Ideën VI
(1878)– Multatuli– Auteursrechtvrij1098.Menschenkennis daarentegen is 'n dagelyks voorkomend verschynsel. Men vindt haar zelfs by dieren. Ze is gewoonlyk niet veel meer dan 'n gevolg van routine, d.i. van toegepaste ondervinding. (810)
‘Gewoonlyk’ ja, en slechts: hoofdzakelyk. Er worden altyd eenige bykomende hoedanigheden vereischt om de opgedane ondervinding vruchtbaar te maken. Daar dit evenwel kan worden beschouwd als in de uitdrukking routine begrepen, behoef ik die hoedanigheden niet nader aanteduiden.
Maar ik heb 'n opmerking van anderen aard. Het woord ‘menschenkennis’ wordt niet zelden gebruikt om 'n eigenschap aanteduiden, die soms - geenszins altyd, en dit is zeer gelukkig! - gelyke voordeelen schynt opteleveren, en daarom by velen zeer ten-onrechte voor menschenkennis doorgaat. (114)
Lieden van wantrouwenden inborst, zy die onvatbaar voor goede indrukken en dus niet gewoon zyn die te veronderstellen by anderen, loopen minder gevaar bedrogen te worden, dan dezulken die wèl gelooven aan 't goede. Alle kennis is loffelyk. Menschenkennis dus ook. Daar er nu in 'n doorgaand wantrouwen niets loffelyks ligt... |
|