Brieven. Deel 4. De Havelaar verschenen 1860

XLIV.

Vrydag middag.

Lieve beste! De Tydspiegel van September is verschenen. Ik zal hem u zenden, morgen avond zal ik er een hebben. Die ik nu heb moet ik houden. 't Is fameus mooi. De recensie van Veth is er niets by. Kyk, zoo iets had ik niet verwacht. Het opschrift is: Een boek voor den koning. Je hebt nooit zoo iets gelezen. 't Is niet lang, maar het kan niet krachtiger. Het dondert nog meer dan de Havelaar zelf. Hoe vind je dat?

En dat heb ik - naar ik geloof - eigenlyk te danken aan myn antwoord aan Ds. Francken. De Christenen willen absoluut dat ik wel by hen hoor. Je zult zien dat ze voor my stemmen als 't

[p. 131]

op een verkiezing zal neerkomen. De opgang is nog altyd stygende. 't Is curieus.

Wat ik met dat portret zal aanvangen weet ik nog niet. Ik denk, als ik den steen heb, hier 500 Ex. laten drukken en dan in den handel. Ze moeten gehavelaard worden van alle kanten.

Van morgen ben ik by v.L. geweest. Heel hartelyk. Ook zyn zoons. Dat is trouwens overal. Ik heb je immers verteld van dat meisje in 't park? Van morgen in een boekwinkel kende ieder myn naam en ik was er toch nooit geweest.

Van Sietske uit Middelburg een allerliefsten brief. Ik wilde hem u graag sturen, maar dan ben ik hem kwyt en ik wou hem gaarne houden. 't Is een engel van een meisje, waarlyk, je zult het ook zeggen. Je beschuldigt my altyd van poetisch kleursel, maar ik ben toch benieuwd wat je van haar zult zeggen. Ze is inderdaad ongewoon. Ik geloof wel dat ze my liefheeft maar natuurlyk kostschooljongejufvrouwachtig en vervelend fatsoenlyk.

Neen vervelend niet. 't Is zeer lief. Ze maakt in haar brief de konditie dat ik van u geen 1000^ste grein minder mag houden. Ook heeft ze die historie aan Catharina verteld, die my ook geschreven heeft. Ook heel lief. Ik stel Catharina veel hooger dan ik vroeger meende. Zy is heel lief en heeft

[p. 132]

veel bon sens. Ik houd Anna voor de minste, maar die ken ik niet goed.

Ik ben overstelpt van... ja, hoe moet ik het noemen? Amourettes is het woord niet, maar zulke gekke relaties, te veel om te vertellen. Maar 't heeft niets te beduiden.

Dat ik dol op Siet ben is waar. Knor nu maar niet.

Kus de beste jongens. Ook die Non, met haar jurkje van fr. 1.50! Dag kinderen.

Ik wacht morgen Ds. de Keyzer uit Arnhem hier.

Ik heb eene kamer: Botermarkt X 83.

Hierby fl. 100.