Volledige werken. Deel 24. Brieven en dokumenten uit het jaar 1887. Nagekomen brieven en dokumenten uit de jaren 1839-1886
(1995)– Multatuli– Auteursrechtelijk beschermdEduard Douwes Dekker.Het onverwacht overlijden van den genialen strijder tegen de gebreken van menschheid en maatschappij mogen wij in ons blad niet onopgemerkt voorbijgaan. Immers wij voelden ons homogeen met hem, die, na veel geleden te hebben, de wonde plekken der beschaving trachtte te genezen, zij 't ook door meedoogenloos den geesel der satyre te zwaaien. Reeds in den eersten jaargang van ons blad hebben wij uitvoerig en in tal van onbekende bijzonderheden de wordingsgeschiedenis van den Max Havelaar aan onze lezers meegedeeld, en gaven de laatste levensjaren van Multatuli al geen aanleiding om zijn naam meer in ons blad te noemen, toch zijn wij tot het laatste oogenblik eerbied en sympathie voor hem blijven gevoelen en zal zijn nagedachtenis bij ons in hooge mate geëerd blijven. Mannen van de grootte van Douwes Dekker vinden in een maatschappij, waarin het lage steeds tracht te zegevieren, immer groote bestrijding en waar men zich daartoe niet bij machte gevoelt, krenkende miskenning. Multatuli was de eenige niet, wien dit lot trof. Ook zijn geestverwant dr. F. Günst, met wien hij door nauwe vriendschapsbanden verbonden was en die o.a. de eerste uitgever zijner opzienbarende | |
[pagina 166]
| |
geschriften was, kon daarvan medespreken, en onweerstaanbaar worden wij aan den dood van dezen humanist herinnerd, nu ons zoo onverwacht de tijding bereikt dat ook de levensdraad van Douwes Dekker is afgesneden. Een gevoel van bitterheid moet ons bekruipen bij de ervaring, hoe weinig inderdaad groote mannen in ons kleine landje worden gewaardeerd. Hoevelen der besten hebben niet in den vreemde hun woonplaats gezocht, toen de grenzen van eigen land hen te eng werden! Wie denkt niet aan Busken Huet, die te Parijs woonde, aan Van der Linde die zich in Wiesbaden vestigde, aan MoleschottGa naar eind1. die te Rome en Alma TademaGa naar eind2., die te Londen met roem overladen wordt. Wel is er reden tot sarcasme bij het bedenken van zulke feiten. En Multatuli, die zoo terecht sarcasme de hoogste uiting van smart noemde, moet wèl veel geleden hebben! Moge de gedachte en de overtuiging, dat hij in zijn vaderland velen bezat, die hem waarachtig liefhadden en hem grooten eerbied toedroegen, zijn laatste ure hebben verzacht. Moge de groote strijder voor de rechten der verdrukten thans na zijn langen levensstrijd in vrede rusten! |