Volledige werken. Deel 23. Brieven en dokumenten uit de jaren 1884-1886
(1993)– Multatuli– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 219]
| |
Lieve Lien - Ik weet niet hoe lang het al duurt, dat ik me dagelyks voorneem je eens te schryven - en ik heb nu de tyd want we zyn al sedert byna een maand met ons drietjes - en toch telkens kwam er wat tusschenbeide en stelde ik het weer uit. Nu was de aankomst van de bokking een nieuwe aanleiding. Dank je wel voor die goede gave die ons allen maar vooral dek uitsteekend smaakt. Intusschen is ze niet zoo heelhuids aangekomen als vorige bezendingen. Het doosje of carton was geheel kapot - en niet één bokking was heel gebleven, zoodat het onmogelyk was ze te tellen, daar de helft tot kruim was. Dat was wel jammer. Ofschoon er zooveel was dat we ze vóór 't schimmelen nooit allen hadden kunnen eten. Nog eens hebben we wat gekregen door verzending van G en LGa naar eind1.. dat ofschoon in een kist gepakt - ook zoo vreesselyk gehavend was. Het was speculasie in gruzelementen met stukjes borstplaat er in. Ook van deze bokking begreep ik niet hoe ze zóó kapot kon komen ten zy men ze willens gekneusd had. Het is wel niet prettig - maar je vroeg zoo uitdrukkelyk je te zeggen hoe ze aan gekomen is. En ziedaar, komt dek juist beneden met een stapeltje briefkaarten, waaronder ook een aan u. Je ziet dat hy vry wel is, of liever heel wel, alleen geen schryflust. - en heel wel kan ik dat ook weer niet noemen, hy is wel gezond maar ontstemd. Wy hebben het nu heel rustig en ik ben bly dat de lessen van Wou nu geregeld hun gang kunnen gaan. wat by zoo'n drukke zomer als deze was wel wat te wenschen overliet! Dek geeft hem nu alle avonden na den eten rekenles 's morgens van 10-12 houd ik me met hem bezig en 's middags krygt hy een of twee uur duitsch onderrigt. Daarby is hy | |
[pagina 220]
| |
tegenwoordig erg op lezen gesteld, wat 'n heele vooruitgang en een groot genoegen voor ons alle drie is. Ja, lastig is hy dikwyls maar - ondeugend toch eigenlyk niet. We hebben ook altyd nog zulk prachtig mooi weer wat voor hem heerlyk is daar hy altyd nog veel buiten te doen en te zien heeft. Van daag nog een groote bende zigeuners. met wagens en paarden. Een paar mannen hadden aan hunne buizen zilveren klokjes in plaats van knoopen! de kinderen waren in lompen gekleed en bedelden om een stukje brood, maar toen er een boete betaald moest worden omdat ze hunne paarden lieten grazen, bleek er dat ze een zak met 1600 mark by zich droegen. 't Is raar volkje: soms hebben ze een kameel, of een paar beeren - en die van vandaag hadden een varken dat met hun nr boven liep en een ander in hun beddewagen met zn jongen! Wou zei hy zou wel eens met hun willen gaan om te zien hoe ze leven - als ze maar niet zoo stonken! Het is een leelyk woord, maar toch juist. - Dek stelt ook zoo erg veel belang in de Zigeuners. maar we moeten de poort goed toe houden als ze komen - want o ze zyn zoo kleverig en zoo moeilyk weer weg te krygen als ze eens binnen zyn. Maar och, wat praat ik over die Zigeuners! Je vroeg lieve Lina of afleiding niet goed voor dek zou zyn - en noodigde ons alle 3 uit dezen winter eenige weken by Ul. te komen. - hoe lief en goed weer van je! we zouden ons beide daar ook veel aangenaams van voorstellen - maar - dek neemt zyn gedachten overal mee. - en het is zoo moeilyk vooruit de indrukken die hy hebben zou te berekenen by Ul. aanhuis zeker niet dan lieve en goede - maar - verder? Sinds 2 maanden ligt daar weer een brief van Robbers op zyn schryftafel die hy niet gelezen heeft. - Ik durf er ook niet van beginnen. Als dek iets tot stand brengen, iets doen kon, en by gebrek aan iets anders dan - als hy schryven kon - ik houd het voor de eenige mogelyke afleiding - maar de tegenzin is te groot nog! - en dan moeten wy ook erg erg zuinig zyn. ook dezen zomer hebben we niet een uitgang gemaakt met al onze gasten om die reden. en het zuinigste is thuis te blyven, de meid en de jongen zyn er toch. - Van de verkoop van ons huis is nog niets gelukt. Dek schynt er toch erg tegen op te zien ook. We moeten hopen dat het aanst. zomer gelukt! en de opdracht is eens gegeven - maar ik durf er met dek niet over | |
[pagina 221]
| |
spreken. betrekkelyk is 't een rust dat dezen winter in elk geval alles blyft zooals het is.- Over Sara BGa naar eind2.. als lady Macbeth is 't oordeel wel algemeen. Ik kan me begrypen hoe juist het is zooals je 't beschryft. Loffelt in 't Vaderland in denzelfden geest en de amst. resencentenGa naar eind8.! Wat 'n dwaasheid ook voor zoo'n goede frou frouGa naar eind3. - zùlk een rol te willen spelen. Ik lees tegenwoordig 's avonds tot tydverdryf en tevens tot leering en stichting de bybel van van der Palm voor de jeugd. Maar o tot wat 'n uitroepen van verwondering geven al de kletspraatjes die woordenkramery aanleiding! telkens moet ik er dek by roepen, dat hy zich met me verwondert hoe die man ooit een persoon van gewigt is kunnen zyn en voor sommigen, ja velen nog is. het is amusant van dwaasheid. alleen te vol. HerderGa naar eind4. je nog met Lien en de jongens om hun wat te doen weten van bybel geloof en Christenleer? Ja, en dat wilde ik je vragen. Heb je nog die bewuste memoires van Mme de RemusatGa naar eind5.? Ik weet niet of jelui ze hebt, of een ander. Maar àls je ze hebt zou je ze dan eens voor my willen zenden aan Jufvr Y Meyer. Maliebaan 75 in Utrecht? Zy wilde ze zoo graag lezen. Dat is die dame die voor 2 jaar zoo ziek was in Mainz. De vorige winter heeft ze in HyèresGa naar eind6. doorgebracht, en is nu tamelyk hersteld sedert juni in Utrecht. Ze durft nu althans den winter in Holland te blyven.- Wou wordt flink groot en sterk en gezellig, en toch nog zoo'n kind. Van avond had hy 3 poppetjes van papier geknipt Robinson met de papegaai en de agutiGa naar eind7. en liet die zamen aan de lamp dansen. en lachte daarby zoo heerlyk bol en onnozel als alleen kinderen kunnen. Hy ligt op een oor, anders kwamen er natuurlyk wel groeten aan Karel en Henk en riekje, niet te vergeten. Doe ook de myne lieve Lien aan man en dochter. Hoe maakt het jufvr A. Smith. Zie je haar nog al eens. - Nu dag dag lieve Lien! Houd je goed! Nu ja dat doe je altyd. je bent zoo dapper als geen ander. je hart liefh. Mimi DD Saturdag avond 8 Nov. 1884 |
|