549.
Reeds elders heb ik gezegd: de jeugd moet zich oefenen in
bepalen. Dat ik daarby uitsluitend van de jeugd sprak, was uit
bescheidenheid en... wanhoop. Bescheidenheid, omdat ik vreesde dat ouderen myn
lessen zouden minachten. Wanhoop, uit twyfel aan den goeden uitslag myner
pogingen by zoovelen, die jaren lang zich vergenoegden met 'n zeer onwysgeerig:
à peu près, of 'n brutaal: in 't geheel niet.