Waar zal Holland er weêr één vinden, die zal zeggen kunnen ik heb veel geleden. We waren zoo'n man niet waard, in ons krummelig Holland. Ik geloof het vast, die schijnheilige Oranje-kreten hebben het hem gedaan, hij zal er een beroerte van gekregen hebben. Wat heeft hij gezien van zijn werken zijn leven, niets, helemaal niets.
Schijnheiligheid overal, klein gefrummel en gekriemel. Waarom is hij niet gebleven bij zijn fancy waarom haar zijn heele leven lang niet omvat met de linkerarm, om haar te streelen met de rechterhand. Malheur, malheur, en waren wij veel beter dan de rest, wij! (....)