Volledige werken. Deel 25. Nagekomen brieven en dokumenten uit de jaren 1871-1886 en registers
(1995)– Multatuli– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 7]
| |
[pagina 9]
| |
Dit laatste deel van de Volledige werken, het vijfentwintigste, bestaat uit twee komponenten: de Nagekomen Brieven en Dokumenten over de periode 1871 t/m 1886 en de Registers op namen en titels die de bruikbaarheid van de reeks als naslagwerk en als bron voor nader onderzoek sterk ten goede zullen komen. Er was de uitgever alles aan gelegen de beide laatste delen gelijktijdig te laten verschijnen, rond de 175ste verjaardag van Eduard Douwes Dekker en vijftig jaar na de oprichting van de uitgeverij door Geert van Oorschot, die het verzorgen van de ‘komplete Multatuli’ in een monumentale dundrukeditie van meet af aan in zijn vaandel had geschreven.
Het registerdeel zelf bestaat ook uit twee delen: a een alfabetische lijst van alle personen en instellingen die met of over Multatuli hebben gekorrespondeerd, met de vindplaatsen van hun brieven (het korrespondentie-register) en b een gekombineerd naam- en titelregister dat verwijzingen bevat naar alle plaatsen waar deze namen en titels, expliciet of impliciet, voorkomen. Deze herkulische taak, met name hectisch omdat ook de tekstdelen van XXIV en XXV in het register moest worden verwerkt, is verricht door W.L. van Duijn, voor wie wij hier graag onze bewondering en erkentelijkheid uitspreken. Een ander desideratum, een volledig zakenregister, kon binnen de bestaande beperkingen van tijd en ruimte niet geraliseerd worden. Gelukkig zal Ter Laans Multatuli Encyclopedie, die tevens dit jaar verschijnt en bij ieder lemma naar het Volledig Werk verwijst, in deze leemte tot op zekere hoogte voorzien. Ons rest nog onze dankbaarheid te uiten jegens Alma van Donk, dit keer geholpen door Cobi Wiersinga, die samen de oeverloze stroom kopij met inzicht en toewijding op diskette hebben gezet, en jegens al degenen die ons met hun specialistische kennis op de meest uiteenlo- | |
[pagina 10]
| |
pende gebieden al deze jaren terzijde hebben gestaan. Hun namen worden nog eenmaal met ere in het colofon vermeld.
Amsterdam, februari 1995 Hans van den Bergh Dik van der Meulen |
|