dat zwygsysteem te breken. Misschien door Vorstenschool, schoon